ID.nl logo
Wat zijn fractals en hoe zien we ze terug in de IT?
© PXimport
Huis

Wat zijn fractals en hoe zien we ze terug in de IT?

Ooit leken fractals niet meer dan een wiskundige curiositeit met een hoog esthetisch gehalte. Maar door de jaren werden er vele praktische toepassingen gevonden en tegenwoordig kan ook de IT niet meer zonder. Aan de hand van Visions of Chaos nemen we een kijkje in de wondere wereld van fractals en aanverwante zaken, want wat zijn fractals eigenlijk?

In 1904 bedacht de Zweedse wiskundige Helge von Koch een uiterst eenvoudige procedure die als volgt gaat: neem een gelijkzijdige driehoek en gum van elke zijde het middelste derde deel uit. Teken nu boven elk uitgegumd deel twee zijden van een nieuwe gelijkzijdige driehoek. Herhaal deze procedure op alle lijnen die je nu hebt en doe dat steeds opnieuw. Het resultaat is de Koch-sneeuwvlok: een figuur met een eindig oppervlak, maar een oneindige omtrek.

Je kunt de procedure overigens ook loslaten op een enkele lijn en ook daarvan wordt de lengte uiteindelijk oneindig lang. In dat geval spreken we van de Koch-kromme. Hoewel het woord nog niet bestond, was dit een van de eerste fractals.

Een Koch-kromme kun je beschrijven met een wiskundige procedure die L-systeem wordt genoemd (de letter L verwijst naar bedenker Aristid Lindenmayer, een theoretisch bioloog). Een handvol simpele regels vormt hierin het recept om objecten te maken waarvan het uiterlijk verbluffend gevarieerd is en die we dan ook nog vaker zullen tegenkomen. Sommige van deze vormen lenen zich uitstekend voor het maken van de zeer compacte antennes die nodig zijn in mobieltjes en die in staat zijn om met meerdere frequentiebereiken te werken.

Al sinds de oudheid kennen we allerlei soorten symmetrie. Symmetrie speelt dan ook een belangrijke rol in zowel de kunsten als de (natuur)wetenschappen. Symmetrieën die iedereen kent zijn translaties (verschuivingen), rotaties en spiegelingen. Samen kun je daarmee allerlei interessante herhalende patronen maken die je bijvoorbeeld vindt in behang, tapijten en kledingdessins.

Maar de Koch-kromme bevat een geheel nieuw soort symmetrie: zoom je erop in, dan lijkt het detail op het geheel en dat blijft zo, ongeacht hoever je inzoomt.

Dit verschijnsel kennen we ook van kustlijnen, al heeft het daar niet de perfecte regelmaat die de figuur van Koch heeft. Vanaf grote hoogte kun je een kustlijn fotograferen en de lengte berekenen. Kom je dichterbij, dan zie je onregelmatigheden die eerst onzichtbaar waren en die de lengte vergroten. Omdat een kustlijn betekenisloos wordt op het niveau van atomen en moleculen, kun je er eigenlijk geen absolute lengte aan toekennen. Bij perfect gevormde wiskundige figuren kan dat juist wel en zulke figuren met dit type symmetrie noemen we fractals.

Aan de analogie tussen de Koch-sneeuwvlok en kustlijnen zien we dat de natuur zich in een bepaald opzicht soms als fractal lijkt te gedragen.

©PXimport

Chaostheorie

Fractals vormden nauwelijks een onderwerp van studie, omdat ze aanvankelijk geen praktisch nut leken te hebben en met de hand nauwelijks te produceren waren. Met de komst van de computer, met alle grafische mogelijkheden van dien, kwam daar verandering in.

Een tweede gevolg van de computerrevolutie was de ontdekking door de Amerikaanse wiskundige en meteoroloog Edward Lorenz dat betrekkelijk simpele weermodellen, bestaande uit slechts een handvol gekoppelde vergelijkingen, een totaal andere uitkomst kunnen hebben als de startwaarden een heel klein beetje afwijken (het ‘vlindereffect’).

De grafieken die dit fenomeen opleverde, leken verdacht veel op fractals. Daarmee bleken die wonderlijke objecten ineens een direct verband te hebben met de echte wereld en dat zorgde weer voor de geboorte van een geheel nieuwe wetenschap die in de volksmond chaostheorie heet en die neerkomt op de studie van zogeheten niet-lineaire systemen.

Dat je zeer complexe patronen kunt beschrijven door middel van een handvol compacte en simpele regels, roept natuurlijk de vraag op of het omgekeerde ook kan.

De vroegste (lossless) compressie-algoritmen waren gebaseerd op het feit dat elke aaneenschakeling van bits de nodige symmetrie bevat in de vorm van translatie of spiegeling. Heb je een blok met bits gevonden waarvoor dat geldt, dan kun je in elk volgend identiek blok daarnaar verwijzen. Mag er wel sprake zijn van enig verlies, zoals bij foto’s, video’s en audio, dan kan fractale symmetrie ook ineens worden benut. Er zijn dan ook inderdaad compressie-algoritmen die hiervan gebruikmaken. De zoektocht naar goede algoritmen is daarbij werk in uitvoering, omdat compressie langs deze weg vaak tijdrovend is. Een groot voordeel is wel dat je afbeeldingen die met dit soort technieken zijn gecodeerd onbeperkt kunt uitvergroten.

