ID.nl logo
Zekerheid & gemak

Gebruikstips batterijen

BETER OMGAAN MET OPLADEN EN ONTLADEN Steeds meer apparaten hebben tegenwoordig een oplaadbare batterij of accu. Volgens de fabrikanten kunt u het best de meegeleverde troomadapter of lader gebruiken. Hóe u met de batterij of accu moet omgaan, vertellen ze er verder niet bij. Wij laten u zien wat de juiste 'behandeling' is, zodat accu's en batterijen in uw mobiele apparatuur lekker lang meegaan.

Elk type batterij vraagt om een andere manier van laden en ontladen. En als u dat goed doet, kunt u zorgen voor een lange levensduur van uw accu's en batterijen. Wij geven u een aantal tips. KRISTALLEN Tegenwoordig hebben notebooks vaak een Lithium-Ion- of Lithium-Polymeerbatterij. Die hebben bij dezelfde capaciteit een lager gewicht en kleinere afmetingen dan de nikkel-cadmium- (NiCad) of nikkelmetaal- hydridebatterij (NiMH) van vroeger. In digitale camera's worden nog steeds veel alkaline-penlites gebruikt, maar die moet u zo vaak verwisselen dat u beter voor oplaadbare batterijen kunt kiezen. In dat geval komt u toch vaak bij NiMH uit, hoewel er ook Lithium-Ionbatterijen zijn, die bestaan uit twee samengebonden penlites. NiCad zult u in nieuwe apparaten zelden meer tegenkomen, omdat ze cadmium bevatten, dat schadelijk is voor het milieu. Bij NiCad speelt nog een ander probleem: de capaciteit neemt af vanwege het gewraakte geheugeneffect. Maar volgens batterij-expert Nico Struijk, die zich als algemeen directeur van Battrex al ruim twintig jaar met batterijen bezighoudt, is dat inmiddels achterhaald: 'De term geheugeneffect dateert nog uit de beginjaren van de NiCad-batterij. Doordat de batterij niet goed werd ontladen – of anders gezegd: te vroeg werd begonnen met herladen, vormden zich grote kristallen in de batterij waardoor de opslagcapaciteit afnam. Door productverbeteringen treedt het geheugeneffect nog nauwelijks op, maar het begrip wordt nog steeds gebruikt als aanduiding voor minder goed functionerende batterijen.'. Feit blijft wel, dat u met NiCad-batterijen beter kunt wachten tot ze leeg zijn voordat u weer begint met laden. LITHIUM Ook Lithium-Ion- en Lithium-Polymeeraccu's kunnen verouderen door chemische processen die in de loop van de tijd de elektrolyt aantasten. Hoge temperaturen ersnellen dit proces. Daarom kunt u bij een notebook de batterij beter verwijderen wanneer u langere tijd netstroom gebruikt. Dergelijke accu's hebben maar een levensduur van drie tot vijf jaar. Bij Lithium-batterijen – en ook bij NiMH-batterijen – hoeft u niet te wachten tot de batterij leeg is. Het is bij deze batterijen zelfs beter om de batterij regelmatig even bij te laden. Fabrikanten raden aan om NiMH- en Lithium-accu's eens per maand volledig te ontladen en daarna weer te laden, vooral bij apparaten met een batterij-indicator. Wanneer u de batterij na elke 30 laadcycli volledig ontlaadt, wordt gelijktijdig de batterij-indicator opnieuw gekalibreerd. ZELFONTLADING Lithium-batterijen zijn gevoelig voor overladen f te diep ontladen. De fabrikanten gebruiken daarom beschermende chips, die bij verkeerde lading of te diepe ontlading de accu of het apparaat uitschakelen. Een Lithium-batterij heeft minder last van zelfontlading, maar kan wel in een toestand van diepontlading komen wanneer u het apparaat langere tijd in de kast laat liggen. Daarom moet u apparaten met een Lithium-batterij bewaren met een halfvolle batterij en eens per maand opnieuw bijladen. Een apparaat dat u niet meer gebruikt kunt u beter tweedehands verkopen dan dat u het langere tijd in de kast laat liggen. Na een aantal jaren gaat de kwaliteit van de batterij zover achteruit dat u het apparaat toch niet meer kunt gebruiken. KOELKAST Alle batterijen lopen na een tijd leeg – een normaal verschijnsel dat vooral bij NiMHen in mindere mate bij NiCad-batterijen optreedt. Vlak na het opladen, bij oudere batterijen en bij hogere temperaturen treedt zelfontlading sneller op. Lithiumbatterijen zijn hier minder gevoelig voor: wanneer ze op een koele plaats worden bewaard, verliezen ze rond de 5 procent an hun lading per maand. Bij de nikkelbatterijen is de zelfontlading ongeveer twee keer zo hoog, namelijk ond de 10 procent per maand. U kunt dit voorkomen door NiMH- en NiCad-batterijen