ID.nl logo
Smartphone-merken die van hun voetstuk zijn gevallen
© Reshift Digital
Huis

Smartphone-merken die van hun voetstuk zijn gevallen

Je zou soms denken dat er in de wereld van smartphones een strijd is tussen twee merken, Apple en Samsung. Maar als Huawei vorig jaar niet met het handelsverbod te maken kreeg, dan was het waarschijnlijk groter geworden dan Samsung. Als we iets hebben geleerd in de smartphonewereld, dan is het wel dat je even snel succesvol wordt als aan de grond zit. Van deze vijf smartphonefabrikanten horen we inmiddels nagenoeg niets meer.

Sony

Het is jammer dat we weinig horen van Sony’s smartphones, want de huidige markt kan wel wat creativiteit gebruiken. De ontwerpen van Sony wisten altijd op te vallen en zeker aan het begin van deze eeuw wist het furore te maken met zijn telefoons, toen nog vooral via de joint venture Sony Ericsson. Vooral de T68i maakte indruk met zijn scherm met 265 kleuren, maar het prijskaartje deed dat ook. Het apparaat kostte 650 euro, wat toen ongekend was.

Later wist het toestel K800i Sony nog succesvoller te maken. Dit toestel richtte zich met zijn 3.2MP op fotografie, iets waar telefoonmakers zich nog steeds volledig op toeleggen. Toen in 2007 echter de iPhone kwam met zijn aanraakscherm, werd Sony steeds stiller.

©PXimport

Het lukte niet om Symbian UI succesvol in de markt te zetten met aanraakschermen. In 2008 nam LG Sony Ericsson over. Het bedrijf verloor 800 miljoen in 2009 en het ging erbarmelijk slecht met Sony’s telefoonbusiness. Het ging echter beter toen Sony Mobile Ericsson uitkocht en het bedrijf reorganiseerde. De Xperia-tijd begon. In eerste instantie met Windows Mobile, maar in 2010 volgde de eerste Android-smartphone van Sony, namelijk Xperia X10.

Er volgden veel Xperia-telefoons, maar ze waren niet innovatief of bijzonder genoeg meer om hoofd te bieden aan Apple’s succesvolle smartphoneserie. Sony heeft onvoldoende risico durven nemen.

BlackBerry

BlackBerry was ooit dé telefoon. Iedereen wilde met elkaar pingen, bedrijven waren erg gecharmeerd van de veiligheid van de telefoons én veel BlackBerry-toestellen hadden een fysiek toetsenbord. In 2006 heette het merk nog Research in Motion en het wist in een heel korte tijd enorm veel fans te krijgen. Het waren geen spannende telefoons. Ze zagen er allemaal redelijk hetzelfde uit en hadden een zakelijke uitstraling. En juist dat behoudende is wat BlackBerry duur is komen te staan.

Het nam geen risico’s en bleef teveel hangen bij het oude, terwijl de concurrentie met snellere en betere telefoons kwam, met bovendien grotere schermen. En laten die grotere schermen en nu ook voor zorgen dat men het fysieke toetsenbord steeds minder nodig had.

©PXimport

In plaats van dat BlackBerry koos om naar klanten te luisteren, wilde het per se zijn eigen weg gaan. Mensen moesten maar wachten op het grote nieuwe ding van BlackBerry. Ondertussen begonnen mensen echter gebruik te maken van WhatsApp, waardoor steeds minder mensen gebruik maakten van BlackBerry Messenger.

Er worden overigens nog steeds nieuwe BlackBerry-telefoons uitgebracht. Die draaien op Android én hebben een fysiek toetsenbord. Een combinatie die een bepaalde niche aanspreekt, maar daar blijft het voorlopig dan ook bij.

Nokia

Nokia is waarschijnlijk het grootste voorbeeld van hoe een groot merk kan wegkwijnen. Het in 1865 gestarte Finse bedrijf was in 1998 het bestverkopende mobiele telefoonmerk van de wereld. De omzet was 4 miljoen dollar in 1999 en het ging ze voor de wind. En toen was nog niet eens de meestverkochte Nokia aller tijden uit, want dat was de Nokia 1100 die volgde in 2003. In het jaar dat iPhone verscheen, was de helft van de verkochte telefoons nog van Nokia (en slechts 5 procent van Apple). Toch voelde Nokia de hete adem van Apple in de nek en het kwam in 2010 met een telefoon die de grote tegenhanger van iPhone zou moeten worden.

