ID.nl logo
Oled, Quantum Dots en microleds: de verdere evolutie van het beeldscherm
© LG Display
Huis

Oled, Quantum Dots en microleds: de verdere evolutie van het beeldscherm

Soms lijkt het wel alsof de belangrijkste beeld-ontwikkelingen van de laatste jaren al jaren achter ons liggen. Toch is dat niet waar. Hogere pixeldichtheid, zuinigere schermen, intensere en meer kleuren, flexibele schermen, ruime kijkhoeken, perfecte zwartweergave, hogere helderheid... Ja, er is wel degelijk wat te vertellen over het beeldscherm.

Oled-schermen

Oled-schermen kennen we al een tijdje: elke pixel geeft zelf licht zodat je perfect zwart hebt en een grote kijkhoek. De opbouw van het scherm is eenvoudiger zodat het dunner en energiezuiniger was. En toch… Voor tv’s heeft oled veel, maar niet al die beloftes waar gemaakt. Zo blijkt de technologie niet significant zuiniger te zijn dan lcd-schermen, en zijn de beelden minder helder dan die van lcd. 

Dat heeft grotendeels te maken met hoe het oled-materiaal gebruikt wordt. Een constructie met drie subpixels die elk hun eigen oled-materiaal gebruiken om zo rode, groene en blauwe subpixels te creëren, bleek economisch niet haalbaar. In plaats daarvan opteerde LG om een witte oled-laag te gebruiken (gebaseerd op een geel en blauw materiaal) en daarboven een kleurfilter te plaatsen om de verschillend gekleurde subpixels te creëren. Om efficiëntieredenen besliste LG een vierde witte subpixel te gebruiken.

Toch is er reden om te veronderstellen dat het nog beter kan. Oled-schermen worden momenteel gemaakt met ‘vacuum deposition’ techniek. Het poedervormig oled-materiaal wordt verwarmd en slaat onder vacuüm neer op het substraat. Structuren worden gevormd met behulp van maskers. Dit jaar start LG echter ook een testproductie met het gebruik van gespecialiseerde inkjetprinters die het oled-materiaal zeer nauwkeurig kunnen neerleggen. 

Omdat er bij printen nauwelijks materiaal verloren gaat is het proces goedkoper. Bovendien zou de constructie ook echte rgb-oled panelen mogelijk maken, waardoor het kleurfilter toch overbodig wordt. Een eenvoudigere productie, met betere schermen als resultaat, zou mogelijk tot democratisering van oled kunnen leiden. Let wel, dit is een testproject, productie zou op z’n vroegst voor 2018 zijn.

Quantum dots

Af en toe komt er een materiaal in de kijker dat bijna perfecte eigenschappen heeft voor een toepassing, zoals quantum dots. Deze microscopisch kleine kristallen zetten invallend licht om in licht van één bepaalde kleur. Welke kleur dat is, hangt af van de grootte van het kristal. Het frequentiespectrum van die kleur is een bijzonder nauwe piek, met andere woorden: de kleur is erg puur. En dat is ideaal om schermen te maken met een groter kleurbereik. 

De kleur van Quantum Dots is erg puur

Die willen we want Rec.709, de huidige kleurstandaard voor zowat al onze schermen en content, toont slechts 34 procent van alle mogelijke kleuren die het menselijk oog kan zien. De standaard die nu langzaam maar zeker in gebruik komt, Rec.2020, toont tot 63 procent van alle kleuren. Dat is ongeveer het maximum dat we met drie primaire kleuren kunnen bereiken. Maar dan moeten die primaire kleuren (rood, groen en blauw) wel erg puur zijn. Een kolfje naar de hand van quantum dots.

Quantum dots gebruiken in een scherm bleek erg eenvoudig. Het materiaal wordt verwerkt in een film die over de achtergrondverlichting van een traditionele tv geplaatst wordt. De achtergrondverlichting maakt gebruik van blauwe leds, en de film bevat quantum dots die het blauwe licht omzetten in rood, groen en blauw licht. Zo heb je een scherm met een groter kleurbereik, maar het blijft wel een traditioneel lcd-scherm. Op subpixelniveau is nog steeds een kleurfilter noodzakelijk.

