ID.nl logo
Zin en onzin van antivirus-apps
© PXimport
Huis

Zin en onzin van antivirus-apps

Uw smartphone of tablet heeft u flink wat geld gekost. Logisch dus dat u die investering wilt beschermen tegen dataverlies en diefstal. Tools voor back-ups en tracering op afstand passen prima in dit beveiligingsplaatje, maar in welke mate geldt dat ook voor antivirus-apps?

Veel scherper dan hoe Chris DiBona (open source-manager bij Google) het formuleerde, kan het niet: "Antivirusbedrijven spelen in op angstgevoelens om nutteloze beveiligingssoftware voor Android, RIM of iOS te verkopen. Het zijn schaamteloze charlatans en ­oplichters." Reacties van de op de korrel genomen bedrijven bleven niet lang uit. Rik Ferguson, manager bij antivirusbedrijf Trend Micro, verweet DiBona dat hij zich ten onrechte vastklampte aan de term 'virus', en dat er heus wel andere criminele software is die een ernstige bedreiging voor het mobiele platform vormt. Mikko Hypponen, hoofdonderzoeker bij F-Secure, verweerde zich op een andere manier: "De meeste (commerciële) pakketten voor mobiele beveiliging bieden veel méér dan alleen een antivirusmodule. Te denken valt aan antidiefstal, vergrendeling op afstand, back-up, ouderlijk toezicht en webfiltering. Antivirus krijgen de gebruikers als bonus." Beiden lijken dus te suggereren dat virussen - in de strikte zin van het woord - niet het voornaamste probleem zijn, maar dat er toch voldoende redenen en risico's zijn om apps voor mobiele beveiliging bestaansrecht te geven. In dit artikel gaan we na hoe dwingend die redenen zijn en hoe groot de risico's. We laten ook een aantal experts van antimalwarebedrijven aan het woord en confronteren hen met enkele kritische vragen.

©PXimport

"Mobiele bedreigingen: 65% heeft Android in het vizier!" (Kaspersky, 2011)

1. Opmars

"Dat mobiele apparaten meer en meer de aandacht trekken van malwaremakers, hoeft op zich niet te verbazen", stelt Tom Welling, technisch accountmanager bij Symantec, in een telefonisch interview. Zulke apparaten bieden steeds meer functies aan die we van een standaardcomputer gewend zijn. Financiële transacties op een mobieltje zijn stevig in opmars, en hordes zakelijke gebruikers brengen hun toestel ook het bedrijfsnetwerk binnen: de zogenaamde BYOD-filosofie (bring your own device). Vaak in een hoger tempo dan netwerkbeheerders kunnen verwerken. Dat verhoogt meteen het risico op 'targeted attacks', waarbij specifieke bedrijven het doelwit zijn.

Uit diverse studies blijkt nu dat Android tegenwoordig veruit het meest geliefde mobiele platform is onder malwaremakers en hackers. "Negen op de tien mobiele malwares vinden we op Android terug", aldus Welling. Vooral sinds augustus 2011 schoot het aantal malwares voor Android als een raket omhoog. Kaspersky tekende in december 2011 bijvoorbeeld 1199 malwaremodificaties op, die op 20 stuks na allemaal op Android waren gericht.

2. Updates

Eddy Willems, security evangelist bij G Data, voegt hier tijdens een gesprek nog aan toe dat ook het hele updateverhaal binnen Android weinig doorzichtig is naar de eindgebruiker toe. Updates kunnen nodig zijn om de veiligheid op langere termijn te waarborgen. Of deze updates worden aangeboden, hangt echter vaak af van de fabrikant van het toestel, en in sommige landen zelfs van de provider. Een proces waar weken of zelfs maanden overheen kunnen gaan. Welling tekent daarbij aan dat er zeer goedkope Android-tablets op de markt zijn met een niet-gecertificeerde Android-variant, wat meteen de mogelijkheid uitsluit apps te downloaden uit de officiële Android Play Store en de gebruikers zo richting alternatieve kanalen dwingt.