in de koelkast te leggen: ze kunnen dan maandenlang een spanning van 90 rocent vasthouden. Voor gewone alkalinebatterijen en Lithium-batterijen heeft deze maatregel echter nauwelijks effect. Voordat u de gekoelde batterijen weer in gebruik wilt, moet u overigens wél even wachten tot ze weer op kamertemperatuur zijn. Het effect kent u wellicht van het kamperen: wanneer u na een koude nacht uw camera wilt gebruiken, duurt het ook even voordat deze weer naar behoren functioneert, ONTLADING Wanneer een batterij te lang ongebruikt is blijven liggen, kan deze te diep ontladen worden. Alleen wanneer u snel ingrijpt is de schade nog te herstellen. De accu moet ij een geringe stroom, ongeveer een tiende van de normale situatie, weer opgeladen worden. Daarvoor hebt u een professioneel laadapparaat nodig, waarmee u zelf de laadstroom kunt kiezen. Met twee accuklemmen en open gebogen paperclips kunt u contact maken met de batterij van uw notebook of ander mobiel apparaat. De leveranciers van batterijen raden deze werkwijze af, omdat de elektronica in een accupak beschadigd zou kunnen raken. De vraag is natuurlijk in hoeverre bij deze aarschuwing het eigenbelang van de leveranciers een woordje meespreekt... DE JUISTE LADER Consumenten beknibbelen vaak op een oplader. De € 200 die u voor een Robbe Power Peak Infinity 2 moet neertellen besteedt u misschien liever aan iets anders. Gelukkig zijn er goedkopere alternatieven die ook prima voldoen, zoals de Varta 15 Minute Charge & Go (adviesprijs € 55). Een oplader die bedoeld is voor NiMH-batterijen kan ook worden gebruikt voor NiCad-batterijen. Het omgekeerde is niet het geval: in een lader die voor NiCad is bedoeld, kunt u geen NiMH-batterijen opladen. Voor Lithium-ion- en Lithium- Polymeerbatterijen zijn speciale laders nodig. Voor dit type batterij zijn ook geen snelladers verkrijgbaar. Professionele laders van merken als obbe, Conrad,Graupner, Schulze, Orbit n Simprop kunt u via modelbouwwinkels, postorderbedrijven of online fotowinkels kopen. SCHADE Batterijen gaan zelden stuk als u ze goed ehandelt. NiCad- of NiMH-batterijen worden echter voorgoed onbruikbaar als u ze te lang in een zaklantaarn of ander goedkoop elektrisch apparaat zitten. Omdat beschermende elektronica in deze apparaten ontbreekt, loopt de batterij na verloop van tijd helemaal leeg. Na een aantal weken keert de polariteit om en kunt u de batterij niet meer opladen. LAADTIPS Laat batterijen na het opladen niet te lang in de lader zitten. Lithium-batterijen zijn tegen overladen beveiligd, maar ze lopen wel schade op door de hogere temperatuur. Een Lithiumbatterij mag eigenlijk nooit warm worden in de lader; gebeurt dat wel, dan deugt de lader niet. ● In één tot drie uur (afhankelijk van de batterij) kunt u oplaadbare batterijen tot 80 procent van de capaciteit opladen. Daarna duurt het traject van 80 naar 100 procent veel langer, omdat de lader op druppelladen overschakelt. ● Laat NiMH- en oplaadbare Lithium-batterijen niet steeds volledig leeglopen en leg ze niet leeg weg. NiCad-batterijen laat u juist wel leeglopen. ● Voorkom dat de batterij te heet wordt tijdens het laden. ● Een nieuwe batterij krijgt pas na 2 tot 4 keer opladen zijn maximale capaciteit. Een accu gaat 500 tot 800 laad/ontlaadcycli mee. Bij NiCad is dit aantal hoger, mits u de batterij juist gebruikt. Lithium-batterijen kunt u 300 tot 500 keer opladen. ● Gebruik batterijen steeds in setjes van dezelfde samenstelling. LAADTIPS Bij batterijen wordt de opslagcapaciteit aangegeven in milli-ampère-uur (mAh). Hoe hoger het getal, hoe langer de batterij meegaat. Er zijn oplaadbare penlites van 3500 mAh, maar voor een digitale camera hebt u vaak voldoende aan 1800 mAh. De capaciteiten zijn onderling niet vergelijkbaar. Een 2500 mAh NiMH-batterij gaat aanmerkelijk langer mee dan een 2500 mAh alkalinebatterij. PCM CONCLUSIE Als gebruiker kunt u kiezen tussen een lange batterijduur (Lithium) of een lange levensduur (NiCad) en alles wat daartussen zit. Zolang de brandstofcel niet voor betaalbare prijzen in consumentenapparatuur beschikbaar is, moeten we ons behelpen met batterijen die een compromis bieden. De manier waarop u de batterijen behandelt kan de gebruiks- en levensduur behoorlijk positief en negatief beïnvloeden.

