ID.nl logo
De (on)zin van anti-lekbanden
© Maya Jane
Mobiliteit

De (on)zin van anti-lekbanden

Dat een anti-lekband nooit leegloopt, is helaas niet waar. Rijd je door een spijker, naald of glasscherf, dan bestaat er namelijk alsnog een reëele kans op lekkage. Ook een anti-lekband kan namelijk kapotgaan. Toch heeft dit product voor fietsers wel degelijk meerwaarde. We zetten de belangrijkste overwegingen voor het gebruik van extra verstevigde banden op een rij.

Een anti-lekband heeft eigenschappen die de kans op lekrijden ten opzichte van reguliere fietsbanden aanzienlijk verkleinen. Welke technieken er precies zijn toegepast, verschilt per product. Bekende merken als CST, Schwalbe, Vredestein en Continental fabriceren allerlei buitenbanden met lekbescherming.

 

Anti-lekbuitenbanden hebben tussen het loopvlak en karkas meestal een verdikte laag van elastisch rubber. Bij de wat duurdere producten is dit materiaal soms wel vijf millimeter dik. In plaats van rubber gebruiken fabrikanten ook geregeld een laagje nylonweefsel, synthetische vezels of gerecycled materiaal als ‘opvulmiddel’. De betere buitenbanden combineren meerdere materialen om de kwetsbare binnenband te beschermen. Een verdikte beschermingslaag vangt scherpe oneffenheden van het wegdek op, zoals schelpen, grind en misschien wel punaises. Daarmee beperk je de kans op het doorprikken van de buiten- en binnenband.

 

Er bestaan geschikte anti-lekbanden voor alle tweewielers, zoals stadsfietsen, mountainbikes, speed pedelecs en e-bikes. Overigens resulteert de ruime anti-leklaag wel in een iets hoger gewicht. Met name voor fanatieke sportieve fietsers is dat wellicht een heikel punt.

Fabrikanten voorzien hun anti-lekbanden van een verdikte laag, waardoor fietsers minder snel lekrijden.  

Anti-lekband kopen

Anti-lekbanden zijn bij elke (online) fietswinkel in verschillende wielmaten verkrijgbaar - kijk bijvoorbeeld maar eens naar het assortiment op Bol.com. Je hebt hierbij keuze uit diverse producten. Elk bekend bandenmerk heeft namelijk verschillende anti-lekbanden in zijn gamma. Houd wel rekening met een meerprijs. Een goedkope reguliere buitenband kost ongeveer een tientje, terwijl je voor een betaalbare anti-lekband al gauw het dubbele kwijt bent. Bij anti-lekproducten uit het laagste prijssegment is de aanwezige beschermingslaag niet al te dik. Voor de beste anti-lekbanden met een optimale bescherming betaal je grofweg tussen de 30 en 45 euro. Voor extra bescherming fabriceren Schwalbe en Continental tegenwoordig ook dikkere binnenbanden. Die gaan minder snel lek.

 

Niet elke anti-lekband biedt evenveel bescherming. De onderlinge verschillen zijn namelijk best groot. De Schwalbe Marathon Plus (op Amazon kun je zien hoe deze band eruitziet) is bijvoorbeeld een hoogvlieger. Dankzij een elastische beschermingslaag met een dikte van een halve centimeter maken spijkers, punaises, naalden en andere scherpe voorwerpen nauwelijks kans. De fabrikant ontwikkelt dit type met verschillende profielen voor stadsfietsen, e-bikes en mountainbikes. Het loopvlak is erg robuust. Probeer er maar eens een punaise doorheen te prikken. Dat lukt niet!

Er bestaan ook goedkope alternatieven, zoals de CST Classic Allround XL. De beschermingslaag van dit product is drie millimeter. Overigens hanteren CST en Schwalbe voor hun producten verschillende beschermingsniveaus, namelijk 1 tot en met 7. Hoe hoger het nummer, hoe beter de lekbescherming.

Wil je een lekvrije band voor de mountainbike, dan is de Schwalbe Marathon Plus MTB het overwegen waard.

Nooit meer banden plakken?

Met een beetje geluk hoef je een anti-lekband nooit te plakken. Deze banden kunnen nu eenmaal meer hebben. Helaas bestaat er bij heel scherpe voorwerpen alsnog een beperkt risico op lekrijden. Let daarom goed op waar je fietst. Rijd om glasscherven heen en vermijd bij voorkeur schelpenpaden.

