ID.nl logo
Bouw uw eigen server
© PXimport
Zekerheid & gemak

Bouw uw eigen server

Servers worden vooral geassocieerd met zakelijk computergebruik, maar ook in huis biedt een server voordelen. Als u daarbij het onderste uit de kan wilt, kunt u uw thuisserver precies naar eigen wens samenstellen. Stelt u minder hoge eisen, dan bent u goedkoop uit door er de hardware uit een afgedankte pc voor te hergebruiken.

1. Waarom een thuisserver?

Juist nu bedrijven massaal hun servers virtualiseren en zelfs verplaatsen naar 'de cloud', krijgen steeds meer particuliere computergebruikers interesse in een eigen server. Een thuisserver is een ideaal apparaat om alle denkbare bestanden centraal mee op te slaan, om back-ups op te bewaren of om bijvoorbeeld torrents of bestanden van een nieuwsserver te downloaden terwijl alle 'gewone' computers op het netwerk zijn uitgeschakeld.

2. Server of NAS?

Als het om een thuisserver gaat, wordt al snel de vergelijking met een NAS gemaakt. Het klopt dat veel van wat een thuisserver kan, een NAS ook doet. Een verschil is dat de aanschaf van een NAS vaak duur kan uitpakken, zelfs wanneer u een model kiest met ruimte voor maar één schijf. Bovendien kunt u door zelf een server te bouwen heel gericht keuzes maken met betrekking tot de hardware die u wilt gebruiken, en daarbij eventueel kiezen voor onderdelen die u toch nog hebt liggen. Dit laatste maakt een eigen server al snel goedkoper dan een NAS uit de winkel. Veder biedt een eigen server meer vrijheid als het gaat om de te installeren software. Wilt u gebruiksgemak, dan is een NAS al snel de beste keuze, maar als u maatwerk zoekt, kunt u beter zelf aan de slag gaan.

©PXimport

Het be­sturingssysteem van een NAS biedt vaak minder vrijheid om functies toe te voegen dan een 'echte' Windows-installatie.

3. Behuizing

Een server staat de hele dag aan en hij moet dan ook stil en energiezuinig zijn en niet te veel ruimte in beslag nemen. Pure rekenkracht is minder belangrijk. De server voert immers geen taken uit waarvoor dat belangrijk is. De behuizing is in ieder geval een onderdeel om de nodige aandacht aan te besteden. U kunt natuurlijk een oude pc gebruiken, maar die is vaak niet geluidsarm, niet zuinig en relatief groot in formaat. Wellicht voldoet zo'n apparaat voor een korte testperiode, maar voor langer gebruik heeft een Mini-pc al snel de voorkeur. In de vorige Tips & Trucs hebben we uitgebreid gekeken naar Mini-ITX-apparaten: kleine systeemkasten die zijn voorzien van een moederbord en voeding, en soms zelfs van een bijpassende processor en een ingebouwde grafische kaart.

©PXimport

Een Mini-ITX- of barebone-behuizing kan een prima keuze zijn als ombouw voor een thuisserver.

4. Processor en moederbord

De Intel Atom is een energiezuinige processor die lange tijd erg populair is geweest voor gebruik in een thuisserver. Ook in NAS-apparaten komt u vaak een Atom tegen, vanwege de specifieke kwaliteiten van dit type processor. Toch dreigt deze processor langzaam terrein te verliezen. Hij heeft namelijk de beperking dat hij geen beeld produceert, u hebt dus ook nog een grafische kaart nodig of een moederbord met een geïntegreerde videoprocessor. Dat is anders bij de nieuwste Intel 'Sandy Bridge' Core i3-, Core i5- en Core i7-processors en AMD Fusion-processors. Deze processors bestaan uit een combinatie van een CPU (Central Processing Unit) en een GPU (Graphics Processing Unit). Ze zijn energiezuinig en leveren toch heel behoorlijke prestaties.

©PXimport

De Gigabyte GA-E350N-USB3 is een moederbord in het compacte ITX-formaat. Er zit een AMD E-350-processor op die zowel 'rekenwerk' uitvoert als beeld levert.

5. Processor plaatsen

Hebt u een behuizing met een ingebouwd moederbord waar nog geen processor op zit, let dan goed op de moederbordspecificaties voordat u een losse processor koopt. Moederborden bieden slechts plaats aan één specifiek type processor, en de manier waarop die processor moet worden geplaatst, verschilt ook. Lees dit dus goed na in de meegeleverde Installation Guide. In de meeste gevallen moet eerst het be­schermplaatje van de socket worden opengeklapt door een hendel los te klikken. Vervolgens wordt de processor geplaatst door hem in de socket te laten zakken. De pinnetjes van de processor moeten precies op de juiste plaats in de socket vallen, en ze passen maar op één manier. Als de processor correct is geplaatst, kan de hendel worden teruggeklapt en moet de koeler worden geplaatst.

©PXimport

Open de toegang tot de socket enplaats daarna de processor.

©PXimport

Als de processor is ge­plaatst, moet u de koeler er bovenop zetten of de passieve koeling vast­schroeven.