Motief, middel, gelegenheid

Dat vooral Android wordt belaagd, heeft volgens Eddy Willems met drie cruciale factoren te maken. Net als bij iedere andere vorm van misdaad zijn dat: motief, middel en gelegenheid.

Volgens het Amerikaanse onderzoeksbureau Gartner draaide in het derde kwart van 2011 bijna 53% van alle verkochte smartphones op (een versie van) Android, op afstand gevolgd door Symbian met minder dan 17%. Het motief is dan niet ver te zoeken. Voor malwaremakers loont het natuurlijk zich te focussen op het populairste platform, en dat is dus Android. Dit verhaal laat zich overigens goed vergelijken met de situatie op desktopcomputers. Hier moeten vooral Windows-gebruikers op hun hoede zijn. Niet omdat Windows inherent onveiliger zou zijn dan bijvoorbeeld Mac OS X, maar omdat het veel meer gebruikers telt.

In tegenstelling tot Symbian, het vaakst belaagde mobiele platform in voorgaande jaren (waarbij bluetooth nog de meest 'efficiënte' manier bleek om malware te verspreiden), biedt Android malwaremakers bovendien een veel eenvoudiger middel aan. Te weten apps, vooral ook in combinatie met de zwakste schakel in de beveiliging: de gebruiker. Om u een idee te geven: eind 2011 kondigde Google aan dat er al meer dan 10 miljard apps uit de Android Market waren gedownload.

Apple biedt voor iOS weliswaar ook apps aan, maar daar gebeurt dat volgens een veel meer gesloten - en dus uiteindelijk ook veiliger - systeem. Het distributiemodel van Android-apps geeft malafide ontwikkelaars duidelijk veel meer gelegenheid.

©PXimport

Zo goed als alle mobiele malware is erop gericht de gebruiker geld afhandig te maken!

3. Soorten malware

Malwaremakers hebben dus hun oog vooral op Android laten vallen. De vraag is echter ook: om welke soorten malware gaat het zoal? Denis Maslennikov, senior malware analist bij Kaspersky, wist ons te vertellen dat 99,9% van alle mobiele malware erop gericht is de gebruikers geld te ontfutselen. Wat moet u zich daar nu bij voorstellen? De allereerste malware voor Android die in het wild werd gespot, was FakePlayer (augustus 2010). Dit bleek de voorbode van heel wat gelijkaardige malwares. FakePlayer was een trojan die na installatie enkele dure sms'jes naar premiumdiensten verstuurt, waar de nietsvermoedende gebruiker vervolgens voor mag opdraaien. De app was vermomd als een bonafide mediaspeler.

Al gauw verschenen er ook trojans die ongemerkt allerlei persoonlijke data uit Android-apparaten lichtten en die naar een of andere server verstuurden. Een ervan was Fake Netflix, die nauwelijks van de officiële Netflix-streaming app te onderscheiden viel, maar stiekem de toegangsgegevens voor die videoservice ontfutselde. Sommige varianten verwijderden zich daarna weer onmiddellijk, om zo alle sporen van de aanval te wissen. Andere trojans registreerden smartphones ongemerkt voor betaalde services. Stuurt zo'n service een bevestigingsbericht terug naar de smartphone, dan is de trojan wel zo slim om dat te onderscheppen. De gebruiker merkt dus pas dat er iets aan de hand is wanneer hij de rekening ontvangt.

Intussen blijken ook 'backdoors' steeds meer voor te komen. Backdoors zijn malafide apps die zonder medeweten van de gebruiker de deur openzetten voor hackers of andere malware. Een bekend voorbeeld hiervan is LeNa (Legacy Native). Net als veel andere backdoors bevat die een exploit die erop gericht is het toestel te 'rooten'. Dat houdt in dat het toestel voortaan met de rechten van een administrator ('super user') te benaderen is. Het spreekt voor zich dat deze status de aanvaller nog veel meer mogelijkheden geeft. Het mag dan zo zijn dat veel exploits alleen op verouderde Android-versies werken, feit is dat tal van gebruikers hun systeem maar uiterst zelden updaten en dus nog altijd kwetsbaar zijn.

