ID.nl logo
Zo deel je je Windows-pc veilig met meer gebruikers
© Laurie and Charles/Monkey Business - stock.adobe.com
Zekerheid & gemak

Zo deel je je Windows-pc veilig met meer gebruikers

Je Windows-computer wordt misschien door verschillende gezinsleden of collega’s gebruikt. Je wilt elkaar natuurlijk niet in de weg zitten en alleen die data delen waar ieder zich prettig bij voelt. Ook wanneer je de pc zowel persoonlijk als zakelijk gebruikt, wil je beide zoveel mogelijk gescheiden houden. Hoe regel je dit alles efficiënt in Windows? ID.nl geeft je handige 12 tips.

 

**Wat gaan we doen? **

We laten je hoe je Windows-systeem efficiënt door meerdere gebruikers kan worden gebruikt. Je gaat werken met het gebruikersbeheer en machtigingenbeleid, en met beveiligingstechnieken waarin onder meer encryptie een rol speelt. We behandelen het volgende:

  • Administratoraccount en standaardaccount
  • Selectieve toegang 
  • Delen via netwerk
  • Wil jij nog meer halen uit jouw Windows computer? Lees dan: [Zo maak je Windows sneller, beter en persoonlijker](https://id.nl/huis-en-entertainment/computer-en-gaming/desktops-en-monitoren/zo-zet-je-windows-naar-hand](https://id.nl/huis-en-entertainment/computer-en-gaming/desktops-en-monitoren/zo-zet-je-windows-naar-hand "smartCard-inline"))

Tip 01: Administratoraccount 

Een Windows-pc voor gedeeld gebruik opzetten, begint steevast met het maken van een account voor elke gebruiker. Daar heb je dus een beheerder voor nodig: we veronderstellen dat jij dit bent en dat je dus met een administratoraccount bij Windows bent aangemeld. Je checkt dit via Instellingen / Accounts / Uw info: onder je accountnaam staat (als het goed is) Administrator vermeld. 

 

Aangezien Microsoft je al tijdens de installatie in de richting van een Microsoft-account duwt, is de kans groot dat je eigen account ook van dit type is. Op zich is dat geen probleem, maar je moet er wel voor opletten dat je persoonlijke bestanden dan niet automatisch in OneDrive worden opgeslagen – tenzij je dit niet erg vindt natuurlijk. Je kunt je account op elk moment nog omzetten in een lokaal account als je dit wenst. Open opnieuw Instellingen / Accounts / Uw info en klik op In plaats daarvan aanmelden met een lokaal account en volg de verdere instructies. Even later kun je je dan met een lokaal (administrator)account aanmelden. 

 

Uit veiligheidsredenen zou je je voor dagelijks gebruik overigens toch het best met een standaardaccount moeten aanmelden. Immers, zo’n account geef malware of hackers minder speelruimte. 

We hebben voor onszelf een lokaal administrator-account gemaa

Tip 02: Standaardaccount 

Hoe ga je nu te werk om voor elk van je medegebruikers een afzonderlijk account te maken? Open Instellingen / Accounts / Gezin en andere gebruikers en klik op Account toevoegen. Als je de instructies zonder meer volgt, kom je automatisch uit bij een Microsoft-account. Geef je de voorkeur aan een lokaal account, klik hier dan op Ik beschik niet over de aanmeldgegevens van deze persoon en vervolgens op Gebruiker zonder Microsoft-account toevoegen. Vul een naam en wachtwoord (2x) in, evenals een drietal beveiligingsvragen en -antwoorden. De gebruiker kan het wachtwoord naderhand zelf aanpassen, tenzij je dit bewust niet wilt (zie ook kader ‘Accountbeheer’). Druk op Volgende om het account toe te voegen. Klik op het toegevoegde account en op Accounttype wijzigen. Doorgaans staat hier Standaardgebruiker, zoals het hoort. Mocht je voor een gebruiker (tijdelijk) een administratoraccount willen (om bijvoorbeeld bepaalde bewerkingen die administratorrechten vereisen te kunnen uitvoeren), dan kun je dit hier dus aanpassen. 

Met enige moeite kun je ook een lokaal (standaard)account maken. 

Accountbeheer 

Vanuit het venster Instellingen van Windows kun je accounts maken, verwijderen en het type aanpassen, maar dat is het ongeveer. Gebruikers van Windows Pro en hoger hebben ook de tool Lokale gebruikers en groepen voorhanden (druk op Windows-toets+R en voer lusrmgr.msc uit). Wanneer je hier Gebruikers opent en op een account dubbelklikt, kun je bijvoorbeeld zorgen dat deze zijn wachtwoord niet kan wijzigen. 

