ID.nl logo
Zekerheid & gemak

De toekomst van de tv

De laatste tijd hebben fabrikanten van televisies weinig echte vernieuwingen geïntroduceerd. Wil je een tv kopen dan heb je nog altijd de keus uit lcd of plasma en de spannendste ontwikkeling van de afgelopen vijf jaar was de introductie van 3D, wat geen daverend succes was. Maar nu is er écht iets nieuws te melden!

Dit jaar zien we zelfs twee grote doorbraken die al tijden beloofd werden, daadwerkelijk in winkels beschikbaar komen: 4k-ultra-hd en oled. De eerste heeft te maken met de resolutie van beeldschermen. De maximale tv-resolutie is al jaren full-hd, oftewel 1920x1080 pixels. Prima voor schermen van normaal formaat, maar met de trend van almaar groter wordende televisies kan een beetje extra resolutie geen kwaad, zo redeneert men. 4k-ultra-hd-televisies hebben precies viermaal zoveel beeldpunten als een normaal full-hd-model. Daarmee is het mogelijk om grotere schermen te gebruiken waar je dichterbij kunt zitten, zonder dat individuele beeldpunten zichtbaar worden. De eerste 4k-ultra-hd-schermen die nu op de markt komen maken allemaal gebruik van lcd-panelen, met bijbehorende karakteristieken en nadelen op het vlak van contrast, kleurweergave en kijkhoek.

De tweede ontwikkeling, oled, is in feite een grotere verandering – het is echt een nieuwe beeldschermtechnologie. Alhoewel ‘nieuw’ betrekkelijk is: Sony bracht in 2007 al een 11-inch oled-televisie uit en in telefoons en kleinere tablets worden al jaren oled-schermen gebruikt. Wél nieuw is dat oled nu ook in grote televisies wordt toegepast. Zowel Samsung als LG hebben de afgelopen maanden hun eerste 55-inch oled-tv’s op de markt gebracht. Oled is de afkorting van Organic Light Emitting Diode – het scherm is opgebouwd uit miljoenen organische ledjes die elk individueel licht kunnen genereren. Voordeel hiervan is dat zwart écht zwart is en dat er geen problemen zijn met kleurverschuiving wanneer het scherm onder een hoek bekeken wordt.

Bij traditionele lcd-schermen wordt gebruikgemaakt van een ‘lichtbak’ achter het lcd-paneel dat zelf bestaat uit kleine cellen die licht kunnen doorlaten of tegenhouden. Voor elke pixel worden doorgaans drie cellen gebruikt die rood, groen of blauw oplichten en samen alle zichtbare kleuren kunnen ‘mengen’. Nadeel van lcd-technologie is dat het tegenhouden van het licht van de backlight door de lcd-cellen nooit helemaal lukt, waardoor zwart nooit helemaal zwart is. Een ander nadeel is dat de kijkhoek niet perfect is. Afhankelijk van de gebruikte lcd-technologie nemen contrast en kleurweergave af naar mate je minder recht voor het scherm zit.

De manier waarop oled werkt, waarbij elke pixel zélf een lichtbron is, lijkt eigenlijk meer op plasma dan op lcd. Plasmaschermen werken met cellen die ook individueel oplichten wanneer dat nodig is. Plasma maakt echter gebruik van gasontlading, wat een aantal nadelen heeft. Ten eerste is het een relatief onzuinige beeldschermtechnologie die bovendien een zwaar panel met meerder glasplaten vereist. Daar komt bij dat de individuele cellen van een plasmascherm ofwel volledig zwart zijn, ofwel maximaal oplichten. Om tussenliggende helderheidstinten te generen worden de cellen pulserend aangestuurd. Hierdoor lijkt het beeld licht te trillen en is het lastiger om alle kleurnuances adequaat weer te geven. Bovendien is zwart bij plasmaschermen meestal ook niet helemaal zwart, al is plasma op dit punt doorgaans duidelijk beter dan lcd.

Oled kent deze nadelen niet. De oled-schermen hebben geen glasplaten en hoogspanningscircuits nodig, zijn zeer dun te produceren en laten écht perfecte zwartwaarden noteren. Nadelen heeft oled helaas ook. Zowel Samsung en LG laten op grote technologiebeurzen al jaren oled-schermen zien, met daarbij steeds de belofte dat deze snel op de markt zouden komen. Iets wat tot voor kort vervolgens dus steeds niet gebeurde. De voornaamste reden voor het uitstel is waarschijnlijk dat het percentage geproduceerde oled-panelen dat foutvrij is (de yield) erg laag is. Analisten spreken over percentages tussen de 10 en 20 procent. Dat betekent dus dat van elke tien schermen die van de band rollen er slechts één of twee goed zijn. Zo worden de netto productiekosten uiteraard érg hoog.