Eind 2011 werd overigens ook de eerste 'hacktivistische' malware gespot (Arspam). Deze stuurde links met een politieke boodschap door naar alle contactpersonen in het adresboek van de geïnfecteerde smartphone.

©PXimport

FakePlayer: mediaspeler met een dure twist.

©PXimport

Denis Maslennikov (Kaspersky): "Jailbreaken en rooten geven malware vrij spel!"

4. Distributie

Wie tussen de regels door heeft gelezen, zal het niet zijn ontgaan dat mobiele malware nagenoeg uitsluitend op smartphones belanden via trojans. Meegelift met apps die dus niet (alleen) zijn wat ze beloven te zijn. Anders geformuleerd: zonder actieve betrokkenheid van de gebruiker lukt het niet.

Tot nog toe is er inderdaad geen malware opgedoken die zonder enige vorm van medewerking van een (goedgelovige) gebruiker een smartphone weet te infecteren. Begin mei 2012 rolden echter berichten binnen van een 'drive-by download' op een Android. Een bezoekje aan een website bleek voldoende om een apk-pakket te downloaden dat zich als een Android-update voordeed. Een echte drive-by download is het echter niet, gezien de gebruiker nog altijd toestemming moet geven voor de installatie. Denis Maslennikov vertelt ons echter: "We zijn er zo goed als zeker van dat zulke aanvallen zeer binnenkort zullen gebeuren." Eddy Willems beaamt dit onder verwijzing naar een RSA-conferentie in San Francisco (maart 2012), waarop precies de mogelijkheid van een 'volautomatische' malware-installatie werd aangetoond.

©PXimport

Staat de Android-gebruiker in de nabije toekomst een echte drive-by download te wachten?

5. Gebruiker

De gebruiker lijkt dus vooralsnog niet alleen het slachtoffer van de malware te zijn, maar ook van zijn eigen goedgelovigheid en onvoorzichtigheid. Tot op zekere hoogte mag dat kloppen, maar er zijn ook 'verzachtende omstandigheden'...

Hoewel de meeste malware te vinden is op vaak schimmige alternatieve app-markten (met name ook van Chinese origine), is ook de officiële Android Play Store niet immuun gebleken. Een eerste geïnfecteerde app dook daar al in maart 2011 op en er volgden er meer. Google greep naderhand wel in met de beveiligingsservice Bouncer, die alle nieuwe apps automatisch op mogelijke malware screent en tevens de accounts van ontwikkelaars controleert. Dat leidde volgens Google tot een daling van 40% van mogelijk schadelijke apps. John Veldhuis, sales engineer bij Sophos, stelt echter dat die service niet feilloos is. Vooral niet bij apps die zich voordoen als bonafide software en pas enige tijd na de installatie aanvullende (malafide) software binnenhalen. Denis Maslennikov bevestigde dat er ook na de introductie van Bouncer nog malware-incidenten in de Play Store zijn geweest.

Het klopt ook dat apps net voor de eigenlijke installatie expliciet toestemming aan de gebruiker vragen voor bepaalde functies, maar volgens Tom Welling werkt dat 'permissiemodel' in de praktijk niet echt. "Acht van de tien gebruikers gaan zomaar akkoord met de gevraagde permissies", zegt hij. Eddy Willems vult aan: "Voor de doorsneegebruiker is die lijst met permissies niet duidelijk genoeg. Ook op dit vlak liggen er kansen voor mobiele beveiligings-apps." Ook John Veldhuis vindt dat zulke apps de gebruiker kunnen helpen bij het nemen van de juiste beslissing. Willems wijst er bovendien op dat updates van al geïnstalleerde programma's - die gebruikmaken van dezelfde permissies - de gebruiker niet langer om toestemming (hoeven te) vragen. Ook dat, weet Willems, biedt malwaremakers een extra opening: ze bieden in eerste instantie een onschadelijke app aan, maar stoppen stiekem malware in de updates.

©PXimport

Eddy Willems (G Data): "Voor de doorsneegebruiker is het lastig om het kaf van het koren te scheiden."

©PXimport

John Veldhuis (Sophos): "Android an sich is wel goed geregeld; het grootste probleem is de gebruiker."