Heb je Windows Home, dan zijn er vanaf de Opdrachtprompt nog diverse mogelijkheden. Met dit commando bijvoorbeeld zorg je ook dat iemand zijn wachtwoord niet zelf mag aanpassen: 

net user <accountnaam> /passwordchg:no 

Of voer dit commando uit om allerlei eigenschappen van een account op te vragen: 

net user <accountnaam> 

Je kunt ook een externe, portable tool als Quick User Manager gebruiken om allerlei aspecten van je accounts te beheren. Hiermee verander je bijvoorbeeld makkelijk het accounttype, schakel je het account tijdelijk uit. Andere opties zijn het vastzetten of wijzigen van het wachtwoord of het aanpassen van het accountlogo. Bevestig je keuzes met Save changes / Yes

Quick User Manager biedt een handig grafisch venster voor je accountbeheer. 

 

Tip 03: Profielmap 

Door elke gebruiker een afzonderlijk account te geven, en met een wachtwoord of Windows Hello-token te beveiligen, heb je al een aardige aanzet gegeven tot een werkbare omgeving met meerdere gebruikers. Immers, elke gebruiker krijgt automatisch een eigen profielmap toegekend, in de standaardlocatie C:\Users\<accountnaam>. Je eigen profielmap bereik je snel door Windows-toets+R in te drukken en %userprofile% in te tikken. 

 

Alleen administrators kunnen zich makkelijk toegang verschaffen tot de bestanden in die profielmap: het volstaat in Verkenner op de map te klikken en op de knop Doorgaan te drukken. Standaardgebruikers kunnen dit niet (tenzij ze de pc bijvoorbeeld via een live Linux-stick opstarten en zo de ingebouwde Windows-beveiligingen omzeilen). 

 

Wil je hoe dan ook vermijden dat een andere gebruiker bij de gegevens in je profielmap kan, dan kun je inhoud eventueel versleutelen, maar het werkt handiger als je een afzonderlijke map gebruikt voor je privacygevoelige gegevens en die met behulp van NTFS-machtigingen voor andere gebruikers dichttimmert. Hoe je dit doet lees je in de volgende tip. 

Administrators geven zichzelf moeiteloos toegang tot de profielmap van medegebruikers. 

 

Tip 04: Selectieve toegang 

Stel, je wilt een map hebben waarbij je helemaal zelf bepaalt welke gebruikers wel of geen toegang krijgen, en of dat volledige toegang dan wel alleen leestoegang mag zijn. Dit kan met elke willekeurige map. We gaan er wel van uit dat deze zich op een NTFS-partitie bevindt. 

 

Klik nu in Verkenner met rechts op de mapnaam, kies Eigenschappen en open het tabblad Beveiliging. Vervolgens klik je op Bewerken en op Toevoegen. Bij Geef de objectnamen op vul je de exacte naam (of het e-mailadres) van het account in dat je toegang tot de map wilt geven. Zodra je op Namen controleren klikt, wordt de volledige aanmeldnaam ingevuld. Bevestig met OK en met Toepassen. Selecteer het account bij Namen van groepen of gebruikers en plaats bij Machtigingen voor <accountnaam> een vinkje bij Volledig beheer in de kolom Toestaan. Wil je een ander account alleen leesrechten geven, dan herhaal je deze procedure voor dat account, maar plaats je alleen een vinkje bij Lezen en uitvoeren, Mapinhoud weergeven en Lezen. Accounts die je de toegang wilt ontzeggen, voeg je simpelweg niet toe. 

 

Terug op het tabblad Beveiliging kies je Geavanceerd / Overname uitschakelen. Kies Converteer de overgenomen machtigingen voor dit object in expliciete machtigingen en bevestig met OK. Druk op Bewerken, selecteer Geverifieerde gebruikers in de namenlijst en klik op Verwijderen. Herhaal dit voor de groep Gebruikers. De overige gebruikers(groepen), zoals SYSTEM en Administrators laat je ongemoeid. Je hebt nu precies de machtigingen die je wenst. 

Je kunt voor elke map precies bepalen wie welke machtigingen krijgt toebedeeld. 

 

Tip 05: Delen via netwerk 

De machtigingen die we in de vorige tip hebben toegekend werken enkel op lokaal niveau (NTFS). Maar wat als je ook toegang wilt geven aan medegebruikers die vanaf een andere pc via je thuisnetwerk de map willen benaderen? Dan moet je nog share-machtigingen instellen (gedeelde netwerkmappen worden dus ook wel ‘shares’ genoemd) en dit vergt enige voorbereiding. 