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 in hoogte verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek
© LIGHTFIELD STUDIOS - stock.adobe.com
Huis

Waar voor je geld: 5 in hoogte verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek

Bij ID.nl zijn we gek op producten met een mooie prijs of die iets bijzonders te bieden hebben. Daarom gaan we een paar keer per week op zoek naar zulke deals. Dit keer een bijzondere categorie die nog niet eerder aan bod is geweest: verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek.

Veel mensen die thuiswerken heb niet altijd de mogelijkheid om een apart bureau te gebruiken en ziten bijvoorbeeld vaak aan de eet- of keukentafel. Toch kan het lonen om te investeren in een goed bureau, omdat daarmee - in combinatie met een goede stoel - je werkhouding een stuk beter wordt. Wij bekijken vijf handige bureaus 's die in hoogte verstelbaar zijn.

Casaria 160x75

Het tafelblad van dit bureau uit de Casaria‑lijn is in hoogte verstelbaar van 73 tot 118 cm en beweegt met een snelheid van 2,25 cm per seconde. Je bedient de motor via een lcd‑scherm en kan twee voorkeursstanden opslaan, zodat je met één druk op de knop naar je favoriete werkhoogtes gaat. Er zit ook een herinneringsfunctie in die je eraan herinnert om weer te gaan staan of juist te zitten. Met het robuuste stalen frame en een draagvermogen van 80 kg is het bureau geschikt voor zware monitoren. Handige details zijn de kabelgeleider, beker‑ en koptelefoonhouder en in hoogte verstelbare poten. Het blad van 160 × 75 cm bestaat uit twee delen en is afgewerkt met melamine zodat het tegen een stootje kan. Dit bureau komt inclusief montagebenodigdheden en is verkrijgbaar in verschillende kleurvarianten.