Verder is het belangrijk om de optimale bandenspanning aan te houden. Je voorkomt daarmee namelijk onnodige slijtage en kleine scheurtjes in het rubber. Ook is de kans op lekrijden geringer. Op de zijkant van elke fietsband staat de optimale bandenspanning aangegeven. Bij de meeste stadsfietsen houd je doorgaans een luchtdruk aan van 3,5 tot 4,5 bar. Controleer de bandenspanning ongeveer eenmaal per maand en gebruik voor het oppompen een fietspomp met geïntegreerde barometer.

Fietsband zonder lucht

Bij een fietsband met lucht bestaat er ook bij prijzige anti-lekproducten een geringe kans op lekkage. Overweeg eventueel een fietsband zonder lucht! De Duitse bandenspecialist Schwalbe ontwikkelt onder de noemer Airless System meerdere geschikte modellen. De gevoelsmatige luchtdruk bedraagt volgens de fabrikant zo’n 3,5 bar, waardoor je naar verluidt amper verschil met een reguliere binnenband ervaart. In plaats van lucht bestaat de binnenzijde in feite uit duizenden kleine luchtkussentjes.

 

Jammer genoeg is het voor consumenten niet mogelijk om een zogeheten airless tube van Schwalbe eigenhandig te monteren. Klop hiervoor aan bij een gecertificeerde fietsdealer. Met behulp van een speciale montagetool voorziet de technicus een fiets van een luchtvrije band. Houd hierbij wel rekening met een stevige aanschafprijs.

Overigens biedt dit luchtvrije bandensysteem een geschatte levensduur van zo’n tienduizend gereden kilometers. Verder is het product ongeveer 300 gram zwaarder dan een gewone binnen- en buitenband van Schwalbe.

Schwalbe ontwikkelt onderhoudsvrije fietsbanden die je niet hoeft op te pompen.

P.S. Natuurlijk wil je zo min mogelijk lek rijden. Des te meer leuke dingen kun je doen met je fiets! In ons artikel Leuke activiteiten tijdens je fietstocht lees je daar alles over.

Watch on YouTube

Vind je de video leuk? Abonneer je dan op het YouTube-kanaal van ID.nl!

▼ Volgende artikel
Zo maak je je Android-smartphone sneller
© AK | ID.nl
Huis

Zo maak je je Android-smartphone sneller

Wordt je smartphone steeds trager? Geen paniek, je hoeft echt niet meteen een nieuw toestel te kopen. Vooral bij Android kun je met een paar simpele aanpassingen je telefoon weer merkbaar sneller maken, gewoon via de instellingen die al op je toestel staan. Door opslagruimte vrij te maken en het energieverbruik te verlagen, werkt je telefoon weer als een zonnetje. In dit artikel lees je wat echt werkt.

Wordt je Android-telefoon traag? Probeer dit:

• Verwijder overbodige apps en bestanden • Zet automatische helderheid eventueel uit • Schakel de donkere modus in (bij oled-scherm) • Activeer batterijoptimalisatie • Gebruik de onderhoudsfunctie van je toestel • Herstart je telefoon regelmatig • Verlaag de verversingssnelheid van het scherm • Zet onnodige verbindingen uit • Installeer updates voor Android en apps • Als laatste redmiddel: doe een fabrieksreset

Lees ook: 8 smartphones getest: veel kwaliteit tussen 300 en 500 euro

Tip 1: Ruim overbodige apps en bestanden op

Veel smartphones worden trager omdat het geheugen langzaam volloopt. Dat begint vaak bij apps die je allang niet meer gebruikt. Verwijder ze: ze nemen opslagruimte in, draaien soms op de achtergrond mee en hebben vaak nog toegang tot je gegevens. Kijk daarna meteen even in je Downloads-map. In de app 'Bestanden' (op Samsung-toestellen heet die 'Mijn bestanden') zie je snel wat de grootste ruimtevreters zijn. Grote video's, pdf-bestanden of oude screenshots? Verwijder ze of zet ze over naar de cloud.