6. Werkgeheugen

De keuze van het werkgeheugen dat u voor uw server gebruikt, hangt samen met de moederbordspecificaties en het besturingssysteem dat u later zult installeren. Het geheugen moet compatibel zijn met het moederbord. Een belangrijk advies bij de bouw van een thuisserver, is dat u er vooral niet te veel geheugen in moet plaatsen. Eén GB is doorgaans voldoende, want een thuisserver zal geen zware taken uitvoeren. Wanneer u de nieuwste versie van Windows Home Server (versie 2011) wilt gebruiken, moet u echter minstens 2 GB inbouwen, anders kunt u deze software niet installeren. Een tweede advies is dat u voor zover mogelijk moet kiezen voor het gebruik van slechts één geheugenmodule. Dit heeft als voordeel dat uw server minder energie zal verbruiken. Het verlies aan snelheid dat optreedt doordat het geheugen niet als 'dual channel' werkt, is verwaarloosbaar bij de uitvoering van servertaken.

©PXimport

Door slechts één geheugenmodule te plaatsen, be­spaart u geld en energie.

7. Opslag

De keuze voor een opslagmedium vergt wat denkwerk. Als u meer dan één schijf inbouwt, biedt dat de mogelijkheid om RAID te gebruiken. Drie schijven is daarbij zelfs ideaal, omdat dan behalve RAID0 en RAID1 ook RAID5 kan worden ingesteld. Daar staat tegenover dat gebruik van meerdere schijven ervoor zorgt dat de geluids- en warmteproductie toeneemt en dat het wellicht zelfs noodzakelijk is om extra koeling in te bouwen. Bovendien bieden niet alle behuizingen genoeg ruimte om meer dan één of twee schijven in te bouwen. Zo valt op iedere mogelijkheid wel iets af te dingen. U zult uw keuze moeten afstemmen op de manier waarop u de server wilt gaan gebruiken. Als u er uw eigen gegevens op wilt bewaren, moet u minimaal voor twee schijven in een RAID1-opstelling kiezen, die voor meer dataveiligheid zorgt. U kunt het energieverbruik en de warmteproductie daarbij beperken door zogeheten 'groene schijven' van Western Digital of Samsung te kopen. Kies bovendien voor schijven met voldoende opslagcapaciteit. Door de keuze voor een RAID1-opstelling, waarbij alle gegevens op beide schijven worden gezet, hebt u in feite slechts de beschikking over de opslagcapaciteit van één schijf. Gebruikt u de thuisserver vooral voor niet-cruciale toepassingen en voor het delen van bestanden die ook al op een andere computer staan, of voor het downloaden van films die u altijd opnieuw kunt binnenhalen, dan lijkt de inbouw van één grote schijf de beste optie. Zoek de locatie in de behuizing waar de schijf moet worden geplaatst en schuif hem erin. Schroef de schijf vast en verbind hem met het moederbord en de voeding.

©PXimport

De beste keuze voor het aantal schijven en de opstelling hangt volledig af van de toepassing waarvoor u uw thuisserver wilt gebruiken.

8. Meer dan twee schijven

Wilt u uw thuisserver voorzien van meer dan twee schijven, dan is een compacte behuizing snel te klein, zodat u een grote pc-kast of omgebouwde desktop-pc moet gebruiken. Er zijn echter uitzonderingen. De Chenbro ES34069 en de nieuwere ES34169 zijn behuizingen van 14 centimeter breed en zowel 26 centimeter diep als hoog. Toch bieden ze ruimte aan liefst vier 'hot-swappable' harde schijven. Daar betaalt u uiteraard wel voor; de prijs van deze kasten ligt rond de 200 euro.

©PXimport

Het Koreaanse Chenbro levert kleine behuizingen die ruimte bieden voor meerdere schijven.

9. Dvd-speler

Een dvd-speler of dvd-brander hebt u nodig om bijvoorbeeld muziek en films rechtstreeks naar de thuisserver te rippen of wanneer u later back-ups wilt maken op de thuisserver. Of u dat vaak zult doen, is echter maar zeer de vraag en een server functioneert ook prima zonder dvd-speler of brander. Zo kunt u ook emulatiesoftware gebruiken om iso's te mounten. Voor de installatie van software is een dvd-speler uiteraard wel handig. U zou er een uit een andere computer kunnen halen om hem tijdelijk in de server in te bouwen. Let er daarbij op dat u dit onderdeel goed aansluit, anders kan er schade worden veroorzaakt.

©PXimport

Sluit de data- en stroomkabels van de dvd-speler correct aan.

©PXimport

Bouw een dvd-speler goed in, zelfs al gebruikt u hem slechts tijdelijk om software te installeren.

10. BIOS-instellingen

Is alle hardware correct geïnstalleerd? Dan kunt u de behuizing sluiten en dichtschroeven. Vervolgens kan alle randapparatuur worden aangekoppeld, zoals de monitor, een muis en het toetsenbord. Sluit de thuisserver ook aan op het netwerk en sluit tot slot de stroomkabel aan. Schakel nu het beeldscherm in en daarna de thuisserver. Controleer of de thuisserver start en of er geen foutmeldingen verschijnen. Ga nu naar het BIOS. Daar komt u op de meeste computers door de Del-toets in te drukken zodra de computer tijdens het opstarten de melding 'Press DEL to SETUP' of een variant daarvan toont. Open in het BIOS de Advanced- of Power-opties. Zoek in het geval u een AMD-processor hebt ingebouwd naar Cool 'N Quiet en bij een pc met een Intel-processor naar SpeedStep. Dit zijn energiebesparende opties waarmee de processor wordt teruggeklokt wanneer hij niet volledig wordt belast - en dat is bij een server het grootste deel van de tijd het geval. De processor verbruikt daardoor aanzienlijk minder stroom. Ga ten slotte naar Exit en sluit af via Exit & Save changes of een variant daarop.