 

Open Instellingen / Netwerk en internet. Klik op Ethernet en zorg dat Privé als netwerkprofieltype is geselecteerd bij je netwerk. Of je kiest Wifi / Bekende netwerken beheren, je klikt op het actieve netwerk en selecteert ook hier Privé

Je gaat tevens het volgende na: open het Configuratiescherm en kies Netwerk en internet / Netwerkcentrum / Geavanceerde instellingen voor delen wijzigen. Vouw de rubriek Particulier netwerk uit en zorg dat zowel Netwerkdetectie inschakelen als Bestands- en printerdeling inschakelen zijn geselecteerd. Bevestig met Wijzigingen opslaan. Bij het profiel Gast of Openbaar horen beide opties om veiligheidsredenen te zijn uitgeschakeld. 

 

Vouw het profiel Alle netwerken uit en selecteer je bij voorkeur Met wachtwoord beveiligd delen inschakelen. Dit zorgt ervoor dat gebruikers het wachtwoord van een account op de pc met de gedeelde map moeten kennen om via het netwerk toegang tot je pc te krijgen (zie ook kader ‘Geen wachtwoord’). 

Tot slot druk je op Windows-toets+R en voer je sysdm.cpl uit. Druk op de knop Wijzigen en zorg dat de computernaam uniek is binnen je netwerk. Bij Werkgroep daarentegen vul je wel overal dezelfde naam in. Bevestig met OK en herstart je pc. 

Controleer vooraf enkele instellingen voor je met gedeelde netwerkmappen aan de slag gaat. 

Geen wachtwoord

De veiligste manier om data via je netwerk te delen is gebruikers te verplichten zich bij de pc met de aangeboden gedeelde mappen aan te melden. Geef je er toch de voorkeur aan om je data te delen met willekeurige netwerkgebruikers zonder dat die om een account-ID worden gevraagd, vouw dan het profiel Alle netwerken uit (zie tip 5) en selecteer de optie Met wachtwoord beveiligd delen uitschakelen.    Om een map met willekeurige andere gebruikers te delen, klik je in Verkenner met rechts op deze map en kies je Meer opties weergeven / Toegang verlenen tot / Specifieke personen (zie ook tip 6), waar je in het uitklapmenu Iedereen selecteert. Bevestig met Toevoegen en maak duidelijk welke machtigingen je de gebruikers wilt toekennen: alleen Lezen of Lezen/schrijven. Bevestig met Delen.    Krijg je vanaf een Windows Pro-editie (of hoger) geen toegang tot zulke gedeelde mappen, druk op dat systeem dan op Windows-toets+R en voer gpedit.msc uit. Navigeer naar Computerconfiguratie / Beheersjablonen / Netwerk / Lanman-werkstation, dubbelklik op Onveilige gastaanmeldingen inschakelen in het rechterdeelvenster, stel dit in op Ingeschakeld en bevestig met OK

Gedeelde mappen zonder aanmelding: niet de veiligste oplossing, maar het kan wel. 

Tip 06: Eenvoudig delen 

Alles is nu klaar om data via het netwerk met anderen te delen, maar je moet natuurlijk zelf nog aangeven welke mappen je precies wilt delen. De eenvoudigste manier is als volgt: klik in Verkenner met rechts op de beoogde map en kies (Meer opties weergeven) / Toegang verlenen tot / Specifieke personen. Verschijnt deze optie niet, ga dan naar het menu Beeld in Verkenner, druk op de knop Opties, open het tabblad Weergave en zet een vinkje bij Wizard Delen gebruiken (aanbevolen). Nu zou Specifieke personen wel beschikbaar moeten zijn. Vervolgens selecteer je de gewenste account(s) in het uitklapmenu. Wil je alle gebruikers in één keer toegang verschaffen, dan kies je Iedereen. Bevestig met Toevoegen en selecteer de gewenste machtigingen voor elk toegevoegd account. Als je de machtigingen wilt intrekken, dan kun je een account hier trouwens ook altijd weer verwijderen. Windows toont je nu het zogeheten UNC-pad (Universal Naming Convention) naar de gedeelde map: \\<computernaam>\<sharenaam>

Een wizard helpt je bij het snel en eenvoudig delen van mappen. 

 

Tip 07: Geavanceerd delen 

Als je in de vorige tip Toegang verlenen had geselecteerd, dan heb je naast Specifieke Personen nog een tweede optie opgemerkt: Geavanceerd delen. Deze kun je trouwens ook bereiken door het eigenschappenvenster van een map op te vragen en op het tabblad Delen de optie Geavanceerd delen te selecteren. Via deze weg kun je de machtigingen nog fijnmaziger instellen. 

 

Plaats een vinkje bij Deze map delen en vul een naam voor je gedeelde map in. Handig om weten: als je deze naam afsluit met het teken $, dan wordt de gedeelde map standaard niet zichtbaar in de netwerkomgeving van de andere pc’s. 

