ID.nl logo
Thuisnetwerken
© PXimport
Zekerheid & gemak

Thuisnetwerken

Het thuisnetwerk krijgt steeds meer bewoners. Na computers en printers zijn nu ook tablets, smart­phones en gameconsoles online, net als media­spelers en slimme televisies. Al deze apparaten koppelen heeft grote voordelen. Bijvoorbeeld dat u altijd bij uw gegevens en mediabestanden kunt en dat back-ups altijd op dezelfde plaats staan. Maar hoe regelt u dat allemaal?

Alles loskoppelen behalve één computer, belt u dan maar terug.' Jarenlang was het bij Nederlandse internetproviders niet toegestaan met meer dan één computer tegelijk 'hun' internetverbinding te gebruiken. Wie toch de bizarre wens had een tweede computer online te brengen, kon bijvoorbeeld bij @Home, de voorloper van Ziggo, voor tien gulden per maand een tweede IP-adres kopen. Inmiddels is deze situatie totaal veranderd. In 2012 is er eigenlijk geen huis meer zonder thuisnetwerk, en is het aantal apparaten per huis dat gebruikmaakt van de internetverbinding alleen maar toegenomen. Bovendien verandert het soort apparaten. Waren het eerst alleen personal computers en printers, nu zijn het steeds vaker ook gameconsoles, smartphones, tablets en computers met een ander besturingssysteem dan Windows, vooral Mac OS X. Dat al deze apparaten hetzelfde netwerk gebruiken, biedt in potentie veel voordelen. Het wordt ineens mogelijk om documenten en mediabestanden te centraliseren en te delen; om één plek in te richten voor het bewaren van back-ups, ongeacht op welk apparaat de gegevens staan; om de apparaten te laten samenwerken, waardoor ze nog nuttiger worden. Maar hoe regelt u dat je allemaal? Het thuisnetwerk dat al deze nieuwe vragen oproept is zelf ook het antwoord. Aan de slag dus!

Deel 1 Uw draadloze netwerk

1. Het netwerk verandert

Kenmerkend voor de nieuwe apparaten in het netwerk, is dat ze steeds meer afhankelijk zijn van het draadloze netwerk. Tablets en smartphones hebben nooit een aansluiting voor een netwerkkabel gehad en steeds vaker hebben ook printers en notebooks er geen. Maar ook om andere redenen neemt het gebruik van het draadloze netwerk snel toe. De nieuwe televisie en de spelcomputer hebben vaak nog wel de mogelijkheid om met een netwerkkabel met het netwerk verbonden te worden, maar vaak heeft draadloos aansluiten de voorkeur omdat er dan geen 'lelijke' kabels door de woonkamer getrokken moeten worden. Het draadloze netwerk is hierdoor steeds vaker niet een extraatje van het bedrade netwerk, het draadloze netwerk ís steeds vaker het netwerk.

2. Netwerk nader bekijken

Voordat wordt begonnen met het centraliseren van gegevens en back-ups, is het belangrijk om het netwerk eens kritisch te bekijken. Een draadloos netwerk is namelijk op verschillende vlakken anders dan een bedraad netwerk. Zo delen in een draadloos netwerk alle apparaten de bandbreedte, terwijl in een bedraad netwerk elk apparaat voor zichzelf de maximale bandbreedte heeft. Dit maakt het belangrijk om - ondanks het gemak - toch eens kritisch te kijken of het niet mogelijk is enkele grootverbruikers van het draadloze netwerk, over te zetten naar het bedrade netwerk. Draadloze netwerken zijn bovendien gevoeliger voor storingen en invloeden van buitenaf. Hebben de buren ook allemaal een draadloos netwerk actief, dan is de kans groot dat deze netwerken met uw netwerk strijden om de ruimte in de lucht. Dit kan worden beperkt of opgelost door het eigen draadloze netwerk op een ander kanaal te zetten. Bij zowel een 802.11g- als 802.11n-netwerk kunt u kiezen uit meerdere kanalen, en door een minder gebruikt kanaal te kiezen is vaak een flinke verbetering te behalen. Met het programma inSSIDer kunt u zien welke kanalen niet of minder worden gebruikt. Hebt u een vrij kanaal gevonden, dan kunt u vrij gemakkelijk het kanaal van uw draadloze netwerk veranderen. Log hiervoor in op de webinterface van uw router en kies in de opties van het draadloze netwerk het minst gebruikte kanaal. De exacte procedure verschilt helaas per router, dus u zult de handleiding even moeten raadplegen. U hoeft dus niets aan te passen op de verschillende verbonden apparaten.

©PXimport

Met het programma inSSIDer kunt u zien hoe de draadloze netwerken om u heen verdeeld zijn over de beschikbare kanalen.

©PXimport

Het kanaal dat een router standaard kiest voor het draadloze netwerk, is vaak niet de beste keuze voor uw situatie.

3. Plaatsing

U kunt het draadloze signaal vaak ook verbeteren door de router te verplaatsen. Muren tussen de router en draadloze apparaten zijn onvermijdelijk, maar door de router slim te plaatsen kan het aantal muren vaak wel worden gereduceerd. Evenals dat de kwaliteit van de verbinding flink verbetert wanneer router en draadloze apparaten op dezelfde verdieping staan. Een televisie staat doorgaans op de begane grond en tablets en smartphones worden weliswaar mobiel gebruikt, maar ook dit gebeurt veelal op de begane grond. Het verplaatsen van de router naar de verdieping met de meeste of de meest veeleisende gebruikers, kan een belangrijke bijdrage leveren aan de kwaliteit van het draadloze netwerk.

Deel 2 NAS in uw thuisnetwerk

1. NAS als middelpunt

De belangrijkste speler bij het centraliseren van gegevens is de NAS. In de eenvoudigste vorm bestaat een NAS uit een kastje met daarin een harde schijf en een netwerkpoort. Door de NAS aan te sluiten op het netwerk, kan vanaf een computer een netwerkkoppeling gemaakt worden met de NAS, en kunnen bestanden op het apparaat worden bewaard. Alle computers in het netwerk kunnen zo bestanden op de NAS opslaan, en bestanden bekijken en bewerken die (eventueel door anderen) op de NAS zijn geplaatst. NAS-apparaten die alleen maar opslag aanbieden komen we niet vaak meer tegen. Onder aanvoering van de Taiwanese toppers Synology en QNAP, zijn het meer mini-servers geworden. Bestanden opslaan en delen is nog altijd mogelijk, maar het is allang niet meer de enige taak en voor veel gebruikers van een NAS ook zeker niet de belangrijkste. Zij vinden het downloaden van torrents, het publiceren van foto's of het streamen van films en muziek, veel belangrijker. De functionaliteit van veel NAS-apparaten is daarbij schier oneindig doordat de firmware bijna zonder uitzondering op Linux is gebaseerd, en dus aangepast kan worden. Ook bieden de bouwers van NAS-apparaten uitbreidingen aan die op de NAS geïnstalleerd kunnen worden, die nog meer functionaliteit toevoegen.

Strikt genomen is een NAS niet noodzakelijk. Op een computer kunnen ook mappen worden gedeeld en toegankelijk worden gemaakt via het netwerk. En het is ook mogelijk om een afdruk te maken op een printer die op een andere computer is aangesloten, en dus niet direct op het netwerk. Het voordeel van een NAS is echter dat het netwerkverkeer veel efficiënter gaat. Nog een voordeel is dat u voor het opslaan van data of het maken van een afdruk, niet afhankelijk bent van het ingeschakeld zijn van een computer, maar van de NAS. En computers gaan vaker uit of in slaapstand, dan een NAS.