De grote fout die Nokia maakte, was dat het in zee ging met Microsoft. Windows Mobile bleek niet populair en het toestel ook niet. Uiteindelijk zijn er meer Nokia’s gekomen, maar het kon niet voorkomen dat de marktwaarde van Nokia met 90 procent daalde in slechts zes jaar tijd. Iets dat Microsoft in zijn voordeel gebruikte door Nokia in 2013 te kopen en uiteindelijk weer door te verkopen.

©PXimport

Het fascinerende aan het verhaal van Nokia is dat het uit drie issues bestaat die we ook allemaal zien terugkomen bij andere telefoonmakers in dit artikel. Het merk was door zijn succes te arrogant geworden, er was geen visie of geen lef om risico te nemen en de technologie was niet zo goed als die van Apple. Bovendien blijkt later uit onderzoek dat binnen het bedrijf status enorm belangrijk was, waardoor er een angstcultuur ontstond. Niemand durfde eerlijk te zeggen dat iets niet goed was, wat resulteerde in telefoons die niet van de kwaliteit waren die men eigenlijk wilde zien.

Dat gezegd hebbende, zit Nokia de afgelopen jaren wel weer in de lift. Nadat het in 2017 loskwam van Microsoft, bestormde het de markt opnieuw met betaalbare Andrdoid-smartphones en zogeheten feature-phones. Het merk kan daarbij rekenen op positieve mond-tot-mond-reclame en eindelijk weer een licht stijgend marktaandeel. Maar of het ooit weer zo ’n grote naam wordt als vroeger?

HTC

Er werkten in 2013 19.000 mensen bij HTC. In 2018 waren dit er nog maar 5.000. HTC was ooit een groot merk, mede omdat het Android omarmde en hielp maken tot wat het vandaag is. HTC wist bovendien telefoons te maken met goede specificaties en slim patenten vast te leggen, waardoor het een streepje voor had. Voorbeelden van zulke telefoons zijn de Evo 4G, HTC Dream en Touch Diamond.

In eerste instantie was HTC een merk dat netwerkproviders de optie bood om ‘eigen’ toestellen te maken, maar het maakte ook PDA’s met Windows Mobile als besturingssysteem. In 2008 kwam HTC, vrij op tijd dus, met een reeks telefoons met aanraakscherm, namelijk de Touch Diamond, Touch Pro, Touch 3G en Touch HD. Ze werden geroemd om hun snelheid, al was vooral Touch Pro bijzonder met zijn selfiecamera.

©PXimport

Datzelfde jaar was ook het jaar van HTC Dream, een telefoon op Android in samenwerking met Google. Daarna zou HTC met nog veel meer Android-telefoons komen, waaronder de Nexus. HTC wist de telefoons steeds meer des HTC’s te maken door er een soort schil op te programmeren die erg aantrekkelijk was.

Toen ging het mis. Google stapte in 2010 naar Samsung voor de nieuwe Nexus-telefoons en sowieso wist Samsung terrein te winnen met zijn Android-smartphones. HTC kwam nog wel met goede telefoons, maar het grote publiek was al op Samsung over. De cijfers laten dit ook zien. Eind 2010 was HTC het meestverkopende smartphone-bedrijf in Amerika, maar in 2014 was dat nog maar 6 procent van het marktaandeel en in 2018 minder dan een half procent. Google heeft in 2017 bovendien een groot gedeelte van HTC overgenomen, terwijl HTC zich meer lijkt te richten op een andere markt, namelijk virtual reality met zijn HTC Vive.

LG

LG kwam in 2007 met de LG Prada. Een stijlvol toestel met aanraakscherm, nog voor Apple ermee kwam. Het had echter meteen last van die iPhone. Het had veel minder kleuren in het scherm dat tevens kleiner was, met een schamele 8MB opslag ten opzichte van Apple’s 4GB. In die tijd kwam ook de LG Viewty uit, die zelfs slow-motion kon filmen. LG Renoir in 2008 was vervolgens een telefoon die innovatie bood op het gebied van camerakracht. Het had een 8MP-camera en dat was erg bijzonder voor een touchscreentelefoon.

In 2009 ging LG volledig voor Android en dat was een slimme keuze. De LG Arena is hier een voorbeeld van, een telefoon die voorzien was van Gorilla Glass en de mogelijkheid om te multitasken. Kortom, LG kwam met zeer innovatieve telefoons en had daar een tijd succes mee.