©PXimport

Schakel in het BIOS energiebesparende functies in.

11. Windows of Linux

Uiteraard speelt de softwarekeuze een belangrijke rol bij de inrichting van uw thuisserver. Vaak wordt hier Linux voor gebruikt, dat als voordeel heeft dat het gratis beschikbaar is en er bovendien veel gratis software voor wordt ontwikkeld. De meeste mensen zijn echter minder bekend met dit besturingssysteem. Het kan daardoor lastig zijn om de software goed te configureren en om er zelf nieuwe software aan toe te voegen. Windows is uiteraard niet gratis, maar veel computeraars hebben nog wel ergens een ongebruikte licentie of een oude Windows-versie die ook kan worden gebruikt. Bovendien is Windows 'bekend' en net als voor Linux is er veel software voor beschikbaar. Als u voor Windows kiest, moet u vervolgens bepalen met welke versie u aan de slag gaat. Op basis van de naam lijkt Windows Server het meest voor de hand te liggen, maar deze versie is met name voor zakelijke servers ontwikkeld. De keuze lijkt daardoor beperkt tot 'gewone' Windows-versies als Windows Vista of Windows 7, en Windows Home Server. Windows Home Server biedt functies die erg handig zijn voor gebruik in een thuisnetwerk, zoals de automatisch back-up en systeemherstel van alle aangesloten computers. Bovendien is Windows Home Server gebaseerd op Windows Server, en dus beter toegerust voor gebruik in een server dan de 'gewone' Windows-versies.

12. Windows Home Server

De kans dat u over een exemplaar van Windows Home Server beschikt, is klein. De software kopen is vreemd genoeg erg lastig, want dat kan alleen in combinatie met hardware. Windows Home Server wordt niet los verkocht maar alleen als OEM-product (al zijn er enkele webwinkels die het wel los aanbieden). Wilt u toch aan de slag met Windows Home Server, zoek dan op internet naar 'Windows Home Server Trial'. U zult dan bijvoorbeeld worden gewezen op deze pagina, waar u via de knop Gratis Proefversie een proefversie van Windows Home Server kunt downloaden. Het gaat daarbij nog om de eerste editie, maar die heeft als voordeel dat hij ook met een 32-bitprocessor werkt en al tevreden is met 'slechts' 512 MB RAM. Binnenkort zal de 2011-versie van dit besturingssysteem online komen. Deze werkt alleen met een 64-bitprocessor en hij vereist minimaal 2 GB werkgeheugen. De proef­versie van de oude editie is Engelstalig; van de 2011-editie komt ook een Nederlandstalige variant, maar het is nog niet duidelijk of u hier te zijner tijd ook een proefversie van kunt downloaden.

©PXimport

Wilt u binnenkort Windows Home Server 2011 gaan gebruiken? Houd dan nu alvast rekening met de strengere hardware-eisen die deze editie stelt.

13. 'Gewone' Windows-versie

Kiest u voor een 'gewone' versie van Windows? Plaats de Windows-installatieschijf in de dvd-speler van de server en schakel hem in. Laat de server vanaf de dvd opstarten (stel dit eventueel in het BIOS in) en doorloop de stappen van de installatie. Er valt tijdens de installatie van Windows 7 weinig te configureren, behalve bijna aan het einde, wanneer u de netwerklocatie kunt kiezen. U kunt er daarbij voor kiezen of het netwerk wordt benaderd als Thuisnetwerk, Bedrijfsnetwerk of Openbaar netwerk. De keuze heeft gevolgen voor de beveiliging van de server en voor de mate waarin andere computers in het netwerk de thuis­server kunnen zien. U kunt het beste kiezen voor Thuisnetwerk.

©PXimport

Merk de actieve netwerkverbinding aan als thuisnetwerk, zodat de computers op het netwerk elkaar gemakkelijk kunnen vinden.

14. De werkgroep instellen

Zodra de installatie is voltooid, kunt u de werkgroep aanpassen waar de computer onderdeel van uitmaakt. Standaard staat dit altijd op 'workgroup' maar dat is niet handig. Klik op Start en dan met de rechtermuisknop op Computer. Het eigenschappenvenster dat wordt geopend, toont (ongeveer op driekwart) het onder­deel Instellingen voor computernaam, domein en werkgroep. Klik daar op Instellingen wijzigen en dan nogmaals op Wijzigen. Typ dan bij Werkgroep de naam van de werkgroep die u op al uw computers gebruikt en bevestig via tweemaal OK. U krijgt nu de melding dat om deze wijziging door te voeren de computer opnieuw moet worden opgestart. Bevestig die melding en wacht tot de server weer is opgestart. Voer deze wijziging ook door op alle andere computers in het netwerk, zodat ze allemaal in deze werkgroep terechtkomen.

©PXimport

Plaats uw computers en de thuisserver in dezelfde werkgroep.