Glazen bol

Volgens Tom Welling van Symantec kunnen we de huidige situatie van mobiele malware vergelijken met de jaren negentig van de virusbedreigingen op pc's. Hij is er dan ook van overtuigd dat ons nog heel wat onaangename verrassingen te wachten staan, zeker gezien het groeiende aantal zakelijke apps en financiële transacties met smartphones. John Veldhuis van Sophos zit op dezelfde lijn. Volgens hem vallen zelfs aanvallen via NFC (near field communication, waarbij communicatie plaatsvindt tussen uw smartphone en een ander apparaat, vergelijkbaar met het inchecken met de ov-chipkaart) in de nabije toekomst niet uit te sluiten, bijvoorbeeld tijdens grote (sport)evenementen. Een potentiële bedreiging die volgens hem in eerste instantie door bedrijven als NXP moet worden geneutraliseerd.

Denis Maslennikov van Kaspersky voorspelt evenmin veel goeds voor de nabije toekomst. Hij verwacht steeds meer aanvallen die zich van allerlei exploits zullen bedienen om zo het (Android) OS te infecteren en zich van root-toegang te verzekeren. Hij ziet in 2012 ook de eerste massaworm voor Android verschijnen, die zich via tekstberichten zal verspreiden. Tot slot denkt hij dat 2012 ook het jaar van het eerste mobiele botnet op Android zal zijn. Kortom, zo stelt hij, er zit een heuse malware-industrie aan te komen tegen 2013!

©PXimport

Tom Welling (Symantec): "Mobiele malware staat nog in de kinderschoenen."

6. Bescherming

Mobiele bedreigingen, en dan vooral op het Android-platform, zijn dus wel degelijk reëel. Alleen is er op dit moment nog geen sprake van echte virussen, wormen of drive-by downloads. Dat betekent eigenlijk dat gebruikers die zich goed bewust zijn van de huidige risico's en daar ook consequent naar handelen, weinig gevaar lopen. Concreet betekent dit: niet gaan (s)hoppen op schimmige app-markten, niet zomaar op nieuwe apps springen maar afwachten tot die veelvuldig zijn gedownload en goede recensies hebben gekregen, zeer bewust alle permissies controleren waar apps om vragen, kritisch omspringen met links en bijlagen, en toestellen bij voorkeur ook niet jailbreaken of rooten. Voor zulke gebruikers zijn antimalwareproducten - of althans de antiviruscomponent uit die 'suites' - dus geen must ... tenminste nog niet op dit moment. Voor minder securitybewuste gebruikers kunnen antimalware-apps wel degelijk nut hebben. Niet alleen omdat ze narigheid kunnen detecteren, maar ook omdat sommige producten beter in kaart brengen wat bepaalde beslissingen (met name op het gebied van permissies) precies inhouden.

Er zijn natuurlijk heel wat antimalware-apps op de markt. Het onafhankelijke onderzoeksinstituut AVTest toonde aan dat de kwaliteit van de antiviruscomponent heel uiteenlopend kan zijn. Dit instituut testte in februari en maart van dit jaar 41 antimalware-apps. Slechts 10 apps wisten meer dan 90% van de aangeleverde malware te detecteren. Daar zaten zowel gratis (avast! Free Mobile Security, IKARUS mobile.security LITE, Zoner AntiVirus Free, ...) als commerciële (Kaspersky Mobile Security, McAfee Mobile Security, ...) apps tussen.

Andere bekende namen deden het duidelijk minder goed: Norton en Trend Micro tussen 65% en 90%, G Data minder dan 65%. Er waren zelfs twee (weinig bekende) producten die helemaal geen malware detecteerden! Eddy Willems van G Data is zich bewust van het povere resultaat, maar wijst er wel op dat het correct testen van mobiele antivirus-apps allesbehalve helder is. Niettemin zou versie 2 van G Data's mobiele beveiligings-app (gepland voor juni 2012) het ongetwijfeld veel beter doen, aldus Willems. Op onze vraag waarom gebruikers het niet bij gratis producten zouden houden, in plaats van soms wel 30 euro neer te tellen voor een commerciële beveiligings-app, wezen alle geïnterviewden op de nuttige extra's van hun producten. Maslennikov voegde eraan toe dat een antivirusproduct eigenlijk nooit echt helemaal gratis wordt aangeboden. Het gaat volgens hem in de meeste gevallen om 'freemium-producten': eigenlijk is alleen de basis gratis. Zodra u bijvoorbeeld automatische updates, verwijderfuncties of andere extra's wilt, moet er geld op tafel komen.