©PXimport

Er zijn veel telefoons gevolgd, waaronder de bijzondere LG G5. Het was een toestel dat je zelf kon aanpassen. Je kon er een andere camera inzetten of een grotere batterij, waardoor het meer een soort pc was die je kon uitbouwen. Hoewel het vaak goede ideeën waren, heeft ook hier het gigantische Samsung de klanten steeds meer opgeslokt.

LG is een merk dat niet zo duur is en gelukkig in veel verschillende productcategorieën meedoet, zoals televisies, wasmachines en smartphones. Maar in die telefoonbusiness is het helaas niet meer een voorloper, wat niet zozeer ligt aan LG (hoewel dat de laatste jaren enorm is gaan achterlopen in innovatie), maar vooral aan de populariteit en mond-tot-mond-reclame voor Samsung.

▼ Volgende artikel
Review Xiaomi Robot Vacuum 5 Pro – Zuigrobot met een overtuigend navigatiesysteem
© Wesley Akkerman
Huis

Review Xiaomi Robot Vacuum 5 Pro – Zuigrobot met een overtuigend navigatiesysteem

Xiaomi doet al een tijd mee in de wereld van robotstofzuigers en de Xiaomi Robot Vacuum 5 Pro is daar een recent wapenfeit van. Dit is de net iets uitgebreidere versie van de Robot Vacuum 5 en hij heeft een stevige adviesprijs van 799 euro.

Goed
Conclusie

De Xiaomi Robot Vacuum 5 Pro doorbreekt geen barrières. De meest opvallende feature is de manier van navigeren: dat gaat hem heel goed af. Daarnaast is het keurig dat je op dit prijspunt een uitschuifbare borstel én dweil krijgt. Daar staat tegenover dat je koud en zonder zeep moet dweilen, dat de waterbak wellicht te klein voor je is en dat de robot óók het kleed dweilt. Dat zijn een aantal onhandige zaken, waardoor de vraagprijs gevoelsmatig hoog ligt. Mocht de prijs onder de 700 euro zakken, dan is dit een aantrekkelijkere deal.

Plus- en minpunten
  • Uitschuifbare borstel en dweil
  • Antiklitborstel onderop
  • Uitgebreid en secuur navigatiesysteem
  • Meer dan genoeg zuigkracht
  • Uitgebreide object- en vuilherkenning
  • Veel opties binnen de app
  • Uitschuifbare borstel laat zich weinig zien
  • De robot dweilt ook op het vloerkleed
  • Zeepbak in het basisstation ontbreekt
  • Kleine waterbak voor het dweilen

De Xiaomi Robot Vacuum 5 Pro heeft bovenop een telescopische AI-camera en aan de voorkant twee infraroodogen. Daarmee herkent hij tot wel 200 objecten en onderscheidt hij 47 soorten vuil. Handig, want zo kan hij onderweg zijn route en zuigkracht aanpassen. Met de uitschuifbare borstel en het dweilpad pakt hij ook de plinten en lastige hoekjes mee. En met een maximale zuigkracht van 20.000 Pa zuigt de 5 Pro alle viezigheid op die hij tegenkomt.

Onderop zit een borstel die haren netjes meeneemt zonder dat ze erin verstrikt raken. De twee dweilpads klikken met magneten vast. Soms hangen ze wat scheef als de robot met zijn achterkant ergens tegenaan botst, maar ze blijven altijd zitten. Opvallend is dat de pads tijdens een gewone stofzuigbeurt niet in het station achterblijven. Omdat ze bij de volgende ronde toch droog zijn, is dat eigenlijk geen nadeel.

©Wesley Akkerman

Goede en betrouwbare navigatie

Navigeren gaat de Xiaomi Robot Vacuum 5 Pro erg goed af. Nadat hij eerst de kamer(s) omlijnt, gaat hij systematisch te werk door zigzaggend de grond te reinigen (eigenlijk zoals elke robotstofzuiger dat doet). Opvallend is hoe voorzichtig het systeem daarbij te werk gaat. In tegenstelling tot de vergelijkbaar geprijsde Philips Homerun 5000 slaat hij gelukkig weinig plekken over. Zo nu en dan lijkt het net alsof de robot zich namelijk herpakt. Dan stopt hij met bewegen, rijdt-ie een stukje naar achteren om de situatie in te schatten en vervolgens pakt-ie de taak weer op.

