ID.nl logo
Hoe werkt contactloos betalen?
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Hoe werkt contactloos betalen?

Contant geld heb je nog maar amper nodig. Bijna overal kun je terecht met je betaalpas of creditcard. De nieuwste ontwikkeling is contactloos betalen. Je tikt kort met de betaalpas tegen de betaalautomaat om af te rekenen of betaalt met je smartphone.

In de sciencefictionboeken die ik in mijn jeugd las, kwamen betaalmiddelen voor die nogal onwaarschijnlijk leken. Er werd vaak betaald in een universele valuta, door bijvoorbeeld een plastic schijfje in de buurt van een soort scanner te houden. Bankbiljetten en munten bestonden allang niet meer. Natuurlijk gebeurden er meer rare dingen in die boeken. Zo kon je overal op straat bellen. In mijn jeugd had je daar toch echt een telefooncel voor nodig. Mobieltjes bestonden in die tijd nog niet. Veel technologieën uit die oude boeken zijn inmiddels allang geen sciencefiction meer - al hebben die wonderbaarlijke buitenaardse beschavingen zich nog steeds niet laten zien. Dat is misschien maar goed ook. Want ze waren vaak niet al te vredelievend.

©PXimport

Het is nog vrij onbekend, maar contactloos betalen kan nu al. (foto: MasterCard)

Gedaanteverwisselingen

De manier waarop wij betalen heeft ondertussen flink wat gedaantewisselingen ondergaan. Waar we eerst alleen betaalden met contant geld of een cheque, deed dertig jaar geleden (1985) de pinpas voorzichtig zijn intrede. Daarmee was het plastic geld geboren. Ineens was het heel gewoon dat je op elk moment van de dag geld uit de muur kon halen of betaalde met alleen een pasje. Moesten we die betaalpas eerst nog door een kaartlezer halen, in verband met stijgende criminaliteit werd de magneetstrip rond 2005 vervangen door de betrouwbaardere EMV-chip. EMV staat voor de drie ontwikkelaars (Europay, MasterCard en VISA) van deze technologie.

Het zogenoemde skimmen via gekraakte betaalterminals en opzetstukken bij betaalautomaten zakte flink in. Deze chip op onze betaalpassen is dus een vrij recentelijke ontwikkeling. Toch wordt het terwijl je dit leest alweer vervangen door een nog slimmere methode. Contactloos betalen heeft namelijk de toekomst. Je houdt de betaalpas gewoon eventjes vlakbij de betaalautomaat en je hebt betaald. Lekker snel en gemakkelijk dus.

©PXimport

De magneettrip is inmiddels vervangen door een chip.

Met of zonder pincode

Contactloos betalen verloopt niet veel anders dan je gewend was. Je tikt met de kaart tegen de pinautomaat. Voor bedragen tot en met vijfentwintig euro hoef je geen pincode in te geven. Zo reken je razendsnel kleine aankopen af. Heb je in totaal (achtereenvolgens) een bedrag van vijftig euro contactloos afgerekend, dan moet je één keertje je pincode ingeven. Zo wordt voorkomen dat je rekening geplunderd wordt, mocht je de pas kwijt zijn. Daarna kun je opnieuw kleine bedragen uitgeven tot de drempel van vijftig euro opnieuw is bereikt. Voor bedragen boven de vijfentwintig euro moet je altijd een pincode ingeven, net als bij de traditionele pinpas.

Als consument loop je dus weinig risico. Of eigenlijk helemaal geen risico. Want eventuele schade wordt vergoed, zolang je meteen je bank inlicht en er uiteraard geen sprake is van opzet. De inmiddels opgeheven Chipknip was een digitale portemonnee waar je steeds geld op moest storten. Met contactloos betalen gaan de bedragen rechtstreeks van je rekening en is opwaarderen niet langer nodig.

'Contactloos' reizen

Contactloos betalen met je pinpas staat nog in de kinderschoenen. Toch is contactloos betalen helemaal niet nieuw. Grote aantallen Nederlanders gebruiken namelijk dagelijks, of in ieder geval regelmatig, hun OV-chipkaart. Je houdt het pasje eventjes tegen een kaartlezer en je reis wordt netjes betaald. Geen gedoe meer met los geld, in de rij staan voor een vervoersbewijs en zo net je aansluiting missen. Ook hoef je niet vooraf na te denken over het traject. Je stapt gewoon ergens in en ergens anders weer uit, en je betaalt automatisch het verschuldigde bedrag. Je kunt je nu volledig concentreren op hoe je ergens komt, niet of je wel het juiste kaartje hebt.

©PXimport

Enorm veel mensen betalen dagelijks contactloos met de OV-chipkaart.

Niet dat de OV-chipkaart door iedereen met gejuich werd ontvangen. Toegegeven, er waren startproblemen: je moet niet vergeten in en uit te checken, het is geklungel met verschillende kaartlezers als je met meerdere vervoersbedrijven te maken hebt en helemaal onkraakbaar bleek het systeem ook niet. In het begin leek de OV-chipkaart nogal omslachtig en ingewikkeld. Dat komt deels omdat een nieuwe werkwijze altijd veel weerstand bij ons oproept. We moesten er gewoon even tegenaan schoppen, het een paar keer in de praktijk gebruiken, om te ondervinden dat het toch wel comfortabel werkt. Het scheelt zeker een hoop gedoe met strippen en zones en wat al niet meer.

©PXimport

Voor de OV-chipkaart was het een heel gepuzzel met de strippenkaart.