©PXimport

AVTest testte 41 antimalware-apps voor Android: minder dan een kwart daarvan detecteerde meer dan 90% van de malware.

©PXimport

Avast! Free Mobile Security: volgens AVTest een van de beste beveiligings-apps voor Android en bovendien gratis.

▼ Volgende artikel
Van stadswandeling tot bergtocht: zo bereken je alle afstanden in Google Maps
© PixieMe - stock.adobe.com
Huis

Van stadswandeling tot bergtocht: zo bereken je alle afstanden in Google Maps

Iedereen weet dat je Google Maps kunt gebruiken om van punt A naar B te komen. Minder bekend in deze navigatie-app is de functie om de afstand tussen twee willekeurige plekken op aarde te meten. Bovendien kun je de afstand bepalen van een pad met verschillende locatiepunten en zelfs oppervlakten berekenen kost geen enkele moeite.

In dit artikel laten we zien hoe je in Google Maps afstanden, oppervlaktes en hoogteprofielen meet:

  • Meet de afstand tussen twee punten op je smartphone of desktop
  • Voeg extra meetpunten toe en bereken de totale afstand van een route
  • Schakel tussen afstandseenheden
  • Meet oppervlaktes door punten rond een gebied te plaatsen en het pad te sluiten
  • Toon hoogtelijnen in bergachtig terrein

Geen fan van Google? Dit zijn de 4 beste alternatieven voor Google Maps

Wanneer je een locatie in Google Maps bekijkt, wil je uiteraard ook weten hoe ver het is. Dan kun je beslissen of je te voet, met de fiets of met de auto gaat. Die afstand is geen probleem, want Google Maps meet altijd. Heb je de routebeschrijving opgevraagd op een mobiel toestel, dan lees je niet alleen de geschatte reistijd, ernaast staat ook de afstand tussen de huidige locatie en de bestemming. Je kunt hierbij tussen vervoermiddelen wisselen en dan passen de reistijden en afstanden zich automatisch aan. Soortgelijke details over de afstand tot de bestemming kun je ook op de pc bekijken. Net als bij de mobiele versie zoek je de bestemming of klik je erop op de kaart en klik je op de knop Route om de vervoermiddelen en afstanden te vergelijken.

Afstand tussen twee punten

Om een afstand tussen twee punten te meten op een Android-toestel of iPhone zoek je eerst de locatie op de kaart. Daarna houd je de vinger ingedrukt totdat de rode pin verschijnt. Veeg omhoog vanaf de onderkant van het scherm om de aanvullende informatie over de locatie te zien. Selecteer de optie Afstand meten. Hiermee lees je de afstand in vogelvlucht.

Er verschijnt een zwart cirkeltje met blauwe stippellijn die deze locatie met het rode punt verbindt. Wanneer je de vinger naar rechts op het scherm veegt, bewegen de stippen naar links. Je verschuift dus de kaart om de tweede locatie vast te leggen. Telkens verschijnt de afstand linksonder op het scherm.

Plaats een locatiepunt en de afstand verschijnt linksonder.

Meer punten toevoegen

Het is mogelijk om het aantal punten waartussen Google Maps de afstanden meet, uit te breiden. Dit doe je door te tikken op de optie Punt toevoegen rechtsonder en dan begin je op dezelfde manier met het toevoegen van een nieuwe locatiepunten. Nadat je deze optie hebt geselecteerd, plaats je een zwarte cirkel op de derde locatie. De som van de afstanden tussen alle punten die je op die manier hebt toegevoegd, wordt onderaan weergegeven.

Door punten toe te voegen, worden de tussenliggende afstanden opgeteld.