Daarnaast zijn oled-cellen gevoelig voor veroudering. Met name blauwe oleds nemen na verloop van tijd af in helderheid. Aangezien rood, groen en blauw correct gemengd moeten worden om een natuurlijke kleurmix te krijgen, is dat een probleem dat na verloop van tijd kan zorgen voor een veranderende kleurtemperatuur.

Samsung en LG hebben beide een andere methode gekozen om het probleem van veroudering van de oled-cellen aan te pakken. Samsung maakt voor zijn oled-televisies gebruik van panelen met rgb-oled-cellen, wat betekent dat elke pixel op het scherm is opgebouwd uit een rode, een groene en een blauwe oled-cel. De blauwe oled is hierbij aanzienlijk groter uitgevoerd dan de rode en groene, zodat deze minder hard aangestuurd hoeft te worden en zo minder snel slijt. Samsung claimt bovendien een geavanceerde methode te gebruiken om de cellen in te kapselen, waarmee bedoeld wordt dat de cellen zoveel mogelijk zuurstofvrij worden geproduceerd, omdat zuurstof een nadelig effect heeft op de levensduur van oled-cellen.

LG heeft een andere methode gekozen. LG’s oled-panels bestaan louter uit witte oled-cellen. Elke pixel bestaat uit vier van dergelijke witte cellen, waarvan er drie voorzien zijn van een rood, groen of blauw kleurfilter. De vierde cel is ongefilterd en geeft dus wit licht. LG’s keuze betekent dat alle cellen even snel verouderen, het zijn immers allemaal witte cellen. Bovendien heeft het gebruik van de ongefilterde witte cel volgend LG een positief effect op de kleurbalans en op het energieverbruik, omdat de overige cellen minder hard aangestuurd hoeven te worden. Wij hebben helaas nog geen oled-tv van LG in ons testlab gehad, zodat we deze claims niet kunnen verifiëren. In potentie heeft LG’s oplossing ook een nadeel. Zou is de kleurruimte theoretisch minder groot dan bij gebruik van rgb-oleds. In de praktijk is dit echter geen nadeel. Ook de witte oled-technologie met kleurfilters haalt gemakkelijk het sRGB/Rec.709-bereik dat voor pc- en hdtv-gebruik wordt voorgeschreven.

De eerste schermen die LG en Samsung in september op de markt hebben gebracht vertonen veel overeenkomsten. Ten eerste zijn het beide modellen met een diagonaal van 55 inch en een resolutie van 1920 bij 1080 pixels, full-hd dus. Daarnaast hebben beide fabrikanten ervoor gekozen het scherm gebogen uit te voeren. En met gebogen bedoelen we dan ‘hol’. Nadat fabrikanten er in het tijdperk van de beeldbuistelevisie decennia lang alles aan hebben gedaan om de bolle televisies plat te maken, krijgen we nu dus schermen met een kromming de andere kant op. Volgens zowel LG als Samsung komt dit de beleving van het beeld ten goede en zou het een ‘imax-achtige ervaring’ moeten geven.

Wij hebben Samsungs Curved Oled-televisie uitgebreid in ons testlab kunnen beoordelen (zie kader) en komen eerlijk gezegd tot de conclusie dat we er geen meerwaarde in zien. Sterker nog, de holling van het scherm zorgt ervoor dat menu’s, ondertitels en rechte lijnen vertekenen. Bovendien maakt het holle scherm het onmogelijk om de televisies aan de wand te monteren, terwijl de extreem dunne oled-panelen zich daar juist zo goed voor lenen. Theoretisch heeft een hol scherm op één specifieke afstand tot het scherm wel een voordeel. Als je in het midden van een denkbeeldige cirkel zit waar het scherm deel van uitmaakt, zijn zowel het midden als de hoeken van het beeld immers op gelijke afstand van je ogen. Aangezien de holling van de schermen beperkt is, ligt dit punt echter op meer dan vijf meter van het scherm – geen realistische kijkafstand in de gemiddelde Nederlandse huiskamer.

