ID.nl logo
Review: Is deze schattige mini-drone het geld waard?
© CIDimport
Huis

Review: Is deze schattige mini-drone het geld waard?

Drones zijn inmiddels serious business, maar de meeste drones die nu op de markt bestaan zijn vooral geschikt voor semi-professionele hobby'isten. Om een drone 'gewoon als speelgoed' te hebben, zijn de bestaande modellen nog te duur, maar daar wil Parrot verandering in brengen met de Rolling Spider. Dat is een kleine drone voor slechts 100 euro. Leuk speelgoed voor onder de kerstboom? Of kun je je geld beter uitgeven aan wat extra gourmetvlees?

Uiterlijk

Eerlijk is eerlijk: de Rolling Spider ziet er schattig uit. Iedereen die bekend is met de klassieke Parrot-drones zal zich thuis voelen bij het ontwerp van de Rolling Spider, want die ziet er precies uit als bijvoorbeeld de AR. Het grote verschil is dat deze drone in je handpalm past. De drone vier armpjes die uitsteken met daarop de propellers. Die armpjes zien er stevig uit, en ook de behuizing van de drone voelt met name aan de onderkant erg solide aan. Toch is de Rolling Spider verrassend licht, wat hem wel wendbaar maakt.

©CIDimport



Een leuke toevoeging is het stickervelletje dat met de drone wordt meegeleverd. Daarmee kun je verschillende 'gezichtjes' op de voorkant plakken. Dat geeft de Rolling Spider, samen met de twee lichtjes aan de voorkant, aan griezelig uiterlijk, wat 'em vooral voor kinderen erg leuk maakt. Zelfs het harde geluid (want de Rolling Spider maakt wel veel lawaai) kun je met een beetje verbeelding nog vergeven als iets dat bij het uiterlijk hoort.

Toegegeven, de Rolling Spider geeft het oog heel wat. Maar dat is bij een drone natuurlijk niet waar het om gaat. Vliegt 'ie ook een beetje?

Hoe vliegt 'ie?

Drones als de deze zijn bij voorbaat geschikt voor gebruik buiten de deur, maar deze Parrot heeft niet voor niets de naam Rolling Spider meegekregen. Met twee meegeleverde wielen maak je de drone namelijk rollend. Volgens Parrot betekent dat dat Rolling Spider als het ware tegen de muur op kan klimmen en over het plafond kan rollen - als een spin. Dat wordt prachtig aangeprezen in filmpjes als deze, die ook in de bijbehorende app te vinden zijn.



In de praktijk werkt dat totaal niet. De Rolling Spider stort als een baksteen naar beneden bij contact met de muur. Je kúnt de Parrot wel over het plafond laten rollen, maar dan moet je heel, heel, heel erg voorzichtig contact maken. Dat is met de besturing via je smartphone of tablet echter zo onnauwkeurig dat dat praktisch onmogelijk is.

Buiten werkt de Rolling Spider daarentegen wel redelijk stabiel, maar daarvoor moet de drone wel eerst op de juiste plek hangen. Zodra hij in de lucht is, blijft hij wel op z'n plaats, maar tijdens het opstijgen wiebelt hij nog vervaarlijk. Ook als je 'em na een tijdje vliegen even stil wil hangen, duurt het even voor de Parrot stabiel hangt. Dat maakt de besturing ervan niet erg nauwkeurig, maar misschien moet je dat ook niet verwachten voor zo'n klein apparaatje.

Matige camera

Er zit één camera op de Parrot Rolling Spider, en dat is die aan de onderkant. Je moet daar niet teveel van verwachten - de camera schiet alleen foto's van een schamele 640 x 480 pixels. Dat betekent wel dat je er veel van kunt opslaan in het geheugen van de drone, maar dat is ook gelijk het enige pluspunt. Omdat de besturing zo onnauwkeurig werkt, is het erg moeilijk om een fatsoenlijke foto te maken.

Video's kun je met de Rolling Spider niet maken, maar gezien de accuduur van een paar minuten moet je dat misschien ook wel niet willen.

Onbruikbare accuduur

Drones hebben nooit een goede reputatie gehad op het gebied van accuduur, maar de Rolling Spider spant wel de kroon. Welgeteld 8 minuten vliegen haal je uit de drone. Vlieg je binnenshuis met de wielen, dan is dat zelfs 6 minuten. Dat is amper genoeg om een rondje rond je huis te vliegen, dus vervalt ieder praktisch nut van het apparaat in één klap. De Rolling Spider wordt bovendien geleverd met slechts één accu, dus die even tussendoor verwisselen zit er niet bij.