©PXimport

De nieuwste DSM 4.0-firmware maakt van een Synology-NAS nog meer een mini-server, in plaats van alleen een apparaat om bestanden te bewaren.

2. De NAS inrichten voor gedeeld gebruik

Alleen een NAS in het netwerk plaatsen is niet voldoende om bestanden te delen. Daarvoor moet op de NAS eerst een volume worden gemaakt, dit is vergelijkbaar met het maken van een partitie op de harde schijf in de computer. Beschikt een NAS over meer dan één schijf, dan hebt u bij het maken van het volume de mogelijkheid om een RAID-configuratie te kiezen. RAID (redundant array of independent disks) is bij een NAS vooral bedoeld om de gegevens op de NAS te beveiligen tegen verlies. Dit geldt voor de RAID-typen 1 en hoger. JBOD en RAID0 bieden geen extra beveiliging tegen gegevensverlies. Bij JBOD functioneren alle schijven in de NAS volledig los van elkaar, bij RAID0 worden de schijven tot één hele grote schijf samengevoegd. Deze schijf is wel sneller, maar de data zijn extra kwetsbaar: wanneer een van de schijven stuk gaat of een fout maakt, zijn alle gegevens verloren. Zie ook het kader 'RAID'.

©PXimport

Striping is een andere benaming voor RAID0: het RAID-type waarbij meerdere schijven als één grote schijf worden gebruikt, en er geen extra dataveiligheid is. Voor NAS-apparaten is dit veelal niet aan te bevelen.

DHCP

De meeste netwerken gebruiken DHCP. De router is dan veelal de DHCP-server die een geldig IP-adres en een IP-configuratie uitdeelt aan elke computer, tablet, printer of televisie die zich op het netwerk meldt. Erg makkelijk. Toch is DHCP niet voor elk netwerkapparaat de juiste keuze. Het nadeel van DHCP is namelijk dat er geen garantie is dat een bepaald apparaat - zoals de NAS of de printer - altijd op hetzelfde IP-adres te vinden is. De oplossing is een combinatie maken van DHCP en vaste IP-adressen. Log in op de router en kijk bij de Netwerkinstellingen naar Instellingen voor DHCP. De DHCP-server zal veelal ingeschakeld zijn. De meeste netwerken hebben een 255.255.255.0-subnet, wat betekent dat er 256 adressen in het subnet zitten. Die zijn niet allemaal bruikbaar maar alles tussen de 1 en 254 wel. Afhankelijk van het aantal apparaten in het netwerk dat via DHCP gaat verbinden, kunt u het aantal adressen dat de DHCP-server krijgt beperken, bijvoorbeeld tot 50. De overige adressen kunt u dan zelf gebruiken voor de apparaten die een vast IP-adres nodig hebben. De gouden regel is dat apparaten die een functie aanbieden op het netwerk een vast IP-adres moeten hebben, en apparaten die alleen functies gebruiken een adres krijgen via DHCP.

©PXimport

Stel een beperking in voor het aantal adressen dat wordt gebruikt voor toewijzing via DHCP. De rest kunt u dan zelf toewijzen als vast IP-adres.

RAID

Voor een NAS met meerdere schijven is RAID de beste optie. Bij twee schijven kiest u het best voor RAID1, bij drie schijven liefst RAID5 en bij meer dan drie schijven RAID6 of RAID10. Het voordeel van elk van deze RAID-typen is dat wanneer een schijf een fout maakt of defect raakt, de gegevens veilig zijn. U kunt de defecte schijf vervangen en de RAID herstellen. Daarna is het systeem weer optimaal veilig voor alle gegevens. Onthoud echter dat RAID beslist geen back-up is! Het beschermt immers niet tegen gebruikersfouten zoals het zelf verwijderen van een bestand. Een bestand is dan onmiddellijk van alle schijven verdwenen. Back-ups zijn dus altijd noodzakelijk. Combineer de NAS bijvoorbeeld met een externe schijf als back-up. Bijna elke NAS heeft wel een usb-poort waar een usb-schijf op aangesloten kan worden, waarna u in de firmware van de NAS aangeeft dat deze externe schijf als back-upschijf moet worden gekozen. Netwerksynchronisatie naar een andere NAS is ook een optie.

RAID heeft ook nadelen. Het gaat altijd ten koste van de opslagruimte. Bij RAID1 is dat zelfs de helft, bij de hogere vormen minder. Het verlies van zoveel opslagruimte betekent dat veel bezitters van een NAS met twee schijven liever voor JBOD of RAID0 kiezen. Het voordeel van JBOD ten opzichte van RAID0, is dat bij een defecte schijf alleen de gegevens op die schijf verloren zijn. De niet-defecte schijf bevat nog alle gegevens. Bij RAID0 is dat niet zo, die combineert de schijven tot één schijf om de doorvoersnelheid zo hoog mogelijk te maken. Doordat de gegevens bij RAID0 over beide schijven verdeel zijn, zijn bij één defecte schijf alle data verloren. Uiteraard moet u ook bij JBOD of RAID0 back-ups maken. Bij het verlies van een schijf zult u de back-ups zelf weer terug moeten zetten op de NAS om weer verder te werken.

©PXimport

Door een usb-schijf op de NAS aan te sluiten en te gebruiken voor back-up van de NAS, is ook een RAID0-configuratie veilig te maken.

3. Bestanden delen

Is het volume klaar, dan kunt u mappen en gebruikers aanmaken. Mappen om bestanden in te bewaren, gebruikers om de verschillende leden van een gezin toegang tot de mappen te geven, en eventueel ook informatie voor elkaar te kunnen afschermen. Bijna met elke NAS kunt u via een wizard groepen en gebruikers aanmaken. Elke groep of gebruiker kunt u een eigen map geven, waarin die gebruiker de baas is over alle bestanden. Ook kunnen gebruikers lees- en schrijfrechten krijgen voor andere mappen. De rechtenstructuur op een NAS omvat meestal drie niveaus. Heeft een gebruiker Lezen/Schrijven dan heeft hij alle rechten op de bestanden in de map. Hij kan bestanden maken, bewerken en verwijderen, en dat geldt ook voor bestanden die hij er niet zelf heeft neergezet. Heeft een gebruiker het recht Alleen-lezen dan kan hij bestanden openen en vaak ook downloaden, maar niet wijzigen of verwijderen. Wilt u een gebruiker geen toegang tot de documenten in een bepaalde map geven, geef de gebruiker dan het recht Geen toegang.

©PXimport

Gebruikers aanmaken en mappen delen behoort tot het basispakket van de NAS.

Om de rechten overzichtelijk te houden en fouten en conflicten te voorkomen is het aan te bevelen alleen op hoofdmappen rechten te zetten, en niet ook nog eens op submappen. Bij Synology is dit laatste helemaal niet mogelijk. Bij QNAP wel maar pas na het inschakelen van de Geavanceerde mapmachtigingen. Wij bevelen het dus niet aan. In de meeste situaties is het handig om een map aan te maken waarin iedereen onbeperkte rechten heeft, voor alle bestanden die u gewoon met iedereen wilt kunnen gebruiken op het netwerk. Bij QNAP kan dit bijvoorbeeld door bij het maken van een map te kiezen voor Volledige toegang. Zijn de rechten goed ingesteld, dan kan de gedeelde map gewoon met de Windows Verkenner worden geopend.

©PXimport

Voor bestanden die iedereen mag bekijken of bewerken kan het handig zijn gewoon iedereen volledige rechten te geven.

