ID.nl logo
Huis

Google Home review - Spil in je geautomatiseerde huis

De Google Home maakt van je woning een smart home, helemaal in combinatie met ondersteunde domotica. Sinds november 2016 heeft redacteur Rens Blom er al eentje in huis en inmiddels verstaat de gadget ook Nederlands. Heeft hij een beetje aan de spraakassistent kunnen wennen? Lees het in deze Google Home review.

Google presenteerde de Home-speaker in mei 2016 en bracht hem in november uit in de Verenigde Staten. Omdat duidelijk was dat het apparaat voorlopig niet naar andere landen zou komen en ik hem graag wilde testen, importeerde ik er direct twee uit de VS. In oktober 2018 bracht Google de Home en kleinere en goedkopere Home Mini in Nederland uit, samen met een Nederlandse versie van Google Assistent.

De Google Home werkt alleen met de stekker in het stopcontact. De stekker is 180 cm lang, wat in principe voldoende moet zijn. Ik vind het jammer dat Google gekozen heeft voor een alternatieve stroomaansluiting in plaats van micro-usb of usb-c. Gaat de stekker van de Home kapot dan is het lastig om een alternatieve kabel te vinden. Ook het feit dat het apparaat geen accu heeft, kan een minpunt zijn. Heb je een feestje en wil je de Home daarom ergens anders in huis of juist buiten neerzetten, dan moet er een stopcontact in de buurt zijn. En valt de stroom (even) uit, dan doet de Home direct niets meer.

Waar je ook rekening mee moet houden, is dat de Google Home niet waterbestendig is. De speaker is daarom niet geschikt voor vochtige ruimtes als de badkamer, en kan bij vochtig weer ook niet buiten staan. Wil je een slimme Google Assistent-speaker waar je tijdens het douchen tegen kan praten, dan kan je beter kijken naar een (draadloos) model van JBL of Mobvoi.

Bediening

Je bedient de Home voornamelijk met je stem, maar het apparaat is ook deels via aanrakingen te gebruiken. De bovenkant van de speaker is namelijk aanraakgevoelig en bevat led-icoontjes. Leg je je vinger op de bovenkant en draai je naar links of rechts dan verschijnt er een ring die het geluidsvolume van de Home aanpast.

Wil je de Home activeren zonder het hotword ‘Hey Google’ of ‘OK Google’ te zeggen? Druk dan met één vinger een paar seconden op de bovenkant totdat er een gekleurde cirkel getoond wordt, en geef vervolgens een commando. Speel je muziek af dan kan je met één tik het nummer pauzeren en weer afspelen. Zo zijn er nog wat commando’s, die allemaal prima werken. Ik gebruik ze weinig omdat mijn Home’s vaak niet binnen handbereik staan, en dan is stembesturing eenvoudiger.

©PXimport

In de Home zijn verschillende far-field-microfoons geplaatst zodat het apparaat het hotword en je commando(‘s) op korte en langere afstand hoort. Op papier dan, want in de praktijk werkt deze techniek niet foutloos. Mijn Home staat op een dressoir tegen de muur in de woonkamer, ongeveer in het midden van de kamer. Een prima plek, en in de meeste gevallen reageert de speaker dan ook direct op mijn hotword. Maar staat de radio iets harder dan gebruikelijk dan moet ik van een afstandje onnatuurlijk hard praten, of naar de Home toelopen.

Hetzelfde geldt wanneer ik in de open keuken sta, schuin achter het dressoir. Het went, maar blijft storen. De zestig euro kostende Amazon Echo Dot, die op een andere plek in mijn woonkamer staat, heeft beduidend betere microfoons. In situaties waarin de Home het laat afweten, hoort de Echo Dot mij veel vaker. Achterop de speaker zit overigens een mute-knop die de microfoons uitschakelt. Handig als je een vertrouwelijk gesprek voert en zeker wil zijn dat de Home niet meeluistert – ook al belooft Google dat hij dat alleen doet nadat je het ‘hotword’ zegt.