Specificaties

Bladformaat: 160x75cm
Hoogte: 73 tot 118cm
Belastbaar tot: 80kg

Avalo 140x60

Avalo levert dit elektrisch verstelbaar bureau (de P58) met een compact blad van 140 × 60 cm. De hoogte is traploos verstelbaar van 73 tot 117 cm en kun je drie verschillende hoogtestanden opslaan. Dat is handig als je het bureau deelt met collega's of medethuiswerkers, of wanneer je snel wilt wisselen tussen zit‑ en stahouding. De bediening gebeurt via een bedieningspaneeltje aan de voorkant; met één druk op de knop gaat het blad naar de gewenste stand. Het frame is gemaakt van staal, het blad van P2‑melamine en de rand is afgewerkt met hittebestendig ABS. Verder wordt benadrukt dat het bureau plug‑and‑play is: je hoeft alleen de stekker in het stopcontact te steken en kunt meteen aan de slag. Door het smalle ontwerp past het bureau goed in kleinere kamers, maar biedt het toch voldoende ruimte voor een monitor, toetsenbord en documenthouder. Voor wie een elektrische zit‑sta‑oplossing zoekt met geheugenfunctie en solide materialen is dit model een optie.

Specificaties

Bladformaat: 140x60cm
Hoogte:73 t/m 117cm
Belastbaar tot: onbekend

Avalo 120x60

Dit is een kleinere variant van de hierboven besproken Avalo AP58. Dit model heeft een 20 cm minder breed blad, maar uiteraard ook elektrisch verstelbaar. Net als de grotere uitvoering varieert de hoogte van 73 tot 117 cm en kan het bureau drie standen onthouden. Voor het instellen gebruik je een eenvoudige bediening waarbij je een favoriete zit‑ en stahoogte opslaat en later oproept. Het frame bestaat uit staal en het blad uit melamine met een rand van warmtebestendig ABS. D tafel weegt 27 kg en is het daardoor stabiel zonder moeilijk te verplaatsen. Ook deze uitvoering is plug‑and‑play; je hoeft geen ingewikkelde montage uit te voeren. Door de compactere afmetingen is dit model ideaal voor kleinere werkplekken of voor wie extra apparatuur (zoals een printer) op een tweede tafel wil plaatsen. De strakke vormgeving past in verschillende interieurs en de elektrische motor zorgt ervoor dat je eenvoudig van houding wisselt.

Specificaties

Bladformaat: 120x60cm
Hoogte: 73 t/m 110 cm
Belastbaar tot: onbekend

VDD Gaming 118x58cm

Het frame van deze VDD is elektrisch in hoogte verstelbaar van 73 tot 118 cm. Hiermee wissel je gemakkelijk tussen zitten en staan en kun je de juiste houding aannemen voor langdurige sessies. Het witte werkblad van 118 × 58 cm biedt voldoende ruimte voor een monitor en toetsenbord en dankzij de krachtige motor is het maximaal belastbaar tot 60 kg. De tafel wordt geleverd met instructies en alle benodigde onderdelen, waardoor je de montage zelf kunt uitvoeren. Er worden geen extra functies zoals geheugenstanden vermeld, waardoor je elke gewenste hoogte handmatig instelt. Voor wie een elektrisch verstelbaar bureau zoekt dat weinig ruimte inneemt, is dit een praktische optie; vooral gamers zullen baat hebben bij het kunnen aanpassen van de werkhoogte tijdens een sessie.

Specificaties

Formaat: 118x58cm
Hoogte: 73 tot 118cm
Belastbaar tot: 60kg

Schaffenburg Linesto Plus 140x80

Het Schaffenburg Linesto Plus‑bureau is een rechthoekige tafel met een T‑poot. Het frame is zonder gereedschap te monterenen in hoogte verstelbaar met een drukknop tussen 65,5 en 85,5 cm. De maximale belasting bedraagt 70 kg. De hoogtebediening gebeurt via een knop aan het onderstel; er zijn geen geheugenstanden. De tafel is voorzien van een 25mm dik melamine blad, een metalen onderstel en stelvoeten om de tafel waterpas te zetten. Kabelbeheer is mogelijk via accessoires, en er zijn diverse blad‑ en framekleuren beschikbaar. Het Schaffenburg-bureau heeft verder een stalen frame met twee telescoperende buisdelen en een krasvaste coating. Als enige in dit overzicht is deze Linestor geen zit/sta-bureau, maar kan hij in zithoogte tot maximaal 85,5 cm worden gebracht.

