ID.nl logo
13 wifi-tips voor maximaal bereik op vakantie
© PXimport
Huis

13 wifi-tips voor maximaal bereik op vakantie

Slecht wifi kan een vakantie behoorlijk frustreren. Ook op de camping en in het hotel moet je gewoon online kunnen zijn wanneer jij dat wilt en met alle smartphones en tablets die je mee hebt. Het wifi van veel campings en hotels is van matige kwaliteit. Met deze tips haal je er het maximale uit.

Tip 01: De juiste camping

Neem bij de keuze van camping, hotel of appartement ook de beschikbaarheid, kwaliteit en prijs van het wifi mee. Is het wel onbeperkt en gratis? Wat is de dekking? Op afstand lijkt het lastig dit echt te weten te komen, maar op recensiesites als Zoover.nl en Booking.com schrijven eerdere gasten over hun ervaringen. Slecht of duur wifi is zeker iets wat tegenwoordig wordt vermeld. Let wel op de datum waarop een recensie is geplaatst, een review kan al heel oud zijn en wellicht is de situatie inmiddels flink verbeterd.

Schroom ook niet de verhuurder of camping te bellen en te vragen naar het wifi. Zij weten precies waar op de camping de ontvangst goed is en waar minder. En als blijkt dat je per apparaat of per dag moet afrekenen, regel dan dat dit niet voor jou geldt. Zeker in zuidelijke landen valt er veel te dealen zolang je nog geen boeking hebt gedaan. Je kunt er een leuk bedrag mee besparen en daar heb je op vakantie wel een betere bestemming voor dan het wifi.

©PXimport

Tip 01 Op internet is al veel informatie te vinden over de kwaliteit en prijs van wifi op vakantieadressen.

Beperkingen van wifi

Deelnemers aan Campzone, een Nederlandse outdoor LAN-party, trekken elk jaar bossen netwerkkabels van tent naar tent. Alleen op deze manier, zo weten zij, zullen ze onder alle omstandigheden een maximaal snel en stabiel netwerk hebben. Voor een LAN-party is dat ook wel een vereiste, voor lekker internetten op de camping niet. Daarvoor kun je prima wifi gebruiken. Wel moet je rekening houden met een paar beperkingen. Zo heeft draadloos al een lagere bandbreedte, dus een lagere maximale snelheid, dan een bekabeld netwerk, en die lagere bandbreedte deel je dan ook nog eens met alle gebruikers van het accesspoint. Meer accesspoints betekent dus een hogere snelheid, mits ze althans goed zijn geconfigureerd.

Draadloze netwerken gebruiken behalve een band, de 2,4- of 5GHz-band, ook een kanaal. Het aantal kanalen per band is beperkt en bovendien overlappen de kanalen elkaar. Netwerken die hetzelfde kanaal gebruiken, zijn in een constant gevecht met elkaar om de bandbreedte. Dat komt de snelheid opnieuw niet ten goede. Tot slot is een wifi-netwerk gevoeliger voor storing. Had je gisteren nog prima ontvangst, vandaag staat er ineens een caravan tussen jou en het accesspoint en valt telkens je verbinding weg. Het kan zomaar gebeuren.

Tip 02: Kies de plek

Op een camping kun je vaak kiezen uit diverse plekken om de tent of caravan neer te zetten. Kijk rustig rond wat de mooiste plek is, maar neem wel even je smartphone, tablet of desnoods je laptop mee. Die kun je namelijk gebruiken als wifi-scanner, waarmee je de onzichtbare wifi-netwerken zichtbaar maakt en te weten komt hoe goed de ontvangst van het wifi-signaal is op de plek waar je op dat moment staat.

Er zijn heel veel van deze wifi-scanners. Voor Android heb je Network Signal Info, Wifi Analyzer en NetAdmin, voor iPhone en iPad zijn er Net Analyzer en Network Radar. Op de Mac gebruik je iStumbler en voor Windows is er InSSIDer. Van deze laatste moet je dan wel versie 1.3.2.1 nemen, latere versies zijn niet meer gratis. Als alternatief kun je het commando netsh wlan show all gebruiken in een opdrachtvenster, maar dat werkt minder goed.