Gebruikers en groepen

In sommige situaties is het handig om te werken met groepen. U hoeft dan niet telkens de rechten voor alle individuele gebruikers in te stellen. Stel de rechten in voor de groep en maak gebruikers lid van die groep. U stelt voor de gebruikers nu geen rechten in, ze krijgen automatisch de rechten van hun groep toegewezen. Een gebruiker kan lid zijn van meerdere groepen, maar pas op voor conflicten of gaten in de beveiliging.

Voorkom dataverlies

Een risico van gebruikers die alle rechten hebben, is dat men bestanden verwijdert die niet verwijderd hadden mogen worden. Los dit op door de netwerk- of CIFS-prullenbak of soortgelijke functie op de NAS in te schakelen. Die prullenbak zorgt dat bestanden die gebruikers verwijderen, niet echt weg zijn maar in een verborgen map op de NAS worden geplaatst. Bestanden kunnen van daaruit door gebruikers hersteld worden. U kunt instellen dat de prullenbak alleen geleegd mag worden door gebruikers met Admin-rechten op de NAS, zoals uzelf. U hebt dan altijd de controle en het laatste woord of een bestand ook echt verwijderd mag worden.

©PXimport

Zowel QNAP als Synology biedt een netwerkprullenbak, waarmee door gebruikers verwijderde bestanden en mappen kunnen worden hersteld.

4. Netwerkverbinding maken onder Windows

Bestanden delen werkt het gemakkelijkst wanneer er een netwerkverbinding is gemaakt. De map op de NAS is dan binnen Windows of Mac OS X gewoon via de Verkenner of Finder te benaderen. Onder Windows maakt u een netwerkverbinding via rechtermuisklik op Computer / Netwerkverbinding maken. Selecteer de gewenste Stationsletter en typ in het vak Map het netwerkadres van de gedeelde map. De notatie daarvoor is \\\mapnaam, bijvoorbeeld \\192.168.1.13\Media. Om de verbinding altijd te kunnen gebruiken laat u het vinkje staan bij Opnieuw verbinding maken bij aanmelden. Is een gebruikersnaam en wachtwoord nodig om de map te mogen openen, zet dan een vinkje bij Verbinding maken met andere referenties en geef daarna de gebruikersnaam en het wachtwoord op.

©PXimport

Een netwerkverbinding maakt het gemakkelijker bestanden op de NAS te openen, te bewerken en op te slaan.

5. Netwerkverbinding maken onder Mac OS X

Ook voor de Mac-computers is het handig om de gedeelde mappen eenvoudig te kunnen benaderen. De locatie wordt dan standaard in de Finder getoond zodat u uw bestanden er eenvoudig opent, bewerkt en opslaat. Om vanaf een Mac met OS X een verbinding te maken naar de NAS opent u eerst de Finder. Klik op Finder / Voorkeuren. Zet een vinkje bij Verbonden servers. Dit zorgt ervoor dat gekoppelde mappen direct op het bureaublad te zien zijn. Klik dan op Ga / Verbind met server. Nu moet het netwerkadres ingevoerd worden, inclusief het protocol. Wat eigenlijk altijd werkt is het protocol SMB. Mogelijk hebt u op de NAS het Apple Filing Protocol (AFP) ingeschakeld, maak dan verbinding via dat protocol. Het adres via SMB luidt smb:///mapnaam, bijvoorbeeld smb://192.168.1.13/Media. Gebruikt u AFP dan wordt het afp:///mapnaam, bijvoorbeeld afp://192.168.1.13/Media. Klik dan op Verbind om de koppeling te activeren. Vul in het volgende venster uw gebruikersnaam en wachtwoord in en zet een vinkje bij het Bewaren van deze gegevens. Wilt u dat Mac OS X de netwerkverbinding automatisch maakt wanneer de Mac start, klik dan op het Apple-logo links bovenin / Systeemvoorkeuren. Open het onderdeel Gebruikers en groepen. Controleer of links het juiste account is gekozen, klik dan op Inlogopties / Inloggen. U kunt nu op het plusteken klikken en de map opzoeken, maar het is sneller om de map die nu op uw bureaublad staat, naar het venster te slepen. Hij wordt dan automatisch aan de lijst toegevoegd. Zet een vinkje voor de netwerkkoppeling en klik op het hangslot om de instellingen vast te leggen. Sluit dan de verschillende vensters.

©PXimport

Een netwerkverbinding maken onder Mac OS X.

Deel 3 Film en muziek via het netwerk

1. DLNA

Muziek en video zijn de twee belangrijkste mediatypen om te delen op het netwerk. Wanneer u deze bestanden deelt via een NAS, hebt u het voordeel dat muziek en video op één plek bewaard worden, maar toch op elk apparaat af te spelen zijn. Er zijn veel verschillende manieren om dit te doen, waarbij het altijd belangrijk is dat de apparaten elkaar kunnen 'vinden' in een gedeeld protocol. Veel van deze protocollen zijn ontwikkeld onder de vlag van de DLNA (Digital Living Network Alliance), een non-profit samenwerking van grote spelers in de elektronicamarkt. De gedachte achter DLNA is dat steeds meer apparaten in het thuisnetwerk met elkaar moeten kunnen communiceren, bijvoorbeeld om digitaal beeld of geluid te streamen, en dat dit zo gemakkelijk mogelijk in te stellen moet zijn. Veel NAS'en, routers, gameconsoles, slimme tv's en blu-ray-spelers ondersteunen DLNA. Ook al zijn ze van verschillende fabrikanten en gebruiken ze verschillende soorten mediaservers, ze kunnen toch met elkaar samenwerken.

2. Mediaserver gebruiken

Op veel NAS-apparaten is een DLNA-compatibele mediaserver te activeren. Vaak is deze van TwonkyVision, maar er zijn nog heel veel andere. Een mediaserver biedt een interface voor de verschillende mediabestanden op de NAS. Zo is de inhoud van de mediaserver te zien wanneer u er vanaf een apparaat verbinding mee maakt. Ook neemt de mediaserver soms het transcoderen van de bestanden voor zijn rekening, dat wil zeggen: het zet bestanden om van het ene formaat naar het andere. Dat vergt echter vaak wel stevige hardware en niet iedere NAS heeft dat.

©PXimport

Dankzij DLNA vinden mediaspelers en mediaserver elkaar bijna automatisch.

Om de mediaserver te gebruiken moet eerst de configuratie worden aangepast. De mediaserver is doorgaans een add-on op de NAS, en de configuraties komen niet automatisch overeen. Alleen het aanmaken van mappen op de NAS en deze vullen met muziek en film is dus niet voldoende: de mediaserver moet nog over deze acties geïnformeerd worden. In de Twonky-server gaat dit via Basic Setup / Sharing waar een of meer mappen kunnen worden toegevoegd als Content locations. Geef per map ook aan wat voor soort mediabestanden in die map worden geplaatst: muziek, foto, video of combinaties hiervan. Een andere belangrijke optie is de interval waarmee de mediaserver kijkt of er ook nieuwe bestanden op de NAS zijn geplaatst.

©PXimport

De Twonky-mediaserver moet weten waar het welke content kan vinden.