Kwaliteit speakers

De ingebouwde speaker van de Google Home zit aan de onderkant en is deels zichtbaar als je de onderkant verwijdert. Het apparaat heeft een 2-inch driver en twee 2-inch passieve radiators. Uit de speaker klinken de vragen, antwoorden en commando’s van de Assistent, maar ook muziek, podcasts en andere audio.

Vooraf had ik lage verwachtingen van de geluidskwaliteit, maar ik werd direct verrast. De Home klonk verrassend goed, een mening die ik nog steeds deel. De speaker kan flink hard, produceert helder geluid en heeft meer bas dan je verwacht. Ik gebruik de slimme speaker dan ook bijna dagelijks om muziek af te spelen. Dat hoeft overigens niet via wifi, want de ingebouwde bluetooth 4.1-chip is te activeren met een stemcommando, via de Home-app of in het bluetooth-menu van je toestel. Handig!

©PXimport

Wat nog fijner is: in maart 2018 bracht Google een update uit die het mogelijk maakte om een bluetooth-speaker- of koptelefoon te koppelen aan de Home (Mini). Zo’n externe speaker is te gebruiken als aanvulling op de Home voor multi-room audio, waardoor hetzelfde nummer tegelijk uit verschillende speakers klinkt. Het is ook mogelijk om de geluidskwaliteit van de Home uit te schakelen en alle audio via een bluetooth-speaker te laten lopen. Je moet wel blijven praten tegen de Home, want de microfoons registreren het hotword en je commando.

Beide mogelijkheden werken alleraardigst en zijn vooral het proberen waard als je een bluetooth-speaker(set) hebt die beter klinkt dan de Home. Je activeert de functie in de Home-app. Ikzelf heb de feature kort uitgeprobeerd, maar heb er toch voor gekozen om de Home als bron van in- en output te gebruiken.

Leven met de Google Assistent

De belangrijkste reden om de Google Home in huis te halen, is de ingebouwde Assistent. Deze digitale assistent is ook beschikbaar op Android-smartphones en -smartwatches en iOS-toestellen, waar je hem oproept via een hotword of door de app te openen. Bij de Home zeg je ‘Hey Google’ of ‘OK Google’, waarna je een vraag stelt of commando geeft, waar de assistent op reageert.

Twee jaar lang heb ik dagelijks Engels gepraat tegen de Home, en kreeg ik in dezelfde taal vragen en antwoorden terug. De eerste weken was het wennen, ook omdat ik nog aan het uitvogelen was wat de assistent wel en niet snapte en kon. Gaandeweg werd de assistent slimmer en snapte hij meer versies van commando’s, waardoor het geven van opdrachten en voeren van korte conversaties natuurlijker ging aanvoelen. Inmiddels is ons huishouden compleet gewend aan de Engelstalige Home, zelfs zo erg dat het vreemd was toen de assistent plots ook Nederlands begreep. Niet langer hoefde ik te vragen ‘Hey Google, set a timer at twenty minutes’, maar kon die opdracht ook in mijn moedertaal.

Wie de Home na de officiële Nederlandse release heeft gekocht (of gaat kopen), zal het niet meer dan logisch vinden dat het apparaat Nederlands praat en begrijpt. Ik moet er daarentegen nog aan wennen, en betrap me erop dat ik zeker de helft van de commando’s nog onbewust in het Engels geef.

©PXimport

Hierbij valt het me op dat de Engelse assistent nog beduidend slimmer is dan de Nederlandse versie. De Engelse begrijpt meer interpretaties van commando’s, kan meer acties uitvoeren en heeft een meer natuurlijke vrouwen- of mannenstem. De Nederlandse assistent voelt nog erg nieuw aan en klinkt bovendien als de vrouwelijke Google translate-stem – wie kent haar niet.

Er valt prima mee te werken, maar wie het meeste uit zijn Home wil halen, doet er goed aan de Engelse taal toe te voegen. Ik zeg expres toevoegen, want de assistent ondersteunt twee talen tegelijk. Je kunt dus zeggen ‘Hey Google, set a timer at ten minutes’, gevolgd door de vraag ‘Hey Google, hoe heet de president van Algerije?’

