ID.nl logo
Review Google TV Streamer  – Basale upgrade in een slanke jas
© Google
Huis

Review Google TV Streamer – Basale upgrade in een slanke jas

Met de release van de Google TV Streamer brengt het Amerikaanse bedrijf voor het eerst een echt volwaardige mediaspeler uit. Doordrenkt van functies op basis van kunstmatige intelligentie… Tenminste, dat zou je verwachten. Hoe zit het nu precies?

Goed
Conclusie

Onze conclusie over de Google TV Streamer is tweeledig. Enerzijds zijn we enthousiast over de hardware. Niet alleen mag het ontwerp er zijn, ook is er genoeg opslagruimte en zijn we ontzettend blij met die ethernetpoort. De afstandsbediening is er bovendien flink op vooruitgegaan. We maken ons wel een beetje zorgen om de toekomstbestendigheid van de processor. Die is nu al een jaar of drie oud, en de vraag is hoe lang deze precessor het volhoudt met apps die steeds meer middelen nodig hebben. Voor nu werkt alles in elk geval heel erg prima. Aan de andere kant hebben we het idee dat Google meer uit de mediaspeler had kunnen halen. Ja, afspelen werkt goed en de meest belangrijke codecs en formaten zijn aanwezig. Maar de functies op basis van AI zijn nagenoeg afwezig (leuk, screensavers maken, maar dat blijf je niet doen) en de smarthomebediening is en blijft een basale bedoening. Een redder in nood kan de Thread-ondersteuning zijn, maar alleen voor de mensen die daar nou net naar op zoek waren. Kortom, allerlei gemengde gevoelens over een basale upgrade in een slanke jas.

Plus- en minpunten
  • Slank ontwerp
  • Ethernetpoort
  • Verbeterde afstandsbediening
  • Gangbare audio- en video-indelingen
  • Android 14 met Google TV
  • Thread-borderrouter
  • Missende AI-functies
  • Smarthomebediening beperkt
  • Drie jaar oude processor
  • Geen high-res audio

Voor wie het nog niet duidelijk was: Google neemt afscheid van de Google Chromecast. Hoewel je die handige dongle voorlopig nog wel kunt gebruiken, stapt het bedrijf ondertussen zelf over op de Google TV Streamer. Dit is een volwaardige mediaspeler met een prijskaartje van 119 euro. Dat is twee keer duurder dan een goede Chromecast – en we verklappen alvast dat de ervaring niet per se 'twee keer beter' aanvoelt. Dat komt doordat het streamingapparaat enkele belangrijke functies mist die het echt kunnen onderscheiden van de concurrentie.

Qua hardware voldoet de Google TV Streamer aan basale eisen. Met 32 GB aan opslagruimte zit je niet snel om ruimte verlegen. Daarnaast noteren we een HDMI 2.1-poort, usb-c-aansluiting voor stroom en een ethernetpoort, zodat je niet afhankelijk bent van wifi. Daarnaast fungeert het apparaat als een Thread-borderrouter, wat handig is voor iedereen die overstapt op smarthomeprotocol Matter. Je kunt daarnaast een aantal smarthomeproducten bedienen via je tv, maar niet allemaal en ook niet op dezelfde manier als met je smartphone of tablet.

©Google

De verbeterde afstandsbediening

Voordat we verdergaan met de softwaremogelijkheden, kijken we eerst nog even naar de vernieuwde afstandsbediening. In vergelijking met de remote van de Chromecast met Google TV heeft Google dit keer een gewone volumeknop toegevoegd. Voorheen zaten deze knoppen aan de zijkant. Deze nieuwe plaatsing zorgt voor meer grip. Dat komt doordat de afstandsbediening nu groter is om ruimte te maken voor de grotere knoppen. Daarnaast is er een programmeerbare knop toegevoegd, waarmee je bijvoorbeeld direct een specifieke app kunt openen.

Ook heeft Google de microfoonknop verplaatst. Die zit nu een laag onder de terug- en thuisknop; twee knoppen die wat ons betreft voorrang genieten. Een goed besluit, dus. Tot slot is er een speaker toegevoegd. Op het moment dat je de afstandsbediening kwijt bent, kun je een knop op de achterkant van de TV Streamer indrukken om een audiosignaal te laten afgaan. Superhandig, helemaal als je de speler met meer mensen deelt of als je merkt dat de remote vaak tussen de bankkussens verdwijnt.