3. Films via het netwerk

Nadat u de mediaserver in hebt gesteld, kunt u de mediabestanden op andere apparaten openen. Om films te bekijken is een DLNA-compatibele speler nodig. Dat kan een slimme tv zijn, maar ook een echte mediaspeler of een gameconsole. Zowel de Sony PlayStation 3 als de Microsoft Xbox 360 zijn volledig DLNA-compatibel. Ze beschikken over de mogelijkheid een verbinding te maken met een DLNA-mediaserver, en kunnen de mediabestanden op de server afspelen op een aangesloten televisie. Helaas is het bij een gameconsole vaak zo dat niet alle codecs ondersteund worden. Ondersteuning van DLNA wil namelijk niet zeggen dat bijvoorbeeld een film sowieso wordt afgespeeld. Dit is afhankelijk van het bestandsformaat.

Hoewel de services van de verschillende mediaservers niet zoveel verschillen, zijn er wel wat variaties in de manier van presenteren en in de opties als het automatisch downloaden van informatie over films en muziek. Topmerken als Synology en QNAP bieden ook de mogelijkheid zelf nog andere mediaservers op de NAS te plaatsen, zoals Plex. Deze heeft een mooiere interface en ook meer opties rondom het beheren en presenteren van de mediabestanden. Er zijn ook Plex-apps voor gebruik op een iOS- of Android-apparaat, deze zijn niet gratis. Plex is overigens niet de enige mediaserver die apps heeft om de mediabestanden in een netwerk te delen en te streamen. Steeds meer leveranciers van NAS-apparaten hebben eigen apps die gratis te downloaden zijn via de App Store of Android Market en waarmee films en muziek kunnen worden gestreamd vanaf de NAS.

©PXimport

De luxere NAS-merken bieden de mogelijkheid ook een andere mediaserver op de NAS te plaatsen, en die te gebruiken voor het streamen van mediabestanden.

©PXimport

Een luxe mediaserver komt ook met een luxe app, maar die is zowel voor iOS als Android niet gratis.

©PXimport

NAS-bouwers QNAP en Synology bieden eigen apps voor het luisteren van muziek en het bekijken van films vanaf de NAS, voor zowel Apple als Android.

4. Muziek via het netwerk

Voor het delen van muziek zijn er zo mogelijk nog meer mogelijkheden dan voor film. Verstokte Apple-gebruikers kunnen hun muziek centraal op de NAS zetten en via een iTunes-server ontsluiten. Het is dan direct ook mogelijk om met meerdere gebruikers en apparaten tegelijk van de muziek te genieten. De muziek die op de NAS in een map staat die door de iTunes-server wordt geïndexeerd, verschijnt in iTunes links in de kantlijn onder het kopje Gedeeld. Klaar om af te spelen. Naast delen via iTunes zijn er nog talloze andere opties. Opnieuw zijn er diverse apps, zowel gratis als betaald, om muziek vanaf de NAS te streamen naar een of meer apparaten. Hebt u bijvoorbeeld een Sonos-systeem, dan kunt u de muziek centraal op de NAS zetten en verbinding maken via de Sonos Desktop Controller. Veel NAS'en bieden ook een Squeezebox-server zodat muziek gestreamd kan worden naar Logitech Squeezebox-apparaten. Net als Sonos vereist ook de Squeezebox het gebruik van bepaalde apparatuur.

©PXimport

Een iTunes-server op de NAS in combinatie met iTunes op de pc of Mac is misschien wel de eenvoudigste manier om muziek te delen op het netwerk.

©PXimport

Sonos kan gebruikt worden met Spotify, maar u kunt ook muziek streamen vanaf uw eigen NAS.

Deel 4 Centraal printen

1. Printen vanaf ieder apparaat

De oorspronkelijke benaming voor netwerkfuncties in Windows was 'bestands- en printerdeling'. Behalve bestanden delen is het namelijk ook erg handig om een printer te delen. In plaats van slechts op één computer te kunnen printen - namelijk die waarmee de printer verbonden is - kan met een netwerkprinter vanaf elke computer worden afgedrukt. Op iedere pc staat de printerdriver, maar de printopdrachten worden niet naar de usb-poort gestuurd maar naar een netwerkadres. Dankzij het gebruik van het netwerk kunnen er ook gemakkelijk meerdere printers aangesloten worden, elk op een eigen IP-adres. Beschikt uw printer niet over een netwerkaansluiting maar wel over usb, dan kunt u de printer aansluiten op de NAS, en hem via de printserver in de NAS alsnog delen met het hele netwerk. Helaas zijn vooral goedkopere usb-printers hier niet voor geschikt, in dat geval zult u ze via een pc moeten delen die u aan laat staan als iemand via het netwerk wil printen. In de NAS-configuratie kunnen vaak nog aanvullende protocollen worden ingeschakeld voor het afdrukken vanaf een Mac (Bonjour) of een iPad (AirPrint).

©PXimport

De netwerkprinter is met Windows verbonden op IP-adres.

©PXimport

Vaak kunt een printer aansluiten op uw NAS.

Browsen met de printer

Dat de router en de NAS via de webbrowser te bedienen zijn, is algemeen bekend. Dat dit ook voor nagenoeg alle netwerkprinters geldt, is minder bekend. Test dit door de browser te openen en te surfen naar het IP-adres van de printer, bijvoorbeeld http://192.168.1.50. Wacht even tot de printer reageert. Vaak is via de webpagina van de printer te zien wie er wanneer geprint heeft, maar ook of de inkt of toner aan vervanging toe is. In het laatste geval is de knop om nieuw toebehoren te kopen nooit ver weg.

©PXimport

Bijna elke netwerkprinter biedt op een webpagina een overzicht van de configuratie, het gebruik en de status van de inkt of toner.

2. Netwerkprinter koppelen

Het opsporen en koppelen van de netwerkprinter gebeurt vaak door de printersoftware die ook de driver installeert. Windows 7 zelf biedt deze functionaliteit ook via Start / Apparaten en printers / Een printer toevoegen en dan Netwerkprinter, draadloze printer of Bluetooth-printer toevoegen. Windows zoekt meteen de bijbehorende driver op via Windows Update. Wilt u afdrukken vanaf een iPad of Android-apparaat, kijk dan naar het artikel Printen vanaf uw iPad voor een uitleg over hoe u dat moet configureren.

Deel 5 Centraal back-uppen

1. Windows-computers centraal back-uppen

Een van de voornaamste gebruiksdoelen van een NAS is het bewaren van back-ups van de apparaten in uw huishouden. Om dit in te stellen, moet u het back-upprogramma dat u gebruikt, vertellen dat het de opslagruimte op de NAS moet gebruiken als opslaglocatie. Het is aan te bevelen hiervoor een aparte map te maken op de NAS, bijvoorbeeld 'Windowsbackup' genaamd. Ook is het handig om een aparte gebruiker te maken, bijvoorbeeld ­'BackupAdmin' en die als enige schrijfrechten op die map te geven. Alle andere gebruikers krijgen 'Geen toegang'.

©PXimport

Maak voor de back-up een aparte map met alleen schrijfrechten voor de BackupAdmin.

In Windows 7 is Windows Back-up een heel volwassen programma geworden, maar wel met een omissie: een back-up bewaren op een netwerklocatie lukt alleen in Windows 7 Professional en Ultimate. Gebruikt u een andere versie, zorg dan voor andere back-upsoftware die kan opslaan op een netwerklocatie, en bestudeer de handleiding voor de werkwijze. Beschikt u wel over een van deze twee versies, start dan de back-up via Start, typ back in het zoekvak en kies voor Back-up maken en terugzetten.

©PXimport

Helaas is het in Windows 7 Home Basic en Home Premium niet mogelijk een back-up op een netwerklocatie te bewaren.