Google Assistent en privacy

‘Ik vertrouw Google voor geen cent en weet zeker dat het bedrijf via zo’n Home-speaker constant meeluistert’, is een opmerking die ik vooral in de eerste maanden regelmatig te horen kreeg als ik vertelde over de Home in mijn huis. Dat klopt niet. De Home neemt namelijk geen gesprekken op. Weliswaar staan de microfoons van de speaker altijd aan, maar dat is om het hotword ‘Hey Google/OK Google’ te detecteren. En dat detecteren gebeurt offline.

Pas als het hotword gezegd is, neemt de Home je vraag of vragen op. Die stuurt hij direct naar de Google-servers, waar je commando verwerkt wordt zodat de Home snel kan antwoorden of actie(s) uitvoert. Google’s krachtige servers ‘in de cloud’ hebben genoeg rekenkracht voor de spraakherkenning – de Home niet. Om die reden reageert de speaker zonder internetverbinding alleen op het hotword, verder kan hij niets.

Wil je zeker weten dat de Home – met een internetverbinding – niets opneemt dan kan je de microfoons dempen met de knop op de achterkant of de stekker uit het stopcontact halen. Via de Home-app kun je op de Mijn Activiteit-pagina zien wat je op welke tijdstippen gezegd hebt tegen de Assistent. Het is ook mogelijk om de opnames te verwijderen, al kan je helaas niet instellen dat dit automatisch gebeurt.

Google Home functies

Grote vraag is natuurlijk: wat kan de Google Assistent allemaal? Voor alle mogelijkheden zou ik de website van Google Home bekijken, want de lijst is lang en groeit. Mijn ervaring is dat de Engelse assistent meer domoticaproducten ondersteunt dan de Nederlandse, want die ondersteuning moeten bedrijven zelf inbouwen.

Allereerst is de Assistent diep geïntegreerd in Google-diensten, wat natuurlijk niet verrassend is. Boodschappenlijstjes maak je handsfree via Google Keep, je afspraken en herinneringen worden opgehaald uit Google Agenda en audio luisteren kan onder andere via Google Play Muziek en Google Podcasts. Handig als je een fervent Google-gebruiker (particulier of zakelijk) bent, maar minder als je dat niet bent.

©PXimport

Een andere toffe feature is de Chromecast-functie die ingebouwd is in de Home. De speaker kan dus op jouw verzoek films, foto’s, muziek en andere media casten naar een Android TV-televisie of een tv met een Chromecast. De Chromecast Audio, die je aan een speaker(set) hangt, wordt ook ondersteund. Dit werkt bijna altijd naar behoren en ik vind het één van de fijnste Home-features. Met je stem binnen een tel je vakantiefoto’s, een YouTube-video of Netflix-serie op tv toveren blijft een magisch iets.

Uiteraard ondersteunt de Google Assistent ook tal van externe diensten en domotica. Regel bijvoorbeeld je slimme verlichting (onder andere Ikea, Philips Hue en LIFX), thermostaat (onder andere Tado, Nest en Honeywell), stopcontacten (onder andere TP-Link en Belkin) door tegen de Home te praten. De afgelopen jaren heb ik het assortiment van bestaande en nieuwe ‘Assistant-compatible’ domotica fors zien toenemen, zowel van bekende als van onbekende, goedkopere merken. In de Home-app koppel je de apparatuur aan de Assistent en kun je de producten eventueel aan kamers toewijzen.

Conclusie

Twee jaar na aanschaf van de Google Home praat ik nog steeds dagelijks tegen de speaker. Het is vanzelfsprekend geworden om met mijn stem timers in te stellen, het licht te regelen en mijn favoriete muziek op te zetten. Dat laatste gaat bijna altijd via de Home, want die produceert goed geluid en kan prima een woon- of slaapkamer vullen. Spannend is het apparaat niet meer: alles went, ook gesprekken voeren met een Google-server.