©PXimport

Chaostheorie werd pas bekend bij een breed publiek toen James Gleick in 1987 zijn bestseller Chaos uitbracht. De populariteit van het boek was deels te danken aan de intrigerende schoonheid van de vele Mandelbrot-fractals die erin te bewonderen waren.

Deze bijzondere en fraaie objecten (zie beeld bovenaan dit artikel) zijn het resultaat van een zeer simpele wiskundige procedure, waarbij je het resultaat van een berekening telkens als nieuwe invoer voor diezelfde berekening gebruikt. Zo’n procedure is uiteraard gesneden koek voor de computer die inmiddels overal opdook. Een stortvloed aan programma’s om zelf fractals mee te maken was het gevolg.

Hét programma uit die beginjaren was het gratis Fractint dat in leven wordt gehouden via opvolger WinFract. De gratis alleskunner van nu heet Visions of Chaos (kortweg VoC), dat ook de bron vormde voor de meeste illustraties bij dit artikel. Naast de vele soorten fractals die door de jaren zijn ontwikkeld, stelt VoC je in staat om te experimenteren met allerlei aanverwante complexe systemen.

©PXimport

Game of Life en de Turing Machine

In 1970 bedacht de Britse wiskundige John Conway Game of Life. Op een rooster kunnen vakjes aan of uit staan en aan de hand van een paar simpele regels met betrekking tot het aantal buren dat aan of uit staat, wordt bepaald hoe het rooster in de tijd verandert. Dit bleek een dusdanige rijkdom aan vormen en structuren op te leveren dat er al snel studie werd gemaakt van allerlei vergelijkbare sets met regels, ook in meer dan twee dimensies. Al snel werd duidelijk wat de kracht was van deze zogeheten cellulaire automaten.

De Britse wiskundige Stephen Wolfram (ontwikkelaar van Mathematica) speelde zelfs met een eendimensionale variant. Deze allersimpelste automaat begint met drie vakjes op een rij die aan of uit kunnen staan en 256 mogelijke regels voor de ontwikkeling van volgende generaties. De complexiteit die sommige van deze regels laten zien, leidde tot Wolframs (tamelijk omstreden) idee dat een vergelijkbaar maar uiteraard veel ingewikkelder systeem van regels in veel meer dan één dimensie een vervanging zou kunnen vormen voor de bekende natuurwetten.

©PXimport

De Britse wiskundige Alan Turing, wiens bewogen leven meermaals is verfilmd, speelde al voor de komst van de eerste computers met ideeën die beschreven hoe een geautomatiseerd rekensysteem zou moeten werken. Die gedachten leidden tot het definiëren van de zogeheten Universele Turingmachine (UTM), de wiskundige beschrijving van een theoretische computer die alles kan wat echte computers kunnen.

Van Game of Life werd al snel ontdekt dat het een UTM kan nabootsen en zo werden bijvoorbeeld patronen met roosterpunten gevonden die als programma konden dienen om priemgetallen te genereren en zelfs complexe patronen die zichzelf kunnen kopiëren!

Misschien nog wel verrassender is het feit dat ook sommige regels van de eendimensionale automaat van Wolfram complex genoeg bleken om een UTM te vormen. Dergelijke systemen vormen dan ook een actief studiegebied binnen de theoretische informatica.

Iteratief

Eerder zagen we al dat de Mandelbrot-fractal het resultaat is van een iteratieve procedure en dat geldt ook voor de Koch-kromme en andere L-systemen. Een soortgelijke techniek kun je ook toepassen in meerdere dimensies.

Zo kun je bijvoorbeeld starten met een vierkant van N*N roosterpunten en daarvan het middelpunt bepalen. Dat punt verplaats je vervolgens een willekeurige afstand omhoog of omlaag, waardoor je een (al dan niet omgekeerde) piramide krijgt. Het vierkant is nu ook verdeeld in vier kleinere vierhoeken, waarop je de procedure kunt herhalen. In plaats van het wijzigen van de hoogte kun je beginnen met een vierkant dat bestaat uit zwarte pixels en aan het gevonden middelpunt een willekeurige grijswaarde toekennen.

Het plaatje dat zo na een aantal iteraties ontstaat, heet een plasmafractal en is voor allerlei doeleinden bruikbaar, bijvoorbeeld als hoogtekaart in een 3D-ontwerpprogramma.

In films en games zien we soms de meest adembenemende landschappen. In games zijn die altijd computergegenereerd (al dan niet op basis van echte data) en in films soms ook, bijvoorbeeld wanneer dat goedkoper is of wanneer de actie zich afspeelt in een fantasiewereld. Waar Captain Kirk zijn Star Trek-bemanning in de jaren 60 nog moest laten landen in een decor van rotsblokken gemaakt van piepschuim, kunnen filmmakers van nu hun acteurs via greenscreen-technologie op een planeet neerzetten die helemaal in de computer is ontstaan. Het terrein en de bewolking van die wereld komen tot stand via plasmafractals en aanverwante methoden. Een programma als Terragen geeft een mooi voorbeeld van dergelijke technieken. Het principe is ook in VoC te zien (Fractals, Plasma-Clouds of Fractals, Terrain of Fractals, Planet).

Eerder stelden we al vast dat kustlijnen een fractalachtige structuur hebben en zagen we hoe op basis van fractals complete planeten en wolkenluchten kunnen worden gemaakt. Maar ook de levende natuur zit vol met fractale symmetrie. Kijk je naar het wortelstelsel van een boom of naar het vaatstelsel in het menselijk lichaam, dan is niet meteen duidelijk wat de schaal is. Kijk je naar een ingezoomd plaatje van haarvaten? Of is het een beeld van grotere afstand, waardoor de kleine structuren juist niet meer zichtbaar zijn?