Klik op Back-up instellen. Windows Back-up is verder helemaal gebouwd in de vorm van een wizard, zodat u stap voor stap begeleid wordt. U kiest eerst een back-uplocatie. De gedeelde map bedoeld voor back-ups is hier niet te zien maar u kunt die wel toevoegen. Klik op In een netwerklocatie opslaan. Voer de netwerklocatie in volgens \\\mapnaam en geef de gebruikersnaam en het wachtwoord op van het account dat u hiervoor hebt aangemaakt (BackupAdmin). Bevestig met OK en wacht tot Windows de toegang tot de gedeelde map heeft gecontroleerd. Daarna kunt u de wizard vervolgen om de juiste bestanden te selecteren. Ook kiest u wanneer de back-up voortaan automatisch moet worden uitgevoerd.

©PXimport

De gedeelde map hoeft u maar één keer toe te voegen. Windows onthoudt de locatie, de gebruikersnaam en het wachtwoord.

2. Bestanden herstellen vanaf de NAS met Windows Back-up

Om later bestanden te herstellen uit de back-up, start u opnieuw Windows Back-up. Klik dan op Mijn bestanden terugzetten. Er zijn verschillende opties. U kunt alle bestanden terugzetten naar een bepaalde datum door te klikken op Een andere datum selecteren en een van de eerdere back-ups te kiezen. Wilt u echter niet alle bestanden terugzetten, klik dan op Zoeken / Bladeren naar bestanden of Bladeren naar mappen. Windows opent dan een soort Verkenner-venster met daarin de bestanden uit de vorige back-up. Zoek hierin naar de bestanden of mappen die u wilt terugzetten en selecteer ze. Voordat de bestanden daadwerkelijk worden teruggezet, krijgt u nog de keuze of ze op de oorspronkelijke locatie terecht moeten komen, of op een alternatieve. Kiest u voor de Oorspronkelijk locatie dan wordt een eventueel bestand met dexelfde naam dat daar nog staat, overschreven.

©PXimport

Windows 7 bewaart oude back-ups. U kunt dus altijd kiezen uit een aantal vorige back-ups om alle gegevens te herstellen.

©PXimport

Net als bij het maken van een back-up gaat ook het terugzetten van een bestand via een wizard.

Systeemherstel vanaf de NAS

Windows 7 Back-up bevat de mogelijkheid het systeem te herstellen wanneer dat onverhoopt nodig is. Hiervoor is de Windows-installatieschijf nodig. Plaats deze in de computer en start de computer op vanaf de schijf. De installatie van Windows begint. Klik één keer op Volgende en kies dan Uw computer herstellen. Selecteer dan Computer met behulp van een eerder gemaakte systeemkopie herstellen en klik op Volgende. Wacht tot Windows meldt dat er geen systeemkopie gevonden kan worden, klik op Annuleren. Nu is de optie Een andere systeemkopie herstellen voorgeselecteerd, klik op Volgende en daarna Geavanceerd / Een systeemkopie zoeken in het netwerk. Bevestig dat u verbinding wilt maken met het netwerk. Voer dan de netwerklocatie in waar de back-up te vinden is. Geef zo nodig de gebruikersnaam en het wachtwoord. Selecteer de gewenste back-up en in het volgende scherm de schijf waarop het systeem hersteld moet worden. Klik op Volgende om het systeemherstel te starten. Als het proces klaar is, wordt de computer nieuw opgestart en zal Windows in zijn oude glorie hersteld zijn.

©PXimport

Ook het systeemherstel van Windows 7 Back-up werkt prima vanaf een centrale back-uplocatie.

3. Mac OS X-computers centraal back-uppen

Net als Windows beschikt ook Mac OS X over een eigen back-upprogramma. En anders dan bij Windows 7 met zijn vele versies en verschillen, hebt u hier geen gezeur dat de functionaliteit voor een netwerkback-up ontbreekt. Time Machine is altijd in OS X aanwezig. Time Machine is eigenlijk gemaakt om een back-up te maken naar een externe schijf of draadloos op een Apple Time Capsule, maar het kan ook naar een NAS. Daarvoor moet de NAS wel de Time Machine-service ondersteunen. Extra lastig is dat Apple het protocol in Mac OS X 10.7 heeft gewijzigd ten opzichte van oudere versies. Helaas doen dus niet alle NAS-apparaten met Time Machine-ondersteuning het in combinatie met Mac OS X 10.7. Doet de NAS dat wel, dan is deze service veelal niet standaard ingeschakeld. Log daarom in op de NAS en maak eerst een nieuwe map aan, met bijvoorbeeld de naam 'TimeMachine'. Zorg ervoor dat in de instellingen van de NAS Time Machine actief is, de werkwijze hiervan verschilt helaas per NAS. Omdat u de ondersteuning voor Time Machine nog moet instellen en daarbij naar deze map gaat verwijzen, is het veelal niet nodig om op dit moment extra rechten in te stellen.

Zoek op uw Mac naar Time Machine en kijk of de service is ingeschakeld. Zo niet, schakel deze dan in en koppel de service aan de map. Klik op Selecteer schijf en wacht tot de Time Machine-service op de NAS is gevonden. Selecteer deze in de lijst en kies Gebruik reservekopieschijf. Daarna verschijnt mogelijk het venster waarin u de gebruikersnaam en het wachtwoord moet opgeven. Nadat u dit hebt gedaan klikt u op Verbind. U kunt de instellingen hierna vergrendelen door op het hangslot te klikken. De eerste back-up zal starten. Bij Time Machine omvat deze - net als bij Windows - een volledige systeemback-up, waardoor de eerste back-up een heel grote is. Het is aan te bevelen deze eerste back-up via een bedrade verbinding te laten lopen, om het proces sneller te laten verlopen en de kans op fouten te reduceren.

©PXimport

De Time Machine-service moet op de meeste NAS-apparaten apart ingeschakeld worden.

©PXimport

De eerste reservekopie zal groot zijn, back-up de eerste keer daarom bij voorkeur bedraad.

4. Bestanden herstellen vanaf de NAS met Mac OS X

Om bestanden van de NAS te herstellen op Mac OS X klikt u op het Time Machine-symbool in de balk boven in het OS X-venster. Klik op Activeer Time Machine. De verbinding met de back-up wordt gemaakt en even later ziet u de bekende weergave van Time Machine, waar u door de bestanden kunt bladeren. Kijk goed naar de tijdbalk onder in het beeld en naar de tijdlijn in de rechterkantlijn. Selecteer de bestanden die u wilt herstellen en klik op Zet terug in de balk onderin het scherm.

©PXimport

Time Machine heeft een heel eigen uiterlijk.

5. Back-up van de NAS

De laatste jaren is het veel gemakkelijker geworden om documenten en mediabestanden centraal in het netwerk op te slaan, en vervolgens op elk apparaat te bekijken. Hierbij spelen meerdere dingen een rol. Ten eerste de ontwikkeling van steeds betere NAS-software, ten tweede komst van apps voor mobiele apparaten, en ten derde het gemak waarmee DNLA-compatibele hardware elkaar nagenoeg zonder configuratie weet te vinden.