Start de scanner. Let op de sterkte van het signaal, maar ook op het aantal andere netwerken. Een goed signaal en de aanwezigheid van weinig andere netwerken zijn de succesformule voor goed wifi. Geen wifi-scanner bij de hand? Kijk dan of je de wifi-antennes kunt zien. Ze hangen vaak iets hoger en zijn vaak goed zichtbaar. Dichter bij zo'n antenne zal de verbinding beter zijn dan er verder vanaf. En je kunt het de campingbaas natuurlijk ook gewoon vragen, hij weet dondersgoed waar de ontvangst goed is en waar niet.

Tip 03: Zenden én ontvangen

Alle deelnemers in een wifi-netwerk zenden én ontvangen. De tablet zendt iets naar het accesspoint, het accesspoint ontvangt het, even later zendt het accesspoint het antwoord terug, dat de tablet dan weer ontvangt, zo ongeveer gaat het de hele tijd. Ontvangt een van beide niet wat de ander zendt, dan wordt de wifi-verbinding traag of valt deze weg. In dit spel is de antenne het misschien wel belangrijkste onderdeel. Er zijn binnen- en buitenantennes, de laatste zijn waterdicht, de eerste niet. Er zijn richtantennes, die een gebundeld signaal in één richting sturen, en er zijn omni-directionele antennes, die het signaal in alle richtingen verspreiden. Laptop, tablet, smartphone en ook ieder standaard accesspoint gebruiken een omni-directionele antenne, om een zo groot mogelijk gebied te bestrijken en altijd een verbinding te kunnen maken waar in dat gebied de andere partij zich ook bevindt. Belangrijk aan een antenne is de versterking, deze bepaalt hoe ver het signaal komt dat hij uitzendt.

©PXimport

Tip 03 Een richtantenne zoals deze kan een wifi-signaal tientallen kilometers ver weg zenden, maar alleen heel precies naar één punt. Voor de camping is hij niet geschikt.

Tip 04: Externe antenne

Een eenvoudige verbetering die vooral geschikt is voor Windows-laptops en MacBooks, is het aansluiten van een externe wifi-antenne. Voorbeelden van zulke antennes zijn de Alfa AWUS036NHV en de Alfa AWUS036NHR. Beide kosten rond de vijftig euro. Installeer eerst de driver vanaf de meegeleverde cd-rom, start dan de pc opnieuw op en sluit daarna de antenne aan op een vrije usb-poort. Start dan het RealTEK USB Wireless LAN Utility. Klik dan op Beschikbaar netwerk en je zult veel meer netwerken zien dan met alleen de interne antenne. Selecteer het netwerk waarmee je verbinding wilt maken en klik op Toevoegen aan profiel. Controleer de instellingen en geef de benodigde Netwerksleutel om toegang te krijgen tot het beveiligde netwerk. Klik daarna op OK. De meegeleverde usb-kabel is zo lang dat je de antenne zelfs buiten de caravan of tent kunt zetten voor een nog betere verbinding.

dBm, dBi en mW

De goede antenne kiezen is lastig. Behalve dat de antenne goed moet samenwerken met de router, is ook de versterking van belang. Je krijgt dan te maken met de verschillende grootheden waarin deze kan worden uitgedrukt. Je raakt al snel de weg kwijt in het woud van dBm, dBi en mW. dB staat voor decibel, een aanduiding voor vermogen of intensiteit. Een afgeleide die van belang is voor antennes is dBi. Dat staat voor decibel-isotroop en dit is de versterking van een antenne. Diezelfde versterking kun je ook uitdrukken in milliwatts (mW) en dBm, wat staat voor decibel-milliwatts.

dBi en dBm kun je ongeveer gelijkschakelen en bij elkaar optellen en aftrekken. Dat geldt niet voor de mW. 20 dBm is 100 mW. Heeft een antenne 0 dBi, dan vindt er geen versterking plaats. Het signaal dat de router de antenne in stuurt, is dan ook het signaal dat de antenne uitzendt. En het signaal dat de antenne ontvangt, is ook wat het aan de router doorgeeft. Versterking van de antenne helpt namelijk niet alleen beter te zenden, het helpt ook beter te ontvangen. Daarom dat je dus een antenne wilt met enige versterking. Onbeperkt mag het echter niet, volgens de Nederlandse wet is 100 mW het maximale vermogen dat een wifi-antenne mag hebben. Heeft een router een uitgang van 12 dBm, dan zit je met een antenne van 8 dBi versterking dus aan de 100 mW en dus eigenlijk aan wat maximaal mag.