De volgende stap is de kleurfilter vervangen door een filter gebaseerd op quantum dots. Het grote voordeel is dat elke subpixel dan zelf licht geeft. Je creëert met andere woorden een lichtgevend scherm dat al een deel van de voordelen van oled zou krijgen. Een bredere kijkhoek bijvoorbeeld en nog energiezuiniger, mits er geen filter meer aan te pas komt. Maar het blijft wel een lcd-scherm. De reactietijd blijft die van lcd, en ook de zwartwaarde zou nog steeds niet perfect zijn.

De allerlaatste stap is wanneer we quantum dots niet als foto-luminescent materiaal gebruiken, maar als elektro-luminescent. De quantum dots worden dan verwerkt in een led, we spreken dan van qd-leds. Als je voor elke subpixel een aparte qd-led gebruikt, zit je erg dicht bij een ideaal scherm. Het geeft zelf licht, heeft een snelle reactietijd, is energiezuinig, en kan perfect zwart en veel kleuren weergeven.

©PXimport

Samsung werkt naar verluidt zowel aan een technologie die quantum dots in het kleurfilter gebruikt, als aan een qd-led scherm. Het heeft in november 2016 QD Vision overgenomen, een bekende fabrikant van quantum dot scherm-technologie. De net aangekondigde qled-tv’s gebruiken vermoedelijk wel nog steeds een quantum dot-film, maar Samsung is op dit moment nog erg zuinig met het delen van technische informatie.

Microleds

Wil je vooruit blikken naar de toekomst, dan is het altijd een goed idee om te kijken wat de grote jongens doen. Oculus, de fabrikant van de Oculus Rift vr-bril en onderdeel van Facebook, kocht in 2016 InfiniLED op. En in 2014 kocht Apple LuxVue op. Beiden bedrijven werken aan microleds (InfiniLED spreekt van ileds). 

Zoals het woord al doet vermoeden zijn microleds heel kleine leds, ongeveer 20 µm groot. Ter vergelijking, een menselijk haar is tussen de 20 en 180 µm dik, afhankelijk van het type. Maar in tegenstelling tot oled, dat organisch materiaal gebruikt om licht te genereren zijn microleds net als gewone leds gebaseerd op anorganisch materiaal.

Leds zijn ondertussen wijdverspreid en goedkoop. Je vraagt je misschien af waarom we dan geen schermen maken die per subpixel een aparte led gebruiken. Zo zou je een scherm hebben waarin elke subpixel zelf licht geeft, net zoals nu in een oled-scherm en uiteraard met alle bijhorende voordelen voor de beeldkwaliteit. Helaas, leds die op de traditionele manier gemaakt worden moeten stuk voor stuk verzaagd worden, en door een robot geplaatst en elektrisch verbonden worden. Dat is niet economisch rendabel. Bovendien vervuilt het licht van een subpixel een naastliggende subpixel.

Een microled-scherm kan 20 tot 40 keer minder energie verbruiken

Microleds worden op een heel andere manier gefabriceerd. Ze worden in een grote hoeveelheid tegelijk gefabriceerd, zijn veel kleiner, en kunnen met conventionele processen met elkaar verbonden worden. Omdat ze veel kleiner zijn dan een gewone led (die ongeveer een halve mm groot is), is er minder materiaal nodig, wat ze uiteindelijk ook goedkoper maakt. 

Microleds zijn bovendien erg efficiënt, ze generen veel licht voor minder energie. Omdat de lichtstraal van een microled erg nauw is (vergelijkbaar met een laser) wordt bijna alle licht gebruikt in het display, zodat het scherm een zeer hoge optische efficiëntie heeft. InfiniLED claimt dat een microled-scherm 20 tot 40 keer minder energie zou verbruiken.