Waarom hebben Samsung en LG de schermen dan toch gebogen? Wij denken dat het vooral komt ‘omdat het kan’, en omdat de ander het ook doet. Technisch gezien is het bij oled-schermen namelijk geen probleem om schermen (iets) gebogen te maken, of na productie licht te buigen. Bij lcd-schermen en plasma zou dat tot problemen leiden. Naast de goede beeldkwaliteit nóg een unieke eigenschap accentueren kan geen kwaad, lijken Samsung en LG gedacht te hebben. Alles in het licht van de onderlinge concurrentie en dat moet niet onderschat worden. LG en Samsung zijn aartsrivalen die er alles aan doen om elkaar vliegen af te vangen. Op technologiebeurzen gebeurt het geregeld dat één van beide op het laatste moment de stand verbouwt en een nieuw product toevoegt omdat de ander onverwacht ook iets nieuws tentoonstelt. Zo toonde Samsung begin september tijdens de IFA in Berlijn onverwacht prototype oled-schermen met 4k-resolutie en prompt paste LG zijn stand aan om ook een 4k-oled-prototype te tonen.

De rivaliteit is waarschijnlijk ook de reden dat beide fabrikanten nu überhaupt al schermen op de markt brengen. Gezien de lage yields moeten beide fabrikanten de schermen volgens diverse bronnen nu zonder winst of zelfs met verlies verkopen, ondanks de hoge winkelprijzen (€ 8000 tot € 9000). LG heeft inmiddels ook een plat oled-model beschikbaar gemaakt, maar dan wel voorzien van een achterliggende lijst met speakers. Deze platte oled-televisies worden verkocht onder de naam ‘Oled Gallery Display’.

Terug naar de andere noviteit: 4k-ultra-hd-schermen. Sommige fabrikanten spreken overigens alleen over 4k, andere alleen over ultra-hd en weer andere over uhd. In alle gevallen worden schermen met een resolutie van 3840x2160 beeldpunten bedoeld – 4k (4000) staat voor het aantal pixels in de breedte. Feitelijk niet helemaal correct dus. Toch zal de term 4k bij televisies waarschijnlijk gebruikt blijven worden, als is het maar omdat de officiële ultra-hd-specificatie ook ruimte biedt voor een toekomstige 8k-norm.

Het zal echter nog tot minimaal 2017 duren voordat de eerste 8k-televisies daadwerkelijk te koop zijn – 4k-ultra-hd-televisies liggen nú al in de schappen. Waarom eigenlijk? Een goede vraag. Anno 2013 worden nog lang niet alle televisieprogramma’s zelfs in normaal hd opgenomen en plannen om in ultra-hd te gaan uitzenden zijn er in Nederland ook nog niet.

Toch zal er de komende jaren steeds meer content in 4k-resolutie beschikbaar komen. Youtube staat het nu al toe om bestanden in 4k op te nemen en – met een voldoende snelle pc – af te spelen. De eerste camcorders die in 4k-resolutie opnemen zijn inmiddels aangekondigd en zelfs sommige nieuwe smartphones kunnen al in 4k filmen. Het 4k-materiaal zal dus vooral via niet-traditionele wegen de woonkamer binnenkomen, via streamingdiensten. Met de nieuw geïntroduceerde h.265 HEVC videocodec is het mogelijk om binnen relatief beperkte bandbreedtes vanaf ongeveer 12 Mbit/s 4k-video te tonen met goede beeldkwaliteit. De verwachting is dat er in 2015 een update komt voor de bluray-specificatie, waardoor ook bluray-discs geschikt worden voor deze ultrahoge resolutie.

Het aanbod van 4k-materiaal zal dus zeker gaan komen. Daar komt bij dat een aantal 4k-ultra-hd-televisies die momenteel verkrijgbaar zijn érg goede upscalers aan boord hebben. Met geavanceerde algoritmes waarbij meerdere beelden met elkaar vergeleken worden en een database met frequentiepatronen en daarbij behorende voorkeuze-instellingen, kan normaal full-hd-materiaal vaak met verbluffend goede resultaten worden opgewaardeerd naar ultra-hd-resolutie. Je krijgt daarmee uiteraard nooit écht de beeldscherpte van ultra-hd-materiaal, maar wel een duidelijk zichtbare verbetering.