Toch laat de Home me nog regelmatig onbewust glimlachen. Bijvoorbeeld als ik met mijn handen vol naar de bank loop en via mijn stem al die ene Netflix-serie heb opgestart voordat ik zit. In mijn huishouden is de Google Home aardig geïntegreerd, en bij de aanschaf van nieuwe producten let ik erop of ze compatibel zijn met de Assistent-spraakbesturing. Kortom: de Home bevalt goed, maar hij is niet perfect. De microfoons horen mij bijvoorbeeld niet altijd en omdat de speaker geen accu heeft, kun je hem niet even verplaatsen. Daarnaast is het apparaat niet waterbestendig, en daarom ongeschikt voor de badkamer of buitenshuis. En de Google Assistent begrijpt en kan nog lang niet alles, zeker niet in het Nederlands.

Deze minpunten storen met regelmaat, maar over het algemeen is de Google Home een gebruiksvriendelijke en veelzijdige speaker die je huis daadwerkelijk slimmer maakt. Hoeveel slimmer verschilt per huishouden. Wie veel domotica heeft en aan de gang gaat met automatiseringssoftware, haalt immers meer uit de gadget dan iemand die de Home voornamelijk koopt als slimme muziekspeaker.

De Google Home is sinds zijn release eind 2016 een heel stuk slimmer geworden. Dankzij software-updates van Google kan de speaker meer (persoonlijke) informatie geven en is hij meer geschikt gemaakt voor huishoudens. En omdat het aanbod van domoticaproducten met Assistent-ondersteuning fors is gegroeid (en blijft groeien), kun je met je stem steeds meer apparaten bedienen. Nu hij ook in het Nederlands werkt, is de Google Home voor veel mensen een leuke smarthome-gadget.

Uitstekend
Plus- en minpunten
  • Goed geluid
  • Slimme en breed ondersteunde Assistent
  • Nederlandse en Engelse stembesturing
  • Niet mobiel en niet waterbestendig
  • Nederlandse assistent is dommer dan de Engelse
  • Microfoons kunnen beter
▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 in hoogte verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek
© LIGHTFIELD STUDIOS - stock.adobe.com
Huis

Waar voor je geld: 5 in hoogte verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek

Bij ID.nl zijn we gek op producten met een mooie prijs of die iets bijzonders te bieden hebben. Daarom gaan we een paar keer per week op zoek naar zulke deals. Dit keer een bijzondere categorie die nog niet eerder aan bod is geweest: verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek.

Veel mensen die thuiswerken heb niet altijd de mogelijkheid om een apart bureau te gebruiken en ziten bijvoorbeeld vaak aan de eet- of keukentafel. Toch kan het lonen om te investeren in een goed bureau, omdat daarmee - in combinatie met een goede stoel - je werkhouding een stuk beter wordt. Wij bekijken vijf handige bureaus 's die in hoogte verstelbaar zijn.

Casaria 160x75

Het tafelblad van dit bureau uit de Casaria‑lijn is in hoogte verstelbaar van 73 tot 118 cm en beweegt met een snelheid van 2,25 cm per seconde. Je bedient de motor via een lcd‑scherm en kan twee voorkeursstanden opslaan, zodat je met één druk op de knop naar je favoriete werkhoogtes gaat. Er zit ook een herinneringsfunctie in die je eraan herinnert om weer te gaan staan of juist te zitten. Met het robuuste stalen frame en een draagvermogen van 80 kg is het bureau geschikt voor zware monitoren. Handige details zijn de kabelgeleider, beker‑ en koptelefoonhouder en in hoogte verstelbare poten. Het blad van 160 × 75 cm bestaat uit twee delen en is afgewerkt met melamine zodat het tegen een stootje kan. Dit bureau komt inclusief montagebenodigdheden en is verkrijgbaar in verschillende kleurvarianten.