Tip 05: Obstakels

Wifi-signaal verplaatst zich als golven door de lucht. Die golven zijn gevoelig voor obstakels. Thuis zijn dat de muren en vloeren, maar op een camping bomen, struiken en de andere tenten en caravans. Obstakels verslechteren het wifi-signaal of houden het zelfs tegen. Een externe antenne heeft daar vaak minder last van, doordat deze een hoger zendvermogen heeft en een betere ontvangstgevoeligheid. Wat zo'n antenne verstuurt, komt dus verder, terwijl het aan een zwakker signaal genoeg heeft om toch een goede verbinding op te zetten.

Hoe sterk je een antenne mag maken, is wel aan regels gebonden. De sterkte van de zender is in Nederland begrenst op 100 milliwatt, wat genoeg moet zijn voor een bereik van 50 meter in en rondom het huis. Blijft een apparaat daaronder, dan krijgt het een CE-keurmerk, wat bewijst dat het voldoet aan de wettelijke eisen. Dan mag je het apparaat dus gebruiken. Voor de meeste wifi-apparaten geldt dat ze best meer kunnen, maar dat ze in verband met de regels zijn begrensd tot die 100 milliwatt.

©PXimport

Tip 04 Een beter zendvermogen en hogere ontvangstgevoeligheid zorgen voor een betere verbinding, ook bij een langere afstand of meer verstoring.

Tip 06: Hoger

Behalve dat je hem buiten de caravan of tent zet, kun je met een losse antenne nog wel meer verbeteringen uitvoeren die allemaal niets kosten. Experimenteer met de plaats en vooral de hoogte van de wifi-antenne. Kijk op welke plaats het signaal het beste is. Ga zeker ook eens de lucht in met de antenne, aan de mast van de tent of tegen de zijkant van de caravan. Hiervoor zijn speciale zuignappen te koop, maar bij een model als de Alfa AWUS036NHR wordt deze standaard meegeleverd. Een stuk klittenband of een tiewrap doet overigens ook wonderen en kan de antenne prima op hoogte vastzetten.

Wees terughoudend met het 'richten' van de antenne. Een omni-antenne zoals deze externe antennes stralen naar alle kanten gelijkmatig uit, in een mooie cirkel rondom de antenne. Alleen verticaal is de bol wat afgeplat. Richt je de antenne op het accesspoint, dan zorg je er daardoor juist voor dat een deel van de antenne waar juist weinig tot geen signaal afkomt, het beste is gepositioneerd ten opzichte van het accesspoint.

©PXimport

Tip 07 De R36-router van Alfa Networks: een begrip onder kampeerders.

Tip 07: Niet voor alles

Een gezin heeft op vakantie al snel acht of meer apparaten met een wifi-verbinding bij zich. Het is dan leuk om een laptop van snel wifi te voorzien door er een externe antenne op aan te sluiten, maar dit is voor alle andere apparaten geen oplossing. Die oplossing is er echter wel. Gebruik de externe antenne niet om één laptop met het wifi te verbinden, maar gebruik de externe antenne om met een router een eigen wifi-netwerk voor alle laptops, tablets en smartphones te maken. Een mobiel eigen wifi-netwerk dat je overal mee naartoe kunt nemen en dat je telkens alleen met het camping-wifi hoeft te verbinden. Alle apparaten op het eigen wifi blijven ongewijzigd. Dat is gemakkelijk én wanneer de camping of het hotel voor elk apparaat apart het internet in rekening brengt, ben je zo lekker voordelig klaar. Alleen de router is bekend op het wifi van de camping en alleen voor de router betaal je. Alle apparaten op het eigen wifi liften gratis mee.

Om dit te kunnen doen is wel een speciale router nodig. De R36 van Alfa Networks is een begrip onder kampeerders en campereigenaren. Dit is een compacte router met een usb-poort waarop een tweede, externe antenne kan worden aangesloten. De standaardantenne gebruik je om het eigen wifi-netwerk te maken, de externe router gebruik je voor de verbinding met het camping-wifi.