Maar is dat nodig? Full-hd-beelden zijn al érg scherp en de hoeveelheid details die het menselijk oog kan waarnemen is beperkt. Vuistregel bij full-hd-materiaal is dat je eigenlijk niet meer dan driemaal de beeldhoogte als kijkafstand moet nemen om alle details te kunnen zien. In het geval van een 55-inch (140 cm) televisie is de beeldhoogte bijna 70 centimeter. Om alle details te zien van een beeld met full-hd-resolutie zou je dus eigenlijk op 210 centimeter van het scherm moeten zitten. In de praktijk is de gemiddelde kijkafstand in Nederlandse huiskamers rond de drie meter, iets meer dus. Voor 4k-ultra-hd, met tweemaal de horizontale en tweemaal de verticale resolutie, geldt dus dat je nog eens de helft dichterbij moet zitten om alle details waar te nemen, ofwel op iets meer dan één meter afstand bij een 55-inch televisie. Dat is uiteraard niet realistisch.

Daarom komt 4k-ultra-hd vooral tot zijn recht bij écht grote beeldmaten. Toch moeten we een paar kanttekeningen plaatsen. Ten eerste heeft de ene mens betere ogen dan de andere. Bovendien blijkt er in de praktijk wel verschil in beeldkwaliteit merkbaar tussen full-hd en 4k-ultra-hd, ook op wat grotere afstanden. Dit komt omdat de hogere beeldscherpte ook zorgt voor scherpere scheidingen tussen lichte en donkere delen, waardoor het waargenomen contrast toeneemt. Tijdens onze test vonden wij het echter lastig om op meer dan vier meter afstand van een 55-inch tv het verschil te zien tussen full-hd en ultra-hd.

De productiekosten van lcd-panelen met deze hogere resolutie zijn de laatste tijd sterk gezakt en zullen de komende tijd nog verder dalen. Van meerdere fabrikanten horen wij inmiddels dat het aanbod aan 4k-ultra-hd-televisie volgend jaar sterk zal toenemen, ook in de kleinere beeldmaten, terwijl je daarbij dus sterke vraagtekens kunt zetten over het praktische nut. Met 4k-ultra-hd zal het waarschijnlijk net zo verlopen als met full-hd: in eerste instantie worden de panels alleen gebruikt in de grotere, duurdere modellen, maar na verloop van tijd zullen steeds meer betaalbare televisies ermee uitgerust worden. Nu al zien we de prijzen sterk dalen. Waar de eerste 84-inch ultra-hd-televisies begin dit jaar voor meer dan € 20.000 over de toonbank gingen, bieden meerdere merken nu 55-inch schermen aan met een prijskaartje rond de € 3500. De eerste 50-inch ultra-hd-televisie met een adviesprijs van € 2500 is ook al aangekondigd en volgend jaar zullen de prijzen waarschijnlijk ver onder de € 2000 zakken.

Zowel 4k-ultra-hd als oled zijn goede ontwikkelingen. Vooral oled biedt direct al veel voordeel: de beeldkwaliteit is aanmerkelijk beter dan wat we nu van plasma en lcd gewend zijn. De prijzen zijn vooralsnog echter érg hoog en de kromming die Samsung en LG aan hun eerste modellen hebben gegeven, is wat ons betreft geen voordeel. 4k-ultra-hd is eigenlijk meer een evolutie dan een revolutie. Vooralsnog komen we panels met deze viermaal hogere resolutie dan full-hd alleen tegen bij grotere televisies vanaf 55 inch. De verwachting is echter dat we volgend jaar ook kleinere 4k-televisies gaan zien. Het nut van 4k is echter afhankelijk van de kijkafstand tot het scherm: je moet érg dicht op de tv zitten om alle extra detailleringen waar te nemen.

▼ Volgende artikel
Slimme warmwaterkraan: waarom een Quooker de onmisbare hulp in de keuken is
© INGA POWILLEIT | QUOOKER
Huis

Slimme warmwaterkraan: waarom een Quooker de onmisbare hulp in de keuken is

Een waterkoker of fluitketel lijkt misschien onmisbaar in de keuken, maar steeds meer mensen stappen over op een slimme warmwaterkraan. Hiermee tap je in een handomdraai kokend, gekoeld of zelfs bruisend water, rechtstreeks uit de kraan. Handig, snel en vaak ook zuiniger dan je denkt.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

De Quooker-warmwaterkraan is een Nederlandse uitvinding die teruggaat tot de jaren 70. Het eerste productiemodel werd al in 1992 geïntroduceerd en enkele jaren later volgden verschillende varianten van de kraan tot de modellen die we nu kennen.