Specificaties

Formaat: 140x80cm
Hoogte: 65 tot 85,5 cm
Belastbaar tot: 70kg

▼ Volgende artikel
Zo werkt het energielabel voor smartphones en tablets
Huis

Zo werkt het energielabel voor smartphones en tablets

Sinds juni 2025 is het voor fabrikanten van smartphones verplicht om een energiebabel voor hun apparaten te voeren. De consument kan aan de hand van het energielabel zien hoe energiezuinig een telefoon is, maar ook hoe makkelijk het is om de telefoon te (laten) repareren en wat het updatebeleid voor de software is. Door middel van het nieuwe energielabel kun je dus veel bewuster kiezen voor een bepaalde telefoon.

Het energielabel werd ooit bedacht om apparaten op een uniforme manier te vergelijken, los van marketingclaims. Door elk product in te delen op een schaal van A tot en met G ontstaat ruimte om echte koplopers te herkennen en achterblijvers aan te sporen. Smartphones waren nog niet eerder voorzien van een energielabel, maar hebben dat vanaf juni 2025 wel gekregen. Dat is logisch, want bij smartphones draait energie-efficiëntie niet alleen om het stopcontact, maar vooral om hoe slim hardware en software met de energie van een accu omgaan en hoeveel jaren je uit dezelfde telefoon haalt. Door die informatie eenduidig te tonen, verschuiven de argumenten over de oplaadtijd en de schermgrootte naar hoelang een telefoon meegaat en hoe makkelijk hij te repareren is.

Ter illustratie: het nieuwe energielabel voor smartphones en tablets toont de batterijduur bij gemiddeld gebruik, maar ook of hij valbestendig is en hoe makkelijk hij gerepareerd kan worden.

Energie en duurzaamheid

Een smartphone gaat gemiddeld gezien wel een dagje mee op een enkele acculading, afhankelijk natuurlijk van het gebruik door de eigenaar. Erg veel energie wordt er dus niet verspild, maar de grootste winst wat betreft het klimaat is vooral te behalen uit de levensduur van de smartphone en of deze makkelijk te repareren is. De EU koppelt het nieuwe energielabel aan het eco-design van de telefoon. Het label dat de telefoon krijgt, is afhankelijk van een aantal factoren en is een gemiddelde van de prestaties van al deze factoren. Welk factoren dat zijn, lichten we je hieronder verder toe.

Waar vind je het nieuwe energielabel?

Wanneer je online een nieuwe telefoon koopt, vind je het algemene energielabel doorgaans bij het product zelf. Je ziet echter niet direct de andere onderdelen waarop de telefoon is beoordeeld. In een fysieke winkel is het de bedoeling dat er bij de telefoon een kaartje of bordje is geplaatst, met daarop een QR-code waarmee je direct op de juiste informatiepagina van EPREL komt.

In een webwinkel zul je meestal geen QR-code tegenkomen, maar alleen het energielabel zelf. Vaak kun je – zoals bij Mediamarkt – een productspecificatie-pdf downloaden met de extra informatie, waarin ook weer een QR-code is opgenomen, waarmee je naar de EPREL-site wordt doorgestuurd.

Levensduur accu

Het nieuwe energielabel laat zien wat de gemiddelde levensduur van de accu van de telefoon is. Dat wordt bekeken aan de hand van het aantal laadcycli: hoe vaak kan een telefoon opnieuw worden opgeladen voordat de kwaliteit van de accu achteruit gaat? Daarbij wordt een capaciteitsvermindering van 80 procent aangehouden: na hoeveel keer laden is de capaciteit tot 80 procent gedaald? Hoe hoger dit getal, des te betrouwbaarder is de accu.