Het systeem dat we zagen bij de Koch-kromme plaatst steeds dezelfde structuren in een verkleinde versie in de ontstane lege ruimtes. Daardoor blijven hoeken tussen lijnen op elk niveau hetzelfde. Voegen we juist – net als bij de plasmafractals – een beetje willekeur toe aan elke stap van de procedure, dan maak je van een overduidelijk geometrisch object een voorwerp dat zo uit Moeder Natuur lijkt te komen.

De fantasiewerelden in games en films zouden wel heel saai zijn zonder vegetatie. Dankzij fractals beschikken we inmiddels gelukkig over een breed scala aan technieken om levensechte bomen en planten te maken. De L-systemen die we al eerder zagen, kunnen worden gebruikt om de basisvorm van een boom of plant te maken. Een andere mogelijkheid vinden we in het gebruik van IFS-fractals (Iterated Function Systems).

Voor het modelleren van dieren in 3D bieden fractals geen oplossing, maar voor de fraaie patronen in de vacht van bepaalde diersoorten zijn sommige cellulaire automaten zeer geschikt (zie VoC Cellular Automata, 2D, Smooth Life).

©PXimport

Kunstig

Behalve dat fractals op allerlei manieren nut hebben bij het creëren van de bouwstenen voor een creatieve productie, vormen ze van meet af aan ook van zichzelf al een rijke bron voor het maken van fraaie beelden of objecten.

Aanvankelijk beperkten de mogelijkheden zich tot stilstaande plaatjes. Fabrikanten van posters vonden inspiratie in de standaard Mandelbrot-fractal, terwijl kunstenaars probeerden om deze op allerlei manieren naar hun hand te zetten. Meer rekenkracht bracht ons de mogelijkheid om filmpjes te maken waarin wordt ingezoomd op de Mandelbrot- en aanverwante fractals. YouTube bevat er inmiddels tienduizenden.

Nog krachtiger pc’s brachten ons 3D-fractals (zie VoC Hypercomplex Fractals, Mandelbulb of het gespecialiseerde Mandelbulber). Op basis van deze en aanverwante fractals produceer je complete 3D-animaties met objecten die niet alleen mooi en interessant zijn, maar die je bovendien met geen mogelijkheid zelf zou kunnen modelleren.

Een logische volgende stap is dat kunstenaars en hobbyisten inmiddels ook 3D-printtechnologie gebruiken om de schoonheid van hun creaties tastbaar te maken.

Brein

Eerder zagen we al dat het vaatstelsel een fractale structuur heeft. Dat geldt tot op zekere hoogte ook voor het brein, waarin stelsels van grote verbindingen bestaan naast telkens kleinere vertakkingen. Het complexe en onvoorspelbare gedrag van onze hersenen valt hieruit ook deels te verklaren.

Iets dergelijks zien we ook terug in grootschalige computernetwerken. In de studie daarvan spelen fractals dan ook een rol. Wanneer dergelijke complexiteit kan optreden bij de handvol simpele vergelijkingen uit de weermodellen van Lorenz, dan zal het niemand verbazen dat iets dergelijks zich zéker voordoet bij de neurale netwerken die gebruikt worden voor kunstmatige intelligentie (AI). Zelfs de best getrainde visuele AI kan een voorwerp waarvan het er al duizenden heeft herkend op zeker moment aanzien voor iets anders, net zoals onze hersenen af en toe de fout in gaan.

Een nieuwe ontwikkeling in de creatie van op fractals gebaseerde kunst is dan ook de combinatie van fractals en van het beeld dat AI daarin ‘meent’ te zien.

Visuele AI kan niet alleen objecten herkennen, maar ook de visuele stijl van een afbeelding veranderen op basis van de stijl van een andere, bijvoorbeeld van een bekend schilderij. Op www.deepdreamgenerator.com kun je daarmee online experimenteren.

Wie over een Nvidia-videokaart beschikt, kan VoC ook uitbreiden met de mogelijkheid om lokaal AI los te laten op fractals of gewoon op eigen afbeeldingen. Het installeren van de benodigde componenten kost al snel een uur, maar is zeer de moeite waard.

©PXimport

Fractals in audio

Ruim 2500 jaar geleden ontdekte de Griekse wiskundige Pythagoras al dat klanken die voor ons aangenaam klinken frequenties hebben die in een eenvoudige rekenkundige verhouding tot elkaar staan. Zo horen we twee verschillende tonen als dezelfde noot wanneer de frequentieverhouding 1:2 is (een octaaf) en geeft een verhouding 2:3 een zuivere kwint; de eerste en laatste noot van elk majeur- of mineurakkoord.

Behalve dat je muziek kunt analyseren aan de hand van de gebruikte toonhoogtes, kun je ook naar de structuur van een muziekstuk kijken. Naast een overkoepelende structuur zoals ABA (bijvoorbeeld couplet, refrein, couplet), zie je dan kleinere structuren. Zo kan het couplet een eigen ABA-structuur hebben van twee identieke regels en een afwijkende in het midden. Zelfs deze regels hebben vaak nog een interne structuur die hetzelfde stramien kan volgen en dat alles doet sterk denken aan een fractal.