Die vervelende rot-app

Eén van de grootste voordelen van de Parrot-drones is dat ze geen gebruik maken van speciale controllers, maar dat je de apparaten met je smartphone kunt besturen door de notoire FreeFlight-app. Parrot kiest er om onbegrijpelijke redenen niet voor die app gewoon te updaten, maar telkens nieuwe versies uit te brengen voor iedere aparte functie die het toevoegt, waardoor de Play en de App Store vol staan met verouderde apps die aangeven dat je vooral maar een andere app moet hebben. Maar de ellende van de Parrot FreeFlight 3.0 (en dus niet 1.0 of 2.4 die nog steeds online staan) begint pas zodra je het opstart.

De FreeFlight app bestaat in de eerste plaats uit een stel blokjes, waarin je promotiefilmpjes kunt zien over de Parrot-drone, of waar je ze kunt kopen. Ook zie je er een gallerij met foto's of video's die je ooit hebt gemaakt met drones waar wél een camera in zit. De belangrijkste functie - het verbinden en besturen van je drone - ontbreekt volledig. Bij het opstarten zie je geen besturingsmechanisme staan. Dat verschijnt alleen als je met de drone bent verbonden.

©CIDimport



Nergens in de app staat echter een icoontje of een menuutje om dat te doen. Als je wil verbinden met de drone, staat in de gebruiksaanwijzing te lezen, hoef je alleen je bluetooth aan te zetten en de app op te starten. De app maakt dan automatisch verbinding met de Parrot. Op papier is dat een handig concept, want je hoeft niet ingewikkeld in je menu te zoeken. In de praktijk werkt dat proces zo hemeltergend slecht dat je de drone uit frustratie bijna kapot wil gooien. De app maakt in zeker de helft van de gevallen geen verbinding. Je krijgt dan geen error, geen foutmelding, geen balkje, maar er gebeurt simpelweg niets. De enige optie is dan om de app af te sluiten (via het multitaskmenu), weer te starten, en maar te hopen dat het dit keer wél lukt.

Soms verbindt de app echter ook, maar krijg je bij het starten van het besturingsmenu een foutmelding. Die is niet nuttig, en zegt alleen "verbinding mislukt". Dus probeer je het maar weer opnieuw. In de app zelf staat nergens een optie om de drone handmatig aan te sluiten.

©CIDimport



Als je na veel frustrerende minuten dan eindelijk de drone kunt besturen, werkt de app niet erg goed. Je werkt in FreeFlight net als een fysieke controller, met één digitaal 'pookje' om de drone omhoog en omlaag te laten gaan of rond te laten draaien, en een tweede pookje om naar links, rechts, voor of achter te vliegen.

Het is flauw om te zeggen dat je op een beeldscherm een andere feedback krijgt dan van een fysieke controller, maar dat is niet wat het meest stoort aan de FreeFlight-app. Vervelend is vooral dat het 'pookje' soms terugschiet naar de neutrale positie, ondanks dat je je duim erop houdt. Bovendien (maar dat is een gevoelskwestie) kun je moeilijk blind sturen.

Maar er is meer mis met de app. Die loopt bijvoorbeeld tijdens het vliegen vaak vast. Daardoor kan het voorkomen dat je drone up, up and away blijft vliegen en vrolijk 10 meter de lucht in gaat, waarbij zelfs de noodknop niet meer werkt. Heel af en toe verbreekt de app ook tijdens het vliegen de verbinding, waardoor je Parrot als een Japanse kamikazepiloot naar beneden stort.

Conclusie

De Parrot Rolling Spider is een mini-variant van de bekende Parrot-drones, een klein schattig vliegend drone'tje dat er goed uitziet en net voor de feestdagen een leuk stukje speelgoed is. Schijn bedriegt echter, want de Rolling Spider is een frustrerend onbestuurbare drone waar je in de praktijk vrijwel niets mee kan. De kleine accu houdt het op z'n allerbest 8 minuten vol, de camera zit onderop en maakt foto's met een beschamend lage resolutie. Bovendien maakt de Rolling Spider zijn beloftes niet waar: de drone kan met de bijgeleverde wielen niet over het plafond of de muur rijden en valt bij het minste of geringste uit de lucht. De drone is een stuk duurder dan soortgelijke kleine modellen, en voor die hoge prijs krijg je weinig goeds.

Maar het ergste aan de drone is de vreselijke besturing die met een slechte app werkt. Verbinding maken met de drone is een hemeltergend proces dat vaker fout dan goed gaat, en als je eenmaal aan het vliegen bent is de drone onnauwkeurig en niet secuur. Je hebt er een paar minuten plezier mee - vooral omdat het nog steeds leuk is om met helikopertjes te vliegen - maar dat plezier slaat al om in frustratie voordat de accu leeg is. En dat is heel erg snel.