Specificaties

Bladformaat: 160x75cm
Hoogte: 73 tot 118cm
Belastbaar tot: 80kg

Avalo 140x60

Avalo levert dit elektrisch verstelbaar bureau (de P58) met een compact blad van 140 × 60 cm. De hoogte is traploos verstelbaar van 73 tot 117 cm en kun je drie verschillende hoogtestanden opslaan. Dat is handig als je het bureau deelt met collega's of medethuiswerkers, of wanneer je snel wilt wisselen tussen zit‑ en stahouding. De bediening gebeurt via een bedieningspaneeltje aan de voorkant; met één druk op de knop gaat het blad naar de gewenste stand. Het frame is gemaakt van staal, het blad van P2‑melamine en de rand is afgewerkt met hittebestendig ABS. Verder wordt benadrukt dat het bureau plug‑and‑play is: je hoeft alleen de stekker in het stopcontact te steken en kunt meteen aan de slag. Door het smalle ontwerp past het bureau goed in kleinere kamers, maar biedt het toch voldoende ruimte voor een monitor, toetsenbord en documenthouder. Voor wie een elektrische zit‑sta‑oplossing zoekt met geheugenfunctie en solide materialen is dit model een optie.

Specificaties

Bladformaat: 140x60cm
Hoogte:73 t/m 117cm
Belastbaar tot: onbekend

Avalo 120x60

Dit is een kleinere variant van de hierboven besproken Avalo AP58. Dit model heeft een 20 cm minder breed blad, maar uiteraard ook elektrisch verstelbaar. Net als de grotere uitvoering varieert de hoogte van 73 tot 117 cm en kan het bureau drie standen onthouden. Voor het instellen gebruik je een eenvoudige bediening waarbij je een favoriete zit‑ en stahoogte opslaat en later oproept. Het frame bestaat uit staal en het blad uit melamine met een rand van warmtebestendig ABS. D tafel weegt 27 kg en is het daardoor stabiel zonder moeilijk te verplaatsen. Ook deze uitvoering is plug‑and‑play; je hoeft geen ingewikkelde montage uit te voeren. Door de compactere afmetingen is dit model ideaal voor kleinere werkplekken of voor wie extra apparatuur (zoals een printer) op een tweede tafel wil plaatsen. De strakke vormgeving past in verschillende interieurs en de elektrische motor zorgt ervoor dat je eenvoudig van houding wisselt.

Specificaties

Bladformaat: 120x60cm
Hoogte: 73 t/m 110 cm
Belastbaar tot: onbekend

VDD Gaming 118x58cm

Het frame van deze VDD is elektrisch in hoogte verstelbaar van 73 tot 118 cm. Hiermee wissel je gemakkelijk tussen zitten en staan en kun je de juiste houding aannemen voor langdurige sessies. Het witte werkblad van 118 × 58 cm biedt voldoende ruimte voor een monitor en toetsenbord en dankzij de krachtige motor is het maximaal belastbaar tot 60 kg. De tafel wordt geleverd met instructies en alle benodigde onderdelen, waardoor je de montage zelf kunt uitvoeren. Er worden geen extra functies zoals geheugenstanden vermeld, waardoor je elke gewenste hoogte handmatig instelt. Voor wie een elektrisch verstelbaar bureau zoekt dat weinig ruimte inneemt, is dit een praktische optie; vooral gamers zullen baat hebben bij het kunnen aanpassen van de werkhoogte tijdens een sessie.

Specificaties

Formaat: 118x58cm
Hoogte: 73 tot 118cm
Belastbaar tot: 60kg

Schaffenburg Linesto Plus 140x80

Het Schaffenburg Linesto Plus‑bureau is een rechthoekige tafel met een T‑poot. Het frame is zonder gereedschap te monterenen in hoogte verstelbaar met een drukknop tussen 65,5 en 85,5 cm. De maximale belasting bedraagt 70 kg. De hoogtebediening gebeurt via een knop aan het onderstel; er zijn geen geheugenstanden. De tafel is voorzien van een 25mm dik melamine blad, een metalen onderstel en stelvoeten om de tafel waterpas te zetten. Kabelbeheer is mogelijk via accessoires, en er zijn diverse blad‑ en framekleuren beschikbaar. Het Schaffenburg-bureau heeft verder een stalen frame met twee telescoperende buisdelen en een krasvaste coating. Als enige in dit overzicht is deze Linestor geen zit/sta-bureau, maar kan hij in zithoogte tot maximaal 85,5 cm worden gebracht.