Nu zou je kunnen stellen dat dit een wat onhandige manier van werken is, of dat de Xiaomi Robot Vacuum 5 Pro niet slim genoeg is alles in één keer mee te pakken. Maar wij focussen liever op het positieve en zien er juist de waarde van in. De robotstofzuiger komt hierdoor namelijk niet snel klem te zitten. Hij vermijdt stoel- en tafelpoten en rijdt zich nergens op vast. Het enige waar hij wel moeite mee heeft, zijn vloerkleden. De 5 Pro herkent ze als zodanig en stofzuigt ze gewoon, maar op de een of andere manier slaat hij soms hele delen van het kleed over.

©Wesley Akkerman

Dweilen zonder zeep

We hebben de 5 Pro niet kunnen betrappen op het gebruiken van de uitschuifbare borstel. Wellicht acht de robot dat niet nodig, maar die van Dreame maakt er wel degelijk gebruik van. Daarentegen is het goed om te zien dat de Xiaomi de dweilschommel wel inzet. Bij randen en kasten komt de dweilpad naar buiten om dichter op de muren en andere objecten schoon te maken. Ook rijdt hij weleens een stukje naar achteren en naar voren om eventueel overgeslagen delen mee te pakken. De 5 Pro laat bovendien geen dweilstrepen achter; heel fijn om te zien.

Net als bij veel andere dweilende robotstofzuigers kun je er niet van uitgaan dat de Xiaomi Robot Vacuum 5 Pro echt hardnekkige plekken aanpakt. Maar voor dagelijks onderhoud is dit meer dan prima. Het basisstation zorgt er daarnaast voor dat de robot altijd schoon en klaar voor gebruik is. De stofopvangbak wordt leeggezogen, het water wordt bijgevuld en de dweilpads worden netjes gedroogd. Helaas is er geen zeepbak aanwezig, waardoor je dus met alleen koud water wast. Verder vinden we het vreemd dat de robot ook het kleed dweilt, ondanks de tapijtherkenning.

©Wesley Akkerman

De capaciteit van de waterbak stelt met 80 ml ook iets teleur. Voor het huis van ondergetekende (57 vierkante meter) is dat voldoende, maar in een groter huis kan dat voor uitdagingen zorgen. De robot doet er al best lang over om overal te komen. Dat is in principe niet verkeerd, omdat hij secuur te werk gaat. Maar het kan dus zijn dat het systeem nog meer tijd kwijt is aan zijn dweiltaak, omdat hij zonder water komt te zitten en dus moet 'tanken' bij het basisstation. Geen issue als je op vaste momenten schoonmaakt, maar wellicht onhandig als je dat net voor een feestje wilt doen.

Uitgebreide app

Binnen de app kun je overigens flink wat zaken instellen. Je ziet de aanpasbare kaart, de positie van de robot tijdens het rijden en kunt precies instellen hoe je wilt dat de Xiaomi Robot Vacuum 5 Pro schoonmaakt. Ook bepaal je gemakkelijk hoe secuur de robot moet zijn, door invloed uit te oefenen op het gezigzag, in welke mate hij zich moet focussen op hoeken, randen en obstakelvermijding en hoe het basisstation de boel schoonmaakt. Verder kun je altijd meekijken met de camera. In de app zie je tot slot foto's staan van herkende objecten.

Xiaomi Robot Vacuum 5 Pro kopen?

De Xiaomi Robot Vacuum 5 Pro doorbreekt geen barrières. De meest opvallende feature is de manier van navigeren: dat gaat hem heel goed af. Daarnaast is het keurig dat je op dit prijspunt een uitschuifbare borstel én dweil krijgt. Daar staat tegenover dat je koud en zonder zeep moet dweilen, dat de waterbak wellicht te klein voor je is en dat de robot óók het kleed dweilt. Dat zijn een aantal onhandige zaken, waardoor de vraagprijs gevoelsmatig hoog ligt. Mocht de prijs onder de 700 euro zakken, dan is dit een aantrekkelijkere deal.

▼ Volgende artikel
Apple Intelligence spreekt eindelijk Nederlands
© Apple
Huis

Apple Intelligence spreekt eindelijk Nederlands

Apples slimme AI-functies zijn er nu ook in het Nederlands. Met iOS 26.1, macOS 26.1 en watchOS 26.1 krijgen Schrijfhulp en Visual Intelligence officiële taalondersteuning. Eerst alleen in de developer-bèta, over enkele weken in de public bèta en later dit najaar in de definitieve release.