De experts

Voor dit artikel gingen wij te rade bij Koert Verlind en Arjan van Lint van 2com.nl, al tien jaar dé experts op het gebied van wifi op de camping. Via hun webshop verkopen ze behalve losse producten ook wat zij MultiWifi-sets noemen, combinaties van een router, een antenne en een adapter, voorzien van de juiste firmwares en dus direct klaar voor gebruik.

"Wifi op de camping is toch weer net even anders dan thuis, ook doordat je zelf de combinatie van router en antenne kunt samenstellen. Doordat wij alle producten zelf testen, weten we precies wat wel en niet goed samenwerkt. Op basis van die kennis stellen we de verschillende MultiWifi-sets samen. We versturen ze bovendien met een zelfgeschreven Nederlandse handleiding en bieden onze klanten elke avond telefonische support."

Tip 08: Eigen hotspot

De R36 is niet zo verfijnd als een Linksys- of Netgear-router, je moet dus goed en rustig te werk gaan. Verbind een pc met de router en log in op de webinterface. Kies voor Easy setup en USB wireless adapter. We gaan nu eerst de router verbinden met het eigen thuis-wifi. Klik op Site survey en selecteer het netwerk van de camping. Klik op Select. In het volgende scherm zijn de belangrijkste kenmerken van het camping-wifi ingevuld, maar om verbinding te maken moet je hier nog wel bij Pass Phrase het wifi-wachtwoord opgeven. Klik op Next en wacht tot alle instellingen zijn vastgelegd. De verbinding met het campingnetwerk is nu klaar. Nu moet het eigen netwerk worden opgezet. Voer een SSID in, selecteer bij Security mode, WPA2-PSK en daarna bij WPA de geheime Pass Phrase. Klik dan op Done. Daarna reboot de router. Je bent nu klaar met de basisconfiguratie van de eigen hotspot. Verwijder de kabel die je eventueel hebt gebruikt om de router te configureren en maak dan draadloos verbinding met het zojuist geconfigureerde eigen netwerk. Verbind daarna ook alle andere smartphones, tablets en verdere apparaten die het draadloos netwerk gaan gebruiken.

Tip 09: Volgende camping

Ben je aangekomen op de volgende camping en heb je de inloggegevens van het camping-wifi, dan is het in een paar minuten gebeurd. Log in op de router en klik op Change Profile. Om nu verbinding te maken met het wifi van de nieuwe camping klik je op Site survey en herhaal je daarna de stappen uit de eerdere configuratie, waarmee je de router hebt aangesloten op het wifi van de camping. Typ in het volgende venster in elk geval de Pass phrase van het netwerk waarmee je de router verbindt en klik dan op Save. Klik dan op Save and activate en even later ben je weer online met al je smartphones, tablets en laptops. De instellingen van elk netwerk waarmee je de router eenmaal verbindt, blijven bewaard, je kunt ze later altijd weer snel hergebruiken. Kies daartoe simpelweg het profiel en klik dan op Activate. Ook handig als je weleens een hotspot gebruikt van Ziggo, KPN of een andere provider of wanneer je elk jaar terugkeert naar dezelfde camping.

©PXimport

Tip 09 Je kunt de verschillende internetverbindingen elk met hun eigen instellingen als profiel bewaren.

Tip 10: Andere antenne

Het voordeel van de Alfa R36 is dat de externe antenne wordt aangesloten op de usb-poort. Je kunt dan ook van antenne veranderen of de R36 kopen in combinatie met de antenne die jij nodig hebt. Om van antenne te veranderen moet je wel de router uitschakelen én soms ook van firmware veranderen. Alfa Networks biedt voor de R36 drie firmwares aan met elk ondersteuning voor een of enkele antennes. Gelukkig kun je eindeloos wisselen van firmware, ook van hogere naar lagere versienummers.