Werking van het systeem

Het Quooker-systeem is gebaseerd op een eenvoudig maar ingenieus principe: een kraan op het aanrecht is verbonden met een compact reservoir dat in het keukenkastje wordt geplaatst. Dit reservoir fungeert als een soort extreem goed geïsoleerde thermosfles, waarin water continu op 108° C wordt gehouden. Dankzij deze hoogvacuümisolatie is het energieverbruik om het water op temperatuur te houden enorm laag, met een stand-byverbruik van slechts 10 watt per dag, wat neerkomt op circa 0,06 euro per dag, afhankelijk van je energiecontract.

Je kunt momenteel kiezen uit drie varianten van de Quooker: de Pro3-VAQ, de COMBI en de COMBI+. In de tabel hieronder zie je de verschillen:

ReservoirCapaciteit kokendCapaciteit warmGeschikt voor
Pro3-VAQ3 liter, directn.v.t.Huishoudens die alleen kokend water wensen
COMBI7 liter, direct15 literKeukens zonder warmwaterleiding of met lange wachttijden
COMBI+7 liter, directVia cv-ketelHuishoudens met cv-ketel die snel kokend water wensen

De grootste besparing op energie en water behaal je met de COMBI- en COMBI+-systemen. Staat de cv-ketel ver van de keuken, dan gaat er vaak een hoop water verloren. Dat komt doordat je eerst een tijdje koud water moet laten weglopen voordat er warm water uit de kraan komt. Met een Quooker heb je dat probleem niet: het waterreservoir zit direct onder de kraan. Zo bespaar je tot wel 10 liter water per dag. Het systeem is daardoor niet alleen een handige kokendwaterkraan, maar ook een slimme manier om warm water te regelen. Dat maakt het een duurzame investering die verder gaat dan alleen gemak.

©Quooker / Bemmel & Kroon

Verschillende kranen

De reservoirs van de Quooker kun je combineren met elke gewenste kraan van het systeem. Er zijn vier types Quooker-kranen:

De Flex: Dit is een Quooker-kraan met een flexibele uittrekslang voor warm en koud water. De slang is handig voor het spoelen van de spoelbak of het vullen van pannen buiten de wasbak. Een ingebouwd veiligheidsmechanisme, de kokendwaterstop, zorgt ervoor dat er geen kokend water kan worden getapt als de slang is uitgetrokken.

De Fusion: De alles-in-één kraan die kokend, warm en koud water levert. Dit strakke, minimalistische design past in vrijwel elke moderne keuken en is verkrijgbaar in diverse afwerkingen, zoals chroom, rvs, zwart, goud en messing-platina.

De Front: Een kraan met een uitgesproken uiterlijk en een vernieuwde bediening aan de voorkant van de uitloop voor warm en koud water. Dit model is verkrijgbaar in rvs en zwart.

De Nordic-modellen: Deze serie omvat de Nordic Twintaps, een set van een kokendwaterkraan en een mengkraan in hetzelfde ontwerp, en de Nordic Single Tap, een losse kokendwaterkraan die kan worden gecombineerd met een bestaande mengkraan. Deze opties zijn ideaal voor consumenten die de functionaliteiten van warm/koud water en kokend water gescheiden willen houden.  

De CUBE: Bruisend en gekoeld water

De Quooker CUBE is een extra reservoir naast de boiler waarmee je kraan ook gekoeld, bruisend en gefilterd water geeft. De bediening is zo ontworpen dat je niet per ongeluk de verkeerde stand kiest: bruisend water tap je door de ring tweemaal in te drukken en te draaien (blauw knipperend licht), gefilterd koel water door één keer indrukken en draaien (continu blauw licht).

De CUBE werkt met CO₂-cilinders, goed voor zo’n 60 liter bruisend water per cilinder. Een set van vier kost zo'n 70 euro, lege cilinders stuur je gratis terug voor hergebruik. Het filter dat het water zuivert moet jaarlijks worden vervangen. Zo helpt de CUBE plastic flessen overbodig te maken.