 

Vervolgens kies je Machtigingen / Toevoegen en vul je de accountnamen in, gescheiden door een puntkomma. Bevestig met OK. Selecteer een account en duid bij Toestaan aan of je die de machtigingen Lezen, Wijzigen of Volledig beheer wilt toekennen. Met deze laatste wordt het bijvoorbeeld ook mogelijk de lokale NTFS-machtigingen aan te passen. Wil je niet dat alle gebruikers zomaar toegang krijgen, dan selecteer je hier best Iedereen en haal je die gebruikersgroep weg met Verwijderen

Delen zonder wizard vergt logischerwijze iets meer configuratiewerk. 

Machtigingenconflict 

Stel, je hebt een gebruiker op lokaal NTFS-niveau alleen leesmachtigingen toegekend op een map, maar op het niveau van delen via het netwerk heb je de machtigingen ingesteld op Volledig beheer of op Wijzigen. Wat gebeurt er dan wanneer deze gebruiker de map benadert via het netwerk? Windows is hierin duidelijk: bij een machtigingenconflict wordt op een gedeelde map de meest beperkende combinatie van lokale en netwerkmachtigingen toegepast. Dit houdt in dat in dit scenario de gebruiker ook via het netwerk de map alleen zal kunnen openen en inkijken, maar dus niet bewerken. 

Windows houdt bij het benaderen van een gedeelde map ook rekening met de lokaal ingestelde machtigingen. 

 

Tip 08: Sharebeheer 

Je gedeelde mappen (shares) zijn klaar en wachten op de eerste gebruikers. Om een gedeelde map te bereiken hoeven ze doorgaans alleen maar Verkenner te openen en onderaan het navigatievenster de rubriek Netwerk uit te vouwen. Windows kan hier weleens nukkig doen, maar dan kun je een gedeelde map altijd nog bereiken door in de Verkenner-balk het UNC-pad van de map in te tikken: \\<computernaam>\<sharenaam>. Dit is trouwens ook de gangbare methode wanneer het om een verborgen share gaat (zie ook tip 7). 

 

Open je een gedeelde map die met een wachtwoord is afgeschermd, dan verschijnt er een venster waarin je je moet aanmelden. Om te vermijden dat je dit telkens opnieuw moet invullen, plaats je hier een vinkje bij Mijn referenties onthouden. Heb je per ongeluk de verkeerde referenties ingevuld en krijg je niet zomaar toegang meer tot de gedeelde map, open dan het Configuratiescherm van Windows en kies Gebruikersaccounts / Referentiebeheer. Open Windows-Referenties, selecteer de foutieve referentie en kies Verwijderen

 

Wil je een snel overzicht van de gedeelde mappen die je op je pc beschikbaar hebt gemaakt, dan hoef je in de Verkenner-balk slechts \\localhost in te tikken. 

 

Een handige beheertool is verder nog Gedeelde mappen. Je opent deze door Windows-toets+R in te drukken en het commando fsmgmt.msc uit te voeren. Ook hier krijg je een overzicht van de shares, evenals van de actieve deelsessies en de geopende bestanden. 

De app Gedeelde mappen toont je alle shares, actieve sessies en geopende bestanden. 

 

Tip 09: Duaal gebruik 

Je weet inmiddels hoe je je computer optimaal instelt voor medegebruikers, zowel op lokaal als op netwerkniveau. Maar we kunnen ons voorstellen dat je zelf (en eventueel ook andere gebruikers) in twee ‘hoedanigheden’ achter je pc zit: enerzijds voor persoonlijk gebruik, anderzijds voor zakelijke activiteiten, zoals in een thuiswerksituatie. 

 

Dan wil je beide profielen wellicht gescheiden houden en (vooral) de zakelijke gegevens afschermen voor medegebruikers. Zoiets is ook prettig als onverhoopt een computer wordt verloren of gestolen. We komen dan al snel uit bij dataencryptie. Windows Pro en hoger is voor zulke situaties het best uitgerust, maar met wat externe hulp kom je ook met Windows Home een heel eind. 

 

Om te beginnen maak je in zo’n situatie voor jezelf twee aparte Windows-accounts, bij voorkeur lokale accounts. Zorg er tevens voor dat je je zakelijke account omzet in een Administrator-type (zie ook tips 1 en 2). 

Je maakt het best een afzonderlijk account voor je zakelijke computeractiviteiten. 

 

Tip 10: Container (Pro) 

Het is nu de bedoeling dat (vooral) je zakelijke data veilig worden afgeschermd. Je zou hiervoor in principe je complete pc of partitie kunnen versleutelen, maar dat werkt niet handig. Daarom is het een beter idee een afzonderlijk containerbestand te maken dat je vervolgens versleutelt. We tonen eerst hoe je dit kunt aanpakken in Windows Pro en hoger, al geven we in tip 12 een alternatief dat ook in Windows Home werkt. 