Tip 2: Check de automatische helderheid

De automatische helderheid (adaptive brightness) past het scherm aan op je omgeving en werkt meestal prima. Maar soms wordt het scherm onnodig fel, bijvoorbeeld in de zon of als je toestel je gebruik niet goed inschat. Dat vraagt extra energie en kan je telefoon wat langzamer maken, vooral als de accu bijna leeg is. Merk je dat je scherm vaak onnodig fel staat, zet dan de helderheid handmatig iets lager.

Tip 3: Schakel donkere modus in

Heb je een telefoon met een oled-scherm, dan loont het om de donkere modus te gebruiken. Bij deze schermtechniek betekent zwart letterlijk 'uit', wat batterij bespaart en warmteontwikkeling tegengaat. Bovendien ziet het er voor veel mensen rustiger uit.

©ID.nl

Zo zit het met energieverbruik en snelheid

Een hoog energieverbruik maakt je telefoon op zichzelf niet trager, maar kan wel leiden tot situaties waarin de prestaties omlaag gaan. Als je toestel veel stroom verbruikt, bijvoorbeeld door zware apps of een fel scherm, ontstaat er warmte. Om oververhitting te voorkomen, beperken veel moderne telefoons dan automatisch hun snelheid – dat heet 'thermal throttling'. Ook bij een bijna lege batterij schakelen sommige toestellen over op een zuinige stand, waarbij de snelheid bewust wordt teruggeschroefd. Daarom helpen simpele ingrepen zoals het sluiten van achtergrond-apps of het uitschakelen van 5G vaak dubbelop: ze besparen energie én zorgen dat je toestel sneller blijft reageren.

Tip 4: Activeer batterijoptimalisatie en Adaptive Battery

Android biedt slimme energiebesparingsopties waarmee apps die je weinig gebruikt automatisch worden begrensd. In het instellingenmenu vind je onder 'Batterij' of 'Energiebeheer' de functie 'Adaptive Battery'. Ook kun je per app instellen of Android achtergrondactiviteit mag beperken. Zo voorkom je dat apps die je niet meer gebruikt ongemerkt op de achtergrond blijven draaien en je telefoon onnodig vertragen.

©ID.nl

Extra 🔋 nodig voor je smartphone?

Tijd voor een powerbank!

Tip 5: Gebruik de onderhoudsfunctie van je toestel

Op veel Android-smartphones, vooral van Samsung, zit een optie als 'Apparaatonderhoud' of 'Device Care'. Hiermee kun je geheugen vrijmaken, overtollige processen sluiten en tijdelijke bestanden verwijderen. Je kunt instellen dat je toestel dit automatisch doet, bijvoorbeeld dagelijks of bij een herstart.

©ID.nl

Tip 6: Herstart je telefoon regelmatig

Zeg eens eerlijk: zet jij je telefoon weleens helemaal uit? Grote kans van niet. De meeste mensen laten hun toestel continu aanstaan, waardoor tijdelijke bestanden zich langzaam opstapelen. Na een tijdje merk je dat aan de snelheid. Door je telefoon af en toe automatisch te laten herstarten (bijvoorbeeld dagelijks of wekelijks) geef je het systeem de kans om zichzelf op te ruimen. Je vindt die optie bij de geavanceerde instellingen van de onderhoudsapp.

Tip 7: Verlaag de schermverversing of resolutie

Veel moderne toestellen gebruiken een adaptieve verversingssnelheid die zichzelf automatisch aanpast aan wat er op je scherm gebeurt. Toch loont het soms om handmatig naar 60 Hz terug te schakelen,  bijvoorbeeld als het toestel snel warm wordt of als de batterij opvallend snel leegloopt. Van zo'n lagere verversingssnelheid merk je zelf nauwelijks iets, maar het kan wel gunstig zijn voor de prestaties en de accuduur. Kun je dit aanpassen op jouw toestel? Kijk dan bij Instellingen → Beeldscherm → Verversingssnelheid of Schermresolutie.

©ID.nl

Tip 8: Zet onnodige verbindingen uit

Bluetooth en NFC zijn handig voor het koppelen van apparaten of contactloos betalen, maar vaak heb je ze helemaal niet nodig. Hetzelfde geldt voor functies zoals locatieservices of automatische app-updates op mobiele data. Bij moderne telefoons is het energieverbruik van deze verbindingen normaal gesproken minimaal, maar bij slecht bereik of veel achtergrondactiviteit kunnen ze toch voor extra belasting zorgen. Door overbodige functies uit te schakelen bespaar je niet alleen wat batterij, maar verminder je ook de kans op thermal throttling.