Terug naar af

Nadat je een reeks punten hebt geplaatst, is het mogelijk om telkens het laatste toegevoegde punt te verwijderen door bovenaan het scherm op de knop Ongedaan maken te tikken. Dat is een terugwijzend pijltje. Om in één keer alle tussenliggende punten te verwijderen, gebruik je rechtsboven de menuknop. Dat zijn de drie puntjes en dan kies je Wissen. Ben je klaar, dan gebruik je bovenaan de knop Terug en zo beland je opnieuw in de gewone Google Maps-weergave.

Met de opdracht Wissen verwijder je één keer alle tussenliggende punten.

Op de desktop

In de webversie op je laptop kun je de afstand nog nauwkeuriger meten. Om punt A te markeren klik je met de rechtermuisknop op het beginpunt en kies je de optie Afstand meten. Daarna beschik je over een zwarte markeercirkel om het volgende punt aan te duiden. Voeg zoveel extra meetpunten toe als je wilt. Je hoeft alleen maar op de volgende plek op de kaart te klikken om de afstand te zien vanaf het laatste punt waarop je hebt geklikt. En de totale afstand lees je weer onderaan.

Met de rechtermuisknop kun je op de desktop een meting wissen.

Afstandseenheden

De afstanden worden weergegeven in kilometers en meters, maar je kunt dit wijzigen door naar het hoofdscherm van Google Maps te gaan. Daar tik je op je profielfoto in de rechterbovenhoek zodat je de Instellingen kunt openen. Scrol tot je bij het item Afstandseenheden komt. Wanneer je de instelling Automatisch kiest, zal Maps vanzelf de afstandseenheid kiezen die in het vertrekpunt wordt gebruikt.

Oppervlakte meten

Verkopers van zonnepanelen en robotmaaiers weten het maar al te goed. Met Google Maps kun je ook heel snel oppervlakten meten. Zoek eerst het adres op Google Maps zodat je in vogelperspectief het eigendom ziet. Klik dan met de rechtermuisknop op het punt waar je wilt starten en kies Afstand meten. Klik na klik kun je nu met de linkermuisknop de dakrand, de perceelsgrens of het grasveld volgen tot je weer bij het startpunt bent om het pad te sluiten. Voor een nog nauwkeuriger resultaat kun je later nog extra markeringen toevoegen. Klik daarvoor op een willekeurig punt op de meetlijn en sleep de markering naar de locatie waar je die wilt hebben. Je leest dan niet alleen de lengte van de getekende lijn, maar ook de oppervlakte.

Sluit het pad en de totale oppervlakte lees je onderaan.

 Hoogtelijnen

Google Maps toont niet zomaar de hoogtes voor alle locaties. Deze informatie is voornamelijk beschikbaar voor bergachtig terrein. Als je gaat hiken in zo’n gebied is het natuurlijk wel verstandig om een idee van de hoogte te krijgen. Voer eerst een locatie in de zoekbalk in. Daarna beweeg je op de desktop de muisaanwijzer over het pictogram Lagen in de linkerbenedenhoek van de kaart.

Op een smartphone tik je op Lagen in de rechterbenedenhoek van de kaart. Op beide manieren kun je dan in het pop-upmenu de optie Terrein selecteren, tik op de X om dit menu te sluiten. Daarna moet je inzoomen tot je de contouren van de hoogtelijnen ziet verschijnen. De getallen komen pas bij een bepaald zoompercentage in beeld en als je te veel inzoomt verdwijnen ze opnieuw. Het is dus even zoeken naar het juiste zoompercentage.

Je moet goed kijken om de hoogtelijnen te zien.

Helling

Als je de hoogtelijnen hebt gevonden dan kun je ook de helling van een pad kennen. Maar je moet wel even rekenen. Om de verticale helling van punt A naar B te kennen, moet je eerst het verschil tussen de hoogte van A en B berekenen. Dit resultaat moet je delen door de horizontale afstand tussen de twee punten. De formule is dus: Helling = verticaal hoogteverschil : horizontale afstand. Als je je dus bijvoorbeeld van een hoogte van 20 meter boven de zeespiegel verplaatst naar 1500 meter over een afstand van 8 kilometer, geeft dit (1500-20): 8 = 185 meter per kilometer.