 

In Windows Pro gaan we aan de slag met een virtuele harde schijf. Maak alvast een map, druk op Windows-toets+R en voer diskmgmt.msc uit. Selecteer de betreffende partitie en kies Actie / Virtuele harde schijf maken. Selecteer VHDX, verwijs via Bladeren naar de zojuist gemaakte map en noem je virtuele schijf bijvoorbeeld werk.vhdx. Stel de maximale schijfgrootte in (bijvoorbeeld 1 TB), maar laat de optie Dynamisch uitbreiden (aanbevolen) bij voorkeur geselecteerd, zodat de schijf met je actuele behoefte meegroeit tot het ingestelde maximum. Bevestig met OK

 

Je virtuele schijf verschijnt nu onderaan het grafische overzicht. Klik met rechts op de schijf (bijvoorbeeld Schijf 3) en kies Schijf initialiseren, laat de partitiestijl bij voorkeur ingesteld op GPT en druk op OK. Klik vervolgens met rechts op de niet-toegewezen ruimte van je schijf en kies Nieuw eenvoudig volume. Druk op Volgende (2x), selecteer bij voorkeur een stationsletter achteraan het alfabet, druk weer op Volgende, vul een herkenbare volumenaam in en druk nogmaals op Volgende / Voltooien

 

Je virtuele schijf is klaar, maar die moet je dus nog wel versleutelen. 

De vhdx-schijf verschijnt als een heus volume in het schijfbeheer van Windows. 

 

Tip 11: Encryptie (Pro) 

Voor de encryptie maken we gebruik van de ingebouwde functie BitLocker to Go. Klik met rechts op je virtuele station in Verkenner en kies BitLocker inschakelen. Kies Een wachtwoord gebruiken om het station te vergrendelen en vul tweemaal een wachtwoord in. Zodra je op Volgende drukt, krijg je de gelegenheid een back-up van de herstelsleutel op te slaan, wat we je alleen maar kunnen aanraden voor het geval je ooit het wachtwoord vergeet. Je kunt hier trouwens meerdere mogelijkheden na elkaar selecteren, zoals Opslaan in een bestand of De herstelsleutel afdrukken. Bevestig met Volgende en laat zeker de optie Alleen gebruikte schijfruimte versleutelen geselecteerd. Druk weer op Volgende (2x) en rond af met Versleutelen starten

 

Zolang je virtuele schijf als station is gekoppeld zijn de data onversleuteld bereikbaar vanuit Verkenner. Heb je de data een tijd niet meer nodig, klik dan met rechts op het station in Verkenner en kies Uitwerpen, waarna je het vhdx-bestand bijvoorbeeld kunt back-uppen. Om je vhdx-bestand weer te koppelen, dubbelklik je op het bestand, waarna het virtuele station weer in Verkenner verschijnt. Dubbelklik hierop en vul je wachtwoord in om het station weer te kunnen benaderen. 

 

Om het station bij je aanmelding automatisch te laten koppelen, druk je op Windows-toets+R, voer je shell:startup uit en maak je een snelkoppeling naar het vhdx-bestand in je persoonlijke map Opstarten. Je doet er wel goed aan telkens de schijf te ontkoppelen net voordat je je Windows-sessie afsluit. 

 

Met BitLocker To Go kun je ook een virtueel station versleutelen. 

 

Tip 12: VeraCrypt (Home) 

Gebruik je Windows Home, dan is er een prima alternatief (dat trouwens ook onder Windows Pro werkt): VeraCrypt (voor Windows, macOS en Linux). Download de software en voer de installatie uit, bij voorkeur via de optie Installeren (en niet Uitpakken). Je verwijdert ook het best het vinkje bij Installeren voor alle gebruikers. Start de tool na de installatie op. 

 

Klik op Volume aanmaken. Kies Een versleutelde bestandscontainer aanmaken, druk op Volgende, laat Standaard VeraCrypt-volume geselecteerd en druk op Volgende. Druk op Bestand selecteren, navigeer naar een geschikte locatie en vul de naam van een (niet-bestaand) bestand in, bijvoorbeeld veracrypt-container.txt. Bevestig met Volgende (2x) en vul een maximumgrootte in. Druk op Volgende en vul tweemaal een wachtwoord in. Druk nogmaals op Volgende, selecteer Ja als je bestanden groter dan 4 GB wilt kunnen opslaan, druk op Volgende en beweeg de muis tot de balk groen kleurt. Plaats eventueel een vinkje bij Snelformatteren en bij Dynamisch. Deze laatste optie zorgt ervoor dat je virtuele schijf zal meegroeien met de data die je erin plaatst; houd er wel rekening mee dat dit tot mindere prestaties kan leiden. Druk op Formatteren en bevestig na afloop met OK en met Sluiten

 

Druk in het VeraCrypt-venster op Bestand selecteren en verwijs naar je containerbestand. Selecteer een vrije stationsletter in de lijst, bij voorkeur achteraan het alfabet en klik op Koppelen. Vul je wachtwoord in en bevestig met OK. Je virtuele station is gebruiksklaar en kun je vanuit VeraCrypt op elk moment ontkoppelen (en weer opnieuw koppelen). 