Specificaties

Formaat: 140x80cm
Hoogte: 65 tot 85,5 cm
Belastbaar tot: 70kg

▼ Volgende artikel
Zo werkt het energielabel voor smartphones en tablets
Huis

Zo werkt het energielabel voor smartphones en tablets

Sinds juni 2025 is het voor fabrikanten van smartphones verplicht om een energiebabel voor hun apparaten te voeren. De consument kan aan de hand van het energielabel zien hoe energiezuinig een telefoon is, maar ook hoe makkelijk het is om de telefoon te (laten) repareren en wat het updatebeleid voor de software is. Door middel van het nieuwe energielabel kun je dus veel bewuster kiezen voor een bepaalde telefoon.

Het energielabel werd ooit bedacht om apparaten op een uniforme manier te vergelijken, los van marketingclaims. Door elk product in te delen op een schaal van A tot en met G ontstaat ruimte om echte koplopers te herkennen en achterblijvers aan te sporen. Smartphones waren nog niet eerder voorzien van een energielabel, maar hebben dat vanaf juni 2025 wel gekregen. Dat is logisch, want bij smartphones draait energie-efficiëntie niet alleen om het stopcontact, maar vooral om hoe slim hardware en software met de energie van een accu omgaan en hoeveel jaren je uit dezelfde telefoon haalt. Door die informatie eenduidig te tonen, verschuiven de argumenten over de oplaadtijd en de schermgrootte naar hoelang een telefoon meegaat en hoe makkelijk hij te repareren is.

Ter illustratie: het nieuwe energielabel voor smartphones en tablets toont de batterijduur bij gemiddeld gebruik, maar ook of hij valbestendig is en hoe makkelijk hij gerepareerd kan worden.

Energie en duurzaamheid

Een smartphone gaat gemiddeld gezien wel een dagje mee op een enkele acculading, afhankelijk natuurlijk van het gebruik door de eigenaar. Erg veel energie wordt er dus niet verspild, maar de grootste winst wat betreft het klimaat is vooral te behalen uit de levensduur van de smartphone en of deze makkelijk te repareren is. De EU koppelt het nieuwe energielabel aan het eco-design van de telefoon. Het label dat de telefoon krijgt, is afhankelijk van een aantal factoren en is een gemiddelde van de prestaties van al deze factoren. Welk factoren dat zijn, lichten we je hieronder verder toe.

Waar vind je het nieuwe energielabel?

Wanneer je online een nieuwe telefoon koopt, vind je het algemene energielabel doorgaans bij het product zelf. Je ziet echter niet direct de andere onderdelen waarop de telefoon is beoordeeld. In een fysieke winkel is het de bedoeling dat er bij de telefoon een kaartje of bordje is geplaatst, met daarop een QR-code waarmee je direct op de juiste informatiepagina van EPREL komt.

In een webwinkel zul je meestal geen QR-code tegenkomen, maar alleen het energielabel zelf. Vaak kun je – zoals bij Mediamarkt – een productspecificatie-pdf downloaden met de extra informatie, waarin ook weer een QR-code is opgenomen, waarmee je naar de EPREL-site wordt doorgestuurd.

Levensduur accu

Het nieuwe energielabel laat zien wat de gemiddelde levensduur van de accu van de telefoon is. Dat wordt bekeken aan de hand van het aantal laadcycli: hoe vaak kan een telefoon opnieuw worden opgeladen voordat de kwaliteit van de accu achteruit gaat? Daarbij wordt een capaciteitsvermindering van 80 procent aangehouden: na hoeveel keer laden is de capaciteit tot 80 procent gedaald? Hoe hoger dit getal, des te betrouwbaarder is de accu.