Afstanden in Google Earth

Nog duidelijker zijn de afstanden en het hoogteprofiel in Google Earth, het slimmere broertje van Google Maps. Om deze mogelijkheden aan te spreken heb je de Pro-versie nodig, die trouwens gratis is. Er is een webversie, een mobiele versie en een desktop-variant. We gebruiken in dit voorbeeld de laatste. Na de installatie open je het programma en zoek je de locatie waar je een route wilt tekenen en meten. Je kunt de kaart verschuiven en inzoomen tot je het traject dat je wilt aanbrengen duidelijk in beeld krijgt. Je kunt zo’n pad op twee manieren tekenen: door middel van de knop Pad toevoegen of met de knop Liniaal tonen. We kiezen in dit voorbeeld voor de laatste. In deze optie verschijnt er een pop-up waar je het tabblad Pad kiest. Laat deze pop-up openstaan. Vervolgens klik je op de plaats waar het pad begint en daarna ga je verder door te klikken. Google Earth plaatst rode locatiepunten bij iedere muisklik en het pad zelf is getekend in een gele lijn. In het pop-upvenster volg je de afstanden.

Met iedere muisklik breid je het pad uit en volg je de lengte in de pop-up.

Hoogteprofiel

Het wordt pas helemaal mooi als je in dit pop-venster de optie Hoogteprofiel tonen aanvinkt. Hierdoor krijg je onderaan een grafische weergave van de hoogteverschillen op het getekende pad. Wanneer je ergens op het pad klikt, verschijnt een rode pijl op deze locatie. Je kunt dan in het profiel volgen hoe hoog het daar is. Dat werkt ook andersom. Veronderstel dat je in het hoogteprofiel ergens een opvallend hoogteverschil ziet, dan selecteer je deze locatie in de grafiek en bovenaan zal de rode pijl deze plaats op de kaart aanduiden.

De rode pijl op de kaart komt overeen met de selectielijn in het hoogteprofiel.

Meetwaarden

Klik in het pop-upvenster op de knop Opslaan zodat je dit pad een naam en een beschrijving kunt geven. In dit venster bepaal je in het tabblad Stijl de kleur en de lijndikte van het pad. Bij Hoogte kun je kiezen hoe de hoogte wordt gemeten. Hou het hier bij de standaardoptie Vast aan de grond. En in het tabblad Meetwaarden kies je de meeteenheid die wordt gebruikt voor de lengtemeting: meter, kilometer, inch, voet, mijl, …

Bepaal de kleur en de dikte van het pad.

▼ Volgende artikel
Waarom je vaatwasser zout en glansspoelmiddel nodig heeft (zelfs als je all-in-one tabletten gebruikt)
© Davizro Photography
Huis

Waarom je vaatwasser zout en glansspoelmiddel nodig heeft (zelfs als je all-in-one tabletten gebruikt)

Gebruik je een vaatwasser, dan heb je vast wel eens het lampje voor zout of glansspoelmiddel zien oplichten. Maar wat doen die toevoegingen eigenlijk precies? En zijn ze nog nodig als je all-in-one tabletten gebruikt? We vertellen je alles wat je weten moet over dit doeltreffende duo.

Zout en glansspoelmiddel in de vaatwasser: zo zit het

In dit artikel lees je:

  • Waarom vaatwaszout nodig is
  • Wat de rol van glansspoelmiddel is
  • Wanneer je moet bijvullen
  • Hoe het zit het met all-in-one tabletten
  • Hoe je de juiste dosering instelt

Lees ook: Een vaatwasser die de vaat droogt: hoe doet-ie dat eigenlijk?

Waarom vaatwaszout nodig is

In Nederland bevat kraanwater bijna overal calcium en magnesium: mineralen die zorgen voor hard water. Hoe harder het water, hoe meer kans op kalkaanslag. Vaatwaszout helpt dit te voorkomen. Het zout doe je in een reservoir in de vaatwasser dat verbonden is met een zogenaamde ionenwisselaar. Die haalt calcium en magnesium uit het water voordat het je vaat bereikt. Het resultaat: geen witte aanslag op glazen, en een langere levensduur van je vaatwasser.