©Wesley Akkerman

Verouderde processor

Hoewel processors in mediaspelers een minder grote rol spelen dan in bijvoorbeeld smartphones, is het wel belangrijk daar aandacht aan te besteden voor de nodige context. Onder de motorkap van de Google TV Streamer zit namelijk een MediaTek MT8696-processor uit 2021 en dat straalt aanvankelijk weinig vertrouwen uit. We moeten eerlijk zeggen: in het gebruik merk je er weinig van. Zeker na een maand testen kunnen we niet stellen dat er veel vertragingen opduiken. Maar het gaat om de langere termijn, en dat is toch wat moeilijker inschatten.

Niet alleen de processor, maar ook de Android-versie speelt een grote rol in de snelheid. De TV Streamer draait op Android 14. Dat is twee niveaus hoger dan de Chromecast, en zelfs drie niveaus hoger dan het oude bakbeest van Nvidia, de Shield TV. Die mediaspeler had zijn beste tijd wel gehad op de redactie, dus we zijn blij met elke snelheidstoename. Maar omdat apps en systemen steeds meer rekenkracht vragen voor een soepele werking, is het de vraag hoe lang de Google-streamer nog mee kan. Dat is helaas koffiedik kijken.

©Wesley Akkerman

De thuispagina.

©Wesley Akkerman

Hier verzamelt de Streamer content die je als interessant markeerde.

Vertrouwde Google TV-software

Bovenop Android 14 zit de Google TV-softwareschil. Die is qua uiterlijk en indeling precies hetzelfde als op de Chromecast met Google TV. Dat betekent dat er veel ruimte is voor aanbevelingen: zowel willekeurig als gebaseerd op je kijkgedrag. Je kunt programma's, films en meer direct markeren als interessant, en dan zal de mediaspeler die allemaal onder een aparte tab verzamelen. Per video kun je zien waar je de content bekijkt – al kan het hier en daar gebeuren dat die informatie achterhaald is. Komt echter niet vaak voor, gelukkig.

Op de thuispagina tref je verder content aan die je nog aan het kijken was, mits je dat doet in één van de ondersteunde apps. Hierin verschilt de Google TV Streamer amper van concurrerende spelers, die eveneens op Google TV draaien. Het apparaat moet het zonder echt unieke functies doen, ook al zet Google elders flink in op kunstmatige intelligentie via Google Gemini. Wat we hier in Nederland kunnen doen is zelf een screensaver maken (en die zo gek vormgeven als we zelf willen), maar daar blijft het bij. Wat ons betreft dus erg karig.

©Wesley Akkerman

Het algemene menu, rechts.

Niet echt uniek

Eigenlijk is de mediaspeler ontdaan van echt waardevolle kunstmatige intelligentie. Leuk die screensavers, maar de standaardopties zijn meestal prima. In de Verenigde Staten is het onder meer mogelijk beschrijvingen van Google Gemini te lezen over de content die je opzoekt. Daar kunnen natuurlijk fouten in staan, maar dat maakt de speler wel uniek. Bovendien heb je daar meer tabs tot je beschikking, en worden de persoonlijke aanbevelingen verzameld onder één tabblad. Die bij ons, je raadt het al, niet beschikbaar is. Dat levert hier een te druk thuisscherm op.

Daarnaast hebben we gemerkt dat Nederlandse apps niet meegenomen worden als het gaat om aanbevolen content. Hier in Nederland kan het raadzaam zijn gebruik te maken van de Apps Only-modus. Dan filter je alle 'slimme' lagen weg, en krijg je gewoon je geïnstalleerde apps voorgeschoteld. Maar ja, dan zit je ineens met een dure mediaspeler die dan fungeert als een soort doorgeefluik. Alle luxe en premium onderdelen – waar je wel voor betaald hebt – zijn dan ineens verdwenen. Gelukkig hebben we dan nog de smarthomebediening, toch?

©Wesley Akkerman

De standaard smarthomeopties.