Er wordt daarom al jaren geëxperimenteerd met het genereren van aangename muziek op basis van fractals. Naast specialistische software zoals Aural Fractals biedt VoC de mogelijkheid om op basis van sommige soorten fractals midimuziek op te slaan.

Conclusie

Het gebruik van fractals voor allerlei toepassingen in de IT heeft inmiddels een grote vlucht genomen en voortdurend worden er nieuwe technieken mee ontwikkeld. Daarnaast hebben ze hun nut bewezen binnen allerlei vakgebieden, variërend van biologie en geneeskunde tot geologie en economie. 

Los daarvan zijn fractals vaak objecten met een grote visuele schoonheid en met een variatie waarover je je eindeloos kunt verbazen. Dus zelfs wie niet geïnteresseerd is in de achterliggende wetenschap, kan er toch volop van genieten.

▼ Volgende artikel
Bestanden delen zonder cloud? Dit zijn je opties
© KOB
Huis

Bestanden delen zonder cloud? Dit zijn je opties

Je wilt bestanden delen met jezelf op een ander apparaat in je netwerk of met anderen via internet, bij voorkeur zonder deze data onderweg tijdelijk op te slaan. Je kiest dus voor een directe peer-to-peer overdracht, zonder externe opslagservers in de cloud.

In dit artikel laten we zien hoe je bestanden direct deelt tussen apparaten:

  • Deel bestanden binnen je netwerk met tools als Winpinator, LANDrop of AirDrop
  • Installeer Cx File Explorer op Android om via SMB, FTP of lokale servers bestanden uit te wisselen
  • Richt een eigen FTP-server in met FileZilla
  • Gebruik Magic Wormhole om eenmalig bestanden te versturen
  • Synchroniseer mappen handmatig of automatisch tussen apparaten met Syncthing
  • Installeer een webserver om bestanden beschikbaar te maken via een lokaal ip-adres
  • Zet met Tailscale een eigen VPN op

Lees ook: Grote bestanden versturen? Dit zijn je gratis opties

Veel mensen delen gegevens via cloudopslagdiensten als Google Drive, OneDrive of Dropbox. Dit werkt prima, maar de bestanden worden wel tijdelijk online opgeslagen. Wil je dit vermijden, dan moet je een methode vinden om de data rechtstreeks naar de ontvanger te sturen, desnoods via een relay die enkel als doorgeefluik fungeert en de (bij voorkeur versleutelde) data niet opslaat. Hiervoor bestaan verschillende tools en technieken, zoals een SMB-, FTP- of P2P-verbinding.

In dit artikel bespreken we diverse tools, zodat je op basis van je opzet en technische vaardigheden voor jezelf de beste oplossing kunt kiezen. Eerst komen tools aan bod die vooral geschikt zijn voor directe datatransfers binnen je eigen netwerk. Daarna laten we methodes zien die ook over het internet werken. Op het laatst tonen we je nog hoe je snel een eigen VPN-netwerk opzet, om ook andere servers voor bestanden delen op afstand veilig te kunnen benaderen.

1 Via je thuisnetwerk

Om binnen je thuisnetwerk bestanden te delen, zijn er verschillende mogelijkheden. Windows heeft weliswaar het ingebouwde SMB-protocol (Server Message Block), waarmee je mappen kunt delen en lees- of schrijfrechten kunt instellen, maar in dit artikel richten we ons vooral op externe, gratis tools.

Een eenvoudige oplossing is Winpinator, dat dataoverdrachten tussen Windows-apparaten ondersteunt. Bij File / Preferences / Connection kun je onder meer de netwerkinterface en binnenkomende poorten instellen. Specifiek voor dataoverdrachten tussen iOS- en macOS-apparaten biedt Apple de functie AirDrop aan.

Voor meer flexibiliteit is er LANDrop, beschikbaar voor vrijwel alle platformen, inclusief mobiel. We nemen als voorbeeld een Windows-pc en een Android-apparaat. We installeren de app op onze Windows-pc en geven desgevraagd de firewall toestemming om verbindingen toe te staan. We installeren daarna de mobiele app en zorgen dat beide apparaten met hetzelfde netwerk zijn verbonden. Als alles correct werkt, verschijnen de aangesloten toestellen in de LANDrop-app. We selecteer de bestanden en het doelapparaat, en meteen na de bevestiging start de overdracht.

Bestanden delen tussen apparaten binnen je netwerk, vanuit een grafisch venster.

Firewallregels

Veel tools in dit artikel vereisen firewalltoegang. We gaan uit van de Windows Defender Firewall, waar standaard alle uitgaande verbindingen zijn toegestaan. Je hoeft je dus vooral te richten op binnenkomend verkeer.

Open de app Windows Defender Firewall met geavanceerde beveiliging en ga naar Regels voor binnenkomend verkeer. Als je tijdens de installatie van bijvoorbeeld LANDrop toestemming gaf, zijn er standaard twee regels met landrop.exe aangemaakt. Onder Eigenschappen zie je op het tabblad Protocollen en poorten dat alle poorten openstaan, één regel voor TCP en één regel voor UDP.

Het kan ook gebeuren dat je voor sommige tools zelf firewallregels moet toevoegen. Klik dan in het rechterdeelvenster op Nieuwe regel, kies Programma en verwijs naar de app met binnenkomend verkeer. Selecteer vervolgens De verbinding toestaan en kies de gewenste netwerkprofielen, op z’n minst Privé.