15. Thuisgroep instellen

Het instellen van een Thuisgroep is een manier om gemakkelijk bestanden te delen tussen meerdere Windows-pc's in een netwerk. Dat kunnen afbeeldingen, muziekbestanden of video's zijn, maar u kunt er ook een printer mee delen. De eerste pc in het netwerk richt hiertoe de Thuisgroep op en genereert een wachtwoord. Op alle andere pc's hoeft nu alleen nog het wachtwoord te worden ingetypt als bewijs dat ze bij dezelfde Thuisgroep horen. Een nadeel van deze methode is dat alleen Windows 7-computers hem ondersteunen. Omdat het niet voor de hand ligt dat er alleen Windows 7-computers in uw netwerk zitten, kunt u er ook voor kiezen om de Thuisgroep buiten beschouwing laten. Hebt u alleen computers met Windows 7 in het netwerk en vindt u het handig om de genoemde onderdelen snel te kunnen delen? Dan kiest u er uiteraard wel voor om met de Thuisgroep aan de slag te gaan. Noteer het wachtwoord (of druk het af) en gebruik het om ook de andere netwerkcomputers lid van de Thuisgroep te maken.

©PXimport

Via een Thuisgroep kunt u bestanden snel en eenvoudig met andere computers delen.

16. Drivers installeren

Behalve een besturingssysteem zult u ook drivers op uw thuisserver moeten installeren. Deze zijn nodig om alle hardware - en misschien zelfs wel om de netwerkkaart - te kunnen gebruiken. Gebruik hiervoor de driver-cd's die met het moederbord en alle andere hardware is meegeleverd of, beter nog, downloadt de laatste versie van alle benodigde drivers via de websites van de bijbehorende fabrikanten. Door het op deze manier te doen installeert u veelal nieuwere versies die minder fouten bevatten en vaak betere prestaties geven. Door met rechts op Computer te klikken (in het menu Start) en dan Beheren / Apparaatbeheer te kiezen, kunt u zien voor welke onderdelen al drivers zijn geïnstalleerd en voor welke nog niet. Ieder uitroepteken wijst op een onderdeel dat nog van een driver moet worden voorzien.

©PXimport

Pas als alle apparaten zijn voorzien van een driver en door het systeem worden herkend, is uw server klaar voor verdere installatie en configuratie.

17. Vast IP-adres

Het is erg handig als een computer die een taak in het netwerk vervult altijd op hetzelfde adres is te vinden. Dat betekent dat de computer in kwestie geen gebruik moet maken van DHCP, maar een vast IP-adres moet gebruiken. Na het opnieuw opstarten van de thuisserver klikt u naast de klok in de taakbalk op het pictogram van het netwerk. Kies hier Netwerkcentrum openen. Klik nu links in de kantlijn van het venster op Adapterinstellingen wijzigen. Selecteer eerst de juiste LAN-verbinding in het geval er daar meerdere van worden getoond. Doorgaans is er één LAN-verbinding waar geen rood kruis bij staat, en dat is de actieve netwerkverbinding. Klik met de rechtermuisknop op deze LAN-verbinding en kies Eigenschappen. Selecteer dan in de lijst met onderdelen voor Internet Protocol versie 4 en vervolgens Eigenschappen. In het venster dat nu wordt geopend, is standaard twee keer gekozen voor het automatisch toewijzen van instellingen. Kies eerst voor Het volgende IP-adres gebruiken en vul in de regels eronder de juiste gegevens in voor IP-adres, Subnetmasker en Standaardgateway. Onderin het venster is de instelling nu veranderd, van Automatisch in De volgende DNS-serveradressen gebruiken. Hier vult u de DNS-servers in van uw internetprovider of van uw eigen router, het gaat hier dus om hetzelfde adres als van de standaardgateway. Bevestig alles door twee maal op OK te klikken.

©PXimport

Geef de thuisserver een eigen, vast IP-adres op het thuisnetwerk.

18. Energiebeheer

Een belangrijk verschil tussen een personal computer en een server, is dat een server nooit wordt uitgeschakeld. Terwijl een pc pas in actie komt wanneer de gebruiker zich meldt, verricht een server zijn diensten ook als niemand oplet of erom vraagt. Daarom moet een server van een ander type energiebeheer worden voorzien dan een pc. Als u een thuisserver hebt waar een pc-versie van Windows op draait, 'weet' het besturingssysteem niet dat het op een server wordt gebruikt. U moet het energiebeheer daarom zelf aanpassen. Klik op Start en kies Configuratiescherm / Systeem en beveiliging / Energiebeheer. Standaard kent Windows drie schema's: Gebalanceerd, Energiebesparing en Hoge prestaties. Selecteer Hoge prestatie en klik daarna op De schema-instellingen wijzigen. U ziet nu dat de computer bij dit schema nooit in de slaapstand gaat. Dat is correct. Verander de tijd voor Uitschakelen beeldscherm in 10 minuten. Klik nu op Geavanceerde energie-instellingen wijzigen en vervolgens op Harde schijf / Harde schijf uitzetten na / 20 minuten. Maak hier 30 minuten van. Ga dan naar PCI Express / Link State Power Management en zet deze op Normale energiebesparing. Ga ten slotte naar Energiebeheer voor processor. Kies bij Minimale processorstatus voor 5 procent. Hiermee geeft u de onderste limiet aan van de processorbelasting. Een hogere waarde leidt tot betere prestaties, maar ook tot meer stroomverbruik. Bevestig met OK, OK en klik dan op Wijzigingen opslaan.