Om dat te doen log je in op de router. Kies dan Advanced / System Management. Klik bij Firmware Upgrade op Bestand kiezen en selecteer de firmware die je op de router wilt installeren. Het best zet je een vinkje bij Load Factory Defaults, dit betekent dat de router na de upgrade helemaal nieuw is. Je bent dan wel de configuratie kwijt, maar weet ook zeker dat alles werkt. Wacht tot de nieuwe firmware is geïnstalleerd en log dan opnieuw in.

©PXimport

Tip 10 De firmware van de R36 laat zich eindeloos upgraden en downgraden om de verschillende antennes te ondersteunen.

Tip 11: Een buitenantenne

Niet met elkaar verwarren, de externe antenne en de buitenantenne! Beide staan los van de laptop of router en kunnen in het geval van de Alfa-antennes met een usb-kabel ook op enige afstand worden geplaatst. Van de twee is echter alleen de buitenantenne ook echt geschikt voor gebruik buiten. Bij mooi weer kan ook een binnenantenne buiten worden geplaatst, maar één hoosbuitje en de antenne kan al defect zijn. Een buitenantenne niet, die is gemaakt om bij alle weersomstandigheden in de buitenlucht te zijn en kan zowel tegen regen als zonneschijn. Buitenantennes zijn vaak gemaakt van fiberglas, een glasvezelversterkte kunststof; lichtgewicht en toch heel sterk en bestand tegen weersinvloeden. Voor gebruik in combinatie met de R36 heb je behalve de feitelijke buitenantenne ook een Tube-U adapter nodig. Hierin zit de wifi-techniek, de antenne is echt alleen de antenne.

©PXimport

Tip 11 Een Tube-U wifi-module met een 9bBi-buitenantenne.

Tip 12: Campingspanning

Ben je onderweg naar de camping en heb je geen reguliere 230volt-aansluiting bij de hand, dan is het ook mogelijk de router met een adapter op de 12 volt van de sigarettenaansteker in de auto aan te sluiten. De router voedt zelf de antenne via de usb, de antenne heeft geen extra elektriciteit nodig. Het is wel belangrijk rekening te houden met spanningswisselingen. Tot 14 volt kunnen de meeste routers probleemloos verwerken, in de R36-router zit bijvoorbeeld een spanningsstabilisator die de router tot 14,8 volt beschermt. De aansluiting in de auto levert maximaal 13,8 volt, dus dat is geen probleem. Kijk wel uit met zonnepanelen op voornamelijk caravans en campers, die kunnen wel tot hoger pieken. Zo'n piek maakt de router kapot.

©PXimport

Tip 12 Gebruik onderweg een 12volt-autoadapter om de router te gebruiken.

Tip 13: Publieke hotspots

Onderweg, maar soms ook op campings met slecht wifi, kun je online gaan met behulp van een publieke hotspot van een telecomprovider of fastfoodrestaurant. De hotspots van telecomproviders zijn vaak gekoppeld aan het abonnement dat je thuis of op de smartphone hebt en zijn niet vrij te gebruiken. Voor de manier van verbinden maakt het in de meeste gevallen niets uit. Via Easy setup / USB wireless adapter / Site survey zoek je het hotspot-netwerk en maak je verbinding. Laat daarna de instellingen voor het eigen netwerk ongewijzigd en je bent online. Als een account nodig is om ook echt met het internet verbonden te worden, start je de webbrowser vanaf een van de apparaten die is verbonden met de R36. Voer dan gebruikersnaam en wachtwoord in en voltooi de verbinding. De hotspot registreert nu het MAC-adres van de R36 als een geldige gebruiker en zal ook alle andere apparaten die via die verbinding online komen, accepteren. Enige uitzondering zijn momenteel Ziggo/UPC WifiSpots, deze gebruiken een niet-ondersteunde WPA2-Enterprise encryptie.

Veilig online

Op de camping en zeker wanneer je eens onderweg een publieke hotspot gebruikt, zit je op het netwerk van iemand anders. Dat betekent dat je extra waakzaam moet zijn op misbruik van de gegevens. Misschien 'luistert' er wel iemand mee op het netwerk of is de eigenaar van het netwerk niet helemaal betrouwbaar.