Niet altijd succes

Overigens hoeft niet alle beloftevolle technologie ook daadwerkelijk op de markt te komen. In 2006 toonde Canon op CES een scherm dat de voordelen van een crt-scherm (hoog contrast, snelle reactietijd, en brede kijkhoek) combineerde met die van lcd-scherm (makkelijkere constructie, vlakke vorm). De technologie die er achter zat heette sed (surface conduction electron-emitter display). 

Een sed-scherm is in essentie een matrix van kleine kathodestraalbuizen, waarbij elk buisje een individuele subpixel vormt. Aan de technologie werd al gewerkt sinds de jaren 2000. Helaas, een patent-rechtzaak zadelde Canon op met een aantal jaren vertraging. Vervolgens heeft de crisis van 2008 en de opkomst van lcd en oled sed de das omgedaan.

In 2010 werd alle sed-activiteit stopgezet. Sony werkte in dezelfde periode aan een zeer gelijkaardige technologie (fed, field emission display), maar ook deze ontwikkeling is stopgezet in 2009.

▼ Volgende artikel
Laptop mee op vakantie? Hier moet je op letten
© maglara
Huis

Laptop mee op vakantie? Hier moet je op letten

Een laptop meenemen op vakantie lijkt handig. Even foto's uitzoeken, een filmpje kijken of wat werk afronden. Maar afhankelijk van je bestemming en manier van reizen zijn er een paar dingen waar je van tevoren goed over na moet denken. Of je nu gaat kamperen in een tent, met de caravan op pad gaat of een huisje of hotel boekt, iedere situatie stelt z'n eigen eisen aan hoe je je laptop gebruikt, beschermt en voorbereidt.

⛺ Dit artikel in het kort

Laptop mee op vakantie? We vertellen waar je op moet letten wanneer je:

  • gaat kamperen in een tent
  • er met de caravan op uit trekt
  • een huisje of hotelkamer huurt
  • naar het buitenland gaat

Lees ook: Alternatieve checklist: 19 tips voor een zorgeloze vakantie

Kamperen: zonder stroom of wifi

Wie gaat kamperen in een tent, heeft meestal geen stroomvoorziening of wifi tot zijn beschikking. De laptop moet het dus doen op de accu, en je internetverbinding moet je zelf regelen. Zorg daarom dat je laptop volledig is opgeladen voordat je vertrekt. Als je meerdere dagen zonder stopcontact zit, kan een powerbank met een hoge capaciteit uitkomst bieden, al moet die dan wel geschikt zijn voor laptops. Niet elk model levert voldoende vermogen.

Wifi is er op de meeste campings wel, maar vaak alleen bij de receptie of het sanitairgebouw, en meestal niet gratis of stabiel. Wil je toch online kunnen, dan kun je je smartphone gebruiken als hotspot. Dat heet tethering: je telefoon fungeert dan als een soort draagbare wifi-router via je mobiele dataverbinding. Check vooraf bij je provider of je databundel groot genoeg is en of tethering is toegestaan in het buitenland. Grote downloads, zoals systeemupdates of cloudsynchronisatie, kunnen je databundel snel opslokken. Zet automatische updates daarom uit en pauzeer de synchronisatie met diensten als OneDrive of Google Drive zolang je via je telefoon online bent.

Houd er ook rekening mee dat in afgelegen gebieden mobiel internet soms traag of onbetrouwbaar is. Download daarom bij voorkeur alles wat je nodig denkt te hebben voor je vertrekt, van kaarten en routes tot films of series. Zo houd je grip op je verbruik én voorkom je onaangename verrassingen bij thuiskomst.

©TeTe Song

Caravan: iets meer luxe, maar nog steeds beperkingen

Wie met een caravan reist, heeft het vaak net wat makkelijker. Sommige staanplaatsen hebben een stroomaansluiting en er zijn meestal meer voorzieningen. Toch geldt ook hier dat je niet kunt rekenen op snel of onbeperkt internet. Installeer een VPN op je laptop als je gebruik wilt maken van publieke netwerken. Daarmee versleutel je je verbinding, zodat anderen niet zomaar kunnen meekijken of gegevens onderscheppen. Dit is vooral belangrijk als je e-mails checkt, online bankiert of inlogt op accounts.