©PXimport

Via Energiebeheer kunt u ervoor zorgen dat uw server zo zuinig mogelijk werkt.

19. Dvd-emulatie

Wanneer u voor de installatie van Windows een dvd-speler in de thuisserver hebt gebruikt die eigenlijk in een andere pc hoort, dan kunt u die nu verwijderen. Schakel de thuisserver uit via Start / Afsluiten. Open de computerbehuizing en schroef de dvd-speler los. Verwijder ook de bekabeling en haal de dvd-speler uit de behuizing. Verwijder de dvd-speler en schroef de computerbehuizing weer dicht. In plaats van een fysieke dvd-speler, kunt u nu een virtuele variant installeren. Start de server weer op en download Daemon Tools Lite of een van de andere versies. Lite is gratis voor thuisgebruik, voor Pro en Advanced moet u betalen. De downloadpagina zit een beetje 'tricky' in elkaar. Klik niet direct op de eerste de beste downloadknop maar kijk even naar de onderstreepte link Download, halverwege rechts op het scherm. Installeer nu de software. De Daemon-tools laten Windows geloven dat er een dvd-speler aanwezig is. Het programma kan ISO-bestanden laden in de virtuele dvd-speler, waarna u ze kunt openen in Windows Verkenner. U kunt ook de software installeren die op de ISO staat. Het voordeel van Daemon Tools is dat het geen stroom verbruikt of lawaai maakt zoals een echte dvd-speler, terwijl u toch over de bijna volledige dvd-functionaliteit beschikt.

©PXimport

Verwijder of koppel de dvd-speler los wanneer u die niet meer gebruikt in de server. Het is een prima optie om hem te vervangen door een dvd-emulator zoals Daemon Tools.

20. Beveiligingssoftware installeren

Het is belangrijk om te beseffen dat de thuisserver tegelijkertijd een gewone pc is, waar (in de meeste gevallen) een 'gewone' Windows-versie op staat, met alle daarbij behorende risico's. Het is dan ook belangrijk om op de thuisserver minimaal dezelfde antimalwaresoftware te installeren als die op uw gewone pc hoort te staan. Denk daarbij aan antivirus en aan Windows Defender of andere anti-spyware. Scan ook regelmatig de hele server op de aanwezigheid van virussen, spyware of andere ongewenste soft­ware. Dit is bij een server minstens zo belangrijk als bij de andere pc's in uw netwerk.

©PXimport

Installeer antimalware-pro­g­ramma's om de thuisserver vrij van virussen en spyware te houden.

21. Windows-updates

Behalve spyware zijn ook Windows-updates belangrijk. Fouten en beveiligingslekken in de software kunnen daarmee worden verholpen. Windows 7 downloadt de updates automatisch en installeert ze 's nachts om drie uur of tijdens de de eerstvolgende keer dat uw server wordt opgestart. Opstarten doet een server echter niet zo vaak, behalve juist nadat er updates zijn binnengehaald - want daar hoort vaak een reboot bij. Weet u dat de server 's nachts niet al te vaak wordt gebruikt, dan kunt u de instellingen voor Windows Update ongewijzigd laten. Wilt u liever zelf bepalen wanneer updates worden geïnstalleerd en of dan ook direct een herstart van de thuisserver volgt, wijzig dan de instellingen voor Windows Update. Ga naar Start / Alle programma's / Windows Update. Klik op Instellingen wijzigen en kies eventueel voor Updates downloaden maar laat mij bepalen of ik ze wil installeren. Wanneer u hiervoor kiest, moet u niet vergeten om regelmatig in te loggen en te controleren of er updates zijn.

©PXimport

Het schema voor het downloaden en installeren van updates kan worden gewijzigd.

22. Toegang op afstand

Als laatste is het belangrijk om te regelen dat de server op afstand kan worden beheerd. Hiertoe beschikt Windows over Remote Desktop (of Extern Bureaublad). Klik op Start en daarna met de rechtermuisknop op Computer. Kies Eigenschappen en Instellingen voor externe verbindingen. Kies op het tabblad Externe Verbindingen voor Extern Bureaublad / Verbindingen met computers toestaan ongeacht de versie van Extern Bureaublad of, wanneer u toch alleen verbinding gaat maken vanaf een andere computer die ook met Windows 7 is uitgerust, voor Alleen verbindingen toestaan met computers waarop Extern Bureaublad met netwerkniveauverificatie wordt uitgevoerd. Bevestig met OK. Hierna kunt u uitloggen en de monitor uitschakelen of loskoppelen. De thuisserver kan nu ook op een slecht te bereiken plek in huis worden neergezet. U kunt de thuisserver beheren en verder configureren vanaf een andere Windows-pc, door naar Start / Uitvoeren te gaan, hier het commando mstsc uit te laten voeren en vervolgens het IP-adres van de thuisserver op te geven. Klik daarna op Verbinden en log in op uw eigen thuisserver.

©PXimport

U kunt de thuisserver vanaf een andere pc in het netwerk beheren.