Tip 9: Installeer updates voor Android en je apps

Een simpele maar belangrijke stap: updates bevatten bugfixes, beveiligingspatches en prestatieverbeteringen. Als je apps een tijd niet zijn geüpdatet, kunnen ze trager reageren of vastlopen. Dat geldt ook voor Android zelf: zorg dat je ook je systeemversie up-to-date houdt. Regelmatig updaten zorgt dat je telefoon goed blijft draaien.

Tip 10: Laatste redmiddel: je telefoon volledig resetten

Helpen alle tips hierboven niet voldoende? Dan is een fabrieksreset het proberen waard. Daarmee verwijder je alles wat ooit traagheid heeft veroorzaakt – van corrupte bestanden tot fout geïnstalleerde apps. Vergeet niet een back-up te maken voordat je begint. Daarna voelt je toestel vaak weer als nieuw.

Zo simpel kan het zijn!

Met deze aanpassingen – van opruimen tot slimme instellingen – geef je je Android-telefoon een flinke oppepper. Je verlengt niet alleen de levensduur van je toestel, maar kunt ook die aanschaf van een nieuwe telefoon nog even uitstellen.


 

▼ Volgende artikel
Toch nog verdienen aan je zonnepanelen? Zo doe je dat!
© Roman R
Energie

Toch nog verdienen aan je zonnepanelen? Zo doe je dat!

Heb je zonnepanelen, dan is je energierekening lager dan huishoudens zónder. Maar dankzij de almaar dalende terugleververgoeding en de stijgende terugleverkosten wordt dat verschil wel steeds kleiner. Wat je kunt doen om er nog wél iets aan te verdienen, lees je hier.

In het kort

Zonnepanelen zijn nog altijd rendabel, maar het verschil met huishoudens zonder panelen wordt kleiner. De terugleververgoeding daalt, terwijl terugleverkosten stijgen. Om hoeveel euro dat kan gaan, lees je in dit artikel.

Gelukkig kun je nog steeds besparen, zolang je zoveel mogelijk van je eigen zonnestroom direct verbruikt. Wij geven je 7 tips waarmee je toch nog geld overhoudt aan je zonnepanelen.

Lees ook: Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt

Dat zonnepanelen steeds minder rendabel zijn, daar is al veel over geschreven. Natuurlijk, de energierekening van huishoudens met zonnepanelen zijn nog altijd lager dan die van huishoudens zonder. Om hoeveel euro het gaat, is vaak lastig in te schatten, maar Energievergelijk.nl heeft er een analyse op losgelaten. Daarbij zijn ze uitgegaan van een huishouden met een stroomverbruik van 3.000 kWh per jaar en zonnepanelen van 400 Wp per paneel.

Minder voordeel bij meer panelen

Een huishouden met acht zonnepanelen bespaart gemiddeld 34,81 euro per maand op de energierekening ten opzichte van een huishouden zonder. Is hierbij gekozen voor het goedkoopste energiecontract van dit moment, dan loopt dit op tot maximaal 43,30 euro per maand. Maar zou je in plaats acht panelen er twintig plaatsen (dus x 2,5), dan heb je níet ook 2,5 keer zoveel voordeel. Bij twintig panelen ligt het maximale voordeel op slechts 47,76 euro per maand. Dat is een verschil van slechts 4,46 euro per maand…

Dat komt vooral door twee dingen: de terugleververgoeding (wat je krijgt) en de terugleverkosten (wat je betaalt). Waar die vergoeding vooral steeds lager en lager wordt, worden de kosten steeds hoger. Die zijn namelijk sterk afhankelijk van hoeveel stroom je aan het net teruggeeft. Bij acht panelen wordt in het voorbeeld van Energievergelijk.nl gemiddeld 1.904 kWh teruggeleverd. Bij het goedkoopste energiecontract wordt daarvoor gemiddeld 17,25 euro per maand aan terugleverkosten berekend. Wie twintig zonnepanelen heeft, levert veel meer terug, gemiddeld zo'n 5.440 kWh. En daar betaal je bij het goedkoopste energiecontract 63,50 euro per maand voor. In de grafiek hieronder zie je duidelijk dat investeren in meer zonnepanelen dus niet de oplossing is om er nog redelijk wat aan over te houden – helemaal al niet omdat in 2027 de salderingsregeling verdwijnt én de terugleververgoeding helemáal miniem wordt.