Zelfs als je een wifi-netwerk kunt gebruiken, is het verstandig om automatische updates op je laptop tijdelijk uit te schakelen. Het klopt dat bij gebruik van wifi dataverbruik in principe geen rol speelt, tenzij je op een plek zit waar je moet betalen per MB of waar het netwerk bewust is afgeknepen. Wat wél vaak speelt op campings of in hotels: de verbinding is traag, instabiel of wordt gedeeld met veel andere gasten. Grote downloads zoals systeemupdates kunnen dan het netwerk zwaar belasten, waardoor alles tergend langzaam gaat of zelfs vastloopt. Door updates uit te stellen, houd je de verbinding werkbaar voor jezelf en anderen.

Heb je helemaal geen wifi tot je beschikking, dan ben je aangewezen op mobiel internet via je smartphone. Hoe je dat het beste aanpakt, heb je al eerder in dit artikel kunnen lezen.

©InsideCreativeHouse

Huisje of hotel: alles bij de hand, maar blijf alert

In een vakantiewoning of hotel hoef je je over de stroomvoorziening doorgaans geen zorgen te maken en ook is er meestal wel een wifinetwerk dat redelijk functioneert. Toch blijft het belangrijk om alert te zijn. De beveiliging van dit soort vakantienetwerken is vaak minimaal. Zonder VPN is je verbinding eenvoudig te onderscheppen. Gebruik daarom altijd een VPN-dienst of kies ervoor om vertrouwelijke zaken, zoals het inloggen op je bank, uit te stellen tot je op een vertrouwd netwerk zit.

Zorg ook in deze situatie voor een recente back-up. Denk aan synchronisatie met OneDrive, Google Drive of iCloud, maar ook aan een kopie op een externe ssd of usb-stick. Mocht je laptop gestolen worden of beschadigd raken, dan heb je in elk geval je bestanden nog.

Vooraf en onderweg back-uppen?

Snelle externe ssd's vind je bij

In het buitenland: adapter, handbagage en verzekering

Ga je naar het buitenland, dan zijn er extra zaken om op te letten. Niet elk land gebruikt dezelfde stopcontacten en netspanning. Een universele wereldstekker is daarom handig, zeker als je meerdere apparaten mee hebt. Voor sommige bestemmingen heb je ook een spanningsomvormer nodig, hoewel moderne opladers vaak meerdere voltages aankunnen. Check dit op het label van je oplader.

Bij vliegreizen moet je goed kijken naar de bagageregels. Bij budgetmaatschappijen zoals Ryanair of Easyjet mag je soms maar één stuk handbagage meenemen. Dat betekent kiezen: een rugzak met je laptop of een trolley met kleding. Wil je beide, dan moet je bijbetalen. Stop je laptop liever niet in ruimbagage. Niet alleen vanwege de kans op beschadiging, maar ook omdat lithiumbatterijen daar eigenlijk niet thuishoren en zelfs geweigerd kunnen worden. Als het echt niet anders kunt, gebruik dan een stevige hoes of laptoptas, leg je laptop midden in je bagage tussen kleding en meld bij het inchecken dat er elektronica in zit.

Schade, verlies of diefstal: hoe zit het met de verzekering?

Schade of verlies van je laptop tijdens de vakantie valt in sommige gevallen onder je reisverzekering. Vaak zit hier wel een maximumbedrag aan verbonden en gelden er voorwaarden, zoals aantoonbare braaksporen bij diefstal. Controleer daarom vooraf of je laptop verzekerd is en of je eventueel een aanvullende dekking nodig hebt. Bij sommige inboedelverzekeringen is tijdelijke dekking in het buitenland mogelijk. Maak ook foto's van je apparatuur en noteer serienummers. Dit helpt bij aangifte of schadeclaims.