Neem daarom altijd voorzorgsmaatregelen. Zorg voor een firewall op elk apparaat, gebruik zeker op Windows-pc's up-to-date antivirus. Gebruik zoveel mogelijk https in plaats van het onversleutelde http wanneer je websites bezoekt. Wees terughoudend met internetbankieren, gebruik daarvoor liever je mobiele telefoon en het 3G/4G-netwerk. Laat je privémail tijdelijk doorsturen naar een Gmail-adres dat je na de vakantie weer weggooit. Wijzig bij terugkomst de wachtwoorden van alle accounts die je toch hebt gebruikt op een onveilig netwerk. En wanneer je echt veilig wilt zijn, gebruik dan een VPN. Tunnel daarmee alle gegevens van de eigen apparaten over het onbekende wifi-netwerk. Je kunt bijvoorbeeld een NAS als VPN-server gebruiken in combinatie met de gratis OpenVPN-software.

©PXimport

Bescherm je privacy met OpenVPN.

▼ Volgende artikel
Dit moet je doen als je je Chromebook niet meer aan krijgt
Huis

Dit moet je doen als je je Chromebook niet meer aan krijgt

Heb je een Chromebook die niet meer opstart? Geen paniek. Er zijn verschillende stappen die je kunt nemen om het apparaat weer tot leven te wekken. In veel gevallen is het probleem namelijk eenvoudiger op te lossen dan je denkt.

Als je Chromebook opeens niet meer aangaat, valt dit te proberen:

  • Verwijder eventuele accessoires en dongels
  • Maak de oplaadpoort schoon
  • Staat het scherm wel aan?
  • Probeer een andere kabel
  • Controleer de batterij
  • Maak gebruik van de Powerwash

Ook interessant: Chromebook en Chromebook Plus: dit zijn de verschillen

Chromebooks staan bekend om hun gebruiksgemak en scherpe prijs, en inmiddels kunnen ze ook prima offline functioneren. Maar daar heb je weinig aan als het apparaat niet opstart. Reageert je Chromebook nergens meer op? Met deze tips vergroot je de kans dat hij toch weer meewerkt.

Koppel accessoires en dongels los

Begin bij het begin: haal alle randapparatuur uit de poorten. Denk aan usb-sticks, externe muizen of dongels. Soms zorgt een aangesloten apparaat voor een stroomprobleem of een storing, waardoor de Chromebook niet goed opstart. Doet hij het na het loskoppelen weer? Sluit de accessoires dan stuk voor stuk opnieuw aan om te ontdekken welk onderdeel de boosdoener is.

Maak van je Chromebook een alleskunner met een handige dongel.

Breid eenvoudig je aansluitmogelijkheden uit!

Reinig de oplaadpoort

Een verstopte usb-poort kan ook roet in het eten gooien. Stof of vuil belemmert soms het contact tussen kabel en apparaat. Een spuitbus met perslucht is ideaal om de poort schoon te blazen. Heb je die niet bij de hand, dan kun je ook voorzichtig een plastic tandenstoker of een wattenstaafje met een beetje isopropylalcohol gebruiken. Vermijd houten stokjes, die kunnen splinters achterlaten.

Controleer of het scherm werkt

Lijkt het alsof de Chromebook niets doet? Check dan eerst of het scherm überhaupt aanstaat. Het kan gebeuren dat iemand voor de grap de helderheid op het minimum heeft gezet. Druk een paar keer op de helderheidstoets om te zien of het beeld terugkomt. Nog steeds niets? Sluit het apparaat dan eens aan op een extern scherm om te testen of de Chromebook wel signalen afgeeft.

©Google

Gebruik een andere kabel

Geen resultaat? Probeer dan een andere usb-c-kabel. Misschien ligt het simpelweg aan een defecte oplader. Als het ledlampje aangaat bij het aansluiten van een andere kabel, weet je dat het apparaat stroom krijgt. Voor de zekerheid kun je ook een ander stopcontact proberen, al is dat zelden de oorzaak.

Check de accu

Brandt het lampje, maar weigert de Chromebook alsnog dienst, dan zou de accu weleens defect kunnen zijn. In sommige gevallen kun je die zelf vervangen, maar let op: je garantie vervalt dan meestal. Het is verstandiger om contact op te nemen met de verkoper of fabrikant. Als dat niets oplevert, kun je overwegen om een reparatiespecialist in te schakelen.