De grote vervanging

Aan betaalpassen zijn we allang gewend. Wat niet wegneemt dat er nog steeds mensen zijn die het maar niets vinden, dat plastic geld. Ze lopen veel liever eerst naar de bank, nemen binnen aan de balie een flink bedrag op en rekenen daar een aantal weken lang hun aankopen contant mee af. Het op zak hebben en thuis bewaren van flinke geldbedragen vinden ze blijkbaar veiliger, dan in een winkel afrekenen met een betaalpas. Voor het gros van de mensen is betalen met een pinpas gelukkig een vanzelfsprekend. Toch zullen we allemaal even moeten wennen aan contactloos betalen. Het werkt toch net weer even anders. Daarnaast: misschien wil je wel, maar kun je het helemaal nog niet. Allereerst moet jouw betaalpas er geschikt voor zijn.

De meeste banken zijn drukdoende om alle passen via natuurlijk verloop te vervangen. Denk aan verlopen en defecte exemplaren. ING en ABN AMRO zijn daar al heel ver mee.

Rabobank is pas dit jaar begonnen met vervangen en is dus bezig met een inhaalslag. Of jouw pas geschikt is voor contactloos betalen kun je makkelijk zelf zien. Op de achterzijde is dan een pictogram met een aantal 'golfjes' te zien. Het lijkt veel op een wifi-pictogram. Is jouw pas niet geschikt en wil je toch graag meedoen? Dan kun je kosteloos een nieuwe betaalpas aanvragen bij je bank. Ook als je huidige pas niet verlopen is.

©PXimport

Vooral kleine bedragen reken je razendsnel af. (foto: MasterCard)

Contactloze zakkenrollers

Betaalpassen en smartphones waarmee je contactloos betaalt, werken via NFC (Near Field Communication). Om te betalen moeten betaalterminal en pinpas of telefoon zich vlak bij elkaar bevinden. Omdat het draadloos werkt, is er onrust ontstaan over contactloze zakkenrollers. Want stel dat iemand in een overvolle tram 'per ongeluk' tegen je aanstoot en je thuis ontdekt dat er zomaar geld van je rekening is verdwenen. Een contactloze zakkenroller zou een hele rits kleine bedragen van onze rekeningen kunnen slurpen. Simpelweg door over een druk plein te lopen.

Men zegt dat de risico's meevallen. Want zit je betaalpas in een portemonnee en bewaar je die net als je telefoon in je broekzak of handtas? Dan zou het onbereikbaar moeten zijn voor het signaal. Daarnaast is een contactloze zakkenroller nooit anoniem. Elke betaalterminal staat geregistreerd en het geld gaat naar zijn eigen rekening toe. Dat neemt niet weg dat criminelen alsnog met inventieve trucs kunnen komen waar nog niemand aan heeft gedacht. Sommige banken hebben voor ongeruste rekeninghouders een beschermhoesje voor betaalpassen klaarliggen waarmee je het signaal volledig blokkeert.

Apple Pay

Je kunt je afvragen of de betaalpas nog lang bestaansrecht heeft. Want ook smartphones worden steeds vaker met een NFC-chip uitgerust. Dus waarom zou je niet met je telefoon contactloos kunnen betalen. Het toestel heb je toch altijd bij je. In de nabije toekomst is dit inderdaad mogelijk. Al zal die stap voor veel mensen net even te groot zijn. Contactloos betalen met een betaalpas is een nog erg jonge ontwikkeling waar we nog niet massaal aan gewend zijn. Met een telefoon betalen is voor veel mensen op dit moment daarom waarschijnlijk een brug te ver. De ontwikkelingen zijn in ieder geval in volle gang. Zo heeft Apple in oktober vorig jaar Apple Pay aangekondigd. Je hebt er wel een iPhone 6 (Plus) voor nodig, een Apple Watch, of een iPhone 5c of 5s in combinatie met een Apple Watch. Apple Pay is in Amerika al beschikbaar, maar moet de sprong naar Europa nog maken.

©PXimport

Binnenkort kun je via je iPhone betalen met Apple Pay. (foto: MasterCard)

Het blijft dus nog even toekomstmuziek. Hebben we in ieder geval de tijd om als een razende alle betaalautomaten geschikt te maken. Want of je nu met een betaalpas of een smartphone betaalt, het werkt via dezelfde infrastructuur. In plaats van een betaalpas houd je de telefoon bij de betaalautomaat. Voor grotere bedragen kun je je vingerafdruk (Touch ID) gebruiken in plaats van een pincode. Opmerkelijk detail, is dat in Amerika nog vrijwel alleen met magneetkaarten wordt gewerkt. Pas dit jaar stapt men massaal over op de bij ons allang ingeburgerde EMV-chip. Wat dat betreft had Apple misschien beter in Europa kunnen beginnen met de uitrol.

©PXimport

Drie passen (tussenpozen van een jaar) laten het komen en gaan van betaaltechnieken zien.

Google Wallet en Rabo Wallet

Ook met Android-telefoons waarin een NFC-chip zit, kun je over een tijdje contactloos betalen door de app Google Wallet te gebruiken. Google is hier al een aantal jaren mee bezig, maar is het op een of andere manier nog niet gelukt om dit van de grond te krijgen. In Nederland is Google Wallet sowieso nog niet beschikbaar. Net als bij Apple Pay is alleen een telefoon met NFC namelijk niet voldoende. Alle banken moeten de techniek ondersteunen, want je vervangt er bankpassen of creditcards mee. En uiteraard zijn op verkooppunten geschikte betaalterminals nodig. Je kunt Google Wallet wel al gebruiken om online te betalen.