Nog even dit: voorbereid op pad

Een goede voorbereiding voorkomt veel gedoe. Werk je besturingssysteem en antivirussoftware bij vóór vertrek, zodat je onderweg niet verrast wordt door verplichte updates. Kijk of je genoeg opslagruimte hebt voor je vakantiefoto's of -video's. Denk ook aan offline gebruik: stel je e-mailclient in op offline modus, download navigatiekaarten en sla films of series lokaal op. Apps als Netflix en Disney+ bieden standaard de mogelijkheid om titels offline te bewaren.

Pas ook je tweestapsverificatie aan voordat je vertrekt. Wie normaal via sms een code ontvangt, kan in het buitenland tegen problemen aanlopen, vooral als het Nederlandse nummer niet werkt of buiten bereik is. Gebruik liever een authenticator-app, zoals Google Authenticator of Authy. Daarmee ontvang je je inlogcodes ook zonder mobiele verbinding, zolang je je smartphone maar bij je hebt.

Tot slot: laat je laptop niet in de volle zon liggen, in een warme auto of op een vochtige plek in de tent. Hitte en vocht zijn funest voor de elektronica. Gebruik bij voorkeur een waterdichte hoes of sleeve en bewaar hem op een droge plek in de schaduw. Fijne vakantie!

 

▼ Volgende artikel
Hisense 65U7Q PRO – Prima middenklasser met een paar hardnekkige minpuntjes
© Hisense
Huis

Hisense 65U7Q PRO – Prima middenklasser met een paar hardnekkige minpuntjes

Hisense richt zijn pijlen op het middensegment, en deze 65U7Q Pro is daar een goed voorbeeld van. Het toestel verbetert een aantal zwakke punten van zijn voorganger en stoot daarmee duidelijk door naar de betere toestellen. Maar Hisense heeft niet alle minpunten weggewerkt. Bovendien toont de nieuwe versie van het VIDAA U-systeem dat niet alle aanpassingen een verbetering zijn.

Goed
Conclusie

De Hisense 65U7Q Pro biedt sterk contrast, goede HDR-prestaties en uitgebreide gamingmogelijkheden dankzij vier HDMI 2.1-poorten. De beeldkwaliteit is duidelijk verbeterd ten opzichte van zijn voorganger. Wel blijven de HDR-tonemapping wisselvallig en het VIDAA U-platform beperkt qua lokale apps en overzichtelijkheid.

Plus- en minpunten
  • Goede piekhelderheid
  • Verbeterd contrast en veel schaduwdetail
  • Prima bewegingsscherpte en 240Hz-modus
  • Goede beeldverwerking
  • Mooie HDR-beelden
  • Dolby Vision IQ met Precision Detail en HDR10+
  • VIDAA U werkt vlot
  • 4x HDMI 2.1 met alle gaming-features
  • Degelijke audiokwaliteit, Dolby Atmos en DTS:X
  • Dynamische tonemapping is niet altijd een verbetering
  • Lokale streaming-apps nog steeds niet allemaal beschikbaar
  • Thuisscherm kan verwarrend zijn
  • Matige kijkhoek
Specificaties

Adviesprijs: 1.399 euro Wat: Ultra HD LCD-tv (MiniLED FALD met 560 zones) Schermformaat: 65 inch (164 cm) Aansluitingen: 4x HDMI (v2.1, eARC/ARC, ALLM, VRR, 4K120), 1x minijack (composiet video + stereo), 1x optisch digitaal uit, 2x usb, 1x hoofdtelefoon, 2x antenne, 1x ethernet, wifi 5 (802.11b/g/n/ac), bluetooth Extra's: Dolby Vision IQ with Precision Detail, HDR10+ Adaptive, HDR10, HLG, VIDAA U9 OS, USB/DLNA-mediaspeler, AirPlay 2, DVB-T2/C/S2, CI+-slot Afmetingen: 1446 x 896 x 326 mm (incl. voet) Gewicht: 21,6 kg (incl. voet) Verbruik: SDR 84 kWh/1000h (E) / HDR 180 kWh/1000h (G)