Je smarthome bedienen

Hoe bruikbaar die functionaliteit is, is afhankelijk van je huidige opstelling. Als je Google Home gewend bent, dan zul je de interface vast herkennen. Maar je merkt dan ook direct dat de bediening vrij beperkt is. Je kunt bijvoorbeeld lampen in- en uitschakelen, en daarnaast de helderheid aanpassen. Verder is het goed om te zien dat je de beelden van Nest-camera's en -deurbellen kunt checken. Maar camera's van andere merken worden momenteel niet ondersteund. Over dit onderdeel hebben we dan ook gemengde gevoelens.

Wat wel super is: de ondersteuning voor Thread en smarthomestandaard Matter. De mediaspeler zelf functioneert als een zogenaamde Thread-borderrouter. Daardoor kun je andere apparaten in huis, met ondersteuning voor dit protocol, met elkaar verbinden. Als je dat doet, dan kun je ze via je smartphone bedienen en ze koppelen aan externe diensten, zoals IFTTT. Je hebt daarvoor geen aparte smarthomehub nodig. We juichen dit soort ontwikkelingen toe, omdat ze mediaspelers veelzijdiger maken en smarthomes toegankelijker.

©Wesley Akkerman

De nodige beeld- en audioformaten

Maar goed, je gebruikt de Google TV Streamer voornamelijk voor het bekijken en beluisteren van content. De mediaspeler ondersteunt alle belangrijke beeldformaten zoals die gebruikt worden door streamingdiensten als Amazon Prime, Netflix en Disney+, zoals Dolby Vision, HDR10, HDR10+ en HLG. Ook allerhande codecs, ook voor het beheren van je eigen media, vinden hier hun thuis, zoals H.264, H.265, AV1 en VP9. Per thuismedia-app, zoals VLC, verschilt vooralsnog welke indelingen de streamer ondersteunt, maar het is aan appmakers om dat te verbeteren.

Als het gaat om audioformaten dan zien we dat Google zich ook hier redelijk aan geldende en algemene standaarden houdt, zoals Dolby Digital, Dolby Digital Plus, Dolby Atmos, DTS en DTS-HD HR. Aangezien de meeste apps ondersteuning aanbieden voor zowel Dolby Digital Plus en Dolby Atmos, denken we dat de doorsnee gebruiker hier aan zijn trekken komt. Audio in hogere resoluties afspelen, bijvoorbeeld via TrueHD of DTS-HD, is niet mogelijk. Dat is jammer, maar gezien de algemene doelgroep van de speler tillen we daar niet al te zwaar aan.

©Wesley Akkerman

Google TV Streamer kopen?

Onze conclusie over de Google TV Streamer is tweeledig. Enerzijds zijn we enthousiast over de hardware. Niet alleen mag het ontwerp er zijn, ook is er genoeg opslagruimte en zijn we ontzettend blij met die ethernetpoort. De afstandsbediening is er bovendien flink op vooruitgegaan. We maken ons wel een beetje zorgen om de toekomstbestendigheid van de processor. Die is nu al een jaar of drie oud, en de vraag is hoe lang deze precessor het volhoudt met apps die steeds meer middelen nodig hebben. Voor nu werkt alles in elk geval heel erg prima.

Aan de andere kant hebben we het idee dat Google meer uit de mediaspeler had kunnen halen. Ja, afspelen werkt goed en de meest belangrijke codecs en formaten zijn aanwezig. Maar de functies op basis van AI zijn nagenoeg afwezig (leuk, screensavers maken, maar dat blijf je niet doen) en de smarthomebediening is en blijft een basale bedoening. Een redder in nood kan de Thread-ondersteuning zijn, maar alleen voor de mensen die daar nou net naar op zoek waren. Kortom, allerlei gemengde gevoelens over een basale upgrade in een slanke jas.

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 in hoogte verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek
© LIGHTFIELD STUDIOS - stock.adobe.com
Huis

Waar voor je geld: 5 in hoogte verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek

Bij ID.nl zijn we gek op producten met een mooie prijs of die iets bijzonders te bieden hebben. Daarom gaan we een paar keer per week op zoek naar zulke deals. Dit keer een bijzondere categorie die nog niet eerder aan bod is geweest: verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek.

Veel mensen die thuiswerken heb niet altijd de mogelijkheid om een apart bureau te gebruiken en ziten bijvoorbeeld vaak aan de eet- of keukentafel. Toch kan het lonen om te investeren in een goed bureau, omdat daarmee - in combinatie met een goede stoel - je werkhouding een stuk beter wordt. Wij bekijken vijf handige bureaus 's die in hoogte verstelbaar zijn.