Op het uitgebreide energielabel zie je hoe vaak een accu opnieuw kan worden opgeladen totdat de totale capaciteit tot 80 procent daalt.

Uithoudingsvermogen

Uiteraard wordt er ook gekeken naar de gebruiksduur van een telefoon of tablet als deze volledig is opgeladen. Door het uitvoeren van een zogeheten reallife-situatie wordt het gemiddelde gebruik van een smartphone geëmuleerd. Hoeveel uur en minuten je met de smartphone kunt werken op die enkele lading, wordt op het label getoond.

Hoelang houdt de batterij van de telefoon of accu het vol bij gemiddeld gebruik? Ook dat zie je op het energielabel terug.

Vrije val

Een van de andere eigenschappen waarop wordt getest, is de vrije val-test. Hoe snel gaat een telefoon kapot als je deze vanaf een bepaalde hoogte op een harde ondergrond laat vallen? Misschien vraag je je af wat dit met duurzaamheid te maken heeft? Nou, heel veel: als je telefoon snel kapot gaat als je hem laat vallen, moet je al snel een nieuwe. Niet heel duurzaam dus. Op het energielabel vind je de valbestendigheid tussen de A en E. Hoe lager de letter (A), des te beter kan zo'n telefoon een val overleven. De test is gebaseerd op een val van 1 meter boven een verharde ondergrond en wordt met vijf modellen van hetzelfde toestel tot wel 270 keer uitgevoerd.

Valtest vanaf 1 meter, hoe minder snel een telefoon stuk gaat, des te hoger is het label dat hij toegekend krijgt.

Elke keer dat een telefoon is gevallen, wordt gecontroleerd of het scherm nog functioneert en reageert op aanrakingen, of de camera het nog doet, of de mobiele functies als wifi en mobiel nog werken, of de telefoon kan worden opgeladen en of de audio nog goed functioneert. Barsten in het frame of het glas worden wel geaccepteerd, mits de telefoon nog veilig kan worden gebruikt. Bijvoorbeeld als het glas wel gebarsten is, maar geen splinters heeft.

Hoe goed een telefoon beschermd is tegen valschade is ook onderdeel van het energielabel. Het scherm mag daarbij overigens wel gebarsten zijn, het is geen glastest.

Bescherming tegen stof of water

Ook de zogeheten IP-tests (IP = Ingression Protection, of indringbescherming) worden uitgevoerd bij de telefoons en zijn een belangrijk onderdeel van de algehele score die een telefoon krijgt. De apparaten worden getest op het binnendringen van stof en water. De waterbestendigheidstest controleert bijvoorbeeld of een smartphone bestand is tegen spatwater vanuit verschillende richtingen, zonder dat de werking of veiligheid van het toestel wordt aangetast. Hiermee wordt gegarandeerd dat een telefoon in elk geval bestand is tegen vocht, bijvoorbeeld bij het gebruik tijdens een regenbui, het morsen van vloeistof of het gebruik van natte handen.

Of een telefoon waterdicht is, wordt ook getest.

Repareerbaarheid

Een ander duurzaamheidsonderdeel waar de EU goed naar kijkt, is de repareerbaarheid van een smartphone. Dat omvat een groot aantal parameters, zoals welke onderdelen makkelijk te vervangen zijn, in hoeverre een consument bepaalde onderdelen zelf kan vervangen, en hoelang en hoe goed bepaalde onderdelen van de telefoon op voorraad zijn.

Zelf zoeken op de EPREL-site is lastig

Het zelf zoeken van gegevens van smartphones en tablets op de EPREL-site is niet heel eenvoudig. Dat komt omdat de algemene productwebsite gemaakt is om te zoeken op merk of op typenummer. Dat is prima voor wasmachines of koelkasten, die je vaak aantreft als merk+typenummer, maar bij smartphones werkt dat anders. Een model als de Samsung Galaxy S25 bijvoorbeeld zul je niet vinden met een zoekopdracht op 'S25 'of 'Galaxy S25', maar alleen op het typenummer SM-S931B. Dat typenummer wordt echter bijna nergens gecommuniceerd en is ook niet wat Samsung communiceert in bijvoorbeeld marketing-uitingen.