VeraCrypt is een flexibel alternatief voor de ingebouwde BitLocker-functie van Windows. 

▼ Volgende artikel
Windows 11 installeren zonder Microsoft-account? Zo omzeil je de blokkade
© MG | ID.nl
Huis

Windows 11 installeren zonder Microsoft-account? Zo omzeil je de blokkade

Wanneer je Windows 11 (opnieuw) installeert, vereist Microsoft dat je je aanmeldt met een Microsoft-account of dat je er eentje aanmaakt. En dat terwijl je je voorheen in Windows 10 gewoon met een offline account kunt aanmelden. Wij laten je zien hoe je dat ook in Windows 11 doet, rechtstreeks tijdens de installatieprocedure.

Microsoft wil maar al te graag dat je een Microsoft-account hebt en deze ook gebruikt bij het aanmelden van Windows 11. Behalve dat je hiermee in geval van het vergeten van je installatiecode het besturingssysteem makkelijker opnieuw kunt activeren, biedt een Microsoft-account niet heel veel extra voordelen in Windows 11 zelf. Het enige wat met zo'n account makkelijker gaat is het instellen van e-mail en OneDrive, maar dat zijn ook diensten waar je je later bij kunt aanmelden.

Installatieprocedure

In een van de laatste stappen van de installatieprocedure, of wanneer je een Windows 11-laptop hebt gekocht, word je - om de laatste instellingen toe te passen - gevraagd om in te loggen bij een Microsoft-account, of er eentje aan te maken.

©MG | ID.nl

Microsoft vraagt in Windows 11 standaard om een Microsoft-account.

Wanneer je in bovenstaand scherm bent aangekomen, lijkt het alsof je hier niet meer uit kunt komen: je moet óf een account invullen, óf er eentje aanmaken, óf een stap terug gaan met de pijl rechtsboven in beeld. Toch kun je hier nog iets anders doen, namelijk een opdrachtprompt openen. En dat is handig, want met een opdrachtprompt tijdens de installatie van Windows 11 kun je alvast dingen regelen voordat Windows 11 zelf is opgestart. Het omzeilen van het aanmaken of invoeren van een Microsoft-account bijvoorbeeld. Om de opdrachtprompt te openen, moet je de volgende toetscombinatie intypen:

Shift+F10

Let op: bij sommige computers zoals laptops kan het zijn dat je ook de Functietoets Fn moet indrukken om de F10-knop te kunnen gebruiken. De opdracht wordt in dat geval dan:

Shift+Fn+F10

Na het indrukken van deze toetscombinatie wordt een zwart venster voor de opdrachtprompt geopend.

©MG | ID.nl

Via een opdrachtprompt tijdens de installatieproductie van Windows 11 kunnen we de blokkade voor het aanmaken van een gewoon account omzeilen.

In dit scherm voor je een speciale opdracht in waarmee we de verplichte invoer voor een Microsoft-account gaan omzeilen. Zodra Windows 11 heeft gedetecteerd dat jouw computer een werkende verbinding heeft, blijf je op dat accountscherm hangen, maar ook wanneer er nog geen verbinding is gemaakt, wil Microsoft toch eerst dat je verbinding maakt en daarna alsnog met een Microsoft-account aan de slag gaat.

Nu de opdrachtprompt is geopend, schakelen we die online functie uit. Voer exact de volgende opdracht in:

start ms-cxh:localonly

Gevolgd door een druk op de Enter-toets. Dat zit eruit als hieronder:

©MG | ID.nl

Met behulp van de opdracht start ms-cxh:localonly kunnen we toch een normaal account.

Nadat je op Enter hebt gedrukt, verschijnt er een nieuw venster met de mogelijkheid om een lokaal account (dus zonder Microsoft-account) aan te maken. Goed om te weten: dit account is ook meteen een administrator-account.

©MG | ID.nl

Je kunt iedere accountnaam gebruiken die je wenst, en een wachtwoord opgeven hoeft nu nog niet.

Je kunt hier dus gewoon een normale (voor- en achter)naam opgeven, een e-mailadres is dan niet nodig. Je kunt ervoor kiezen om nu een wachtwoord in te vullen, maar als je dat doet, krijg je ook direct drie controlevragen die je moet opgeven; dat kun je niet skippen. Sla je het aanmaken van een wachtwoord nu over, dan kun je dat later in Windows 11 alsnog doen.