Ook Rabobank is van plan contactloos betalen via smartphones mogelijk te maken. Betalen gaat via een app genaamd Rabo Wallet. Vandaar dat deze bank in eerste instantie niet van plan was nieuwe betaalpassen met een NFC-chip uit te brengen. Direct overstappen naar de telefoon leek handiger.

Secure Element

Wat is eigenlijk het verschil tussen contactloos betalen met een betaalpas en een smartphone? Nou, eigenlijk is er geen verschil. In beide gevallen gaat het om een beveiligde chip die via NFC draadloos met een betaalterminal praat. Je telefoon doet dus alsof het een betaalpas is. Een virtuele bankpas, opgeslagen in een beveiligde en onbereikbare plek in je telefoon: Secure Element genaamd. Bij zowel Google als Apple geef je eenmalig de gegevens van je betaalpas op. Google blijft er vervolgens tussen zitten en ziet zodoende alles wat je via de telefoon koopt. Apple bemoeit zich niet met de betalingen en weet niet wat jij koopt. Alleen bij het registreren geef je de kaartgegevens op. Apple regelt met jouw bank dat je kunt betalen en trekt zich vervolgens terug.

Biometrisch betalen

Contactloos betalen zal in de toekomst niet beperkt blijven tot een bankpas of telefoon. In een gebied met betaald parkeren kan de meter bijvoorbeeld automatisch gaan lopen zodra je langs de weg parkeert. Of de slagboom van de parkeergarage gaat automatisch open zonder dat je nog langs een betaalautomaat hoeft te gaan. Simpelweg door de auto met NFC uit te rusten. Ook is het implanteren van een chip in ons eigen lichaam een mogelijkheid. Dan is er helemaal geen los apparaat meer nodig. Liever geen elektronica in je lijf? Dan is biometrie een oplossing.

Het lijkt misschien sciencefiction, maar je kunt jezelf straks identificeren via unieke patronen van de iris, een vingerafdruk, de aderen in je handpalm of via gezichtskenmerken. Zelfs je hartslag blijkt een uniek patroon te hebben. In een supermarkt kan een winkelwagen vol producten in één keer automatisch gescand worden, waarna je via biometrische technieken betaalt. Tijdens het uitgaan kunnen toegangskaarten en consumpties automatisch op je rekening gezet worden, waarna je bij het verlaten van de gelegenheid contactloos of biometrisch afrekent. Welke methode je ook kiest, het blijft altijd zaak dat je alleen betaalt wanneer jij dat wilt. Niet zodra je toevallig in een camera kijkt of iets aanraakt. Naast een betrouwbare identificatie (ben jij het wel?), is vooral bij grotere bedragen een waterdichte verificatie nodig (wil je dit wel?).

Handoplegging

De Nymi Band is een voorbeeld van een biometrische methode die naar het unieke patroon van je hart kijkt. Je legt een vinger op de sensor van de armband, waarna het unieke patroon wordt vastgesteld via een ECG (elektrocardiogram). Wordt jouw identiteit bevestigd, dan kun je contactloos betalen. Voordeel van de Nymi Band is dat je altijd, dus ook bij kleine bedragen, bevestigt dat jij het echt bent. In Canada loopt een pilot in samenwerking met onder andere MasterCard, dus wie weet kunnen we deze armband in de toekomst ook in Nederland gebruiken.

©PXimport

Zodra je unieke hartpatroon is bevestigd, kun je contactloos betalen. (foto: Nymi)

Biometrische methoden waarbij je helemaal geen apparaatje meer bij je hoeft te dragen bestaan ook. Zo kun je met Quixter betalen met alleen een handoplegging. Het lijkt misschien magie, maar het kan echt. Nu al .. op dit moment. Want in Zweden wordt deze betaalapparatuur op kleine schaal gebruikt. Je legt je hand op een soort frame, waarna een infraroodcamera de aderen in je handpalm analyseert. Bedenker Fredrik Leifland geeft aan dat het erg betrouwbaar is. De scanner gebruikt onschadelijk infraroodlicht om naar het bloed te kijken dat onderhuids door je aderen stroomt. Het maakt hierbij niet uit of je hand een beetje vies is of dat je wat kleine sneetjes hebt. Vingerafdrukken zijn eventueel nog te vervalsen door er een afdruk van te maken, maar bij deze handoplegging lukt dat niet. Ook in het lugubere geval waarin iemands hand wordt afgehakt, kan er niet mee betaald worden. Er moet namelijk bloed door de aderen stromen.

©PXimport

Betalen met een handoplegging lijkt wel magie. (foto: Quixter)

▼ Volgende artikel
Review Logitech MX Master 4 - De muis die jou de baas is
© Logitech
Huis

Review Logitech MX Master 4 - De muis die jou de baas is

De Logitech MX Master 4 is de nieuwste telg in de populaire MX-serie. De muis belooft meer controle, precisie en comfort dan ooit, met haptische feedback en een 8K-sensor die zelfs op glas moeiteloos werkt. Maar is hij de stevige prijs van 129,99 euro waard?

Fantastisch
Conclusie

De Logitech MX Master 4 is een verfijnde evolutie van een klassieker. Supersnel, stil en uitzonderlijk precies, met slimme haptische feedback en een batterij die weken meegaat. Kleine schoonheidsfoutjes – zoals de gevoelige duimknop en iets verplaatste navigatietoetsen – weerhouden hem niet van een bijna perfecte score. Ideaal voor wie dagelijks uren achter het scherm zit en het beste gereedschap wil.