Ook kun je niet zoeken op EAN-code, terwijl die code juist kan worden gebruikt om een exact model van een bepaald product te kunnen vinden. Kortom: wat het zoeken van de gegevens van een smartphone betreft kan de EU nog wel wat verbeteren.

De EU wil dat smartphones langer meegaan en eenvoudiger te herstellen zijn – zowel door professionele reparateurs als (in bepaalde gevallen) door consumenten zelf. De eisen met betrekking tot repareerbaarheid blijven minimaal zeven jaar gelden na het einde van de verkoop van een model.

©WICHAN SHOP

Als het aan de EU ligt, moeten consumenten ook zelf telefoons kunnen repareren.

Een fabrikant van een smartphone moet garanties kunnen geven met betrekking tot de ondersteuning van een telefoon. Als een toestel op de Europese markt wordt uitgebracht, mag de consument verwachten dat een telefoon zeven jaar na het verschijnen van de telefoon op de markt nog steeds gerepareerd kan worden.

Onderdelen

De reparatie- of 'vervangarantie' geldt voor alle essentiële onderdelen van een smartphone of tablet, zoals de accu, camera's, externe poorten voor audio en opladen, de microfoons en luidsprekers, de knoppen en de scharnieren als het een opklapbare telefoon betreft. De fabrikant moet zelfs de schroefjes op voorraad hebben als de originele niet meer kunnen worden gebruikt.

De bovenste onderdelen kunnen door een fabrikant of een telefoonreparateur worden gerepareerd, maar de EU vindt dat ook consumenten zelf onderdelen moeten kunnen bestellen en vervangen, zoals de accu, de achterzijde, de hele beeldschermunit en de oplader. Voor die zelfrepareerbaarheid krijgt een telefoon ook een waardering van A t/m E. De fabrikant is daarnaast verplicht om aan te geven waar reserveonderdelen te verkrijgen zijn, welk gereedschap er nodig is om de reparatie te kunnen uitvoeren en waar je de benodigde handleidingen kunt vinden.

Hoelang de telefoon wordt ondersteund qua software-updates en interne onderdelen wordt ook vermeld en de telefoon krijgt hiervoor een eigen classificatie.

Reparatie-index

Telefoonfabrikanten moeten dus uitgebreide informatie geven over hoe je je smartphone kunt repareren, maar ook over de complexiteit van de reparatie. Zijn de onderdelen die je wilt vervangen bijvoorbeeld makkelijk te bereiken, of moet je eerst andere onderdelen verwijderen om erbij te kunnen? Ook dat wordt allemaal opgenomen in de uiteindelijke classificering van de telefoon: hoe minder stappen er nodig zijn, des te hoger is de score die wordt toegekend.

Hoe makkelijk is een telefoon te repareren en hoelang zijn reserve-onderdelen beschikbaar? Dat geeft dit onderdeel van het energielabel aan.

Tot slot

De Europese Unie heeft met het nieuwe energielabel voor smartphones een goede stap gezet in de richting van duurzaamheid. Het uiteindelijke doel is om ervoor te zorgen dat fabrikanten meer hun best gaan doen om een zo makkelijk mogelijk te repareren telefoon uit te brengen. Deze strengere regels in de EU betekenen ook dat deze toestellen in andere landen buiten de EU makkelijker te repareren zullen zijn, omdat een telefoonfabrikant waarschijnlijk niet compleet verschillende uitvoeringen van een model smartphone gaat maken. Maar of consumenten in landen buiten de EU ook zo makkelijk zelf aan onderdelen kunnen komen, is dan nog maar de vraag; deze mate van tegemoetkoming aan of bescherming van de consument gelden vaak niet in andere landen. Fabrikanten hoeven deze informatie dus niet beschikbaar te stellen in landen buiten de EU.