Nadat je de benodigde gegevens hebt ingevuld, worden de laatste installatiestappen voltooid, en wordt de computer nog een keertje opnieuw opgestart. Daarna kun je je aanmelden met het nieuwe account en voer je nog een aantal stappen uit met betrekking tot functies als locatie, diagnostische gegevens en handschriftherkenning.

Account aanpassen

Het account waarmee je je aanmeldt is een administrator-account. In dat geval doe je er goed aan om een wachtwoord in te stellen als je dat nog niet hebt gedaan in de hierboven uitgelegde stap. Om een wachtwoord in te stellen, klik je op de Startknop, en vervolgens op je accountnaam en kies je voor Mijn account beheren.

©MG | ID.nl

Via het Startmenu vraag je de eigenschappen van je account op.

Je komt nu in het instellingenscherm terecht voor je account. Scroll naar de knop Aanmeldingsopties en daarna op Wachtwoord.

©MG | ID.nl

Klik op het onderdeel Wachtwoord om een wachtwoord toe te voegen aan je account.

Nu kun je een wachtwoord naar wens opgeven, de eisen zijn hier niet streng, maar uiteraard kies je wel voor een lastig te raden wachtwoord. Wel ben je verplicht om een geheugensteuntje op te geven, maar dat is minder lastig dan drie extra beveiligingsvragen die je normaliter bij het installatiescherm moet opgeven. Bij de geheugensteun mag het wachtwoord (vanzelfsprekend) niet gebruikt worden .

©MG | ID.nl

Hier geef je je wachtwoord op. De wachtwoordhint (geheugensteun) mag niet ook je wachtwoord.

Wachtwoord en geheugensteun ingevoerd? Dan ben je in principe klaar en kun je je systeem verder gaan configureren. Eventueel kun je nu ook nieuwe extra accounts aanmaken via het onderdeel Andere gebruikers in het instellingenscherm.

▼ Volgende artikel
Wat is doomscrolling en hoe kom je ervan af?
© AK | ID.nl
Huis

Wat is doomscrolling en hoe kom je ervan af?

Je pakt je telefoon om even snel iets te bekijken – en ineens ben je zomaar een uur verder, omdat je niet kon stoppen met scrollen. En onderweg ben je meestal niet blijven hangen bij blije kattenfilmpjes, maar bij rampen, slecht nieuws en roddel. Of bij posts van mensen die allemaal mooier of rijker lijken dan jij. Doomscrolling dus. Slecht voor je humeur en zelfbeeld én zonde van je tijd. Maar gelukkig kun je er iets tegen doen.

In dit artikel lees je:

☠️ Wat doomscrolling is ☠️ Waarom je maar blijft scrollen ☠️ Hoe je weet of jij een doomscroller bent ☠️ Wat je tegen doomscrollen kunt doen

Lees ook: Minder afleiding van je telefoon met deze 6 apps

Wat is doomscrolling?

Doomscrolling is eindeloos blijven scrollen door berichten, filmpjes en posts die je eigenlijk alleen maar onrustig maken. Dat begon ooit met nieuws, maar geldt tegenwoordig ook voor sociale media. Denk aan TikTok, Instagram of X waar je urenlang blijft scrollen, maar waar je zelden wijzer of rustiger van wordt. Het algoritme weet precies wat je aandacht trekt – en hoe het je blijft vasthouden.

De term ontstond rond 2020, tijdens de COVID-19-pandemie, toen mensen massaal thuis zaten en constant updates zochten over het virus. Maar het fenomeen heeft zich sindsdien uitgebreid naar alle vormen van nieuws of posts waar je je slechter van gaat voelen.

Waarom blijven we scrollen?

Apps zijn zo ontworpen dat ze je aandacht vasthouden. Elke swipe of nieuwe video geeft een kleine prikkel in je brein: een signaal dat er misschien iets interessants komt. Soms zit er iets tussen dat écht boeit, maar vaak blijft het bij vluchtige prikkels. Ondertussen raakt je hoofd vol, maar je krijgt er weinig voor terug.

Hoe weet je of je doomscrollt?

Er bestaat geen test waarmee je kunt checken of je een doemscroller bent. Maar er zijn wel duidelijke signalen. Je zit in de gevarenzone wanneer je:

🚩 Gedachteloos nieuws- of socialmedia-apps opent, vaak meerdere keren per dag
🚩 Je daarna leeg, onrustig of somber voelt
🚩 Moeite hebt om te stoppen, terwijl je eigenlijk wel weet dat het nergens toe leidt
🚩 's Avonds of 's ochtends lang op je telefoon zit zonder duidelijk doel
🚩 Niet toekomt aan andere dingen, of je gejaagd voelt als je niets checkt

Herkenbaar? Dan is het tijd om je scrollgedrag te doorbreken. Dat is niet makkelijk, maar het kan wel. Onderstaande tips helpen je op weg.