Plus- en minpunten
  • Precieze, stille en razendsnelle bediening
  • Slimme Gesture Button met vijf instelbare acties
  • Comfortabel ontwerp
  • Batterij houdt het lang vol
  • Prijzig
  • Geen oplaadkabel meegeleverd
  • Herplaatsing knoppen vergt gewenning

De MX Master 3S was al een dikke publieksfavoriet, maar met de MX Master 4 legt Logitech de lat opnieuw een tikkie hoger. Dit is een echte powerhouse voor wie dagelijks veel met tekst, beeld of code bezig is. Of gewoon voor wie een heel lekkere muis wil. Alles draait om controle, snelheid en comfort. Daar betaal je met een krappe 130 euro weliswaar een premiumprijs voor, maar deze muis is dan ook duidelijk bedoeld voor mensen die hun werk serieus nemen. De MX Master 4 is verkrijgbaar in Graphite en Pale Gray, en wordt standaard geleverd met een Logi Bolt-ontvanger. Wij hebben voor de test de Pale Gray-variant voor de Mac mogen bepotelen.

©ER | ID.nl

Muizen met gevoel

Het opvallendste snufje is de toevoeging van haptische feedback. Elke klik, sneltoets of melding voel je subtiel onder je vingers trillen. Niet als gimmick, maar als tastbare feedback: je voelt letterlijk wat je doet. En dat werkt echt prettig, vooral omdat je iets dergelijks ook gewend bent van bijvoorbeeld je smartphone. Via Logi Options+ bepaal je zelf hoe intens die feedback is en kun je verschillende acties aan specifieke apps knopen. Dat geeft de muis een persoonlijk tintje. Zeker bij precisiewerk (foto- en tekstbewerking of het schrijven van code) merk je hoe natuurlijk dat aanvoelt.

De grote toets onder de duim, waarmee je het Haptic Sense-paneel oproept, is wel vrij gevoelig. Tijdens de paar weken dat we de muis hebben getest, drukten we die knop af en toe per ongeluk in, wat even storend kan zijn. Toch is dat gelukkig een kwestie van gewenning, want het idee achter de functie is sterk.

Snelheid zonder haast

De befaamde MagSpeed-scroll is gelukkig gebleven en is zelfs nog iets verfijnd. Eén draai aan het stalen wiel en je schiet door lange documenten of spreadsheets. Nieuw is de Actions Ring, een rond menu dat rond je cursor verschijnt. Daarmee open je favoriete tools of snelkoppelingen zonder je toetsenbord aan te raken. Logitech beweert dat je hierdoor tot 63 procent minder muisbewegingen maakt. Dat is misschien wat optimistisch, maar het systeem werkt verrassend intuïtief en snel. Hieronder een overzichtje van de mogelijkheden.

MogelijkheidWat je ermee doetOpmerking
Snel toegang tot Photoshop-toolsFilters/aanpassingen direct in ring (bubbles)Handig voor vaste tools
Video-apps (bijv. Premiere)Trimmen/navigatie/transport vanuit ringScheelt muisbewegingen
Map/folder in ringSubmenu's met meerdere acties per bubbleTot 72 knoppen per app (via folders)
ToepassingsprofielenAndere ring per appAutomatisch wisselen
Plugin-integratieExtra functies via Logi MarketplaceHaptics/extra commands
Haptische feedbackTrillingen bij navigatie/selectieTactiele bevestiging
Apparaat-switch/Easy SwitchWissel tussen gekoppelde devicesMulti-device gemak
Timer/klok/widgetsStopwatch/tijdweergave in ringVia plug-ins

Werkt zelfs op glas

De Darkfield-sensor met 8000 dpi is extreem nauwkeurig en werkt op vrijwel elk oppervlak, zelfs op glas of gelakt hout. Je kunt de gevoeligheid aanpassen in stappen van 50 dpi, maar de meeste mensen zullen vermoedelijk gewoon de standaard afstelling gebruiken: hij voelt van nature al prima aan. Dankzij een nieuwe radiochip en antenne is de verbinding bovendien rotsvast. Je kunt de muis gebruiken via bluetooth low energy of de meegeleverde Logi Bolt-ontvanger, die een bereik van zo'n 10 meter garandeert.

©ER | ID.nl

Comfortabel stil

Qua vorm blijft Logitech dicht bij zijn succesformule. De muis ligt daarom nog altijd als gegoten in de hand, met een lichte hellingshoek, een vertrouwde duimpositie en een extra horizontaal scrolwiel. De klikgeluiden zijn nu 90 procent stiller dan bij de vorige generatie, meldt Logitech. En met 150 gram voelt de MX Master 4 solide aan zonder zwaar te worden.

Kleine kanttekening: de twee navigatieknoppen voor browsergebruik (vooruit en terug) zijn iets naar achteren verplaatst om ruimte te maken voor de Gesture Button (zie kader hieronder). Dat zorgt er soms voor dat je per ongeluk op de verkeerde knop drukt, vooral als je gewend bent aan een van de MX Master-voorgangers. Misschien een detail, maar wel merkbaar bij dagelijks gebruik.

Via Logi Options+ stel je sneltoetsen, app-profielen en automatiseringen in. De software werkt het best binnen Windows en macOS, maar ook in Linux, ChromeOS, Android en iPadOS doet de muis wat hij moet doen, al zijn daar minder functies beschikbaar.

Één knop, vijf superkrachten

Alsof de MX Master 4 nog niet genoeg trucs kende, heeft Logitech ook de Gesture Button opnieuw uitgedacht. Deze knop, verstopt onder je duim, verandert je muis in een soort afstandsbediening voor je besturingssysteem. Houd hem ingedrukt en beweeg de muis naar boven, beneden, links of rechts om razendsnel tussen bureaubladen te wisselen, je bureaublad te tonen of het startmenu te openen. In macOS roep je met dezelfde bewegingen Mission Control of App Exposé aan. Met de Logi Options+-software kun je deze gebaren bovendien volledig aanpassen: van mediabediening en zoom tot eigen sneltoetsen of macro's. In totaal zijn er vijf acties toe te wijzen aan één knop, en wie wil kan de gestures zelfs verplaatsen naar andere knoppen, zoals het scrolwiel.