▼ Volgende artikel
Inbouwvriezer of vrijstaand model: waar moet je voor kiezen?
© ID.nl
Huis

Inbouwvriezer of vrijstaand model: waar moet je voor kiezen?

Bij je zoektocht naar een vriezer zijn er verschillende zaken om op te letten. Denk bijvoorbeeld aan de ruimte waar je de vriezer wilt plaatsen – in de keuken of juist ergens anders, zoals de schuur of garage. Welk model past het beste? En wat zijn de technische verschillen tussen een inbouw- en een vrijstaand model?

Sta je op het punt een nieuwe vriezer te kopen? Dan kom je waarschijnlijk al snel voor een keuze te staan: ga je voor een inbouwvriezer of kies je toch liever voor een vrijstaand model? Op het eerste gezicht lijken ze misschien op elkaar, want ze doen in de basis hetzelfde: eten en drinken invriezen en koel bewaren. Toch zijn er flink wat verschillen tussen deze twee soorten, en het is handig om daar even goed naar te kijken voordat je beslist.

Locatie: keuken of ergens anders

Eén van de eerste dingen om over na te denken is waar je de vriezer wil plaatsen. Een inbouwvriezer is bedoeld om netjes weggewerkt te worden in een keukenkast. Je ziet ‘m dus bijna niet, omdat de deur van de vriezer schuilgaat achter een kastdeur. Dat ziet er strak uit, vooral als je keuken een rustige en moderne uitstraling heeft. Wel heb je dan dus een keuken nodig die daar op is voorbereid, met de juiste maten en ruimte om de vriezer in te bouwen.

Een vrijstaande vriezer kun je neerzetten waar je maar wilt, zolang er een stopcontact in de buurt is en het niet te warm of te koud wordt in de ruimte. Denk aan de bijkeuken, schuur of garage. Dit maakt een vrijstaande vriezer wat flexibeler in gebruik.

©ID.nl

De keuken is voor de meesten de meest logische plek voor een vriezer, maar hij kan ook ergens anders staan.

Is er op de plek waar de vrijstaande vriezer komt te staan genoeg ruimte? Dan kun je ook een ander model overwegen, zoals een liggende vriezer. Dat zijn vrieskisten die je van boven opent. Het voordeel van dergelijke vriezers is dat er vaak meer inpast, omdat de opslagruimte groter is en je meerdere lagen kunt vullen.

Installatie

Als je kiest voor een vrijstaande vriezer, is het installeren meestal een fluitje van een cent. Je zet ‘m neer, zorgt dat hij waterpas staat en steekt de stekker in het stopcontact. Bij een inbouwvriezer komt er wat meer bij kijken. Je moet namelijk zorgen dat alles goed past en dat het keukenfront netjes aan de vriezerdeur wordt bevestigd. Soms zijn er ook speciale scharnieren nodig. Wanneer je een keuken laat ontwerpen, kan er alvast rekening worden gehouden met een inbouwvriezer en kunnen de juiste deurelementen daar alvast op worden aangepast.

Hoe zit het met het stroomverbruik?

Vriezers staan dag en nacht aan, dus het stroomverbruik telt flink mee in je energierekening. Zowel inbouw- als vrijstaande modellen zijn tegenwoordig verkrijgbaar met een zuinige energieklasse, maar vrijstaande vriezers zijn over het algemeen net iets efficiënter. Dat komt doordat ze beter hun warmte kunnen afvoeren, omdat ze immers niet 'opgesloten' zitten. Als je de vriezer vaak gebruikt en er veel in bewaart, kan het op de lange termijn dus schelen in je energiekosten. Bij een inbouwvriezer moet je sowieso goed opletten dat er voldoende koele lucht in de inbouwnis komt en dat de warmte goed kan worden afgevoerd. De achterzijde van een nis waar een inbouwvriezer in wordt gezet is standaard altijd open, maar zorg ook voor voldoende ruimte tussen de muur en de inbouwvriezer, zodat de afgegeven warmte niet blijft hangen en goed kan worden afgevoerd.

Hoeveel ruimte heb je nodig?

Ook de grootte van de vriezer is iets om rekening mee te houden. Heb je een groot gezin of koop je graag boodschappen in het groot? Dan is een vrijstaande vriezer vaak praktischer, omdat die er in grotere maten zijn en dus meer ruimte bieden. Inbouwvriezers zijn vaak wat kleiner, omdat ze in een standaard keukenkast moeten passen. Voor wie weinig invriest of een kleinere keuken heeft, is dat meestal geen probleem.

©ID.nl

Geluidsproductie

Een vriezer maakt geluid, dat hoort erbij. Dat geluid is niet constant, maar meestal vooral hoorbaar als de compressor aanslaat. Toch kan het verschil maken waar hij staat en welk type je hebt of het geluid dat een vriezer produceert, storend is. Een inbouwvriezer hoor je doorgaans iets minder, omdat het geluid wordt gedempt door de keukenkast eromheen. Een vrijstaande vriezer kan net iets meer opvallen qua geluid, vooral als hij in de keuken staat en niet ergens apart. Benieuwd hoeveel geluid de vriezer naar keuze eigenlijk maakt? Van tevoren kun je op de site van het Europees productregister voor energie-etikettering zien wat de geluidsproductie van de gekozen vriezer in Decibel is.