Wie in het middensegment voor een televisie shopt, levert onvermijdelijk wat in op het gebied van design. De U7Q Pro is daarop geen uitzondering. Het toestel oogt degelijk, maar springt niet in het oog als een staaltje van topdesign. In tegenstelling tot zijn voorganger heeft hij nu wel een relatief vlakke rug. Daardoor springt het 7,5 cm dikke profiel wat meer in het oog, al maskeren de schuine zijdes dat enigszins. Het toestel staat op een centrale voet die bestaat uit twee voetsteunen afgedekt met een kunststof plaat. Het resultaat oogt wat saai en verraadt zijn middenklasse-roots. De afwerking van het toestel zelf is degelijk, de voet mocht misschien iets geraffineerder.

Aansluitingen

Hisense is overgeschakeld op een nieuw hardwareplatform en dat komt in elk geval met één voordeel. De U7Q Pro beschikt nu over vier HDMI 2.1-poorten die de volle 48 Gbit/s bandbreedte leveren. Dat is vooral voor hardcore gamers van belang. Die kunnen nu een soundbar aansluiten via ARC/eARC en hebben daarnaast de mogelijkheid om meerdere 4K120-bronnen te gebruiken.

Pc-gamers krijgen nog meer goed nieuws: zij kunnen nu een verversingsfrequentie tot 165 Hz in 4K gebruiken, en zelfs tot 288Hz in Full HD. De tv ondersteunt bovendien ALLM, HDMI VRR en AMD FreeSync, en is bovendien NVIDIA G-Sync Compatible. De input-lag scoort geen topresultaat, maar wel meer dan behoorlijk: 14,2 ms bij 4K60 en 10,1 ms bij 2K120.

De U7Q Pro is daarnaast uitgerust met twee usb-poorten, een minijack-ingang voor composiet video en stereo, een hoofdtelefoonaansluiting, optisch digitale audio-uitgang, ethernet, wifi 5 en bluetooth. Even opletten bij wandmontage, want de ethernetpoort, een van de usb-poorten en de optisch digitale audio-uitgang wijzen naar achteren. De rest van de aansluitingen bevindt zich aan de zijkant. De tv heeft een enkelvoudige DVB-T/T2/C-tuner, een DVB-S/S2-tuner en een CI+-slot. Met behulp van externe usb-opslag kun je live-tv pauzeren of opnemen.

©Eric Beeckmans | ID.nl

Verbeterde piekhelderheid en contrast

Vorig jaar worstelde de U79NQ met een matig contrast en doorsnee piekhelderheid. De U7Q Pro probeert dat duidelijk te verbeteren. Net als de voorganger gebruikt hij een VA-paneel met miniled-achtergrondverlichting, maar het aantal zones is opgetrokken van 384 naar 560 (28 x 20). In de HDR Filmmaker-modus meten we 1537 nits piekhelderheid op het 10%-venster; dat is 40 procent verbetering ten opzichte van het voorgaande model. Daartegenover haalt het volledig witte scherm maar 423 nits, en dat is dan weer 25 procent lager dan vorig jaar. Mogelijk heeft Hisense de optimalisatie gericht op speculaire highlights in plaats van algemene helderheid.

Ook het contrast is verbeterd, al blijft het eigen ANSI-contrast van het VA-paneel onveranderd op een eerder bescheiden 3190:1. Maar in de Filmmaker-modus verbetert de local dimming (in de Laag-stand) dat naar een mooie 7100:1 en zelfs 18.930:1 op eenvoudiger testpatronen. Dat is een degelijk resultaat, maar loopt nog steeds wat achter op concurrenten.

De zone-aansturing is prima, hoewel aan de leidende randen van heldere objecten een subtiele dimming zichtbaar kan zijn, vooral tegen een erg donkere achtergrond. Hogere local dimming-instellingen bieden geen substantiële contrastverbetering, maar introduceren wel merkbaar verlies van zwartdetail en onderdrukking van kleinere lichtaccenten. De voorzichtige dimming-aanpak zorgt er ook voor dat vage halo-effecten zichtbaar blijven, met name op donkere achtergronden en in HDR-content.