©Tada Images - stock.adobe.com

Voer een Powerwash uit

Als je Chromebook nog wel opstart maar niet goed functioneert, kan een zogenoemde Powerwash uitkomst bieden. Dit is een fabrieksreset die alle gegevens wist en het systeem schoon herstart. Zorg dus dat je belangrijke bestanden vooraf veiligstelt, bijvoorbeeld in de cloud. Zo geef je je Chromebook mogelijk een tweede leven, zonder nieuwe aan te hoeven schaffen.

Zo werkt een Powerwash:
  • Zet de Chromebook aan
  • Druk tegelijk op Ctrl+Alt+Shift+R
  • Klik op 'Opnieuw opstarten'
  • Kies in het volgende scherm voor Powerwash en klik op Doorgaan
  • Volg de instructies en bevestig de reset
  • Na afloop start je de Chromebook opnieuw op en log je in met je Google-account

Alles geprobeerd?

Hopelijk helpt dit en kun je na het uitvoeren van één van deze stappen weer gebruikmaken van je Chromebook. Zo niet en ben je van plan een nieuwe Chromebook te kopen, dan is het handig om te weten wat bijvoorbeeld de verschillen zijn tussen een normale en Plus-variant. Daarnaast gaven we eerder al wat tips over het kopen van zo'n laptopvervanger en kun je hier lezen wat vijf goede opties voor een redelijk betaalbare prijs zijn.

▼ Volgende artikel
Slimmer wassen: deze functies maken je nieuwe wasmachine nét even handiger
© Family Veldman
Huis

Slimmer wassen: deze functies maken je nieuwe wasmachine nét even handiger

Natuurlijk kijk je naar de capaciteit en het energielabel als je een nieuwe wasmachine zoekt. Past je dekbed erin? En hoeveel verbruikt 'ie per wasbeurt? Toch zijn dat allang niet meer de enige zaken om op te letten. Moderne wasmachines zitten vol extra's die wassen makkelijker maken, en soms zelfs een beetje leuker. Wifi, stoom, automatische dosering of juist een fluisterstille motor: dit voegen die functies toe aan jouw huishouden.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Bij het kopen van een nieuwe wasmachine zijn er een paar dingen waar vrijwel iedereen als eerste naar kijkt. Bovenaan staat de trommelcapaciteit. Die bepaalt hoeveel kilo wasgoed je per beurt kunt wassen. Een klein huishouden heeft meestal genoeg aan 7 kilo, terwijl grotere gezinnen vaak kiezen voor een model met 9 kilo of meer. Het tweede punt is het energielabel. Een zuinige wasmachine met label A verbruikt minder stroom en water, wat niet alleen beter is voor het milieu, maar ook voor je energierekening op de lange termijn.

Ook het toerental speelt een belangrijke rol. Hoe hoger dit aantal omwentelingen per minuut – bijvoorbeeld 1400 of 1600 – hoe droger je was uit de machine komt. Dat is handig als je geen droger hebt, of gewoon minder tijd wilt kwijt zijn aan het drogen. Daarnaast letten veel mensen op het geluidsniveau. Zeker als de wasmachine dicht bij de woonkamer of slaapkamer staat, is een stille werking prettig.

Tot slot zijn de beschikbare programma's en extra functies vaak doorslaggevend. Denk aan programma's voor sportkleding, wol of allergieën, of slimme toevoegingen zoals automatische dosering van wasmiddel of een stoomfunctie. Hoe beter de functies aansluiten op je dagelijkse wasroutine, hoe fijner de machine in de praktijk werkt. Hieronder lees je meer over slimme functies die je kunt tegenkomen op je nieuwe wasmachine en waarom ze zo handig zijn.

Wasmachines met wifi: altijd verbonden, altijd controle

Een wasmachine met wifi biedt vooral gemak. Je hoeft niet meer op te staan om te checken of de was al klaar is, want dat zie je gewoon op je smartphone of tablet. Programma's starten, pauzeren of aanpassen doe je waar je ook bent: vanaf de bank, op je werk of onderweg naar huis. Dat scheelt tijd en zorgt ervoor dat je de was kunt plannen rond jouw dag, niet andersom. Bijvoorbeeld door 's ochtends vroeg het programma alvast klaar te zetten en het pas te starten wanneer je op kantoor bent.