Op het energielabel dat verplicht is voor alle vriezers en koelkasten, zie je direct wat de geluidsproductie is van het gekozen apparaat.

Schoonmaak en onderhoud

Kijken we naar de schoonmaak en het onderhoud van de vriezer, dan is er eigenlijk weinig verschil in hoe een inbouwvriezer of een gewone vriezer wordt schoongemaakt. Intern zijn beide kasten op dezelfde manier opgebouwd, maar aan de buitenzijde is dat toch anders. Een vrijstaande vriezer kun je bijvoorbeeld aan de achterzijde veel beter schoonmaken omdat je de vriezer makkelijker kunt verplaatsen. Bij een inbouwvriezer kan er na verloop van tijd wel veel meer stofophoping plaatsvinden en is het lastiger om de achterkant schoon te maken: daarvoor zul je toch echt de vriezer uit de nis moeten halen.

Extra functies

Tegenwoordig hebben veel vriezers allerlei handige functies. No Frost is daarbij een bekende, want hiermee hoef je een vriezer nooit meer te ontdooien. Ook handig is een een snelvriesfunctie voor als je net boodschappen hebt gedaan en je spullen snel moet invriezen. Die functies vind je zowel bij inbouw- als vrijstaande modellen. Het aanbod is bij vrijstaande vriezers vaak iets breder, simpelweg omdat er meer soorten van zijn.

©ID.nl

Kostenplaatje

Als je kijkt naar de prijs, zijn vrijstaande vriezers meestal wat goedkoper dan inbouwmodellen met vergelijkbare eigenschappen. Bij een inbouwvriezer betaal je namelijk ook voor het inbouwsysteem en het strakkere ontwerp. Bovendien moet je bij vervanging vaak een model kiezen dat precies in je keukenkast past. Dat maakt de keuze beperkter en soms ook duurder. Verder hangt het ook af van het deursysteem dat je kiest voor een inbouwvriezer. Bij een deur-op-deursysteem waar de deur van de keukenkast direct op de deur van de vriezer wordt gemonteerd, zijn ook andere scharnieren nodig die het extra gewicht van de keukendeur kunnen dragen. Bij een glijsysteem is dat niet het geval, omdat in dat geval de deur van de keukenkast een eigen scharniersysteem heeft.

Past het in je interieur?

Als je keuken er strak en opgeruimd uitziet, dan wil je misschien niet dat er een groot wit apparaat in het zicht staat. In dat geval is een inbouwvriezer een mooie oplossing. Die zit netjes achter een kastdeurtje en valt niet op. Een vrijstaande vriezer zie je wel altijd staan, maar dat hoeft geen probleem te zijn – zeker niet als hij in een bijkeuken of garage komt. Plus: tegenwoordig zijn de designs ook een stuk mooier dan pak 'm beet tien jaar geleden.

Staat je vriezer op een koude plek?

Niet elke vriezer werkt goed bij lage temperaturen. Als je van plan bent om je vriezer in een onverwarmde ruimte te zetten, zoals een schuur of garage, is het belangrijk om eerst na te gaan of het apparaat daar wel tegen kan. Vaak wordt gedacht dat een vriezer het juist beter doet als het buiten koud is, maar dat klopt niet altijd. Een vriezer moet voldoende warmte kunnen afvoeren, en bij te lage omgevingstemperaturen kan de thermostaat in de war raken, waardoor het apparaat minder goed of zelfs helemaal niet meer werkt. De meeste vriezers kunnen tot zo'n 10 graden Celsius als minimum temperatuur aan.

Sommige vriezers kunnen ook prima in een schuur of garage staan, maar alleen als de temperatuurspecificaties dit toelaten.

Om te bepalen of een vriezer geschikt is voor een koude ruimte, kijk je naar de klimaatklasse. Die vind je op het energielabel of in de productspecificaties. Klimaatklassen geven aan binnen welk temperatuurbereik een vriezer goed kan functioneren. De meest voorkomende klassen zijn SN, N, ST en T. Een vriezer met klimaatklasse SN (Subnormal) werkt bijvoorbeeld nog bij temperaturen vanaf 10 graden, terwijl sommige modellen die speciaal ontworpen zijn voor gebruik in onverwarmde ruimtes al functioneren vanaf 5 graden of zelfs lager. Fabrikanten geven dit meestal duidelijk aan.

Op het Europees productregister voor energie-etikettering kun je van alle producten zien wat de klimaatklasse en de minimale en maximale temperatuur is waardoor het apparaat geschikt is.

Vrijstaande vriezers zijn soms speciaal ontworpen voor dit soort omstandigheden, met aanpassingen aan de techniek en isolatie. Er zijn bijvoorbeeld modellen met zogeheten Freezer Guard- of Frost Protect-technologie, die juist wel goed blijven werken in koude omgevingen. Die zijn ideaal als je de vriezer bijvoorbeeld op zolder of in een onverwarmde bijkeuken wilt zetten.

Inbouwvriezers daarentegen zijn vrijwel altijd bedoeld voor gebruik binnenshuis, op plekken waar de temperatuur redelijk constant is, zoals in de keuken. Ze zijn meestal niet getest of ontworpen voor gebruik bij lage omgevingstemperaturen. Zet je zo’n vriezer toch in een koude ruimte, dan is de kans groot dat hij niet goed werkt of dat de levensduur wordt verkort.