©Data Energievergelijk.nl | Visualisatie BS ID.nl

 

Hoe kun je dan wél nog verdienen met je zonnepanelen?

Het antwoord is eigenlijk heel simpel. Zorg dat je zoveel mogelijk van je zelf opgewekte stroom verbruikt. Energievergelijk.nl heeft becijferd dat wie zonnepanelen heeft, gemiddeld zo'n 30 procent van de opgewekte stroom meteen zelf in huis verbruikt. Dat scheelt, want die stroom hoef je niet zelf in te kopen. Wanneer je erin slaagt om nog meer zelf opgewekte stroom te verbruiken, maak je zelfs dubbele winst: je hoeft minder stroom in te kopen en omdat je minder teruglevert, heb je ook minder terugleverkosten. Maar hoe doe je dat?

Tip 1: Zet elektrische apparaten overdag aan

Zet stroomvreters zoals de wasmachine, vaatwasser of airco op het moment dat je panelen de meeste stroom opwekken. Dat kun je handmatig doen, maar je kunt ook een timer instellen. Er zijn zelfs apparaten die automatisch kunnen starten op het moment dat je zonnepanelen veel stroom opwekken. Heb je de mogelijkheid om je elektrische auto overdag thuis op te laden? Dat is ook een prima manier om je eigen zonnestroom te gebruiken.

Tip 2: Krijg inzicht in je energiegebruik

Er zijn allerlei apps die bijhouden hoeveel stroom je zonnepanelen opwekken, maar waarop je ook kunt zien ook hoeveel energie je op dit moment van de dag gebruikt. Ook zijn er slimme stekkers waarmee je het stroomgebruik van een elektrisch apparaat kunt meten. Dit inzicht kun je twee kanten op gebruiken: wordt er veel stroom opgewekt, dan kun je bijvoorbeeld meer apparaten aanzetten. Is het een dag met weinig opbrengst, dan zou je ervoor kiezen om sommige apparaten juist níet aan te zetten. Hoe erg is het bijvoorbeeld om de was een dag later te doen?

Tip 3: Verspreid je zonnestroom-verbruik over de dag

In plaats van energieslurpers allemaal tegelijk in te schakelen — denk aan wasmachine, droger en vaatwasser — verdeel je hun gebruik over de dag. Zet één apparaat in de ochtend aan, een ander in de middag. Zo vermijd je dat je panelen onvoldoende leveren op een moment dat meerdere apparaten draaien en voorkom je dat je netstroom moet afnemen terwijl dat met een betere planning niet nodig zou zijn.

Tip 4: Vervang apparaten door elektrische varianten

Stap over op elektrische alternatieven: een robotgrasmaaier in plaats van een benzinegrasmaaier, inductiekoken in plaats van gas, een warmtepomp of elektrische verwarming in plaats van een traditionele cv-installatie. Daarmee bespaar je op kosten voor gas én je zorgt ervoor dat je meer van je zelf opgewekte stroom verbruikt. Waarmee je weer bespaart op netstroom die je zelf moet afnemen. Een win-win-win-situatie dus.

Tip 5: Oost, west …

Veel mensen kiezen voor zonnepanelen op het zuiden, omdat die op een zonnige dag de hoogste opbrengst geven. Toch kan het juist slim zijn om panelen te verdelen over oost en west. Zo sluit de stroomopwekking beter aan op het dagelijkse energiegebruik. Panelen op het oosten leveren vooral in de ochtend stroom, terwijl panelen op het westen juist aan het einde van de middag meer opwekken. Je voorkomt daarmee dat je alleen rond het middaguur een piek aan zonne-energie hebt. De totale opbrengst ligt iets lager dan wanneer je alleen maar zonnepanelen op het zuiden hebt, maar doordat je de stroom meer verspreid gebruikt, haal je er in de praktijk vaak meer voordeel uit

Tip 6: Gebruik een energiemanagementsysteem (EMS)

Een energiemanagementsysteem (EMS) is een slim kastje in je meterkast dat je zonnepanelen, laadpaal, warmtepomp en andere elektrische apparaten met elkaar verbindt en aanstuurt. Via software houdt het systeem continu in de gaten hoeveel stroom je opwekt, wat je verbruikt en – als je een dynamisch energiecontract hebt – wat de actuele stroomprijzen zijn. Ook weersvoorspellingen worden meegenomen, zodat het systeem vooruit kan plannen.