©Logitech

Batterij die blijft gaan

Logitech zegt dat de ingebouwde 650 mAh-accu het tot 70 dagen op één lading moet kunnen volhouden. Dat hebben we nog niet kunnen testen, maar we kregen de muis met 55 procent van de lading binnen en daar is na een weekje driftig muizen slechts 2 procent van af. Bovendien levert één minuut snelladen drie uur gebruik op, mocht je haast hebben. Opladen gebeurt via usb-c, al levert Logitech geen kabeltje mee. Jammer, maar je hebt er vast nog eentje rondslingeren thuis.

Al met al

De Logitech MX Master 4 is een muis die wat ons betreft zijn eigen categorie verdient. Hij is snel, stil, precies en slimmer dan ooit. De paar kleine schoonheidsfoutjes doen daar weinig aan af. Voor ontwerpers, programmeurs, schrijvers en andere intensieve gebruikers is dit een investering die zich op den duur terugbetaalt in comfort en efficiëntie. Casual gebruikers zullen hem misschien een beetje overkill vinden, maar wie hem eenmaal in de hand heeft, wil niets anders meer.

▼ Volgende artikel
Altijd lekker tikken: 9 high-endtoetsenborden vergeleken
Huis

Altijd lekker tikken: 9 high-endtoetsenborden vergeleken

Zelf een toetsenbord samenstellen is niet voor iedereen weggelegd, maar één ding is duidelijk: een goed toetsenbord maakt een groot verschil. In deze test bekijken we de beste kant-en-klare toetsenborden van dit moment. Of je nu op zoek bent naar het snelste toetsenbord voor gaming of een comfortabel model voor kantoorwerk: we helpen je bij het maken van de juiste keuze.

Onze laatste vergelijkende test van toetsenborden is inmiddels alweer meer dan vijf jaar oud. Toen draaide alles om het concept ‘mechanisch’, praktisch elke fabrikant maakte toen gebruik van de switches van het Duitse Cherry of een goedkopere Chinese afgeleide daarvan, de Kailh-switch.

Inmiddels is het aanbod versplinterd en zien we enkele van de elementen die custom borden populair maken doorsijpelen naar de kant-en-klare producten. Zo zien we veel meer lay-out-opties en een veel breder scala aan switchopties. Stillere varianten, zwaardere varianten voor een stevigere aanslag en lubed-varianten voor een soepelere aanslag. De opvallendste stap de afgelopen jaren is de introductie van een magnetisch, optische switch, waarbij de aanslag niet digitaal is (ingedrukt ja of nee), maar analoog. Zie ook het kader ‘Analoge switches?’ voor meer hierover.

Andere ontwikkelingen

Een positieve ontwikkeling is dat menig toetsenbord inmiddels voorzien is van zogeheten hot-swap switches. Mocht je per ongeluk een switch stukmaken (bijvoorbeeld door het morsen van drinken), dan kun je nu veelal enkele knoppen vervangen in plaats van meteen een nieuwe model te moeten kopen. Daarnaast hebben verbeteringen in accutechniek en draadloze protocollen ervoor gezorgd dat draadloze high-endtoetsenborden tegenwoordig een realistische optie zijn zonder constant het toetsenbord bij te hoeven laden.

Testselectie

Voor deze vergelijkende test hebben we tientallen toetsenborden overwogen. Hieruit hebben we een voorselectie gemaakt van toetsenborden die degelijk gebouwd zijn, aan de minimale eisen voor een serieuze gamer of kantoorwerker voldoen (denk aan n-key rollover, zodat je meerdere toetsen tegelijkertijd in kunt drukken, anti-ghosting en een lage latency) en die minimaal goed beoordeeld waren.

Endorfy Celeris 1800

Endorfy is een relatieve nieuwkomer in de markt, maar liet eerder met de Thock-toetsenborden al zien dat het bedrijf veel waar voor je geld kan bieden. Het nieuwste model, de Celeris 1800, doet dat wederom. Het bord kan wat gevoel en bouwkwaliteit betreft aardig concurreren met flink duurdere modellen in deze test. Als je hem probeert te buigen zie je wel wat verschil, maar op tafel bij normaal gebruik merk je daar niets meer van.

Het opvallendst is het relatief compacte ontwerp, terwijl er toch een numeriek toetsenbord op zit. Dat deel is vergeleken met de meeste andere toetsenborden wat naar links geschoven, wat ergonomisch fijn is voor mensen die niet alleen gamen, maar ook vooral veel in Excel werken. Sommige gebruikers, primair programmeurs, moeten er rekening mee houden dat de plaatsing van de Home-, End- en Page-toetsen mogelijk niet voor iedereen ideaal is. Ook liggen de toetsen relatief hoog, ook iets wat niet iedereen zal liggen.

De Celeris 1800 is gloednieuw en heeft een adviesprijs van 99 euro. Dat maakt hem al een van de goedkoopste toetsenborden in deze test. Prijzen zakken normaliter nog wat na de lancering. Grofweg 100 euro voor een fijn toetsenbord dat ook nog eens draadloos (dongel voor gaming, bluetooth voor laptopwerkers) kan functioneren en Mac-ondersteuning heeft, is een uitstekende deal.