Deze methode opent standaard alle lokale poorten voor de app. Wil je dit beperken, kies dan bij Nieuwe regel de optie Poort of Aangepast. Zo kun je precies bepalen welke poorten en protocollen worden toegestaan, wat veiliger is. Vaak vind je in (de helpbestanden van) zo’n programma om welke poorten het gaat (bij LANDrop kun je dit instellen bij Preferences / Listening Port).

Voor de meeste dataoverdracht-diensten moet je wel een gaatje in je firewall prikken.

2 Android

Wissel je regelmatig bestanden uit tussen je Android-apparaat en andere apparaten in je netwerk, zoals Windows-pc’s, dan is de gratis bestandsbeheerder Cx File Explorer een handige oplossing. Deze app, beschikbaar in de Google Play Store, is ook geschikt voor lokaal bestandsbeheer op Android.

Start de app, ga naar Network en tik op New Location. Via Cloud kun je bestanden delen via cloudopslagdiensten, maar voor ons doel kies je Remote. Hier vind je verschillende protocollen voor netwerktoegang en bestandsdeling. Local Network en SMB werken beide via het Windows-protocol SMB. De eerste optie detecteert netwerkshares automatisch, terwijl je bij de tweede handmatig de hostnaam of het ip-adres en inloggegevens invoert om toegang te krijgen tot gedeelde mappen op bijvoorbeeld een Windows-pc. Het WebDAV-protocol laten we buiten beschouwing, aangezien het buiten NAS-omgevingen weinig wordt gebruikt.

De opties FTP en SFTP veronderstellen dat er elders in je netwerk al een (S)FTP-server draait waarmee je kunt verbinden (meer hierover lees je in de volgende paragraaf). Maar je kunt het ook makkelijk omkeren en op je Android-apparaat een FTP-server opzetten. Ga opnieuw naar Network en kies Access from network. Bevestig met Start service en je krijgt een url (bijvoorbeeld ftp://192.168.0.165:6094) en de inloggegevens te zien. Neem deze gegevens over in een FTP-client, zoals FileZilla, op een ander apparaat in je netwerk om bestanden in beide richtingen uit te wisselen. Na afloop klik je op Stop service.

Met Cx File Explorer wissel je op verschillende manieren data uit, waaronder met FTP.

3 FTP

Dataoverdracht-tools zoals LANDrop zijn minder geschikt voor grote bestanden of langdurige overdrachten, en bieden geen gescheiden toegang per apparaat of gebruiker. In zo’n geval is een eigen FTP-server een betere optie. Dit kan eenvoudig met het gratis FileZilla, waarvan zowel de server- als clientversie beschikbaar is op www.filezilla-project.org.

Installeer de servercomponent met de standaardopties en stel een beheerwachtwoord in. De server kan automatisch met Windows starten, zelfs zonder dat je bent aangemeld. Start de tool, klik op Connect to Server, en bevestig met OK en Ja.

Ga naar Server / Configure en voeg onder Users via Add een nieuwe gebruiker toe, bij voorkeur met een wachtwoord. Bij Mount points klik je op Add, stel je bij Native path de map in die je wilt delen (bijvoorbeeld C:\fotos) en geef je bij Virtual path een duidelijke naam (bijvoorbeeld /gedeeldefotos). Kies bij Access Mode voor Read only of Read+Write en bevestig met OK.

Installeer nu een FTP-client, zoals FileZilla, op een ander apparaat in je netwerk of gebruik de FTP-functie van Cx File Explorer. Vul de connectiegegevens in: de hostnaam of het interne ip-adres van de server, standaardpoort 21, gebruikersnaam en wachtwoord. Als de firewall aan serverzijde de verbinding blokkeert, voeg dan een regel toe die TCP-poorten 20 en 21 doorlaat (zie kader ‘Firewallregels’).

Een FTP-server met FileZilla heb je snel opgezet, met gescheiden gebruikersrechten.

4 Magic Wormhole

We hebben ons tot nu toe gericht op bestandsuitwisselingen binnen het thuisnetwerk. Dit is veiliger en technisch eenvoudiger, omdat de router aan de publieke zijde niet hoeft te worden gepasseerd. In het vervolg van dit artikel gaat het over het delen van data met een apparaat op het internet, zonder online opslag te gebruiken.

Laten we beginnen met het gratis en opensource Magic Wormhole. Deze tool verstuurt bestanden tussen apparaten zonder complexe netwerkconfiguratie zoals portforwarding. Hoe dit precies werkt, lichten we toe in het kader ‘Relay’.

Magic Wormhole is vooral handig voor incidentele, maar veilige bestandsoverdrachten. Het is beschikbaar voor macOS en Linux en kan ook met enkele extra stappen op Windows worden geïnstalleerd. De eenvoudigste manier is via de pakketbeheerder Chocolatey. Installeer deze door PowerShell als administrator te openen en het volgende commando uit te voeren:

Set-ExecutionPolicy Bypass -Scope Process -Force; iex ((New-Object System.Net.WebClient).DownloadString('https://community.chocolatey.org/install.ps1'))

Open daarna de Opdrachtprompt als administrator en voer deze commando’s uit:

choco install -y python
call RefreshEnv
pip install magic-wormhole

Hiermee installeer je de benodigde onderdelen. Gebruik de volgende opdrachten om een bestand of een volledige map (die automatisch gezipt wordt) te verzenden:

wormhole send <volledig_pad_naar_bestand>
wormhole send <volledig_pad_naar_map>

Je krijgt nu een code te zien. Op het ontvangende apparaat, waar Magic Wormhole ook geïnstalleerd moet zijn, voer je het onderstaande commando uit om de overdracht te voltooien:

wormhole receive <ontvangen_code>

Bij elke datatransfer via Wormhole hoort een unieke code.

Relay

De verzender genereert een unieke en leesbare code. Deze wordt handmatig gedeeld met de ontvanger. Zodra de ontvanger dezelfde code invoert, wordt de PAKE-sleutel (Password-Authenticated Key Exchange) berekend. Met deze sleutel wordt een veilige sessie opgezet waarin beide apparaten elkaar kunnen vinden. Indien mogelijk wordt direct een P2P-verbinding opgezet via NAT Traversal-technieken. Lukt dit niet, omdat de apparaten zich bijvoorbeeld achter een strikte NAT of firewall bevinden, dan verloopt de overdracht via een ‘transit relay server’. Deze fungeert uitsluitend als doorgeefluik en slaat geen bestanden op. De data worden bovendien altijd via end-to-end-encryptie verzonden. Dit alles maakt Magic Wormhole een veilige oplossing.

Op deze pagina vind je meer technische details.

5 Syncthing

Wil je bestanden (continu) selectief beschikbaar stellen voor meerdere apparaten, dan is Magic Wormhole minder geschikt. De gratis en opensource synchronisatie-tool Syncthing is hiervoor een betere mogelijkheid. Dankzij TLS kunnen je data veilig versleuteld blijven en net als Magic Wormhole probeert Syncthing apparaten eerst direct te verbinden. Lukt dat niet, ondanks NAT Traversal-technieken, zoals STUN, UPnP en NAT-PMP, dan worden publieke relayservers ingezet, zonder de verstuurde data op te slaan.

Ga naar www.syncthing.net/downloads (macOS, Windows, Linux). Download de Windows-versie door op Latest te klikken en syncthing-windows-setup.exe op te halen. Installeer deze met een dubbelklik. De standaardwaarden kun je behouden en indien gewenst start Syncthing automatisch met Windows op. Bevestig indien gevraagd of de firewall automatisch mag worden aangepast. Even later is de server toegankelijk in je browser via 127.0.0.1:8384.

De Syncthing-server heb je in een oogwenk klaar voor gebruik.

6 Beheer Syncthing

Via Acties / Instellingen kun je op het tabblad GUI een gebruikersnaam en wachtwoord instellen om de GUI-beheermodule af te schermen. Op het tabblad Verbindingen begrens je desgewenst de download- en uploadtransfers. Laat alle opties, zoals NAT traversalinschakelen en Relaying inschakelen, het best geactiveerd. Bevestig je aanpassingen met Opslaan.

In het hoofdvenster selecteer je een map om via Syncthing met andere apparaten te delen. Klik op +Maptoevoegen, vul een naam in bij Maplabel, kies een Map-ID en geef bij Maplocatie het pad op, zoals C:\GedeeldeData. Bevestig met Opslaan. Klik op de toegevoegde map voor details. Gebruik Bewerken voor aanpassingen of om de map eventueel te verwijderen.

Je kunt mooi volgen welke mappen je (hoe) hebt gedeeld.

7 Delen met Syncthing

De map is klaar, maar je moet Syncthing nog vertellen met welke apparaten je deze wilt delen. Daarvoor is minstens een tweede apparaat nodig. Laten we een Android-apparaat als voorbeeld nemen. Download en installeer de Syncthing Fork-app uit de officiële Play Store. Geef met Machtiging verlenen toestemming voor toegang tot je lokale bestanden. Een locatiemachtiging is niet nodig, tenzij je Syncthing alleen op geselecteerde wifi-netwerken wilt gebruiken. De optie Notification Permission schakel je liefst wel in.

Wil je dataverbruik beperken, tik linksboven op het menu-icoon, open Instellingen / Uitvoervoorwaarden en stel Run on Wi-Fi selecteren in (of eventueel Run on specifieke Wi-Fi-netwerken).

Nu moeten beide apparaten elkaar vinden. Open op je pc de Syncthing-beheermodule, ga naar Acties / ID weergeven, en noteer of kopieer dit. Ga op je mobiele apparaat naar Apparaat-ID, open het tabblad Apparaten, tik op de plus-knop, en vul de ID en een geschikte apparaatnaam in. Als beide apparaten in hetzelfde netwerk zitten, wordt de ID waarschijnlijk automatisch ingevuld. Bevestig je invoer.

Herhaal dit op je pc via +Extern apparaat toevoegen in het hoofdvenster. Open daarna een gedeelde map, kies Bewerken, ga naar het tabblad Delen, vink het gekoppelde apparaat aan en bevestig met Opslaan. Accepteer de meldingen in de Syncthing-app op je mobiele apparaat en in het dashboard om de koppeling en het delen te voltooien. De synchronisatie kan beginnen.

Je moet de gevraagde mapsynchronisatie wel nog even bevestigen.

Andere servers

Er zijn nog veel andere servers die je op je pc kunt installeren om bestanden, foto’s en andere data uit te wisselen. Een mogelijke optie is bijvoorbeeld een webserver zoals de gratis Abyss Webserver. Je kunt die met een paar muisklikken installeren en gebruikt standaard poort 8080. Mappen die je vervolgens in de document-rootmap plaatst (standaard C:\Abyss Web Server\htdocs) zijn dan meteen bereikbaar via <hostnaam_of_ip-adres>:8080/<mapnaam>.

Helaas ondersteunen deze webserver en de meeste andere servers voor het delen van data geen NAT Traversal-technieken, laat staan relayservers, waardoor ze van buitenaf moeilijk bereikbaar zijn. Je kunt dan portforwarding op je router instellen, eventueel met DDNS of beter nog: met een VPN. Dit laatste is veiliger, maar technisch uitdagender.

Van binnenuit is deze (web)server alvast makkelijk bereikbaar.

8 Set-up Tailscale

Een eenvoudige oplossing om snel een eigen VPN-netwerk op te zetten is een dienst als Tailscale. Deze vereist aan beide kanten een beperkte configuratie en gebruikt onderliggend ook het WireGuard-protocol om een versleuteld privé-VPN-netwerk op te zetten. Een Tailscale-relayserver zorgt ervoor dat je apparaat bereikbaar is vanaf internet, in principe zonder firewall-instellingen aan te passen of routerpoorten door te sturen.

Ga naar www.tailscale.com/download en download de app voor je besturingssysteem (Linux, macOS, Windows, iOS of Android). We gaan aan de slag met Windows. De installatie verloopt met een paar muisklikken. Start de app en klik nu eerst op Sign up om een account aan te maken. Je kunt hiervoor onder meer een Google- of Microsoft-account gebruiken (voor Personal Use). Terug in de app klik je op Sign in to your network. Na aanmelding klik je op Connect en maakt je apparaat deel uit van het privé-VPN-netwerk van Tailscale, met een ip-adres dat typisch begint met 100.). Aangemeld op de Tailscale-website kun je de status van je netwerk altijd bekijken.

Het eerste apparaat is aan het Tailscale-VPN-netwerk toegevoegd.

9 Externe toegang Tailscale

Een VPN-netwerk met slechts één apparaat heeft weinig zin, dus voegen we snel een tweede toe. We nemen een Android-apparaat als voorbeeld. Download en installeer de Tailscale-app uit de officiële Google Play Store en start deze op. Tik op Get Started / OK / Get Started. Meld je aan met je Tailscale-account en klik na succesvol inloggen op Connect. In het dashboard op de site zie je nu dat je toestel met het VPN-netwerk is verbonden.

Wil je apparaten van andere gebruikers tijdelijk toegang geven tot je VPN-netwerk zonder je eigen inloggegevens te delen, ga dan naar het dashboard op de site en open Users. Klik op Invite external users en vul het e-mailadres van de ontvanger in. Standaard wordt deze als Member toegevoegd, maar je kunt bijvoorbeeld ook Admin selecteren.

Let op: Heb je jezelf via een Google-account aangemeld, dan moet het e-mailadres van de ontvanger ook aan een Google-account gekoppeld zijn om zich hiermee te kunnen aanmelden. De ontvanger hoeft enkel de link in het e-mailbericht te openen, Tailscale te downloaden, zich met dit e-mailadres aan te melden en zijn apparaat aan het VPN-netwerk te koppelen.

Je kunt ook anderen uitnodigen om zich met je Tailscale-netwerk te verbinden.

10 Overdracht met Tailscale

Stel nu dat je op je apparaat een server op poort 8080 hebt draaien (zoals Abyss Webserver), dan kun je deze via Tailscale voortaan makkelijk extern bereiken. Vul in je browser het Tailscale ip-adres van dat apparaat in, gevolgd door het poortnummer, bijvoorbeeld 100.66.72.65:8080. Alle datatransfers van en naar die server verlopen nu veilig binnen de VPN-tunnel van Tailscale.

Via het Tailscale VPN-netwerk is onze server nu ook van buitenaf bereikbaar.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Hoe kies je de beste inbouw-magnetron?
© v74
Huis

Hoe kies je de beste inbouw-magnetron?

Een inbouw-magnetron is ideaal als je op zoek bent naar een vaste plek voor je magnetron in een strakke, opgeruimde keuken. Maar hoe weet je welke je moet kiezen? De opties zijn uitgebreid: van compacte solo-magnetrons tot volwaardige combi-magnetrons met stoomfunctie. In dit artikel lees je waar je op moet letten zodat je een model vindt dat past bij jouw keuken én bij de manier waarop je kookt!

Dit is belangrijk bij het kiezen van een inbouw-magnetron
  • Nishoogte, nisbreedte en nisdiepte
  • Solo-magnetron of combi-magnetron?
  • Bediening: draaiknop of touch?
  • Aansluitingen ventilatie

Meten = weten

Een inbouw-magnetron moet precies passen in de nis van je keukenmeubel. Daarom is het belangrijk om goed naar de afmetingen te kijken. Fabrikanten vermelden altijd de benodigde nishoogte, nisbreedte en nisdiepte in de specificaties. De standaard nishoogtes zijn meestal 38 cm of 45 cm. Sommige modellen zijn hoger, maar dan gaat het vaak om combi-ovens of apparaten met extra functies.

De nisbreedte is vrijwel altijd 56 cm. 60 cm komt ook voor, maar dat is eigenlijk meer geschikt voor een volledige oven dan voor een inbouw-magnetron. De nisdiepte varieert tussen de 55 en 58 cm. Meet de beschikbare ruimte goed op, inclusief de diepte van de achterwand en eventuele obstakels zoals elektriciteitsleidingen. Zit er een plint of deur onder? Controleer dan ook of de klep van de magnetron volledig open kan. Hieronder lees je nog wat meer over de afmetingen.

Nishoogte, nisbreedte en nisdiepte: dit zijn de gangbare maten

✅ Nishoogte 38 cm (ca. 380 mm): gangbare maat voor solo-magnetrons. Wordt vaak ingebouwd boven een oven of in een hoge kast. 45 cm (ca. 450 mm): gebruikelijk voor combi-magnetrons. Deze hoogte heb je nodig als je naast de gewone magnetronfuncties (ontdooien/opwarmen) ook wilt grillen of met hetelucht wilt bakken. 60 cm (ca. 590 mm): deze hoogte heb je nodig voor een volwaardige oven met magnetronfunctie. Let op: de magnetronfunctie werkt meestal minder krachtig dan bij een echte magnetron. ✅ Nisbreedte 56 cm (meestal 560 mm nismaat) is standaard. De frontbreedte van het apparaat is dan vaak rond de 595 mm, zodat het mooi aansluit op de omliggende kastfronten. ✅ Nisdiepte 55 tot 56 cm is standaard bij een diepe kast. Sommige apparaten passen al vanaf 50 cm diepte, vooral als de stekker naar beneden kan worden weggewerkt.

©RossandHelen

Solo of combi: welk type magnetron heb je nodig?

Een solo-magnetron gebruik je voor het opwarmen van voedsel, het ontdooien van diepvriesproducten of het bereiden van eenvoudige gerechten. Dit type magnetrons is eenvoudig in gebruik, vaak goedkoper en verbruikt minder stroom. Gebruik je de ovenfunctie nauwelijks, dan is dit een logische keuze.

Een combi-magnetron combineert de magnetronfunctie met een heteluchtoven. Je kunt er dus ook pizza's, taarten of ovenschotels in maken. Sommige combi-magnetrons hebben zelfs een grillstand of een stoomfunctie , waardoor je meerdere keukenapparaten kunt vervangen door één toestel. Houd er wel rekening mee dat een combi-magnetron doorgaans iets duurder is en iets langer nodig heeft om voor te verwarmen dan een volwaardige oven.

Voorbeeld: kook je veel met verse groenten en vis, dan is een model met stoomfunctie interessant. Warm je vooral soep en kant-en-klaarmaaltijden op, dan is een solo-magnetron vaak meer dan voldoende.

Bediening: draaiknop of touch?

Het gebruiksgemak verschilt per model. Traditionele modellen hebben vaak draaiknoppen: één voor het vermogen, één voor de tijd. Simpel en overzichtelijk, vooral geschikt als je de magnetron hoofdzakelijk gebruikt voor opwarmen en ontdooien.

Moderne inbouw-magnetrons zijn vaak uitgerust met touchbediening of zelfs een touchscreen. Je selecteert dan via het display het programma, de temperatuur of het gewicht. Sommige modellen hebben automatische programma's die zelf de bereidingstijd en het vermogen aanpassen. Handig, maar soms ook wat omslachtiger bij simpele taken.

Tip: probeer in een winkel of showroom hoe intuïtief het menu aanvoelt. Kies een bediening die past bij hoe jij graag kookt.

©Tom Baker | tab62

Let op de aansluiting en ventilatie

Een inbouw-magnetron werkt op een standaard stopcontact (230 volt), maar let goed op het vermogen. Sommige combi-modellen hebben een hoger piekverbruik; zorg dat de groep waarop je het aansluit dit aankan. Kijk ook waar de stekker zit: die moet je kwijt kunnen achter het meubel of via een uitsparing in de achterwand.

Daarnaast is ventilatie belangrijk. Tijdens het gebruik komt warmte vrij. In de handleiding van het apparaat staan minimale ventilatieruimtes aangegeven, bijvoorbeeld 2 cm boven en 5 cm achter. Houd je je daar niet aan, dan kan de magnetron oververhit raken of minder lang meegaan. Zit er al een oven onder of boven de plek waar je de magnetron wilt inbouwen? Controleer dan of de gecombineerde warmteafvoer goed geregeld is.

Praktische keuzehulp

Stel jezelf de volgende vragen voor je een keuze maakt:

☐ Waar komt de magnetron precies? In een hoge kast, boven een oven of op ooghoogte?
☐ Gebruik je nu vooral de magnetronfunctie of bak je ook regelmatig in de oven?
☐ Heb je al een aparte oven? Dan heb je vaak voldoende aan een solo-magnetron
☐ Wil je kunnen grillen of stomen?
☐ Wil je eenvoudige bediening of juist veel automatische programma's?
☐ Komt de magnetron in een bestaande nis of kastenwand, of wordt de keuken nog gebouwd?

Een voorbeeld: stel, je woont alleen, kookt snel en gebruikt de oven amper. Dan is een solo-magnetron van 38 cm hoog met draaiknoppen prima. Heb je een gezin, kook je gevarieerd en wil je ruimte besparen? Dan is een combi van 45 cm met grill en stoomfunctie een betere match.

Conclusie

Een inbouw-magnetron kiezen begint bij de afmetingen, maar gaat vooral over hoe jij kookt. Warm je snel iets op, dan is een eenvoudige solo-magnetron vaak genoeg. Bak je graag of heb je weinig ruimte, dan loont het om te investeren in een goede combi-magnetron. Let altijd op de inbouwmaten, ventilatie en bediening. Zo voorkom je verrassingen en haal je het meeste uit je keuken.