©Quooker / Bemmel & Kroon

Oude kraan vervangen

Vaak wordt gedacht dat je een Quooker-kraan alleen in een nieuwe keuken kunt installeren. Dat is niet zo: een Quooker past in principe in elke keuken en het is zelfs mogelijk om deze náást je oude vertrouwde kraan te installeren. Dat zou je (als je een beetje handig bent) in principe helemaal zelf kunnen doen, maar je kunt de Quooker uiteraard ook door een expert laten installeren. Maar waar moet je rekening mee houden als je een Quooker wil installeren?

Stroomvoorziening: Er is een geaard stopcontact en bij voorkeur een aparte elektriciteitsgroep nodig, vooral wanneer de CUBE wordt toegevoegd. Als er geen aparte groep beschikbaar is, kan een energieverdeler worden gebruikt om de stroom te verdelen tussen de Quooker en andere apparaten, zodat de zekeringen niet springen.

Wateraansluiting: Je hebt een minimale waterdruk van 2 bar nodig om de Quooker-systemen goed te laten werken. Voor de Quooker COMBI+ geldt dat ook voor de warmwaterkraan: die moet ook op 2 bar staan. De maximale waterdruk is 6 bar.

Ruimte in het keukenkastje:
De reservoirs zijn compact, maar vereisen wel voldoende ruimte. Het PRO3-reservoir is 40 cm hoog en heeft een diameter van 15 cm, terwijl de COMBI-reservoirs 47 cm hoog zijn en een diameter van 20 cm hebben. De CUBE meet 43 cm hoog, 30 cm breed en 44 cm diep, inclusief de CO₂-cilinder. Daarnaast heb je voor de Flex een minimale diepte van 500 mm en een breedte van 200 mm onder het aanrechtblad nodig voor het contragewicht van de uittrekslang.

Bij het zelf installeren van een Quooker is het overigens erg fijn dat de fabrikant allerlei handige instructievideo's en -documenten heeft voor de zelfklusser, waardoor je altijd stap-voor-stap weet wat je moet doen.

Voordelen

Waarom zou je voor een Quooker kiezen als je al een waterkoker hebt of een fluitketel gebruikt? Het grootste voordeel is dat je altijd en direct kokend water tot je beschikking hebt. Nooit meer wachten op je waterkoker of ketel totdat deze het kookpunt hebben bereikt. De Quooker verbruikt weliswaar continu stroom voor het op temperatuur houden van het hete water, maar een waterkoker verbruikt veel energie in korte tijd. En dat voor elke keer dat je warm water nodig hebt. Een fluitketel op het vuur is ook niet erg duurzaam als je kookt op gas. Voor het koken van uitgebreide maaltijden met pasta is het extra fijn als je snel over kokend water kunt beschikken.

©Dmitry Vereshchagin - stock.adobe.com

Prijzen en verbruik

Misschien is het goed om even stil te staan bij het energieverbruik en de kosten. Want wat verbruikt een Quooker nu eigenlijk op jaarbasis, en wat kost je dat gemiddeld? Voor dit voorbeeld nemen we een huishouden van drie personen, die gezamenlijk per dag 10 liter kokend water verbruiken. In dat geval verbruikt dat gezin volgens Quooker 511 kWh op jaarbasis.

Stel dat je bij je huidige energieleverancier 0,40 eurocent per kWh gemiddeld betaalt. De Quooker kost je dan op basis van de bovenstaande gegevens 204,40 euro per jaar.

Dat is natuurlijk lastig één-op-één te vergelijken met het verbruik van gas of elektriciteit om water te koken. Het voordeel van een Quooker is bijvoorbeeld dat je veel makkelijker de exact benodigde hoeveelheid water pakt. Als je water kookt met een fluitketel of elektrische waterkoker, dan ben je algauw geneigd om meer water in de ketel te doen dan noodzakelijk is. En meer water kost meer energie om op te warmen.

Overwegingen

Ben je van plan om een warmwaterkraan zoals een Quooker aan te schaffen? Houd dan wel rekening met een aantal zaken. Om te beginnen de aanschafprijs, maar ook de manier waarop een Quooker in je keuken wordt geïnstalleerd. Er moet immers extra ruimte onder de gootsteen worden vrijgemaakt, en dat is nu eenmaal niet zomaar in elke keuken mogelijk.

Welk systeem het best past, hangt af van je wensen en je keuken. Wil je alleen kokend water? Dan is de compacte PRO3 op zich afdoende. Heb je een lange wachttijd op warm water, dan zijn de COMBI of COMBI+ de slimste keuzes. Met de CUBE heb je meteen ook gekoeld en bruisend water tot je beschikking; ideaal als je minder plastic flessen wilt gebruiken. De Quooker biedt dus veel gemak, veiligheid en duurzaamheid. Een goede investering voor je keuken!