Slimme modellen met wifi laten je ook kiezen voor het voordeligste moment om te wassen, bijvoorbeeld tijdens daluren als stroom goedkoper is. Zo bespaar je ongemerkt energie. Daarnaast houdt de app vaak bij hoeveel stroom en water je verbruikt, en krijg je suggesties om zuiniger te wassen. Sommige modellen gaan nog verder en kiezen automatisch het programma dat het beste past bij je kleding. Zo wordt alles fris en schoon zonder dat tere stoffen beschadigen. Extra functies zoals stoom of vlekkenbehandeling zijn eenvoudig aan of uit te zetten via de app. Dat maakt wassen nauwkeuriger en persoonlijker dan ooit.

©ryanking999

Stoomfunctie: minder strijkwerk, meer hygiëne

Wie het strijkijzer liever in de kast laat liggen, heeft baat bij een wasmachine met stoomfunctie. Dankzij stoomtechnologie komt kleding minder gekreukt uit de trommel. Overhemden, blouses of katoenen jurken kun je vaak meteen ophangen, zonder dat je met een strijkplank aan de slag hoeft. Maar de voordelen gaan verder dan alleen gemak.

Stoom maakt wassen namelijk ook hygiënischer. Het dringt diep door in de vezels en doodt bacteriën, pollen en huisstofmijt – handig als je een gevoelige huid hebt of last van allergieën. Ook muffe kleding die niet echt vies is, krijgt een opfrisbeurt. Denk aan een jasje dat je aan hebt gehad in de kroeg, of een trui die lang in de kast heeft gehangen en die wat muf ruikt. Door kort te stomen is je kleding snel weer draagbaar.

Automatische wasmiddeldosering: nooit meer gokken

Hoeveel wasmiddel is genoeg? Veel mensen schenken op de gok een flinke scheut in het bakje, met als resultaat overdosering, zeepresten op kleding of juist te weinig schoonmaakkracht. Wasmachines met automatische wasmiddeldosering lossen dat probleem op. Je vult een reservoir met vloeibaar wasmiddel en eventueel wasverzachter, en de machine meet zelf wat er nodig is voor elke lading was.

Dit is niet alleen beter voor je kleding – die slijt minder snel en blijft langer mooi – maar ook voor je portemonnee. Je verbruikt namelijk nooit meer dan nodig. Ook fijn: je hoeft niet bij elke wasbeurt iets toe te voegen. Vaak gaat een volle tank twintig tot veertig wasbeurten mee. Dat scheelt gedoe, voorkomt verspilling en zorgt voor een constante waskwaliteit zonder dat je ergens over hoeft na te denken.

©AEG

Superstille wasmachines: wassen zonder lawaai

Wasmachines met een laag geluidsniveau zijn ideaal voor wie zijn wasmachine in de buurt van de woon- of slaapkamer heeft staan. Een model dat tijdens het centrifugeren 73 decibel of minder produceert, valt in de categorie 'stil'. Maar wie écht stil wil wassen, kiest voor een model dat maximaal 70 decibel haalt. Dat verschil lijkt klein, maar is duidelijk hoorbaar. Elke 3 decibel extra verdubbelt namelijk de geluidsintensiteit.

Deze extra stille wasmachines zijn meestal uitgerust met een koolborstelloze motor, die nauwelijks geluid maakt. In plaats van borstels gebruikt de motor een magneetsysteem om de trommel te laten draaien. Dat scheelt wrijving én lawaai. Je kunt dus gerust een was draaien terwijl je slaapt of in een videocall zit. Ook als je gebruik wilt maken van het nachttarief, zonder dat je wakker ligt van het centrifugeren, is zo'n stille wasmachine een slimme keuze.

Tot slot

Wassen is allang niet meer gewoon een kwestie van aanzetten en wachten. De functies die je tegenwoordig kunt kiezen, maken het verschil tussen 'was erin en maar zien' en gericht, zuinig en stil wassen op jouw voorwaarden. Of je nu op zoek bent naar minder strijkwerk, een stiller huishouden, energiebesparing of vooral gemak via je smartphone: deze functies maken je leven echt makkelijker.