In dit artikel lees je:
  • Apple Intelligence nu ook in het Nederlands
  • Beschikbaar vanaf iOS 26.1, macOS 26.1 en watchOS 26.1
  • Eerst in de developer-bèta, binnenkort ook in de public bèta
  • Slimmere Siri en functies als Schrijfhulp en Visual Intelligence
  • Niet alle functies werken meteen in Europa
  • Alleen beschikbaar op recente iPhones, iPads en Macs

Wat is Apple Intelligence eigenlijk?

Apple Intelligence is het AI-platform dat Apple in 2024 lanceerde als antwoord op ChatGPT. Geen losse app, maar een set slimme functies die diep verweven zit in iOS, iPadOS, macOS en watchOS. Je krijgt daarmee schrijfhulpen, visuele herkenning, vertaalopties en creatieve tools. Belangrijk verschil met veel andere AI-diensten: Apple laat je data zoveel mogelijk op je eigen toestel verwerken. Alleen bij complexere taken springt de cloud bij, afgeschermd via Private Cloud Compute.

Vanaf iOS 26.1 ook bruikbaar in Nederland

Early adapters weten het: tot nu toe moest je in het Engels werken. Met iOS 26.1, macOS 26.1 en watchOS 26.1 schakelt Apple Intelligence echter eindelijk naar het Nederlands. Daarmee wordt het herschrijven van teksten, samenvatten van documenten en aanpassen van toon opeens een stuk toegankelijker. Ook Visual Intelligence, dat teksten op je scherm kan herkennen, samenvatten en vertalen, spreekt onze taal.

Apple voegt tegelijk andere talen toe, waaronder Deens, Noors, Zweeds, Turks en traditioneel Chinees. Het is een voorzichtige, maar gestage wereldwijde uitrol.

©Apple

Siri krijgt eindelijk hersens

Siri stond jarenlang te boek als de domste assistent van de klas. Apple Intelligence verandert dat beeld. Siri kan nu meerdere taken combineren en context begrijpen. Een opdracht als 'Stuur de notulen van mijn laatste vergadering naar Lisa' wordt direct uitgevoerd: Siri zoekt het juiste document in Notities en verstuurt het via Mail of Berichten. Met de komst van Nederlandse taalondersteuning wordt Siri dus ook hier een stuk bruikbaarder.

Niet alles werkt meteen hier

Toch loopt Europa achter op sommige punten. De Workout Buddy in watchOS 26 komt wel, maar voorlopig alleen in het Engels. Deze functie geeft tijdens het sporten motiverende aanwijzingen en feedback. Ook de live-vertaling via de AirPods – die nu ook Japans, Koreaans, Italiaans en Chinees ondersteunt – blijft in de EU nog uit. Reden: strengere Europese regels rondom privacy en veiligheid.

Heb jij de juiste hardware?

Niet elk Apple-apparaat kan trouwens overweg met Apple Intelligence. Voor iPhones geldt dat alleen de iPhone 15 Pro, 15 Pro Max, de hele iPhone 16-serie en uiteraard de nieuwste 17-serie worden ondersteund. Op iPads en Macs is een M-chip vereist: minimaal een M1 dus. Draait je toestel wel iOS 26 of macOS 26, maar heeft het oudere hardware, dan val je helaas buiten de boot.

©Apple

Europa stelt extra eisen

Dat Apple hier later start, komt door de Digital Markets Act. Deze Europese wet verplicht grote techbedrijven transparanter te zijn over datagebruik. Apple moest zijn AI-platform daarom aanpassen met strengere privacyregels en een opt-in model voor functies zoals de koppeling met ChatGPT. In de VS konden gebruikers dus eerder aan de slag.

Met iOS 26.1, macOS 26.1 en watchOS 26.1 start Apple Intelligence eindelijk officieel in het Nederlands. Voorlopig nog in de developer- en public bèta, later dit najaar in de definitieve versie. Het vraagt recente hardware en niet elke functie is hier meteen beschikbaar. Maar dit is wel de stap waarop veel Nederlandse Apple-fans hebben gewacht: kunstmatige intelligentie die naadloos in je iPhone en Mac zit, en eindelijk ook in je eigen taal.