Op het uitgebreide energielabel zie je hoe vaak een accu opnieuw kan worden opgeladen totdat de totale capaciteit tot 80 procent daalt.

Uithoudingsvermogen

Uiteraard wordt er ook gekeken naar de gebruiksduur van een telefoon of tablet als deze volledig is opgeladen. Door het uitvoeren van een zogeheten reallife-situatie wordt het gemiddelde gebruik van een smartphone geëmuleerd. Hoeveel uur en minuten je met de smartphone kunt werken op die enkele lading, wordt op het label getoond.

Hoelang houdt de batterij van de telefoon of accu het vol bij gemiddeld gebruik? Ook dat zie je op het energielabel terug.

Vrije val

Een van de andere eigenschappen waarop wordt getest, is de vrije val-test. Hoe snel gaat een telefoon kapot als je deze vanaf een bepaalde hoogte op een harde ondergrond laat vallen? Misschien vraag je je af wat dit met duurzaamheid te maken heeft? Nou, heel veel: als je telefoon snel kapot gaat als je hem laat vallen, moet je al snel een nieuwe. Niet heel duurzaam dus. Op het energielabel vind je de valbestendigheid tussen de A en E. Hoe lager de letter (A), des te beter kan zo'n telefoon een val overleven. De test is gebaseerd op een val van 1 meter boven een verharde ondergrond en wordt met vijf modellen van hetzelfde toestel tot wel 270 keer uitgevoerd.

Valtest vanaf 1 meter, hoe minder snel een telefoon stuk gaat, des te hoger is het label dat hij toegekend krijgt.

Elke keer dat een telefoon is gevallen, wordt gecontroleerd of het scherm nog functioneert en reageert op aanrakingen, of de camera het nog doet, of de mobiele functies als wifi en mobiel nog werken, of de telefoon kan worden opgeladen en of de audio nog goed functioneert. Barsten in het frame of het glas worden wel geaccepteerd, mits de telefoon nog veilig kan worden gebruikt. Bijvoorbeeld als het glas wel gebarsten is, maar geen splinters heeft.

Hoe goed een telefoon beschermd is tegen valschade is ook onderdeel van het energielabel. Het scherm mag daarbij overigens wel gebarsten zijn, het is geen glastest.

Bescherming tegen stof of water

Ook de zogeheten IP-tests (IP = Ingression Protection, of indringbescherming) worden uitgevoerd bij de telefoons en zijn een belangrijk onderdeel van de algehele score die een telefoon krijgt. De apparaten worden getest op het binnendringen van stof en water. De waterbestendigheidstest controleert bijvoorbeeld of een smartphone bestand is tegen spatwater vanuit verschillende richtingen, zonder dat de werking of veiligheid van het toestel wordt aangetast. Hiermee wordt gegarandeerd dat een telefoon in elk geval bestand is tegen vocht, bijvoorbeeld bij het gebruik tijdens een regenbui, het morsen van vloeistof of het gebruik van natte handen.

Of een telefoon waterdicht is, wordt ook getest.

Repareerbaarheid

Een ander duurzaamheidsonderdeel waar de EU goed naar kijkt, is de repareerbaarheid van een smartphone. Dat omvat een groot aantal parameters, zoals welke onderdelen makkelijk te vervangen zijn, in hoeverre een consument bepaalde onderdelen zelf kan vervangen, en hoelang en hoe goed bepaalde onderdelen van de telefoon op voorraad zijn.

Zelf zoeken op de EPREL-site is lastig

Het zelf zoeken van gegevens van smartphones en tablets op de EPREL-site is niet heel eenvoudig. Dat komt omdat de algemene productwebsite gemaakt is om te zoeken op merk of op typenummer. Dat is prima voor wasmachines of koelkasten, die je vaak aantreft als merk+typenummer, maar bij smartphones werkt dat anders. Een model als de Samsung Galaxy S25 bijvoorbeeld zul je niet vinden met een zoekopdracht op 'S25 'of 'Galaxy S25', maar alleen op het typenummer SM-S931B. Dat typenummer wordt echter bijna nergens gecommuniceerd en is ook niet wat Samsung communiceert in bijvoorbeeld marketing-uitingen.