Maar door alles centraal te plaatsen worden de data ook kwetsbaarder. Om dat op te vangen moet de NAS niet de enige plaats zijn waar de data staan. Een kopie of back-up is noodzakelijk, zeker wanneer er ook gekochte muziek en films of eigen vakantiefoto's op de NAS staan. Data die op de NAS staan kunt u eenvoudig back-uppen naar een externe usb-schijf. Om de gegevens veilig te stellen op een externe schijf, sluit u een exemplaar met voldoende opslagcapaciteit aan op de NAS. Zoek dan in de webinterface naar een optie als Externe opslagapparaat / Extern opslag apparaat. De disk kan meestal naar EXT4, EXT3, maar ook gewoon naar FAT32 worden geformatteerd. Wilt u de disk eenvoudig aan een Windows-pc kunnen koppelen en de bestanden kunnen lezen, dan is FAT32 de beste keuze. Is het apparaat herkend en heeft het de status Klaar, dan kunt u hem gebruiken om een back-up op te slaan.

©PXimport

Nu we steeds meer gegevens centraal opslaan op een NAS, wordt het belang van een goede back-up ook van de NAS steeds groter.

6. Back-up van NAS naar NAS

Back-uppen naar een externe usb-schijf is niet de enige optie. De luxe variant van de back-up naar usb-schijf is rsync. Hiermee kunnen bestanden tussen twee NAS-apparaten worden gekopieerd. U hebt dus wel twee NAS'en nodig, ze hoeven niet van hetzelfde merk te zijn en ze hoeven ook niet even nieuw te zijn. Het enige dat telt is dat beide rsync ondersteunen. De twee NAS-apparaten die bij een rsync betrokken zijn, veranderen tijdens de rsync in een server en een client. Er wordt geback-upt van de client naar de server. Welke NAS aangewezen wordt als de server en welke als client, hangt af van de gekozen werkwijze. Is de rsync-verbinding gemaakt, dan kan een nieuwe taak worden geformuleerd. Daarbij wijst u aan welke mappen of bestanden geback-upt moeten worden, en waar de gegevens op de rsync-server geplaatst moeten worden. Hoewel het met twee NAS-apparaten op het eigen netwerk het snelste werkt, kan het ook over internet gebeuren, omdat rsync na de eerste back-up alleen incrementele back-ups maakt. U kunt dan uw NAS-apparaat over het internet back-uppen naar de NAS van een familielid of vriend.

Pas na het back-uppen van uw NAS kunt u erop vertrouwen dat de gegevens die erop geplaatst zijn, ook echt behouden worden.

©PXimport

Met rsync kunnen alle unieke en kostbare bestanden op een NAS worden geback-upt naar een tweede NAS.

Stem tijden af

Bij een NAS is het belangrijk dat de documenten en mediabestanden die u centraal geplaatst hebt, bereikbaar zijn wanneer u dat wilt. Omgekeerd geld ook: op tijden dat u zeker weet dat u niet thuis bent of in elk geval geen gebruik zult maken van de bestanden op de NAS, kan de NAS gerust uitstaan. De laatste jaren zijn veel NAS'en uitgerust met een klok, waarmee voor elke dag van de week kan worden aangegeven wanneer de NAS aan en uit moet staan. Bij Synology vindt u het onder Configuratiescherm / Power bij QNAP via Systeembeheer / Energiebeheer / Herstartschema.

©PXimport

De NAS kan gerust automatisch uitschakelen wanneer er toch niemand zal luisteren of kijken.

▼ Volgende artikel
Review LG OLED EVO 65G56LS – Opnieuw de grens verlegd
Huis

Review LG OLED EVO 65G56LS – Opnieuw de grens verlegd

LG blijft verbetert de oled-techniek nog veel verder en dat werpt dit jaar eindelijk zijn vruchten af. De LG OLED EVO 65G56LS is uitgerust met een nieuw type oled-paneel dat aanzienlijk meer piekhelderheid en kleurbereik levert. Daarnaast heeft LG webOS 25 uitgerust met een aantal AI-functies die het gebruiksgemak moeten verbeteren.

Fantastisch
Conclusie

LG toont met de G5 dat er nog flink wat vooruitgang geboekt kan worden in oled-technologie. Perfect is deze tv echter nog niet, vooral in heel donkere beelden moet LG de software nog aanpassen om ruis en zichtbare gradaties te vermijden.  De LG OLED EVO 65G56LS haalt uit het nieuwe oled-paneel echter wel een indrukwekkende piekhelderheid, en erg ruim kleurvolume. We durven bijna zover gaan om te zeggen dat hij de klassieke zwakke punten van oled elimineert. Samen met de uitstekende kalibratie geniet je zo in Filmmaker Mode van bijna referentie beeldkwaliteit. De ingebouwde luidsprekers leveren een aangename klank, wel jammer dat LG DTS-ondersteuning geschrapt heeft. De nieuwe AI-features in webOS 25 moeten duidelijk nog verder rijpen, voorlopig leveren ze geen meerwaarde, maar webOS blijft wel erg gebruiksvriendelijk. De nieuwe afstandsbediening sluit aan bij de moderne trend met minder toetsen. Gamers tot slot vinden op de G5 alles wat ze maar kunnen wensen. Dit is een topmodel, met een bijhorend prijskaartje, maar hij is het zeker waard.

Plus- en minpunten
  • Alpha11-processor met uitstekende beeldverwerking
  • Fantastische HDR-beelden in HDR10 en Dolby Vision
  • Goede kijkhoek en anti-reflectie
  • WebOS 25, met vijf jaar lang nieuwe versies
  • Advertenties op het Home-scherm
  • Geen ondersteuning voor HDR10+ en DTS
  • Voorlopig weinig meerwaarde met AI

 

LG OLED EVO 65G56LS (2025)

  • Adviesprijs: 3,299 euro
  • Wat: Ultra HD 4K 165 Hz W-OLED-tv
  • Aansluitingen: 4x HDMI (4x v2.1 (48 Gbps), ARC/eARC, ALLM, VRR, HFR), 3x usb, 1x optisch digitaal uit, 2x antenne, 1x IR-blaster, Wifi 6 (802.11ax), ethernet, Bluetooth 5.3, WiSA
  • Extra’s: HDR10, HLG, Dolby Vision IQ, Dolby Atmos, webOS 25, AirPlay 2, Google Cast, USB/DLNA-mediaspeler, DVB-T2/C/S2, CI+-slot, Alpha 11 gen2 processor
  • Afmetingen: 1.441 x 910 x 263 mm (incl. voet)
  • Gewicht: 26,6 kg (incl. voet)
  • Verbruik (per 1000 uur): SDR 85 kWh (E) / HDR 222 kWh (G) 

De nieuwe G-serie van LG is verkrijgbaar in twee versies. Een met een centrale voet in doos zoals ons testmodel, te herkennen aan de letters ‘LS’ achteraan en een model met een meegeleverde wandbeugel, die modellen hebben de letters ‘LW’ achteraan. De G-reeks mikt nog steeds in eerste instantie op wandmontage. Het toestel zelf is 24mm diep, dat lijkt misschien veel, maar die dikte heeft het wel over het hele oppervlak. Er is geen behuizing voor elektronica die verder uitsteekt. De rand is afgewerkt met een zilverkleurige strip, en dat geeft deze tv van opzij bekeken echt een premium look. De wandbeugel is verstelbaar, je kunt het toestel beperkt links en rechts draaien. De voet kun je monteren in twee posities, hoog en laag, in de hoge positie is er ruim plaats voor een soundbar. Het moet gezegd ook op een tv-meubel ziet hij er prima uit, wandmontage is zeker geen verplichting. 