©Endorfy

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐

Adviesprijs: € 99,-

Website: www.endorfy.com


Pluspunten:

  • Fijne switches

  • Degelijk

  • Bedraad en draadloos

  • Compact met numeriek veld


Minpunten:

  • Relatief hoog

  • Lay-out afwijkend

Corsair K65 Plus Wireless

Corsair kennen we vooral van grote mechanische toetsenborden met veel extra's, maar het is de compacte K65 Plus Wireless waar we de laatste tijd het meest gecharmeerd van waren. De constructie is enorm degelijk en het toetsenbord is voorzien van fijne, soepel voelende switches die niet te luid zijn. Dat zorgt vrijwel direct voor een heel fijne ervaring onder de vingers.

Of de compacte vormgeving fijn is, is uiteraard subjectief. Compact is fijner voor gamers en andere gebruikers die het numerieke toetsenbord niet nodig hebben, het bespaart ruimte op je bureau (of in je rugtas) en laat meer ruimte over voor je muis. Excel-gebruikers zullen dit toetsenbord natuurlijk direct diskwalificeren.

Toen het bord uitkwam voor 160 euro was onze voornaamste kritiek dat het eigenlijk iets te duur was vergeleken andere toetsenborden die voor 100 euro grofweg hetzelfde boden. Of juist net niet uitgebreid genoeg vergeleken met borden van 200 euro. Inmiddels is de prijs gezakt tot 137 euro en op dat punt kun je, mits de compacte vormgeving bij je past, eigenlijk niet om deze Corsair heen. Net wat chiquer dan nauwelijks goedkopere modellen, voorzien van draadloze functionaliteit en vooral het feit dat het een relatief laag bord is (voor een model met hoge switches) maakt dit een makkelijke aanrader en onze redactietip.

©Corsair

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐½

Adviesprijs: € 137,-

Website: www.corsair.com


Pluspunten:

  • Fijne switches

  • Zeer degelijk

  • Bedraad en draadloos

  • Prijs-kwaliteitverhouding


Minpunten:

  • Voor sommigen te compact

Razer Joro

Razer staat vooral bekend om hun grote modellen met alle toeters en bellen, maar biedt met de Joro ook wat anders. De Razer Joro is extreem compact en verreweg het lichtste bord in deze test. De doelgroep bestaat hier overduidelijk uit gamers die hun toetsenbord vooral veel meeslepen. Puur op basis van afmetingen en gewicht ligt deze Razer voor dat doeleind natuurlijk voor de hand. Ondanks het lage gewicht ligt de Joro toch stevig op tafel en zit de bouwkwaliteit van de constructie erg goed in elkaar. De aluminium behuizing voelt ook chic aan, de lage positie is toegankelijk voor velen en aangesloten via de kabel is het ook een snel competitief bord voor gamers.

Razer laat ook wel wat steekjes vallen, vooral voor hun gamende doelgroep. De afwezigheid van een dongel voor een snelle draadloze verbinding en het feit dat de switches nog wel wat speling vertonen, maakt enkele goedkopere alternatieven in deze test in onze optiek fijner. Voor de harde werkers onder ons vinden we de MX Keys ook wat beter voor minder geld.

Daarmee is de Joro in onze optiek niet de meest voor de hand liggende optie, zeker niet voor 130 euro. Als je echt op zoek bent naar het compactste en lichtste toetsenbord, dan is de Joro wel een prima optie.

©Razer

Oordeel: ⭐⭐⭐½

Adviesprijs: € 129,-

Website: www.razer.com


Pluspunten:

  • Licht en compact

  • Degelijke bouw

  • Uitstekende accuduur


Minpunten:

  • Geen dongel

  • Switches mogen scherper

  • Relatief duur

ASUS ROG Azoth X

ASUS en dan met name de ROG-producten staan niet bepaald bekend om hun bedaagde ontwerp. De fabrikant doet daar met hun Azoth X nog een flinke schep bovenop. Wat je er ook van vindt, uniek is het kleurrijke design met half doorzichtige keycaps (voor meer RGB-effect) zeker. Kwalitatief valt er heel weinig op dit bord aan te merken. Het is oerdegelijk en heeft een uitstekende aanslag; het is zelfs een van de fijnste borden in deze test. Het bord heeft ook handige eigenschappen. Draadloos krijg je bijvoorbeeld zowel een snelle als een bluetoothoptie. Daarnaast heeft het bord een goede accuduur, een mooie stevige polssteun plus nog wat minder cruciale extra’s, zoals een aanpasbaar oled-scherm in de bovenhoek. Kost wat, maar dan krijg je ook wat.

Ons voornaamste bezwaar gaat over de definitie van het woord ‘wat’. Want voor 200 euro hadden we het bij het bovenstaande gelaten. Een prijs van 250 euro zouden we wel erg pittig noemen, maar de adviesprijs van 329 euro is wel echt extreem. Daarvoor zouden we bijvoorbeeld toch wel analoge switches willen zien of een echt extreem luxe afwerking. Wellicht dat de prijs nog wat zakt, maar ondanks onze hoge inhoudelijke waardering is de exorbitante prijs vooralsnog het argument om het hoogste eremetaal achterwege te laten.

©ASUS

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐½

Adviesprijs: € 329,-

Website: www.asus.com


Pluspunten:

  • Oerdegelijk

  • Zeer fijne switches

  • Veel mogelijkheden

  • Unieke uitstraling


Minpunten:

  • Uitstraling

  • Extreem duur

SteelSeries Apex Pro TKL Gen 3

De SteelSeries Apex Pro TKL is ook geen goedkoop bord en is misschien nipt wat minder chic dan de ROG. In tegenstelling tot die concurrentie weet SteelSeries wel een gezonde balans te vinden tussen de kwaliteit van het product, het toevoegen van extra mogelijkheden en het alsnog een beetje temmen van de prijs.