©ID.nl

Een vriezer op zolder zetten kan een oplossing zijn bij ruimtegebrek in de keuken, maar vergeet ook niet dat hij ook helemaal naar boven moet worden gezet.

Tot slot is het goed om te bedenken dat ook vocht en vorst in onverwarmde ruimtes een rol kunnen spelen. Als de omgeving te vochtig is of als er bevriezingsgevaar ontstaat, kan dat schade veroorzaken aan de elektronica of het rubber van de deurafdichting. Het is dus altijd slim om niet alleen naar de temperatuur, maar ook naar de algemene omstandigheden van de ruimte te kijken voordat je besluit waar je de vriezer neerzet.

Verhuizing of herinrichting?

Als je nog niet zo lang op één plek woont of van plan bent te verhuizen, is het handig om te bedenken hoe flexibel je wilt zijn. Een vrijstaande vriezer kun je gemakkelijk meenemen of op een andere plek zetten. Een inbouwmodel zit vast in je keuken en is lastiger te verplaatsen of te vervangen. Dat maakt een vrijstaand model soms praktischer, en is een betere keuze als je je (keuken)inrichting regelmatig verandert.

Tot slot

Of je nu kiest voor een inbouw- of een vrijstaande vriezer, het belangrijkste is dat hij goed past bij jouw huishouden en wensen. Denk goed na over waar je hem wilt neerzetten, hoeveel ruimte je nodig hebt en hoe belangrijk je dingen als energieverbruik of uitstraling vindt. Door even de tijd te nemen en je goed te laten informeren, voorkom je dat je achteraf spijt krijgt van je aankoop. Zo weet je zeker dat je een vriezer kiest waar je jarenlang plezier van hebt.

▼ Volgende artikel
Vakantie en fileleed? Zo gebruik je Google Maps voor live informatie
© PixieMe - stock.adobe.com
Huis

Vakantie en fileleed? Zo gebruik je Google Maps voor live informatie

De vakanties zijn begonnen en als je op weg gaat naar het zuiden, sta je al gauw vast, bijvoorbeeld op de Autoroute du Soleil.De gratis app Google Map sbeschikt over een set tools om je trip vlot te laten verlopen. Zo kun je bijvoorbeeld heel eenvoudig de verkeersdrukte volgen.

In dit korte artikel laten we zien hoe je de verkeerslaag in Google Maps gebruikt:

  • Stel je route in en schakel de verkeerslaag in via het lagenmenu
  • Bekijk de actuele verkeersdrukte aan de hand van kleuren op de kaart
  • Ontvang meldingen over verkeersdrukte bij opgeslagen locaties

Ook interessant om te lezen: Dit zijn de 4 beste alternatieven voor Google Maps

De laag Verkeer

Open Google Maps op je smartphone en geef het vertrekpunt en de bestemming in. Daarna tik je onderaan op Route. Boven de kaart kies je de manier hoe je je verplaatst: auto, tram, metro, te voet of per fiets. Onderaan de kaart lees je alvast de afstand en de reistijd. Tik daarna op het pictogram Lagen in de rechterbovenhoek van het scherm. In de groep Kaartgegevens selecteer je Verkeer. Hierdoor wordt de verkeerslaag over de Google Maps-kaart gelegd. Verlaat het gedeelte Lagen door op het kruisje in de rechterbovenhoek te tikken.

Op de kaart worden de wegen ingekleurd op basis van de actuele verkeersdichtheid. Groen betekent dat je op een normaal tempo kunt rijden. Oranje staat voor langzaam rijdend verkeer en rood betekent dat het verkeer stilstaat. Niet tevreden met de route die Google Maps heeft geselecteerd? Bekijk dan alle alternatieve routes die als grijze lijnen op het scherm worden weergegeven. Tik op een van de opties om een ​​alternatieve route te selecteren.

De verkeersdrukte wordt met kleuren weergegeven.

Google Maps in de auto gebruiken?

Dan is een telefoonhouder een must

Live verkeer

Op de computer open je de webbrowser en surf je naar Google Maps. Weer zoek je de bestemming, zodat Maps de route tevoorschijn kan halen. Daarna beweeg je de muisaanwijzer over het pictogram Lagen linksonder. Klik op de laag met het label Verkeer. Opnieuw zal Google de wegen inkleuren volgens verkeersdrukte. Je kunt de weergave Live verkeer in- en uitschakelen door op de schakelaar in het onderste deel van het scherm te klikken.

Op de computer kun je de weergave Live verkeer in- en uitschakelen.

Meldingen ontvangen

Het is mogelijk om van Google Maps meldingen te ontvangen wanneer er drukte ontstaat in de buurt van een locatie die je in Maps hebt opgeslagen. Hiervoor tik je rechtsboven op het pictogram van je Google-account. Daarna kies je Instellingen en dan Meldingen. Op de iPhone controleer je of het schuifje bij Plaatsen en evenementen aanstaat. Op een Android-apparaat tik je bij Navigeren / Verkeer bij nabije evenementen op Aan of Alleen in de app.

Wil je verkeersupdates ontvangen over plaatsen die je hebt opgeslagen?

Watch on YouTube