Casaria 160x75

Het tafelblad van dit bureau uit de Casaria‑lijn is in hoogte verstelbaar van 73 tot 118 cm en beweegt met een snelheid van 2,25 cm per seconde. Je bedient de motor via een lcd‑scherm en kan twee voorkeursstanden opslaan, zodat je met één druk op de knop naar je favoriete werkhoogtes gaat. Er zit ook een herinneringsfunctie in die je eraan herinnert om weer te gaan staan of juist te zitten. Met het robuuste stalen frame en een draagvermogen van 80 kg is het bureau geschikt voor zware monitoren. Handige details zijn de kabelgeleider, beker‑ en koptelefoonhouder en in hoogte verstelbare poten. Het blad van 160 × 75 cm bestaat uit twee delen en is afgewerkt met melamine zodat het tegen een stootje kan. Dit bureau komt inclusief montagebenodigdheden en is verkrijgbaar in verschillende kleurvarianten.

Specificaties

Bladformaat: 160x75cm
Hoogte: 73 tot 118cm
Belastbaar tot: 80kg

Avalo 140x60

Avalo levert dit elektrisch verstelbaar bureau (de P58) met een compact blad van 140 × 60 cm. De hoogte is traploos verstelbaar van 73 tot 117 cm en kun je drie verschillende hoogtestanden opslaan. Dat is handig als je het bureau deelt met collega's of medethuiswerkers, of wanneer je snel wilt wisselen tussen zit‑ en stahouding. De bediening gebeurt via een bedieningspaneeltje aan de voorkant; met één druk op de knop gaat het blad naar de gewenste stand. Het frame is gemaakt van staal, het blad van P2‑melamine en de rand is afgewerkt met hittebestendig ABS. Verder wordt benadrukt dat het bureau plug‑and‑play is: je hoeft alleen de stekker in het stopcontact te steken en kunt meteen aan de slag. Door het smalle ontwerp past het bureau goed in kleinere kamers, maar biedt het toch voldoende ruimte voor een monitor, toetsenbord en documenthouder. Voor wie een elektrische zit‑sta‑oplossing zoekt met geheugenfunctie en solide materialen is dit model een optie.

Specificaties

Bladformaat: 140x60cm
Hoogte:73 t/m 117cm
Belastbaar tot: onbekend

Avalo 120x60

Dit is een kleinere variant van de hierboven besproken Avalo AP58. Dit model heeft een 20 cm minder breed blad, maar uiteraard ook elektrisch verstelbaar. Net als de grotere uitvoering varieert de hoogte van 73 tot 117 cm en kan het bureau drie standen onthouden. Voor het instellen gebruik je een eenvoudige bediening waarbij je een favoriete zit‑ en stahoogte opslaat en later oproept. Het frame bestaat uit staal en het blad uit melamine met een rand van warmtebestendig ABS. D tafel weegt 27 kg en is het daardoor stabiel zonder moeilijk te verplaatsen. Ook deze uitvoering is plug‑and‑play; je hoeft geen ingewikkelde montage uit te voeren. Door de compactere afmetingen is dit model ideaal voor kleinere werkplekken of voor wie extra apparatuur (zoals een printer) op een tweede tafel wil plaatsen. De strakke vormgeving past in verschillende interieurs en de elektrische motor zorgt ervoor dat je eenvoudig van houding wisselt.

Specificaties

Bladformaat: 120x60cm
Hoogte: 73 t/m 110 cm
Belastbaar tot: onbekend

VDD Gaming 118x58cm

Het frame van deze VDD is elektrisch in hoogte verstelbaar van 73 tot 118 cm. Hiermee wissel je gemakkelijk tussen zitten en staan en kun je de juiste houding aannemen voor langdurige sessies. Het witte werkblad van 118 × 58 cm biedt voldoende ruimte voor een monitor en toetsenbord en dankzij de krachtige motor is het maximaal belastbaar tot 60 kg. De tafel wordt geleverd met instructies en alle benodigde onderdelen, waardoor je de montage zelf kunt uitvoeren. Er worden geen extra functies zoals geheugenstanden vermeld, waardoor je elke gewenste hoogte handmatig instelt. Voor wie een elektrisch verstelbaar bureau zoekt dat weinig ruimte inneemt, is dit een praktische optie; vooral gamers zullen baat hebben bij het kunnen aanpassen van de werkhoogte tijdens een sessie.