Op basis van al die informatie zorgt een EMS ervoor dat je elektrische auto of thuisaccu automatisch wordt geladen wanneer er veel zon is of als de stroom goedkoop is. Dreigt terugleveren juist nadelig te worden door lage prijzen of hoge terugleverkosten? Dan schakelt het systeem teruglevering uit en kiest voor direct verbruik of opslag. Ook apparaten zoals een warmtepomp of boiler worden slim aangestuurd, zodat ze draaien op de momenten dat het qua energieverbruik en financieel het gunstigst is.

Tip 7: Vergelijk leveranciers op terugleververgoeding en -kosten

Het netto bedrag dat je overhoudt bij terugleveren (vergoeding min kosten) kan sterk schelen per leverancier. Zo zul je vanaf 1 januari 2027 bij Vattenfall bijvoorbeeld per teruggeleverde kWh netto 0,00230 euro krijgen (minder dan een kwart cent) en bij Eneco en Greenchoice 0,00250 euro (een kwart cent), terwijl bijvoorbeeld Innova Energie een tarief van 0,00968 euro (bijna een cent) hanteert. Wanneer je precies weet hoeveel jouw panelen opwekken en wat je verbruikt (zie Tip 2), weet je ook hoeveel kWh je teruglevert. Door voor het aflopen van je huidige energiecontract goed te vergelijken en een berekening te maken, kun je zien bij welke energieleverancier je het beste af bent bij het afsluiten van je nieuwe contract.

TipEffect op eigen gebruikVoordeel na 2027
Apparaten overdag gebruikenHoogMinder stroom nodig van het net
Inzicht via apps of stekkersHoogBeter plannen wanneer je stroom gebruikt
Verbruik spreiden over de dagGemiddeldvoorkomt dat je meer gebruikt dan je opwekt
Overstappen op elektrischGrootMeer opgewekte stroom direct zelf gebruiken
Panelen oost- en west-georiënteerd plaatsenGemiddeldStroomopwekking sluit beter aan op je verbruik gedurende de dag
EMS gebruikenGrootapparaten draaien automatisch op zonnige momenten
Energieleverancier vergelijkenGeen invloed op verbruik, wel op kostenHogere vergoeding voor stroom die je teruglevert
Thuisbatterij: ja of nee?

Steeds meer mensen vragen zich af of een thuisbatterij een slimme investering is, nu de salderingsregeling in 2027 verdwijnt en terugleververgoedingen onder druk staan. Een thuisbatterij slaat stroom op die je zonnepanelen overdag opwekken, zodat je die 's avonds of op bewolkte momenten zelf kunt gebruiken. Dat klinkt aantrekkelijk: je verbruikt meer van je eigen stroom, vermijdt terugleverkosten en wordt minder afhankelijk van energieleveranciers.

Toch zitten er ook haken en ogen aan. De aanschafprijs van een thuisbatterij ligt tussen de vier- en twaalfduizend euro en de terugverdientijd is vaak langer dan de technische levensduur van de batterij. Bovendien zijn ze meestal te klein om heel je huishouden meerdere dagen van stroom te voorzien. In de winter speelt bovendien nog mee dat je zonnepanelen minder stroom opwekken, waardoor de thuisbatterij vaak maar deels gevuld zal kunnen worden.

In sommige gevallen kan een thuisbatterij wél interessant zijn. Wie overdag weinig stroom gebruikt of een dynamisch energiecontract heeft, kan de batterij benutten om stroom op te slaan wanneer die goedkoop of er veel wordt opgewekt is. Dat geldt zeker voor huishoudens met een elektrische auto of warmtepomp. Die verbruiken relatief veel, en door dat verbruik slim te timen in combinatie met een thuisbatterij, kun je flink besparen op netstroom.

Voor de meeste huishoudens geldt echter dat afwachten verstandiger is. De technologie ontwikkelt zich snel, prijzen dalen, en de markt voor opslag is nog volop in beweging. Een thuisbatterij kán dus interessant zijn, maar alleen als je goed weet wat je doet, bereid bent om te investeren en je eigen situatie past bij wat zo'n systeem biedt.


Vraag een offerte aan voor thuisbatterij: