ID.nl logo
Android op Raspberry Pi installeren: Hoe en waarom
© PXimport
Huis

Android op Raspberry Pi installeren: Hoe en waarom

Op een Raspberry Pi draai je normaal Linux, maar ook Android draait erop. Het voordeel is dat je onmiddellijk een besturingssysteem hebt dat is ontworpen voor een aanraakscherm én dat je toegang hebt tot een breed assortiment Android-apps. Zo werktAndroid op Raspberry Pi installeren.

Stel jezelf eerst de vraag waarom je Android op je Raspberry Pi zou draaien. Raspberry Pi OS (het vroegere Raspbian) is best gebruiksvriendelijk en je hebt toegang tot allerlei opensource-software. Het is ook het officiële besturingssysteem van de Raspberry Pi en daardoor uitstekend ondersteund. Maar de standaard gebruikersinterface is domweg niet ontworpen voor een aanraakscherm.

Voor toepassingen waarbij een aanraakscherm wel handig is, gebruik je het best een besturingssysteem dat daar van meet af aan is voor ontworpen. En zo komen we bij Android uit. Als je een klein aanraakscherm op je Raspberry Pi aansluit, zou een tabletinterface immers ideaal zijn. Bovendien heb je zo ook toegang tot Android-apps, die allemaal ontworpen zijn voor een aanraakinterface.

Wij probeerden Android 10 uit op een Raspberry Pi 4B met 8 GB geheugen in combinatie met het officiële 7inch-aanraakscherm voor de Raspberry Pi en een hdmi-aanraakscherm (ook 7 inch) van Adafruit, beide met een resolutie van 800 × 480 pixels. We raden echt de Raspberry Pi 4B aan: op de Raspberry Pi 3B+ bleek Android veel te traag te zijn.

©PXimport

Android is ontworpen voor een aanraakscherm en dat geeft dan ook de optimale gebruikerservaring. Gebruik je geen aanraakscherm met je Raspberry Pi, dan is het wat aanpassen. Je zult dan minstens een muis moeten aansluiten om te kunnen klikken. Via het softkeyboard op het scherm kun je ook letters typen of je sluit een gewoon toetsenbord aan. Het voordeel van een toetsenbord is dat je met diverse toetsen de knoppen van een smartphone kunt simuleren: F1 = Home, F2 = Terug, F3 = Multitasking, F4 = Menu, F5 = Power, F11 = Volume omlaag en F12 = Volume omhoog.

Nog niet helemaal gebruiksklaar

Voor je begint, nog even de verwachtingen bijstellen. Verwacht van Android op je Raspberry Pi niet hetzelfde gebruiksgemak als op je smartphone of tablet. De Raspberry Pi is immers geen kant-en-klaar consumentenapparaat, maar een ontwikkelbordje. De versie van LineageOS die KonstaKANG heeft gemaakt voor de Raspberry Pi, is ook geen officiële LineageOS-versie. Bovendien geeft hij zelf aan dat het experimenteel is en alleen bedoeld voor geavanceerde gebruikers.

Verder werken er nog enkele zaken niet, zoals de meegeleverde camera-app (hoewel heel wat andere camera-apps wel werken) en sommige games die vreemde kleuren weergeven. We ontdekten zelf al dat sommige apps zoals TeamViewer Host of alpha vnc lite niet goed werken met de niet-standaardafmetingen van het scherm en de landschapsmodus: ze tonen zich dan alleen op een smalle strook in het midden van het scherm. En de eerste keer dat we een app openen na de installatie, herstart de Raspberry Pi elke keer, merkten we.

Daarnaast zijn er geen geoptimaliseerde drivers, decoders en encoders voor video, waardoor alles wat traag aanvoelt. En heel wat zaken die bij een smartphone of tablet al ingebouwd zijn, dien je op een Raspberry Pi nog extra aan te sluiten: een audioapparaat, camera, gps, infraroodzender en realtime klok bijvoorbeeld. Deze zijn overigens allemaal ondersteund in LineageOS op de Raspberry Pi, maar je moet ze uiteraard zelf aansluiten.Kortom, Android op de Raspberry Pi is duidelijk nog werk in uitvoering.

Aangepaste LineageOS

Als je Android op je Raspberry Pi wilt draaien, heb je een aangepaste versie van LineageOS nodig, de bekendste custom rom voor Android-telefoons. Je vindt die aangepaste versie op de website van KonstaKANG, een ontwikkelaar die ook actief is op het Android-forum XDA-Developers. Met de hulp van anderen heeft hij LineageOS aangepast zodat die op de Raspberry Pi 3B, 3B+ en 4B (met minstens 2 GB geheugen) draait. Eerdere modellen van de Raspberry Pi worden niet ondersteund.

Heb je een Raspberry Pi 3B of 3B+, download dan de nieuwste LineageOS voor de Pi 3. Heb je een Raspberry Pi 4B, download dan de versie voor de Pi 4. Op het moment van schrijven was dat LineageOS 17.1 (wat overeenkomt met Android 10). Mogelijk is er wanneer je dit leest al een nieuwere versie.

Schrijf vervolgens het gedownloade zip-bestand met een programma zoals balenaEtcher of USBImager naar een micro-sd-kaartje van minstens 8 GB groot. Wanneer dat is voltooid, steek je het micro-sd-kaartje in je Raspberry Pi, sluit je het aanraakscherm, eventueel een ethernetkabel en tot slot de voedingskabel aan. Als alles goed gaat, start je Raspberry Pi nu in Android op.

©PXimport

Eerste opstart

Als je scherm zijn ondersteunde resoluties niet meldt via EDID, start LineageOS standaard op in een resolutie van 1280 × 720 pixels (voor de Raspberry Pi 3) of 1920 × 1080 pixels (voor de Raspberry Pi 4). Als je scherm die resolutie niet ondersteunt (zoals bij onze beide schermen het geval is), krijg je maar een deel van het scherm te zien. Om dat op te lossen, steek je de micro-sd-kaart weer in je pc en open je in de bootpartitie die wordt aangekoppeld het bestand resolution.txt. Vul daar de resolutie van je scherm in, zoals 800x480. Sla het bestand op, ontkoppel de micro-sd-kaart en start je Raspberry Pi er weer van op.

Gebruik je het officiële scherm van de Raspberry Pi, dan zul je nog altijd niets zien. Je dient daarvoor namelijk de software-renderer in te schakelen. De eenvoudigste oplossing is om eerst een ander scherm en een muis aan te sluiten, zodat je tenminste iets ziet en daarna de instellingen kunt aanpassen. Op de website van KonstaKANG vind je de instructies.

Initiële configuratie

Je ziet na een tijdje het beginscherm van LineageOS. Druk rechtsonder op de knop Next. Heb je een scherm zonder aanraakfunctionaliteit aangesloten (of het Adafruit-scherm waarvan we ontdekken dat de aanraakfunctionaliteit wordt ondersteund), sluit dan een muis aan.

In het volgende scherm druk je op Accept om te bevestigen dat je dit project niet commercieel gebruikt. Daarna kies je je taal (ook Nederlands staat erbij), je tijdzone (Amsterdam) en stel je de huidige datum en tijd in.

Na een druk op Volgende kies je een wifi-netwerk en voer je je wachtwoord in. Na nog een keer Volgende vink je aan of apps toegang tot je locatie mogen krijgen en of je diagnostische gegevens naar de makers van LineageOS wilt sturen om te helpen met de ontwikkeling. Daarna kun je ook een pincode of wachtwoord kiezen, of je slaat die stap over als je dat niet belangrijk vindt. Klik tot slot op Start om Android te gaan gebruiken.

©PXimport

Android rooten

De Android-omgeving die je nu te zien krijgt, is vrij kaal. De basis-apps zoals een agenda, browser, contacten, bestandsbeheerder, e-mail, galerij, klok, muziek-app en opname-app zijn van de partij, maar dat is het al bijna. In totaal zijn er vijftien apps geïnstalleerd. Loop zeker ook eens door de instellingen.

Dit systeem is uiteraard te beperkt om mee te werken. Om extra apps te kunnen installeren, moeten we roottoegang inschakelen in Android. Druk daarvoor eerst helemaal onderaan in de instellingen op Over tablet en druk dan zeven keer op Build-nummer om de ontwikkelaarsopties vrij te geven.

Ga daarna in de instellingen naar Systeem / Geavanceerd / Ontwikkelaarsopties en schakel Root access in. Schakel iets daaronder ook Lokale terminal in. Daarna verschijnt de app Terminal bij je apps. Hierin kun je allerlei opdrachten invoeren voor het Android-systeem. Voor sommige opdrachten heb je rootrechten nodig: daarvoor dien je eerst su in te typen, waarna je als root ingelogd bent in de terminal en daarna de opdracht zelf.

©PXimport

Open GApps

Waarschijnlijk wil je gewoon de apps van Google draaien op je Raspberry Pi met Android. Dat kan, maar vereist nog wat extra stappen. Bezoek eerst in de browser op Android de OpenGApps-website en selecteer daar als platform ARM, als Android-versie 10.0 en als variant pico. Dit is de minimale variant die je nodig hebt om Google Play te draaien. Download dit pakket dan, het is zo’n 90 MB groot.

Download daarna op je Raspberry Pi ook het zip-bestand lineage-xx.x-rpi-recovery2boot.zipvan KonstaKANG, dat we later nodig hebben om uit de recoverymodus te raken. Om het bestand te kunnen downloaden, schakel je wel eerst in de browser de weergave van de website om naar desktopmodus (via de drie puntjes rechts van de adresbalk).

Zodra je beide zip-bestanden hebt gedownload, open je een terminalvenster en voer je deze commando’s uit:

su

rpi4-recovery.sh

reboot

De eerste opdracht om als rootgebruiker te werken, de tweede om de micro-sd-kaart over te schakelen zodat die niet meer LineageOS opstart, maar de recoveryfirmware TWRP. Met de derde opdracht herstart je de Raspberry Pi.

Recoverymodus

Je Raspberry Pi toont nu het opstartscherm van TWRP. Veeg de knop rechts onderaan naar rechts om aanpassingen aan het systeem toe te staan. Kies dan Install, navigeer links naar de map Download en druk op het zip-bestand van Open GApps. Vink Reboot after installation is complete aan en veeg de knop rechts onderaan naar rechts om het bestand te flashen.

Je zult merken dat je na de reboot weer in de recoverymodus komt. Kies in het menu nu eerst Wipe en veeg de knop rechts onderaan naar rechts voor een herstel naar de (in dit geval fictieve) fabrieksinstellingen. Kies Install en selecteer het zip-bestand lineage-xx.x-rpi-recovery2boot.zip en vink Reboot after installation is complete weer aan voordat je het bestand flasht. Na de volgende reboot start LineageOS weer op.

©PXimport

Google Play toevoegen

Omdat je via Open GApps nu Google Play hebt geïnstalleerd en een factory reset hebt uitgevoerd, moet je opnieuw je taal te kiezen en de wifi-toegang configureren. Je krijgt de vraag of je je apps, foto’s, contacten en Google-account wilt overzetten. Daarna log je in met je Gmail-account. Nadat je alle stappen hebt doorlopen om je Android-apparaat gebruiksklaar te maken, druk je weer op Start en zie je weer dezelfde kale Android-omgeving, maar deze keer met een extra app: Google Play.

In Google Play kun je zoals je gewend bent allerlei Android-apps installeren. Overigens zullen niet alle apps even goed werken (zie ook het kader ‘Nog niet helemaal gebruiksklaar’ aan het einde van dit artikel). De meest voorkomende problemen zijn de resolutie en oriëntatie van het scherm: veel apps verwachten echt een smartphonescherm in portretmodus. Sommige apps crashen ook onverwacht en Google Play laat soms het hele besturingssysteem herstarten.

Infobord maken

Als je even met Android op de Raspberry Pi speelt, zul je merken dat dit besturingssysteem het meest tot zijn recht komt als je de Raspberry Pi als een soort interactief infobord gebruikt. Laat er bijvoorbeeld je agenda op weergeven of gebruik de ingebouwde klok-app als timer voor tijdens het koken. Of wat dacht je van de app van NS om de vertrektijden van de treinen te tonen?

Of gebruik de browser om bijvoorbeeld via je Raspberry Pi toegang te krijgen tot de webinterface van je domoticasysteem, zoals Home Assistant. Zo maak je heel eenvoudig van je Raspberry Pi een webkiosk, die daarnaast toch ongelooflijk flexibel is omdat je allerlei Android-apps kunt draaien.

©PXimport

Portretmodus

Tot nu toe hebben we het scherm altijd in landschapsmodus gebruikt, omdat dat voor een infobord nu eenmaal de handigste oriëntatie is. Maar veel apps zijn ontworpen voor de portretmodus van een smartphone. Wil je toch je scherm in portretmodus instellen, dan dien je weer een configuratiebestand in de bootpartitie aan te passen. Schakel de Raspberry Pi dus uit. Als je geen aan-uitknop hebt en nog altijd rootrechten hebt, kan dat door deze commando’s in de terminal te typen:

su

reboot -p

De -p van ‘power off’.

Steek de micro-sd-kaart dan in je computer en open het bestand config.txt in de bootpartitie. Voeg daar de volgende regel aan toe om het scherm 90 graden te draaien:

display_lcd_rotate=1

En zoek dan naar de volgende regel voor de aanraakfunctionaliteit:

dtoverlay=rpi-ft5406

En vervang die door:

dtoverlay=rpi-ft5406,touchscreen-swapped-x-y=1,touchscreen-inverted-x=1

Sla je wijzigingen op en ontkoppel de micro-sd-kaart. Als je deze weer in je Raspberry Pi steekt en die opstart, toont Android zijn interface in portretmodus. Apps zoals die van de NS zijn nu veel handiger om te gebruiken.

Android TV installeren

Voor de Raspberry Pi 4 heeft KonstaKANG ook een image waarmee je van je Raspberry Pi een Android TV-apparaat maakt. Dat is handig als je je Raspberry Pi op een groter scherm wilt aansluiten, zoals het tv-scherm in je woonkamer, maar toch graag de vertrouwde interface van Android wilt. Hier kijken we tenslotte nog even naar.

Download de nieuwste versie van de Android TV-editie van LineageOS voor de Raspberry Pi 4. Op het moment van schrijven was dat LineageOS 17.1 (wat overeenkomt met Android 10). Mogelijk is er wanneer je dit leest al een nieuwere versie. Schrijf deze naar een micro-sd-kaart van minstens 8 GB groot en start daar je Raspberry Pi van op, nadat je die op je scherm hebt aangesloten.

Omdat je tv-scherm hoogstwaarschijnlijk geen aanraakscherm is, heb je uiteraard nog invoerapparatuur nodig. Een draadloos toetsenbord en muis zijn dan handig. Een andere optie is een zogenoemde airmouse: een minitoetsenbord met ingebouwde trackpad om draadloos vanaf de bank je Android-tv aan te sturen.

©PXimport

Voor de rest werkt de Android TV-editie op de Raspberry Pi bijna hetzelfde als de normale Android-editie. Je dient ook hier weer je apparaat te rooten, Open GApps via de recoverymodus te installeren en daarna kun je via de Play Store allerlei apps installeren. De landschapsinterface van Android TV met zijn grote icoontjes komt beter op zijn recht op een grote tv.

Maar ook hier loop je tegen wat beperkingen aan. Omdat de Raspberry Pi niet is gecertificeerd als Android TV-apparaat, is de Chromecast-functionaliteit niet ondersteund. Je kunt dus helaas geen video’s van je smartphone naar je slimme tv casten. Ook de officiële app Android TV Remote Control om je Android-telefoon als afstandsbediening voor je Android TV-apparaat te gebruiken, is niet ondersteund. Maar al met al zijn Android en Android TV op je Raspberry Pi interessante besturingssystemen voor heel wat toepassingen.

▼ Volgende artikel
Luchtbevochtiger, luchtontvochtiger of luchtreiniger: wat helpt het best bij hooikoorts?
© wayhome.studio
Energie

Luchtbevochtiger, luchtontvochtiger of luchtreiniger: wat helpt het best bij hooikoorts?

Onophoudelijke niesbuien, branderige ogen en een niet te tackelen vermoeidheid: voor hooikoortspatiënten is de lente lang niet altijd een pretje. Gelukkig zijn er apparaten die je klachten kunnen verlichten. Wij vertellen je wat het beste werkt: een luchtbevochtiger, luchtontvochtiger of luchtreiniger.

In het kort: Een luchtbevochtiger voegt vocht toe aan een ruimte. Dat is nuttig bij hooikoorts, zou je denken, want door vocht komen pollen naar beneden. Maar een luchtontvochtiger voorkomt schimmel en huisstofmijt in huis, wat ook nuttig kan zijn bij allergische klachten. En dan is er nog de luchtreiniger, die onzuiverheden uit de lucht haalt. Dus: welk van de drie apparaten moet je nu in huis halen? In dit artikel leggen we dat allemaal uit.

Lees ook: Hatsjoe! 💦 Last van hooikoorts? Deze apparaten kunnen je klachten verminderen

Hooikoorts is een allergische reactie op pollen, oftewel stuifmeel van grassen, planten of bomen. Wanneer de temperaturen beginnen te stijgen en de natuur na een koude winter tot bloei komt, verspreiden deze pollen zich via wind in een rap tempo door de lucht. Wie dan op een zonnige dag de deuren en ramen open zet, kan rekenen op een ontelbare hoeveelheid ronddwarrelende pollen in huis. Dat zorgt niet alleen overdag voor vervelende hooikoortsklachten binnenshuis, maar ook je nachtrust kan er flink onder lijden.

Om allergische klachten in huis te verlichten, kun je een aantal dingen doen. Horren plaatsen voor deuren en ramen bijvoorbeeld: die houden een deel van de pollen tegen, maar helaas niet alle. Ook met regelmatig stofzuigen haal je een deel van de pollen weg, al geldt dat alleen voor de pollen die al op de grond liggen. Om pollen uit de lucht te verwijderen, kun je een luchtreiniger overwegen. Dit apparaat trekt stof en pollen uit de lucht en blaast vervolgens schone lucht de ruimte in. Ook een luchtbevochtiger of luchtontvochtiger kan helpen bij hooikoortsklachten, afhankelijk van de luchtvochtigheid in je woning en jouw specifieke allergieën.

Luchtbevochtiger

Te droge lucht in huis is absoluut niet fijn bij hooikoorts. Droge lucht veroorzaakt irritatie aan de slijmvliezen, waardoor deze minder goed in staat zijn om stofdeeltjes en allergenen te weren. Bestaande hooikoortsklachten, zoals droge ogen, een kriebelkeel en benauwdheid, kunnen daardoor erger aanvoelen. Bovendien kunnen pollen in een droge ruimte makkelijker blijven rondzweven dan in een goed bevochtigde ruimte. Ga maar na: hoe minder regen er valt, hoe heviger je hooikoortsklachten (waarschijnlijk) zijn. Dat komt omdat pollen er zonder regen langer over doen om naar beneden te komen en je ze dus makkelijker blijft inademen.

©HN Works

Het voordeel van een luchtbevochtiger lijkt dus tweeledig: het vermindert klachten door geïrriteerde slijmvliezen én het voorkomt dat pollen in huis blijven circuleren. Toch zijn luchtbevochtigers meestal niet de eerste keuze als het om hooikoorts gaat. Hun vermogen om pollen daadwerkelijk uit de lucht te halen lijkt beperkt, en bovendien zijn huizen in de lente en zomer – wanneer hooikoortsklachten het ergst zijn – vaak eerder te vochtig dan te droog. Plaats je een luchtbevochtiger in een al vochtig huis, dan kunnen allergische klachten door een toename van schimmels juist verergeren. Een luchtbevochtiger heeft alleen zin bij hooikoortsklachten als de luchtvochtigheid in je woning lager is dan 40 procent. Met een hygrometer kun je dit eenvoudig meten. 

Luchtontvochtiger

Omdat warme lucht vocht vasthoudt, hebben veel huizen in de lente en zomer last van een te hoge luchtvochtigheid. Huisstofmijt en schimmels zijn dol op vochtige omgevingen, wat bijvoorbeeld verklaart waarom je in de zomer doorgaans meer schimmelplekken in huis opmerkt. Voor hooikoortspatiënten is dat helaas (extra) slecht nieuws. Vaak reageert hun overgevoelige immuunsysteem niet alleen op pollen, maar ook op schimmelsporen, mijten en dierenharen. Die combinatie van allergenen zorgt dan voor een extra belasting van het immuunsysteem, waardoor hooikoortsklachten kunnen verergeren. 

Een luchtontvochtiger onttrekt vocht uit de lucht en lijkt dus een goede keuze als je met hooikoorts én een te vochtige woning kampt. Toch kent ook dit apparaat zijn beperkingen als het om hooikoorts gaat. Zo filtert een luchtontvochtiger geen pollen uit de lucht zoals een luchtreiniger dat doet. Daarnaast werkt een luchtontvochtiger alleen als de luchtvochtigheid in huis daadwerkelijk te hoog is, oftewel meer dan 60 procent. Is dat niet het geval, dan loop je het risico dat de lucht in huis juist te droog wordt, waardoor klachten als benauwdheid en een droge keel alleen maar verergeren.

©Sue Tansirimas

Luchtreiniger

Er is één apparaat waar vrijwel iedere hooikoortspatiënt baat bij heeft: de luchtreiniger. Luchtreinigers zijn speciaal ontwikkeld om stof, pollen en andere allergenen uit de lucht te halen. Dat doen ze door verontreinigde lucht aan te zuigen, deze te filteren en vervolgens weer schone lucht uit te blazen. Er zijn verschillende soorten luchtreinigers met elk hun eigen werking, dus als hooikoortspatiënt is het goed om extra aandacht te besteden aan wat voor type luchtreiniger je in huis haalt.

Kies in elk geval een luchtreiniger met HEPA-filter. Dit type filter haalt zelfs de kleinste stofdeeltjes en pollen uit de lucht én voorkomt dat deze opnieuw de lucht in worden geblazen. Ook nuttig bij hooikoortsklachten is een luchtreiniger met ionisator: die voegt negatief geladen deeltjes toe aan de lucht, waardoor pollen onschadelijk worden gemaakt en naar beneden vallen. Met een ionisator is de kans heel klein dat er toch nog pollen in de lucht blijven zweven.

Of kies beide

Soms is een combinatie van apparaten het beste om je hooikoortsklachten aan te pakken. Is de lucht in jouw woning te droog? Zet dan een luchtreiniger én luchtbevochtiger neer. Bij een te hoge vochtigheid kies je voor een luchtreiniger en luchtontvochtiger. Zo pak je het probleem aan twee kanten aan en zul je waarschijnlijk de meeste verlichting merken.

▼ Volgende artikel
Sapcentrifuge versus slowjuicer: welke moet je kiezen?
© africaimages.com (Olga Yastremska, Africa Images)
Huis

Sapcentrifuge versus slowjuicer: welke moet je kiezen?

Als je gezonde verse sapjes wilt maken, heb je een sapcentrifuge of slowjuicer nodig. Hoewel deze apparaten op het eerste gezicht erg op elkaar lijken, zijn ze zeker niet hetzelfde. Weet je niet welk van de twee je moet kiezen? Wij helpen je op weg! 

In het kort: twijfel je tussen een sapcentrifuge en een slowjuicer? Beide apparaten maken gezonde sapjes, maar werken heel anders. Daardoor is het sap uit het ene apparaat gezonder dan het sap uit het andere. Ook het soort ingrediënten dat je in sapcentrifuges en slowjuicers kunt verwerken, verschilt. In dit artikel leggen we het allemaal uit.

Lees ook: 7 fruitsoorten die je het beste kunt eten als je wilt afvallen

Voor de duidelijkheid: er is een verschil tussen sapjes en smoothies. Smoothies maak je met een blender en bestaan meestal uit gepureerd fruit met een vloeistof, zoals water, melk of yoghurt. Omdat in een blender hele stukken fruit of groenten worden verwerkt, is de structuur van een smoothie wat dikker. Een sapje is daarentegen vloeibaar en vaak helder. Je maakt het met een sapcentrifuge of slowjuicer. Het verschil tussen die twee? Een sapcentrifuge creëert helder sap met weinig vezels, een slowjuicer maakt geconcentreerd sap waarin de vezels behouden blijven. Daardoor is het sap uit een slowjuicer iets gezonder, maar een slowjuicer is ook duurder. Daarnaast vindt niet iedereen het sap uit een slowjuicer vanwege de vezelige structuur even lekker. 

Benieuwd naar de grootste verschillen tussen sapcentrifuges en slowjuicers? Dit zijn ze! 

Werking

Sapcentrifuges en slowjuicers persen beide op een andere manier. In een sapcentrifuge zit een rasp die snel ronddraait. Gooi je een stuk fruit in de vulopening, dan begint de rasp te draaien en wordt het sap uit het fruit geperst. De natte pulp die daarbij overblijft, wordt van het sap gescheiden. Het resultaat is een helder gekleurd sapje waar je bijna doorheen kunt kijken. Een sapcentrifuge werkt heel snel; binnen enkele seconden tot een minuut staat er een heerlijk vitaminebommetje voor je klaar. En dankzij de brede vulopening hoef je je fruit en groenten niet eerst te snijden – ook wel zo makkelijk. 

©279photo

Een slowjuicer is, zoals de naam al zegt, een stuk minder snel. In dit apparaat worden ingrediënten heel langzaam gekneusd met een vijzel. Op die manier komt er tijdens het persen minder warmte en oxidatie vrij, waardoor vitaminen, vezels en antioxidanten zo goed mogelijk behouden blijven. Daardoor blijft er ook iets meer pulp in het sap van een slowjuicer achter dan in het sap van een sapcentrifuge. Een slowjuicer vergt door zijn kleine vulopening daarnaast iets meer voorbereidend werk; je moet je groenten en fruit eerst in grove stukken snijden voordat je ze in het apparaat stopt. Maar daar krijg je dus wel wat voor terug: een sapje bomvol vitaminen en vezels. 

Soorten groenten en fruit 

Een ander voordeel aan slowjuicers is dat je er heel veel kanten mee op kunt. De vijzel in een slowjuicer werkt namelijk zo krachtig en zorgvuldig dat hij zelfs uit de meest vochtarme groenten en fruit sap weet te persen. Je kunt met een (goede) slowjuicer dus ook sap maken uit bladgroenten en bananen. Als je wilt, kun je er zelfs notenpasta mee maken. Een sapcentrifuge krijgt door zijn snelle en lichtere werking alleen sap uit groenten en fruit met een hoog vochtgehalte, zoals appels, sinaasappelen en bleekselderij. 

Gezondheid

Zoals gezegd is het sap uit een slowjuicer iets gezonder dan het sap uit een sapcentrifuge. Dat komt omdat in het sap uit een slowjuicer naast de vitaminen ook de vezels beter behouden blijven. Vezels zijn goed voor de spijsvertering en zorgen voor een langzamere opname van de natuurlijke suikers in fruit, waardoor de bloedsuikerspiegel stabiel blijft. Maar dat betekent niet dat het sap uit een sapcentrifuge helemaal niet gezond is. Je profiteert immers nog steeds van de vele vitaminen en antioxidanten. En zolang je niet te veel fruit ten opzichte van groente in je sapje verwerkt, zal het met die schommelende bloedsuikerspiegel wel meevallen. Een goede verhouding is 70 procent groenten, 30 procent fruit. 

©Maridav

Prijs 

Aan de krachtige pers van een slowjuicer en de supergezonde sapjes die daaruit komen, hangt wel een flink prijskaartje. Voor een goede slowjuicer leg je namelijk al snel zo'n 200 tot 400 euro neer. Er zijn ook slowjuicers van slechts een paar tientjes, maar het risico van deze goedkopere modellen is dat ze vaak minder efficiënt persen en sneller stukgaan. Een goede sapcentrifuge heb je daarentegen al voor nog geen 100 euro of iets meer dan dat. Maar laat het prijskaartje nooit leidend zijn: uiteindelijk gaat het erom wat je wilt met het apparaat. Het zou zonde zijn als een sapcentrifuge voor jou uiteindelijk toch te beperkt blijkt en je alsnóg een dure slowjuicer moet aanschaffen. 

Dus: wat kies je? 

Een sapcentrifuge is fijn als je van helder sap houdt, je alleen fruit en groenten met een hoog vochtgehalte gaat persen en je niet te veel geld wilt uitgeven. Een slowjuicer kies je als je extra gezonde, vezelrijke sapjes wilt en je ook van plan bent bladgroenten, vochtarm fruit en eventueel noten te gaan persen. Kies je voor een sapcentrifuge, maar wil je toch af en toe vochtarme ingrediënten in je sapjes verwerken? Maak dan eerst sap met je sapcentrifuge en doe dit vervolgens samen met de vochtarme ingrediënten in een blender. Heeft een slowjuicer jouw voorkeur, maar houd je niet zo van vezelige sapjes? Zeef je sapje na het juicen nog eens door een fijne zeef of theedoek. Zo heb je alsnog een helder sapje zonder pulp.