Aansluitingen

De selectie aansluitingen die LG gebruikt is al enige tijd onveranderd gebleven, maar is dan ook erg goed. Met vier hdmi-poorten die allemaal de maximale hdmi 2.1-bandbreedte (48Gbps) leveren, zitten gamers in ieder geval gebeiteld. Verdere gamingfuncties zijn ALLM, 4K120 en VRR (AMD FreeSync en NVIDIA G-Sync). PC-gamers kunnen zelfs tot 4K165 gaan, dat is een duidelijke upgrade ten opzichte van vorig jaar. Input-lag is altijd een sterk punt geweest bij LG, dat is dit jaar niet anders, in 4K60 meten we 10,5ms, in 2K120 zelfs maar 5,5ms. Op poort 2 kan je ARC/eARC gebruiken, gamers die een soundbar willen aansluiten, houden nog steeds drie volwaardige HDMI-poorten over. 

Wil je de opstelling zo netjes mogelijk houden, altijd mooi bij een premium tv, dan kun je de bijgeleverde IR-blaster gebruiken om brontoestellen te besturen met de LG-afstandsbediening, ook als die apparaten bijvoorbeeld in een kast staan. De G5 ondersteunt het WiSA-protocol (Wireless Speaker and Audio Association), maar is beperkt tot 2.1-configuraties. Daarmee is jammer genoeg geen draadloze surroundopstelling mogelijk. Alle kabels kun je via twee clips en twee verzonken kanalen wegleiden naar de voet. 

Nieuw oled-paneel, nieuw record

Nieuwe ontwikkeling op vlak van oled-technologie zijn niet uitzonderlijk. Twee jaar geleden introduceerde LG bijvoorbeeld oled-panelen met een laag microlenzen die voor een mooie verbetering in helderheid zorgden. Die microlenzen zijn op de G5 echter niet meer aanwezig. In ruil gebruikt dit model een gloednieuw paneel dat een andere opbouw van de oled-materialen gebruikt. Onder de naam OLED evo Met Brightness Booster Ultimate belooft de G5 hogere piekhelderheid en een breder kleurbereik. En dat blijken geen loze beloftes. Op het 10%-venster haalt de G5 2409 nits, en op een volledig wit beeld zelfs 356 nits. 

Lees ook: Zo testen we televisies

Dat alles gemeten in de uitstekend gekalibreerde HDR Filmmaker mode. Ter verduidelijking, dat is een 50 procent verbetering tegenover de G4 van vorig jaar, en voldoende om de kop van het oled-peloton aan te voeren. Vooral de verbetering op het volledig wit veld is impressionant. Daardoor moet de G5 nu de helderheid veel minder laten dalen als het beeld veel wit bevat, iets wat op vorige generaties nog merkbaar was. Ook het kleurbereik is weer groter geworden, en met 99,9% P3 is de G5 perfect uitgerust voor prachtige HDR-beelden. Het paneel had een uitstekende uniformiteit en weert zeer goed reflecties. De kijkhoek is prima.

De Filmmaker Mode is er voor wie minimale beeldverwerking wil, en de mooiste beelden getrouw aan de intentie. In SDR laat dat prachtige resultaten zien, maar de echte pracht van de G5 komt tevoorschijn bij HDR-beelden. Ook hier is de kalibratie nagenoeg perfect met enorm veel witdetail, intense kleuren, en dankzij de hoge piekhelderheid tintelende lichtaccenten. Kleuren worden goed bewaard als ze zeer helder zijn, dat dankt de tv aan het nieuwe paneel. Enkel in de donkerste beelden laat de G5 wat steken vallen. Er is veel schaduwdetail, maar in sommige beelden merken we veel ruis die het beeld ruw maakt en detail verbergt. In een ander geval was er wat blokvorming en bandvorming zichtbaar. We hopen dat LG nog wat aan de software kan sleutelen. 

Prima beeldverwerking

De Alpha11 beeldprocessor is aan zijn tweede generatie toe, maar nieuwe features lijken er niet te zijn. De upscaling en ruisonderdrukking zijn erg goed. In deinterlacing van 1080i-beeld merkten we op een testpatroon opnieuw een foutje waardoor kamvorming zichtbaar was, al bleek dat bij de meeste content niet tot problemen te leiden. Kleurstroken in zachte gradiënten elimineer je met de Vloeiende Gradatie-instelling, maar activeer die enkel als je het echt nodig acht, en dan alleen in de laagste stand. In een van onze testclips veegde die instelling ook wolken uit de lucht. Ook de dynamische tonemapping waar we gebruikelijk erg tevreden over zijn, laat je op dit model beter uit inactief.

Die maakte het beeld te helder, waardoor het aan contrast en impact verliest. Bovendien levert de G5 ook zonder dynamische tonemapping knap beeld. Goede punten waren er voor de bewegingsscherpte. Het oled-paneel laat nauwelijks of geen dubbele rand optekenen rond bewegende voorwerpen. Wie in 24Hz-filmmateriaal te veel last heeft van judder bij snelle camerabewegingen, activeert best TruMotion, bijvoorbeeld in ‘Cinematografische Beweging’ als je minimale invloed wenst. Maar ook hogere instellingen leverden goede resultaten, en de G5 toonde erg weinig beeldfouten zelfs met TruMotion in de Vloeiend-stand. 

Geen DTS-ondersteuning meer

Het is jammer, maar de G5 ondersteunt alleen nog maar Dolby Atmos, geen DTS meer. Vooral voor mensen met een uitgebreide bibliotheek Blu-ray schijven is dat een tegenvaller. Streaming gebruikt overwegend Dolby Atmos, dus daar weegt dat gebrek minder. De 60 Watt 4.2 kanaalsoplossing leek ons onveranderd. De klank is goed gebalanceerd, met een warm karakter en duidelijke baslijn. Zelfs surround is goed hoorbaar. Voor veel mensen zal dit volstaan, maar voor echte bioscoop audio zal een soundbar toch vereist zijn. Nieuw dit jaar is de Personal Sound Wizard. Die laat je een aantal keer in groepen van vier fragmenten horen met verschillende geluidsinstellingen, jij duidt aan wat je het best vindt klinken. Na de test bepaalt de processor op basis van je keuzes je geprefereerde klankinstellingen. Iets gelijkaardig bestond vorig jaar al voor beeld, maar we vinden dat je daar beter voor Filmmaker Mode of Cinema beeldmode kiest. Bij audio mogen persoonlijke voorkeuren wat meer doorwegen. 

WebOS 25, AI als persoonlijk hulpje

Kunstmatige intelligentie moet de nieuwe troef zijn van webOS 25, maar al deze nieuwe functies bleken niet te werken in het Nederlands. Voice ID, waarbij de tv je herkent op basis van je stem is nog niet beschikbaar in Nederlands. Maar ook andere functies, zoals de AI Chatbot die je moet helpen bij eenvoudige vragen zoals het aanpassen van beeldkwaliteit of aanbevelingen geven voor content, leek zelden te weten wat hij met onze vragen moest doen. LG kondigde ook generatieve kunst aan die je kan gebruiken in de screensaver, maar ook dit was nog niet beschikbaar. Nu missen we die AI-functies wel niet, de G5 is zo ook gebruiksvriendelijk, maar we hopen toch dat dit via software updates verbeterd wordt. 

In dit overzichtsartikel vind je alle informatie over webOS. WebOS 25 is van uitzicht niet echt veranderd op wat details na. Zo kan je live tv en HDMI-ingangen nu als tegels toevoegen in de rij met apps op het Home-scherm. Apps en Quick Cards die je niet gebruikt, kan je verbergen. Het app-aanbod is erg ruim en de G5 ondersteunt Airplay2 en Google Cast. LG toont helaas reclame op het Home-scherm en in de screensaver, lees in dit artikel hoe je reclame verwijdert.