De bouw is uitstekend en de analoge, volledig instelbare switches zijn zowel aangenaam onder de vingers als zeer stabiel met minimale speling. Het strakke ontwerp is ook iets toegankelijker, zeker als je naast gamen ook nog een beetje zakelijk voor de dag wilt komen. Daarnaast is het ook nog een relatief stil toetsenbord, wat fijn is voor de omgeving. Al hangt de stilte natuurlijk altijd af van hoe hard je zelf op de knoppen slaat.

Ook hier is een oled-schermpje van de partij en Steelseries heeft als voordeel dat als je de door ons geteste compacte TKL-versie niet aantrekkelijk vindt, dat er ook een volledige en een nog compactere variant van bestaat.

Nadelen zijn er ook. Zo vinden we het volumewiel net wat te klein in gebruik, is het bord relatief hoog en ontbreekt draadloze functionaliteit. Maar als je je bord toch niet meeneemt is de meerwaarde daarvan te klein om daar meer geld aan uit te geven. Als draadloos niet nodig is, dan is dit in onze optiek het beste bord van dit moment.

©SteelSeries

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐½

Adviesprijs: € 211,-

Website:www.steelseries.com


Pluspunten:

  • Fijne switches

  • Analoge functionaliteit

  • Prijs-kwaliteitverhouding


Minpunten:

  • Relatief hoog

  • Niet draadloos

Analoge switches?

De meeste toetsenborden maken gebruik van mechanische switches, waarbij het mechanisme voor een bepaald typegevoel (en kwaliteit) zorgt. Een analoge switch is technisch gezien ook een mechanisch product, maar maakt gebruik van een magneet en een hall effect-sensor in plaats van een metalen contact en plastic mechanisme. Hierdoor kan de switch extreem nauwkeurig zien hoe ver een toets wordt ingedrukt, waarbij je dan zelf kunt instellen op welk moment de toetsaanslag daadwerkelijk plaatsvindt, of je een joystickachtige drukgevoelige controle kunt krijgen over een bepaalde actie in een game of applicatie. En, in theorie althans, zijn deze switches ook nagenoeg niet kapot te krijgen. Verschillende merken gebruiken verschillende namen voor dit concept, maar in de basis zijn ze grotendeels hetzelfde. Voor simpel typewerk maakt het niet heel veel verschil, maar voor de veeleisende toetsenbordgebruikers zijn analoge switches op dit moment dé hype.

©SteelSeries

Met een analoge switch zoals de OmniPoint van SteelSeries kun je verschillende acties met een toets uitvoeren zoals lopen en rennen in een spel.

ASUS ROG Falchion Ace HFX

Net als SteelSeries maakt ook ASUS op de ROG Falchion Ace HFX gebruik van magnetische analoge switches. Het bord heeft een nog wat compactere 65%-lay-out, waarbij je dus goed moet opletten of het ontbreken van de functietoetsen een bezwaar voor je is. Functioneel is hij grotendeels gelijkwaardig aan het toetsenbord van SteelSeries en de toevoeging van 8000 Hz polling geeft in theorie nog een klein voordeel in reactiesnelheid boven de SteelSeries.

Voor de originele prijs van 200 euro laat ASUS wel punten liggen. De bouw en de afwerking van de 100 euro kostende Endorfy is zelfs wat beter. Je merkt dat de Falchion iets meer doorveert dan andere borden wanneer je stevig tikt en dat is onacceptabel in het hogere segment. Het bord kost bij de meeste aanbieders 209 euro, maar was tijdens de testperiode ook verkrijgbaar voor 119 euro. Ook voor dat lagere bedrag weet de Corsair K65 Plus Wireless iets meer indruk te maken met zijn bouwkwaliteit en aanslag. Maar als je toch graag een analoge switch wilt waarbij je de aanslagdiepte kunt instellen, dan is dit als de lagere prijs structureel blijft één van de goedkopere opties die als bonus ook nog eens visueel leuk voor de dag komt.

©ASUS

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐

Adviesprijs: € 209,-

Website: www.asus.com


Pluspunten:

  • Analoge switches

  • 8000Hz-modus

  • Aantrekkelijke uitstraling

  • Prijs


Minpunten:

  • Bouwkwaliteit

  • Formaat niet voor iedereen

Logitech G Pro X TKL

Logitech is met afstand marktleider op gebied van toetsenborden en heeft dan ook een enorm aanbod aan borden. Het bedrijf heeft praktisch elke populair formaat in huis en er zijn ook nog eens een flink aantal kleurstellingen. Waar Logitech wat minder goed in is, is de naamgeving van de producten. Zo is er ook een G Pro X muis en headset, en zelfs de G Pro X TKL-toetsenborden bestaan in flink wat verschillende uitvoeringen. De reguliere variant wordt ook wel de Lightspeed genoemd, wat staat voor de toevoeging van een snelle draadloze werking. De Rapid-variant is juist voorzien van magnetische switches, maar is die weer volledig bedraad.

Logitech doet op zich weinig fout met deze producten. De bouw, de switches en de mogelijkheden met onder andere mediaknoppen zijn prima. Combineer dat met het feit dat ze veel zullen verkopen omdat ze het bekendste merk zijn, en de meeste kopers zullen tevreden zijn. De realiteit is wel dat er andere modellen zijn die (minimaal) hetzelfde bieden voor minder geld, of een overtreffende prestatie weten te bieden voor iets meer. Voor 160 euro zouden we toch iets meer dan ‘prima’ willen zien, wat extra’s zoals een polssteun of een betere accuduur.