Specificaties

Formaat: 118x58cm
Hoogte: 73 tot 118cm
Belastbaar tot: 60kg

Schaffenburg Linesto Plus 140x80

Het Schaffenburg Linesto Plus‑bureau is een rechthoekige tafel met een T‑poot. Het frame is zonder gereedschap te monterenen in hoogte verstelbaar met een drukknop tussen 65,5 en 85,5 cm. De maximale belasting bedraagt 70 kg. De hoogtebediening gebeurt via een knop aan het onderstel; er zijn geen geheugenstanden. De tafel is voorzien van een 25mm dik melamine blad, een metalen onderstel en stelvoeten om de tafel waterpas te zetten. Kabelbeheer is mogelijk via accessoires, en er zijn diverse blad‑ en framekleuren beschikbaar. Het Schaffenburg-bureau heeft verder een stalen frame met twee telescoperende buisdelen en een krasvaste coating. Als enige in dit overzicht is deze Linestor geen zit/sta-bureau, maar kan hij in zithoogte tot maximaal 85,5 cm worden gebracht.

Specificaties

Formaat: 140x80cm
Hoogte: 65 tot 85,5 cm
Belastbaar tot: 70kg

▼ Volgende artikel
Zo werkt het energielabel voor smartphones en tablets
Huis

Zo werkt het energielabel voor smartphones en tablets

Sinds juni 2025 is het voor fabrikanten van smartphones verplicht om een energiebabel voor hun apparaten te voeren. De consument kan aan de hand van het energielabel zien hoe energiezuinig een telefoon is, maar ook hoe makkelijk het is om de telefoon te (laten) repareren en wat het updatebeleid voor de software is. Door middel van het nieuwe energielabel kun je dus veel bewuster kiezen voor een bepaalde telefoon.

Het energielabel werd ooit bedacht om apparaten op een uniforme manier te vergelijken, los van marketingclaims. Door elk product in te delen op een schaal van A tot en met G ontstaat ruimte om echte koplopers te herkennen en achterblijvers aan te sporen. Smartphones waren nog niet eerder voorzien van een energielabel, maar hebben dat vanaf juni 2025 wel gekregen. Dat is logisch, want bij smartphones draait energie-efficiëntie niet alleen om het stopcontact, maar vooral om hoe slim hardware en software met de energie van een accu omgaan en hoeveel jaren je uit dezelfde telefoon haalt. Door die informatie eenduidig te tonen, verschuiven de argumenten over de oplaadtijd en de schermgrootte naar hoelang een telefoon meegaat en hoe makkelijk hij te repareren is.

Ter illustratie: het nieuwe energielabel voor smartphones en tablets toont de batterijduur bij gemiddeld gebruik, maar ook of hij valbestendig is en hoe makkelijk hij gerepareerd kan worden.

Energie en duurzaamheid

Een smartphone gaat gemiddeld gezien wel een dagje mee op een enkele acculading, afhankelijk natuurlijk van het gebruik door de eigenaar. Erg veel energie wordt er dus niet verspild, maar de grootste winst wat betreft het klimaat is vooral te behalen uit de levensduur van de smartphone en of deze makkelijk te repareren is. De EU koppelt het nieuwe energielabel aan het eco-design van de telefoon. Het label dat de telefoon krijgt, is afhankelijk van een aantal factoren en is een gemiddelde van de prestaties van al deze factoren. Welk factoren dat zijn, lichten we je hieronder verder toe.

Waar vind je het nieuwe energielabel?

Wanneer je online een nieuwe telefoon koopt, vind je het algemene energielabel doorgaans bij het product zelf. Je ziet echter niet direct de andere onderdelen waarop de telefoon is beoordeeld. In een fysieke winkel is het de bedoeling dat er bij de telefoon een kaartje of bordje is geplaatst, met daarop een QR-code waarmee je direct op de juiste informatiepagina van EPREL komt.

In een webwinkel zul je meestal geen QR-code tegenkomen, maar alleen het energielabel zelf. Vaak kun je – zoals bij Mediamarkt – een productspecificatie-pdf downloaden met de extra informatie, waarin ook weer een QR-code is opgenomen, waarmee je naar de EPREL-site wordt doorgestuurd.

Levensduur accu

Het nieuwe energielabel laat zien wat de gemiddelde levensduur van de accu van de telefoon is. Dat wordt bekeken aan de hand van het aantal laadcycli: hoe vaak kan een telefoon opnieuw worden opgeladen voordat de kwaliteit van de accu achteruit gaat? Daarbij wordt een capaciteitsvermindering van 80 procent aangehouden: na hoeveel keer laden is de capaciteit tot 80 procent gedaald? Hoe hoger dit getal, des te betrouwbaarder is de accu.

Op het uitgebreide energielabel zie je hoe vaak een accu opnieuw kan worden opgeladen totdat de totale capaciteit tot 80 procent daalt.

Uithoudingsvermogen

Uiteraard wordt er ook gekeken naar de gebruiksduur van een telefoon of tablet als deze volledig is opgeladen. Door het uitvoeren van een zogeheten reallife-situatie wordt het gemiddelde gebruik van een smartphone geëmuleerd. Hoeveel uur en minuten je met de smartphone kunt werken op die enkele lading, wordt op het label getoond.

Hoelang houdt de batterij van de telefoon of accu het vol bij gemiddeld gebruik? Ook dat zie je op het energielabel terug.

Vrije val

Een van de andere eigenschappen waarop wordt getest, is de vrije val-test. Hoe snel gaat een telefoon kapot als je deze vanaf een bepaalde hoogte op een harde ondergrond laat vallen? Misschien vraag je je af wat dit met duurzaamheid te maken heeft? Nou, heel veel: als je telefoon snel kapot gaat als je hem laat vallen, moet je al snel een nieuwe. Niet heel duurzaam dus. Op het energielabel vind je de valbestendigheid tussen de A en E. Hoe lager de letter (A), des te beter kan zo'n telefoon een val overleven. De test is gebaseerd op een val van 1 meter boven een verharde ondergrond en wordt met vijf modellen van hetzelfde toestel tot wel 270 keer uitgevoerd.

Valtest vanaf 1 meter, hoe minder snel een telefoon stuk gaat, des te hoger is het label dat hij toegekend krijgt.

Elke keer dat een telefoon is gevallen, wordt gecontroleerd of het scherm nog functioneert en reageert op aanrakingen, of de camera het nog doet, of de mobiele functies als wifi en mobiel nog werken, of de telefoon kan worden opgeladen en of de audio nog goed functioneert. Barsten in het frame of het glas worden wel geaccepteerd, mits de telefoon nog veilig kan worden gebruikt. Bijvoorbeeld als het glas wel gebarsten is, maar geen splinters heeft.

Hoe goed een telefoon beschermd is tegen valschade is ook onderdeel van het energielabel. Het scherm mag daarbij overigens wel gebarsten zijn, het is geen glastest.

Bescherming tegen stof of water

Ook de zogeheten IP-tests (IP = Ingression Protection, of indringbescherming) worden uitgevoerd bij de telefoons en zijn een belangrijk onderdeel van de algehele score die een telefoon krijgt. De apparaten worden getest op het binnendringen van stof en water. De waterbestendigheidstest controleert bijvoorbeeld of een smartphone bestand is tegen spatwater vanuit verschillende richtingen, zonder dat de werking of veiligheid van het toestel wordt aangetast. Hiermee wordt gegarandeerd dat een telefoon in elk geval bestand is tegen vocht, bijvoorbeeld bij het gebruik tijdens een regenbui, het morsen van vloeistof of het gebruik van natte handen.

Of een telefoon waterdicht is, wordt ook getest.

Repareerbaarheid

Een ander duurzaamheidsonderdeel waar de EU goed naar kijkt, is de repareerbaarheid van een smartphone. Dat omvat een groot aantal parameters, zoals welke onderdelen makkelijk te vervangen zijn, in hoeverre een consument bepaalde onderdelen zelf kan vervangen, en hoelang en hoe goed bepaalde onderdelen van de telefoon op voorraad zijn.

Zelf zoeken op de EPREL-site is lastig

Het zelf zoeken van gegevens van smartphones en tablets op de EPREL-site is niet heel eenvoudig. Dat komt omdat de algemene productwebsite gemaakt is om te zoeken op merk of op typenummer. Dat is prima voor wasmachines of koelkasten, die je vaak aantreft als merk+typenummer, maar bij smartphones werkt dat anders. Een model als de Samsung Galaxy S25 bijvoorbeeld zul je niet vinden met een zoekopdracht op 'S25 'of 'Galaxy S25', maar alleen op het typenummer SM-S931B. Dat typenummer wordt echter bijna nergens gecommuniceerd en is ook niet wat Samsung communiceert in bijvoorbeeld marketing-uitingen.

Ook kun je niet zoeken op EAN-code, terwijl die code juist kan worden gebruikt om een exact model van een bepaald product te kunnen vinden. Kortom: wat het zoeken van de gegevens van een smartphone betreft kan de EU nog wel wat verbeteren.

De EU wil dat smartphones langer meegaan en eenvoudiger te herstellen zijn – zowel door professionele reparateurs als (in bepaalde gevallen) door consumenten zelf. De eisen met betrekking tot repareerbaarheid blijven minimaal zeven jaar gelden na het einde van de verkoop van een model.

©WICHAN SHOP

Als het aan de EU ligt, moeten consumenten ook zelf telefoons kunnen repareren.

Een fabrikant van een smartphone moet garanties kunnen geven met betrekking tot de ondersteuning van een telefoon. Als een toestel op de Europese markt wordt uitgebracht, mag de consument verwachten dat een telefoon zeven jaar na het verschijnen van de telefoon op de markt nog steeds gerepareerd kan worden.

Onderdelen

De reparatie- of 'vervangarantie' geldt voor alle essentiële onderdelen van een smartphone of tablet, zoals de accu, camera's, externe poorten voor audio en opladen, de microfoons en luidsprekers, de knoppen en de scharnieren als het een opklapbare telefoon betreft. De fabrikant moet zelfs de schroefjes op voorraad hebben als de originele niet meer kunnen worden gebruikt.

De bovenste onderdelen kunnen door een fabrikant of een telefoonreparateur worden gerepareerd, maar de EU vindt dat ook consumenten zelf onderdelen moeten kunnen bestellen en vervangen, zoals de accu, de achterzijde, de hele beeldschermunit en de oplader. Voor die zelfrepareerbaarheid krijgt een telefoon ook een waardering van A t/m E. De fabrikant is daarnaast verplicht om aan te geven waar reserveonderdelen te verkrijgen zijn, welk gereedschap er nodig is om de reparatie te kunnen uitvoeren en waar je de benodigde handleidingen kunt vinden.

Hoelang de telefoon wordt ondersteund qua software-updates en interne onderdelen wordt ook vermeld en de telefoon krijgt hiervoor een eigen classificatie.

Reparatie-index

Telefoonfabrikanten moeten dus uitgebreide informatie geven over hoe je je smartphone kunt repareren, maar ook over de complexiteit van de reparatie. Zijn de onderdelen die je wilt vervangen bijvoorbeeld makkelijk te bereiken, of moet je eerst andere onderdelen verwijderen om erbij te kunnen? Ook dat wordt allemaal opgenomen in de uiteindelijke classificering van de telefoon: hoe minder stappen er nodig zijn, des te hoger is de score die wordt toegekend.

Hoe makkelijk is een telefoon te repareren en hoelang zijn reserve-onderdelen beschikbaar? Dat geeft dit onderdeel van het energielabel aan.

Tot slot

De Europese Unie heeft met het nieuwe energielabel voor smartphones een goede stap gezet in de richting van duurzaamheid. Het uiteindelijke doel is om ervoor te zorgen dat fabrikanten meer hun best gaan doen om een zo makkelijk mogelijk te repareren telefoon uit te brengen. Deze strengere regels in de EU betekenen ook dat deze toestellen in andere landen buiten de EU makkelijker te repareren zullen zijn, omdat een telefoonfabrikant waarschijnlijk niet compleet verschillende uitvoeringen van een model smartphone gaat maken. Maar of consumenten in landen buiten de EU ook zo makkelijk zelf aan onderdelen kunnen komen, is dan nog maar de vraag; deze mate van tegemoetkoming aan of bescherming van de consument gelden vaak niet in andere landen. Fabrikanten hoeven deze informatie dus niet beschikbaar te stellen in landen buiten de EU.