De ‘Magic Remote’ heeft een nieuw ontwerp gekregen. Een rechthoekige vorm met afgeronde hoeken, en vooral minder toetsen. Weg zijn de cijfer- en kleurtoetsen, de volume- en kanaaltoetsen zijn nu kanteltoetsen. De mute-toets is verdwenen, muten doe je door de volume knop lang naar beneden te duwen. De ingangen-toets is vervangen door een Home Hub-toets, maar wanneer je die lang indrukt, toont de tv de ingangen. De aanwijsfunctie is gebleven, je kan de cursor op het scherm besturen door de afstandsbediening te bewegen. De afstandsbediening oogt moderner, en het gebruiksgemak is prima, maar we zouden hem niet beter noemen dan de oude versie. 

Conclusie

LG toont met de G5 dat er nog flink wat vooruitgang geboekt kan worden in oled-technologie. Perfect is deze tv echter nog niet, vooral in heel donkere beelden moet LG de software nog aanpassen om ruis en zichtbare gradaties te vermijden.  De OLED65G56LS haalt uit het nieuwe oled-paneel echter wel een indrukwekkende piekhelderheid, en erg ruim kleurvolume. We durven bijna zover gaan om te zeggen dat hij de klassieke zwakke punten van oled elimineert. Samen met de uitstekende kalibratie geniet je zo in Filmmaker Mode van bijna referentie beeldkwaliteit.

De ingebouwde luidsprekers leveren een aangename klank, wel jammer dat LG DTS-ondersteuning geschrapt heeft. De nieuwe AI-features in webOS 25 moeten duidelijk nog verder rijpen, voorlopig leveren ze geen meerwaarde, maar webOS blijft wel erg gebruiksvriendelijk. De nieuwe afstandsbediening sluit aan bij de moderne trend met minder toetsen. Gamers tot slot vinden op de G5 alles wat ze maar kunnen wensen. Dit is een topmodel, met een bijhorend prijskaartje, maar hij is het zeker waard.

▼ Volgende artikel
Tekst kopiëren en plakken? Zo krijg je toegang tot het klembord op Android
Huis

Tekst kopiëren en plakken? Zo krijg je toegang tot het klembord op Android

Het is misschien niet het eerste waar je aan denkt, maar ook Android heeft – net als Windows – een klembord. Daarmee kun je gemakkelijk tekst kopiëren van de ene app naar de andere. Maar hoe open je dat klembord eigenlijk? En waar vind je wat erop staat? Je leest het in dit artikel!

Wat gaan we doen?

In dit artikel leggen we uit hoe kopiëren en plakken in Android precies werkt. Dat geldt voor zowel Android-smartphones en Android-tablets.

  • Zo werkt kopiëren, knippen en plakken
  • Knippen en plakken vanuit toetsenbord
  • Verbeteringen dankzij Android 13

Wil je meer weten over de veiligheid van Android? Lees dan het artikel Alles wat je moet weten over Android-beveiliging

Tekst of afbeeldingen kopiëren en plakken: het is een van de basisfuncties van elk besturingssysteem. Ook Android ondersteunt dit natuurlijk. Je kunt iets kopiëren in de ene app en het vervolgens plakken in een andere. Maar het Android-klembord kan meer dan alleen dat. Alles wat je kopieert, wordt daar namelijk tijdelijk opgeslagen. Handig als je per ongeluk iets hebt weggehaald, iets wilt terugvinden of gewoon even wilt kijken wat je allemaal hebt gekopieerd.

Let wel: hoe je precies bij het klembord komt, hangt af van je toestel en de Android-versie die je gebruikt. Zo hebben merken als Samsung en LG hun eigen klembordfunctie ingebouwd. Andere toestellen vereisen meestal een specifieke toetsenbord-app om het klembord te kunnen openen. In dit artikel leggen we je uit hoe je dat doet met zo’n toetsenbord-app.

Klembord binnen toetsenbord-apps

Om toegang te krijgen tot het klembord, heb je een toetsenbord-app nodig die die functie ondersteunt. Populaire keuzes zijn Gboard van Google en SwiftKey van Microsoft. Beide bieden vergelijkbare klembordfuncties, dus je kunt zelf kiezen welke je het prettigst vindt. Download en installeer de app, en stel deze daarna in als je standaard toetsenbord.

©PXimport

Met een ander toetsenbord in Android heb je meer mogelijkheden.

Dat instellen doe je via het instellingenmenu van je Android-telefoon. Gebruik het zoekveld bovenin het scherm en typ 'toetsenbord'. Je krijgt dan een lijst met resultaten. Kies de optie waarmee je het standaard toetsenbord kunt wijzigen en tik daarop.

Kies vervolgens de toetsenbord-app die je net hebt geïnstalleerd, zoals Gboard of SwiftKey. Let op: de vormgeving van de instellingen kan per toestel verschillen. Gebruik je liever een andere toetsenbord-app met klembordfunctie? Geen probleem – zolang je maar de juiste app selecteert bij het instellen.

Tekst kopiëren en plakken

Het klembord werkt meestal alleen met tekst. Wil je iets kopiëren naar een andere app? Selecteer dan een stuk tekst en kopieer het. Open bijvoorbeeld WhatsApp, ga naar een chat en houd het tekstveld even ingedrukt om de tekst direct te plakken. Soms zie je ook een klembordsymbooltje verschijnen, net boven het toetsenbord en onder het tekstveld. Tik daarop om het volledige klembord te openen.

Zie je dat symbooltje niet meteen? Dan krijg je waarschijnlijk eerst de suggestie om alleen de laatst gekopieerde tekst te plakken. Tik in dat geval op het witte rondje met het pijltje naar rechts – zo krijg je alle opties te zien.

Onder het kopje Recent zie je een lijstje met wat je als laatste hebt gekopieerd. Tik op een item om het direct in het tekstveld te plakken. Let wel: deze lijst wordt na een tijdje automatisch geleegd. Gebruik je vaak dezelfde tekst? Dan kun je die vastpinnen, zodat hij bewaard blijft. Zowel Gboard als SwiftKey ondersteunen deze functie: houd het item ingedrukt en kies voor Vastpinnen.

Klembord sinds Android 13

Sinds Android 13 is het klembord flink verbeterd. De basis is nog steeds hetzelfde: je kopieert tekst of een afbeelding in de ene app en plakt die in een andere. Maar de manier waarop je het klembord gebruikt, is een stuk handiger en overzichtelijker geworden. Dat maakt het werken met meerdere fragmenten tegelijk een stuk efficiënter.

Een van de grootste vernieuwingen is dat je nu meerdere items kunt bewaren – zowel tekst als afbeeldingen. Alles wat je kopieert, verschijnt in een nieuw klembordpaneel. Je opent dat paneel via het meldingscentrum of door een tekstveld lang ingedrukt te houden. Daar kun je door je gekopieerde items bladeren, kiezen wat je wilt plakken, en dingen die je niet meer nodig hebt, direct verwijderen. Je kunt zelfs een tekstfragment nog aanpassen voordat je het plakt.

Het klembordpaneel dat in Android 13 zijn intrede heeft gemaakt.

Met de komst van Android 13 werden er ook meteen een aantal nieuwe privacyfuncties voor het klembord geïntroduceerd. In eerdere versies konden apps op de achtergrond soms ongemerkt meelezen wat je had gekopieerd – met alle risico’s van dien. Nu heb je als gebruiker veel meer controle. Zo is er een nieuwe toestemmingsvraag voor klembordtoegang én krijg je een melding als een app probeert mee te kijken. Een stuk veiliger dus.