©Logitech

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐

Adviesprijs: € 159,-

Website: www.logitech.com


Pluspunten:

  • Prima bouwkwaliteit

  • Prima switchgevoel

  • Genoeg mogelijkheden


Minpunten:

  • Meerdere varianten

  • Matige accuduur

  • Relatief duur

be quiet! Dark Mount

De Dark Mount is het eerste toetsenbord van be quiet!, dat we vooral van de stille behuizingen kennen. Die focus wordt meteen duidelijk zodra je gaat tikken; het is namelijk het stilste toetsenbord in deze test. De focus op stilte gaat helaas wel wat ten koste van switchstabiliteit en tikgevoel.

Qua mogelijkheden zet het bord zich door een modulaire opbouw erg af van de rest. Naast een rechttoe rechtaan compact TKL-bord krijg je ook een afneembaar numeriek veld met macrotoetsen voorzien van een schermpje dat je ook nog eens zowel links als rechts kunt plaatsen. Ook krijg je een opzetmodule met schermpje en mediatoetsen en polssteunen. Zo transformeert de Dark Mount binnen een paar seconden naar een overcompleet XL-monsterbord.

Was de Dark Mount scherp geprijsd geweest, dan hadden we enkele kanttekeningen door de vingers kunnen zien. Maar als je de hoofdprijs vraagt, dan verwachten we dat alles top is. Dat is niet helemaal het geval. De polssteun is kwalitatief treurig, de switches voelen minder chic dan borden die de helft kosten en de software voor de macrotoetsen laat te wensen over. Voor hetzelfde geld kun je ook een prima toetsenbord en een los macrotoetsenbord als de Elgato Stream Deck kopen. Een aanbieding en een software-update kan wel genoeg zijn om van dit goede idee een serieuze concurrent te maken.

©be quiet

Oordeel: ⭐⭐⭐½

Prijs: € 259,-

Website: www.bequiet.com


Pluspunten:

  • Zeer stil

  • Degelijke bouw (bord)

  • Modulair

  • Macrotoetsen


Minpunten:

  • Relatief duur

  • Polssteun ondermaats

  • Software kan beter

Logitech MX Keys S

De Logitech MX Keys S is een beetje het buitenbeentje in deze vergelijking. In tegenstelling tot de ander toetsenborden is het namelijk géén bord waar fanatieke gamers blij van zullen worden. De keerzijde is dat het voor iedereen die een high-endbord zoekt voor alle andere doeleinden een model is waar je praktisch niet omheen kunt. Ook bestaat er naast de door ons geteste full size-versie een minivariant waarop het numerieke veld ontbreekt.

Dit bord is uitstekend gebouwd, voorzien van fijne switches en het heeft een low profile-ontwerp dat ook erg toegankelijk is voor iedereen die nog niet eerder een high-endbord gebruikt heeft. Als je nu een goedkoper toetsenbord hebt, dan voelt dit als een verademing en een ervaring waar je niet meer zonder wilt. Je kunt hem met meerdere apparaten verbinden, de accuduur is uitstekend en de software van Logitech is volwassen en biedt tal van extra mogelijkheden die voor kantoorwerkers relevant zijn.

Zolang gamen geen eis is, is dit een fijn bord zonder dat je echt de hoofdprijs betaalt. Houd alleen even de verschillende formaten in de gaten, en het feit dat er verpakkingen met en zonder polssteun worden verkocht.

©Logitech

Oordeel: ⭐⭐⭐⭐½

Prijs: € 99,-

Website: www.logitech.com


Pluspunten:

  • Bouwkwaliteit

  • Fijne low-profile switch

  • Prijs-prestatieverhouding


Minpunten:

  • Niet voor gamers

Conclusie

Echt slechte borden hebben we reeds uit onze selectie gefilterd, dus geen van de geteste toetsenborden is een miskoop. Het belangrijkst is om duidelijk in kaart te brengen welk formaat en indeling je nodig hebt en aan welke extra eigenschappen je waarde hecht. Het merk is normaliter bijzaak, maar er valt iets voor te zeggen om al je randapparatuur in één softwarepakket te beheren.

Toch zien we wel enkele uitblinkers. Zoek je louter een toetsenbord zonder fratsen voor kantoorwerk, dan is de Logitech MX Keys S onze eerste keus, met als bonus dat de lage toetsen voor praktisch iedereen fijn tikken. We geven Logitech daarom een redactietip. Wil je wel gamen, dan biedt Endorfy een uitstekende prijs-kwaliteitverhouding voor minder dan 100 euro, al vinden we de Corsair K65 Plus Wireless zijn paar tientjes meer wel waard voor de iets betere bouw en de lagere constructie. Beide borden zetten veel druk op de concurrenten, waarbij je veel meer betaalt voor een bescheiden impact op de daadwerkelijke ervaring. Uiteindelijk krijgt ook Corsair een redactietip. In het hogere segment zien we wel degelijk waarde worden toegevoegd. Zo biedt de ASUS ROG Azoth X een van de beste ervaringen, maar vinden we de prijs van meer dan 300 euro niet helemaal in verhouding staan. De Steelseries Apex Pro TKL vinden we ook een uitblinker die wel een iets redelijkere balans weet te vinden in dat segment: degelijke bouw en aanslag, zeer compleet qua mogelijkheden en de instelbare analoge switches bieden ook echt iets nieuws en unieks. Als zo'n 200 euro voor een toetsenbord geen bezwaar is, zou dat onze eerste keuze zijn.