©Gorodenkoff

Wat kun je doen tegen doomscrolling?

1. Beperk je schermtijd en las schermvrije tijdstippen in

Geef jezelf vaste momenten waarop je iets mag checken. Bijvoorbeeld: 's ochtends 15 minuten nieuws, 's avonds 10 minuten social media. Stel een timer in, zodat je niet ongemerkt blijft hangen. Je kunt ook met jezelf afspreken dat je bijvoorbeeld één uur per dag niet op je scherm kijkt. Of in het weekend pas na twaalf uur 's middags je telefoon pakt. Ook is het mogelijk om tijdslimieten in te stellen voor bepaalde apps. Hieronder lees je hoe je dat doet op een iPhone en op een Android-toestel.

Scherm- en apptijd beperken op iPhone

Wil je op vaste tijden niet gestoord worden? Stel dan apparaatvrije tijd in op je iPhone. Tijdens die periodes zijn alleen telefoongesprekken, berichten en apps die je zelf toestaat beschikbaar. Ga naar Instellingen > Schermtijd, tik op App- en websiteactiviteit en schakel dit in als dat nog niet gebeurd is. Kies daarna voor Apparaatvrije tijd en stel via Gepland de begin- en eindtijd in. Je kunt kiezen voor elke dag hetzelfde tijdstip of per dag variëren. Vlak voor de ingestelde tijd krijg je een herinnering.

Ook kun je tijdslimieten instellen voor apps of hele categorieën, zoals sociale netwerken of games. Ga naar Instellingen > Schermtijd > Applimieten > Voeg limiet toe en selecteer de gewenste apps of categorieën. Tik op Volgende, stel de limiet in en gebruik eventueel Pas dagen aan voor verschillende limieten per dag. Rond af met Voeg toe.

Scherm- en apptijd beperken op je Android-telefoon

Rustmomenten op je Android-toestel stel je in via de Bedtijdmodus. Tijdens deze periodes worden je schermkleuren aangepast (bijvoorbeeld naar grijstinten) en kun je meldingen dempen of het scherm automatisch laten uitschakelen. Ga naar Instellingen > Digitaal welzijn en ouderlijk toezicht > Bedtijdmodus en stel in wanneer de modus moet starten en eindigen. Je kunt dit voor elke dag apart instellen of een vast schema kiezen.

Wil je appgebruik beperken? Ga dan naar Digitaal welzijn > Dashboard en kies de app die je wilt beperken. Tik op het zandlopertje naast de app en stel een dagelijkse limiet in. Zodra de limiet is bereikt, is de app de rest van die dag niet meer toegankelijk.

2. Zet meldingen uit

Pushmeldingen van nieuwsapps, sociale media of video-apps zorgen dat je telkens toch weer gaat kijken en scrollen. Zet ze uit. Wat je niet ziet, open je ook minder snel.

3. Richt je telefoon prikkelarmer in

Zet socialmedia- en nieuwsapps niet op je beginscherm. Of verwijder ze helemaal. Wil je ze toch echt bezoeken, dan kan dat via de browser. Dat is een extra handeling vergeleken met een app, maar juist daarom doe je het misschien minder vaak.  

Verder kun je er ook voor kiezen om de grijstintenmodus in te schakelen. Dat zorgt voor minder afleiding en een beeld dat rustiger is.

Op een iPhone ga je hiervoor naar Instellingen > Toegankelijkheid > Weergave en tekstgrootte > Kleurfilters en schakel je de optie in. Op een Android-smartphone ga je hiervoor naar Instellingen -> Toegankelijkheid -> Kleurfilters. Hier schakel je de optie Grijstinten in. Afhankelijk van je toestel kunnen deze menu-opties een iets andere naam hebben.

©ID.nl

4. Volg niet alles en iedereen

Kies één of twee betrouwbare nieuwsbronnen. Ontvolg accounts die vooral onrust of negativiteit brengen. Kies liever voor mensen of media die je inspireren, informeren of aan het denken zetten. Een account waar je geen energie van krijgt, maar dat je energie kost: dat kun je beter ontvolgen.

Stoppen met doom-scrolling? Het kan!

Doomscrolling gaat allang niet meer alleen over nieuws. Ook gedachteloos scrollen langs filmpjes, reacties of meningen op sociale media hoort erbij. Het lijkt onschuldig, maar kost tijd, energie en aandacht — en levert weinig op.

Het goede nieuws: je kunt ermee stoppen. Niet in één keer, maar stap voor stap. Door bewuster te kiezen wat je leest en wanneer. Door je telefoon minder het ritme van je dag te laten bepalen. En door ruimte te maken voor dingen die je echt iets opleveren.

📵 Verveel je je zonder smartphone?

📘 Door een boek kun je urenlang scrollen!