Ook kun je niet zoeken op EAN-code, terwijl die code juist kan worden gebruikt om een exact model van een bepaald product te kunnen vinden. Kortom: wat het zoeken van de gegevens van een smartphone betreft kan de EU nog wel wat verbeteren.

De EU wil dat smartphones langer meegaan en eenvoudiger te herstellen zijn – zowel door professionele reparateurs als (in bepaalde gevallen) door consumenten zelf. De eisen met betrekking tot repareerbaarheid blijven minimaal zeven jaar gelden na het einde van de verkoop van een model.

©WICHAN SHOP

Als het aan de EU ligt, moeten consumenten ook zelf telefoons kunnen repareren.

Een fabrikant van een smartphone moet garanties kunnen geven met betrekking tot de ondersteuning van een telefoon. Als een toestel op de Europese markt wordt uitgebracht, mag de consument verwachten dat een telefoon zeven jaar na het verschijnen van de telefoon op de markt nog steeds gerepareerd kan worden.

Onderdelen

De reparatie- of 'vervangarantie' geldt voor alle essentiële onderdelen van een smartphone of tablet, zoals de accu, camera's, externe poorten voor audio en opladen, de microfoons en luidsprekers, de knoppen en de scharnieren als het een opklapbare telefoon betreft. De fabrikant moet zelfs de schroefjes op voorraad hebben als de originele niet meer kunnen worden gebruikt.

De bovenste onderdelen kunnen door een fabrikant of een telefoonreparateur worden gerepareerd, maar de EU vindt dat ook consumenten zelf onderdelen moeten kunnen bestellen en vervangen, zoals de accu, de achterzijde, de hele beeldschermunit en de oplader. Voor die zelfrepareerbaarheid krijgt een telefoon ook een waardering van A t/m E. De fabrikant is daarnaast verplicht om aan te geven waar reserveonderdelen te verkrijgen zijn, welk gereedschap er nodig is om de reparatie te kunnen uitvoeren en waar je de benodigde handleidingen kunt vinden.

Hoelang de telefoon wordt ondersteund qua software-updates en interne onderdelen wordt ook vermeld en de telefoon krijgt hiervoor een eigen classificatie.

Reparatie-index

Telefoonfabrikanten moeten dus uitgebreide informatie geven over hoe je je smartphone kunt repareren, maar ook over de complexiteit van de reparatie. Zijn de onderdelen die je wilt vervangen bijvoorbeeld makkelijk te bereiken, of moet je eerst andere onderdelen verwijderen om erbij te kunnen? Ook dat wordt allemaal opgenomen in de uiteindelijke classificering van de telefoon: hoe minder stappen er nodig zijn, des te hoger is de score die wordt toegekend.

Hoe makkelijk is een telefoon te repareren en hoelang zijn reserve-onderdelen beschikbaar? Dat geeft dit onderdeel van het energielabel aan.

Tot slot

De Europese Unie heeft met het nieuwe energielabel voor smartphones een goede stap gezet in de richting van duurzaamheid. Het uiteindelijke doel is om ervoor te zorgen dat fabrikanten meer hun best gaan doen om een zo makkelijk mogelijk te repareren telefoon uit te brengen. Deze strengere regels in de EU betekenen ook dat deze toestellen in andere landen buiten de EU makkelijker te repareren zullen zijn, omdat een telefoonfabrikant waarschijnlijk niet compleet verschillende uitvoeringen van een model smartphone gaat maken. Maar of consumenten in landen buiten de EU ook zo makkelijk zelf aan onderdelen kunnen komen, is dan nog maar de vraag; deze mate van tegemoetkoming aan of bescherming van de consument gelden vaak niet in andere landen. Fabrikanten hoeven deze informatie dus niet beschikbaar te stellen in landen buiten de EU.