Zonder zout werkt het onthardingssysteem op den duur niet meer goed, en zal je vaatwasser slechter gaan presteren. Het verwarmingselement kan verkalken en glazen kunnen dof uit de machine komen. Ook filters, sproeiarmen en leidingen kunnen verstopt raken door kalkresten.

©Nadezhda

De rol van glansspoelmiddel

Glansspoelmiddel komt pas op het einde van het programma in actie. Het verlaagt de oppervlaktespanning van water, waardoor druppels sneller van je vaat aflopen. Dat voorkomt opgedroogde druppels en doffe plekken. Vooral bij glazen is het effect goed zichtbaar: ze drogen mooier op en blijven helder.

Daarnaast helpt glansspoelmiddel om de droogtijd te verkorten. Omdat het water sneller verdampt, is je vaat aan het einde van het programma meestal al zo droog dat het meteen de kast in kan.

Wanneer moet je bijvullen?

De meeste moderne vaatwassers hebben een waarschuwingslampje voor zowel zout als glansspoelmiddel. Gaat dat branden, dan is het tijd om bij te vullen. Je kunt ook zelf af en toe het reservoir controleren.

Het zoutreservoir zit meestal onderin, naast het filter. Schroef de dop los en vul het bij met speciaal vaatwaszout tot het waterpeil zichtbaar stijgt. Let op dat je er geen afwasmiddel of keukenzout in gooit: dat verstoort het systeem.

Het glansspoelmiddel vul je via een klepje in de deur, vlak naast het vakje voor het vaatwasmiddel. Gebruik een trechtertje om knoeien te voorkomen.

©Davizro Photography

Hoe zit het met all-in-one tabletten?

Veel vaatwastabletten bevatten tegenwoordig zout, glansspoelmiddel en reiniger in één. Handig, maar dat betekent niet dat je altijd zonder extra zout of glansspoelmiddel kunt.

Heb je zacht water (onder de 8 °dH), dan is de hoeveelheid in zo'n tablet meestal voldoende. Maar bij gemiddeld of hard water (vanaf 8 dH en hoger) kan het toch slim zijn om extra zout toe te voegen. Je vaatwasser kan dat vaak zelf meten en bijsturen.

Hetzelfde geldt voor glansspoelmiddel. Komt je vaat nog nat of dof uit de machine? Dan is bijvullen alsnog nodig, zelfs als je een alles-in-één tablet gebruikt.

Zo stel je de juiste dosering in

In het menu van je vaatwasser kun je meestal de hardheid van het water instellen. De machine bepaalt dan automatisch hoeveel zout nodig is. Om dit goed in te stellen, moet je weten hoe hard het water in jouw regio is. Je vindt deze informatie via de website van je waterleverancier. Bijvoorbeeld:

Waternet

Vitens

Zodra je de waarde weet, kun je in de handleiding van je vaatwasser terugvinden hoe je de instellingen aanpast. Bij sommige modellen stel je dit met druktoetsen in, bij andere via het display. Koop je je vaatwasser bij een witgoedspecialist? Vraag dan of zij kunnen demonstreren hoe je dit precies doet.

Voor glansspoelmiddel kun je de dosering meestal ook handmatig instellen. Laat je glazen nog strepen zien, of zitten er vlekken op je bestek? Dan staat de dosering misschien te laag. Zie je een blauwe waas of regenboogachtige strepen? Dan gebruik je waarschijnlijk te veel.

Tot slot

Zout en glansspoelmiddel lijken misschien niet direct essentieel, maar ze zijn belangrijk voor het goed functioneren van je vaatwasser. Zeker in gebieden met harder water zijn ze onmisbaar om kalkaanslag te voorkomen en om je vaat glanzend en droog te krijgen. All-in-one tabletten zorgen al voor een deel van de dosering, maar dat betekent niet dat je nooit meer zout of glansspoelmiddel hoeft toe te voegen. Controleer dus regelmatig de niveaus, pas de instellingen aan op het water in jouw regio, en houd je vaatwasser in topconditie.