Door de matige kijkhoek wordt dat duidelijk zichtbaar als je te ver opzij zit. Kijk je echt bij volledige verduistering, dan kun je overwegen om de lokale dimming naar de medium-stand te schakelen. Het paneel van ons testmodel had wat beperkte uniformiteitsproblemen, waardoor soms een 'dirty screen effect' zichtbaar was bij heldere beelden. Denk eraan dat dit kan variëren tussen individuele toestellen.

HDR-content en kalibratie

Met ondersteuning voor HDR10, HDR10+, Dolby Vision IQ met Precision Detail is de U7Q Pro perfect uitgerust voor het breedste aanbod aan HDR-content. Dolby Vision IQ levert consistent de beste resultaten met uitstekende diepte en nuance. HDR10-prestaties zijn dankzij betere tonemapping duidelijk mooier dan vorig jaar. Er blijft meer contrast in het beeld en het 92% P3-kleurbereik ondersteunt rijke, verzadigde kleuren.

De HDR Tonemapping geeft een wat gemengd resultaat. Het kan witdetail en heldere kleurtinten beter zichtbaar maken, maar donkere beelden worden donkerder, terwijl heldere fragmenten helderder worden. Dat is zelden gewenst, dus het gebruik van deze instelling blijft twijfelachtig.

Zowel de SDR als de HDR Filmmaker-modus zijn redelijk goed gekalibreerd; de fouten die we opmerken zijn zelden duidelijk zichtbaar. In SDR merken we dat de grijsschaal wat naar geel uitwijkt, maar gelukkig zonder kwalijke gevolgen op huidskleuren. In HDR is het resultaat beter: de grijsschaal is neutraal, maar iets te donker terwijl kleuren dan weer vaak wat te helder zijn. Beide leveren uitstekende schaduwdetails, alleen heel donkere HDR-beelden ondervinden wat last van het beperkte contrast.

©Hisense

Beeldverwerking

De Hi-View AI Engine Pro levert prestaties die grotendeels in lijn liggen met die van de vergelijkbare modellen van vorig jaar. Dat betekent prima deinterlacing van 1080i-content en prima ruisonderdrukking voor willekeurige ruis. De prestaties met blokruis (gevolg van MPEG-compressie) blijven echter wat aan de zwakke kant. De upscaling levert mooie resultaten die weliswaar relatief zachte beelden opleveren. Je kunt de scherpte-instelling iets verhogen of met behulp van de superresolutie-instelling wat extra detail zichtbaar maken.

Hoe dan ook blijft het opletten met dvd-beelden, omdat die van relatief lage kwaliteit zijn en fouten daardoor makkelijker zichtbaar zijn. Zo kan superresolutie daar voor een overmatig uitgevlakte look zorgen, of voor onnatuurlijk scherpe randen. Voor de meeste instellingen (ruisonderdrukking, superresolutie) is de laagste stand bovendien erg voorzichtig, terwijl de medium-stand soms juist wat te sterk is.

Goede punten zijn er voor de weergave van 10 bit-gradienten, zoals in HDR-content. Die zijn mooi geleidelijk zonder duidelijke strookvorming. In SDR-content zijn zichtbare kleurstroken weg te werken met de Kleurverloop-instelling. Je kunt ook deze het best op de laagste stand zetten, ook al werkt die niet alle problemen weg. De medium stand is ook hier iets te agressief en kan detail verwijderen.

Het paneel heeft een goede bewegingsscherpte, zeker met behulp van de optie 'Hoge Verversingssnelheid', die een verversingssnelheid van 240 Hz gebruikt in ruil voor het verlies van wat verticaal detail. Het is een prima optie voor sport en mogelijk zelfs voor film, al zien we daar minder noodzaak. Vind je het schokken bij lange camerabewegingen storend, activeer dan Ultra Smooth Motion; de processor creëert dan vloeiende beweging zonder veel beeldfouten.

Stevige audio

De audioconfiguratie is wat steviger dan vorig jaar. De 2.1-opstelling is uitgebreid met twee zijwaarts gerichte luidsprekers naar een 2.1.2-configuratie. Het totale vermogen gaat daarmee van 40 naar 50 watt. De Hisense haalt flink wat volume uit dat vermogen, maar heeft moeite om de controle te bewaren als je echt veel volume vraagt. Dan hoor je vervorming en af en toe zelfs wat klanken die doen vermoeden dat het chassis trilt.

De U7Q Pro ondersteunt Dolby Atmos en DTS:X, en met de zijwaarts gerichte luidsprekers is er een goed surround-effect en beperkt hoogte-effect. De woofer zorgt voor goede basondersteuning. In deze prijsklasse vinden we de prestaties goed; die zullen voor veel mensen dan ook volstaan.

©Eric Beeckmans | ID.nl

Erg druk thuisscherm

VIDAA U9 brengt een aantal veranderingen, maar blijft wel bij zijn basisprincipes. Dit 2023-artikel met een volledig overzicht van VIDAA U7 geeft aan je wat je zoal kunt verwachten. Wat is er veranderd? Het lokale aanbod aan apps groeit, zij het erg traag. HBO Max en Streamz (BE) zijn aan de lijst toegevoegd, maar NOS Live, NPO Start, Pathé Thuis, Ziggo Go, VRT Max en GoPlay ontbreken nog steeds.

Op het thuisscherm staat de lijst met apps nu onderaan; centraal in beeld staat voortaan een lijst aanbevelingen. Die heeft nu helemaal links een tegel voor de meest recent gebruikte bron en een tegel voor de ingangen. Dat zijn redelijke wijzigingen. Wat we echter storend vinden, is dat de reclame-carrousel bovenaan erg snel van item wisselt. Dat is op zich al verwarrend: wie een item in de app-lijst selecteert, ziet die twee rijen van plaats verwisselen, terwijl er onderaan nogmaals een banner met reclame de kop opsteekt. Dat zorgt ervoor dat er te veel activiteit is op het thuisscherm, zodat de gebruikservaring onrustig wordt. Hisense pusht ook heel hard zijn associatie met FIFA, ook niet echt aangenaam. Het begint op overmatige reclame te lijken.

De afstandsbediening is op wat kleine wijzigingen na overgenomen van vorig jaar. Ze is aangenaam in gebruik, vooral door de toetsen met zachte maar duidelijke aanslag. De ingebouwde oplaadbare batterij wordt gevoed door een fotovoltaïsch (zonne)paneel. Doordat dat aan de voorzijde is geplaatst, is de afstandsbediening relatief lang van vorm, maar dat stoort eigenlijk nooit.

©Eric Beeckmans | ID.nl

Conclusie

De Hisense 65U7Q Pro presenteert een duidelijk beter contrast dan zijn voorganger, die op dat vlak wat onderpresteerde. Een aantal minpunten is echter wel gebleven. Zo blijft dynamische tonemapping voor HDR een lastige zaak: soms verbetert het beeld, soms verslechtert het. VIDAA U heeft een paar extra lokale apps gekregen, maar redelijk wat lokale apps zijn na meerdere jaren nog steeds niet beschikbaar. De nieuwe layout van het thuisscherm lijkt ons ook te druk; dat kan verwarrend zijn.

Op het gebied van beeldkwaliteit is er duidelijke verbetering met sterkere contrastprestaties en meer piekhelderheid. Voor HDR heb je ruime formaat-ondersteuning en prima weergave met voldoende impact. Gamers krijgen extra mogelijkheden dankzij de vier HDMI 2.1-poorten en goede bewegingsscherpte met zelfs een optie om tot 4K165 of 2K288 te gaan. De nieuwe behuizing heeft ook plaats gegeven aan een iets ruimere audio-oplossing met degelijke resultaten. De 65U7Q Pro lijkt ons goed geprijsd voor wat hij biedt, maar heeft mogelijk wel stevige concurrentie van gelijkwaardige TCL-modellen.