▼ Volgende artikel
Huis winterklaar? Maak kans op een WOLF-Garten multi-star schoonmaakset
© AK | ID.nl
Huis

Huis winterklaar? Maak kans op een WOLF-Garten multi-star schoonmaakset

Nu de herfst inzet is dit hét moment om je huis winterklaar te maken. Ramen nog even goed lappen vóór de natte kou, de dakgoot ontdoen van bladeren zodat het water vrij wegloopt… Met het WOLF-Garten multi-star systeem heb je daar geen ladder voor nodig: je klikt gewoon het opzetstuk dat je nodig hebt op de uitschuifbare Variosteel en je kunt overal bij. Wij mogen twee sets weggeven.

Wat zit er in de set

De Variosteel ZM-V4 (220–400 cm) klikt stevig vast op verschillende opzetkoppen. In totaal zijn er ruim 70 opzetstukken; daarvan zitten er vier in de set die je kunt winnen. Voor glaswerk is er de raamwasser (EW-M), een brede mop met verstelbare kop die ook handig is bij schuine ruiten of zonnepanelen. Voor een streeploos resultaat gebruik je de raamreiniger (KW-M/ZM015), waarbij mop en wisser in één zijn gecombineerd. Stofnesten en spinnenwebben verwijder je met de flexibele ragebol (BM 25 M); de kop buigt mee zodat je boven kozijnen en in hoeken komt zonder dat je op een ladder hoeft te staan. Voor het schoonmaken van de dakgoot gebruik je de twee-in-een dakgootreiniger (GC-M): eerst bladeren en vuil losvegen, daarna eenvoudig uitscheppen. Alle opzetstukken klik je op dezelfde steel, waarmee je zowel hoog als laag werkt.

➡️ Zo haal je het meest uit de opzetstukken

Begin bij ramen altijd met twee emmers: één met schoon sop en één met helder water. Maak het raam nat met de mop en spoel die tussendoor uit in schoon water. Werk daarna in rustige horizontale banen met de wisser en droog de onderste kozijnrand direct af met een doek. Zo voorkom je druipers en blijft het glas streeploos schoon. Doe dit liever niet in volle zon, want dan droogt het water te snel op en krijg je sneller waas.

Voor de dakgoot kies je een droge dag. Zet de steel zo lang dat je recht kunt blijven staan en niet hoeft te reiken. Veeg eerst bladeren en takjes los met de borstelzijde van de GC-M en schep het vuil daarna uit de goot. Controleer meteen de afvoerpijp door er wat water in te gieten, zodat je zeker weet dat alles goed doorloopt. Draag handschoenen; niet alleen om te voorkomen dat je vieze handen krijgt, maar ook omdat er scherpe takjes of steentjes in de modder kunnen zitten. Kijk tot slot of er nergens nog vuil of takjes zijn achtergebleven, zodat de goot ook bij de eerste najaarsstorm goed blijft doorstromen.

©AK | ID.nl

Met de ragebol werk je van boven naar beneden. Klap de kop iets schuin en laat de borstel het werk doen; hard duwen vervormt de vezels en haalt minder weg. Ga een dag later nog een keer langs de buitenlampen en camera's: spinnen komen snel terug, een tweede ronde houdt het langer netjes.

➡️ Onderhoud en veiligheid

Spoel moppen en borstels na gebruik met lauwwarm water uit en laat ze volledig drogen. Bewaar de steel en koppelingen vorstvrij en zandvrij, dan klikken ze soepel en gaan ze lang mee. Kies altijd de kortst mogelijke steellengte die de klus toelaat; hoe korter, hoe lichter en stabieler het werkt.

➡️ Maak kans op een WOLF-Garten multi-star systeem schoonmaakset

Wil jij zo'n mooie set ter waarde van 216 euro winnen? We geven er twee weg. Wat moet je doen?

Beantwoord de volgende vraag: Wat is jouw grootste hilarische schoonmaakdrama ooit (trapje instabiel, emmer omgevallen, enzovoort)?

Stuur je antwoord naar wolf@id.nl. Meedoen kan tot en met zondag 21 september. De twee origineelste inzendingen winnen. Prijswinnaars krijgen automatisch bericht.