▼ Volgende artikel
Zo gebruik je Google Maps voor live inzicht in files
© PixieMe - stock.adobe.com
Huis

Zo gebruik je Google Maps voor live inzicht in files

Wie regelmatig reist of naar zijn werk pendelt, vertrouwt waarschijnlijk op Google Maps. Niet voor niets hebben veel mensen het navigatiesysteem van hun auto verruild voor deze gratis app. De app beschikt over een set tools om je trip vlot te laten verlopen. Zo kun je bijvoorbeeld heel eenvoudig de verkeersdrukte volgen.

In dit korte artikel laten we zien hoe je de verkeerslaag in Google Maps gebruikt:

  • Stel je route in en schakel de verkeerslaag in via het lagenmenu
  • Bekijk de actuele verkeersdrukte aan de hand van kleuren op de kaart
  • Ontvang meldingen over verkeersdrukte bij opgeslagen locaties

Ook interessant om te lezen: Dit zijn de 4 beste alternatieven voor Google Maps

De laag Verkeer

Open Google Maps op je smartphone en geef het vertrekpunt en de bestemming in. Daarna tik je onderaan op Route. Boven de kaart kies je de manier hoe je je verplaatst: auto, tram, metro, te voet of per fiets. Onderaan de kaart lees je alvast de afstand en de reistijd. Tik daarna op het pictogram Lagen in de rechterbovenhoek van het scherm. In de groep Kaartgegevens selecteer je Verkeer. Hierdoor wordt de verkeerslaag over de Google Maps-kaart gelegd. Verlaat het gedeelte Lagen door op het kruisje in de rechterbovenhoek te tikken.

Op de kaart worden de wegen ingekleurd op basis van de actuele verkeersdichtheid. Groen betekent dat je op een normaal tempo kunt rijden. Oranje staat voor langzaam rijdend verkeer en rood betekent dat het verkeer stilstaat. Niet tevreden met de route die Google Maps heeft geselecteerd? Bekijk dan alle alternatieve routes die als grijze lijnen op het scherm worden weergegeven. Tik op een van de opties om een ​​alternatieve route te selecteren.

De verkeersdrukte wordt met kleuren weergegeven.

Google Maps in de auto gebruiken?

Dan is een telefoonhouder een must

Live verkeer

Op de computer open je de webbrowser en surf je naar Google Maps. Weer zoek je de bestemming, zodat Maps de route tevoorschijn kan halen. Daarna beweeg je de muisaanwijzer over het pictogram Lagen linksonder. Klik op de laag met het label Verkeer. Opnieuw zal Google de wegen inkleuren volgens verkeersdrukte. Je kunt de weergave Live verkeer in- en uitschakelen door op de schakelaar in het onderste deel van het scherm te klikken.

Op de computer kun je de weergave Live verkeer in- en uitschakelen.

Meldingen ontvangen

Het is mogelijk om van Google Maps meldingen te ontvangen wanneer er drukte ontstaat in de buurt van een locatie die je in Maps hebt opgeslagen. Hiervoor tik je rechtsboven op het pictogram van je Google-account. Daarna kies je Instellingen en dan Meldingen. Op de iPhone controleer je of het schuifje bij Plaatsen en evenementen aanstaat. Op een Android-apparaat tik je bij Navigeren / Verkeer bij nabije evenementen op Aan of Alleen in de app.

Wil je verkeersupdates ontvangen over plaatsen die je hebt opgeslagen?

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Een op drie gemeenten staat opladen elektrische auto over stoep toe
© alpegor - stock.adobe.com
Mobiliteit

Een op drie gemeenten staat opladen elektrische auto over stoep toe

In Nederland is elektrisch rijden het voordeligst als je je auto thuis kunt opladen met eigen stroom, bijvoorbeeld van zonnepanelen. Maar dan moet je wel een eigen oprit hebben of van de gemeente toestemming krijgen om een laadkabel over de stoep te leggen. Uit onderzoek van energiebedrijf Zonneplan blijkt dat slechts een op de drie gemeenten dit toestaat.

Je auto voor de deur opladen met je eigen stekker kan op verschillende manieren: met een kabelmat, speciale kabelgoottegels of een laadarm die over de stoep hangt. De laatstgenoemde optie wordt alleen toegestaan in Haarlem en Zuidplas. Kabelgoottegels, waarbij de laadkabel verzonken ligt in de stoep, zijn het populairst - een kwart van de gemeenten experimenteert hiermee of heeft dit in het verleden gedaan. Het gebruik van een kabelmat is de meest toegankelijke oplossing, wat in 27 gemeenten (8 procent) is toegestaan.

Bron: Zonneplan

Vooral in de Randstad, Zeeland en Noord-Brabant zijn gemeenten flexibeler wat betreft het opladen over de stoep. In Drenthe, Groningen en Limburg is dit vrijwel nergens toegestaan, al hebben woningen daar vaker een eigen oprit.

Momenteel beschikt één op de twaalf Nederlandse huishoudens (8 procent) over een eigen laadpaal. Dit percentage is het hoogst in de gemeente Laren, waar bijna een derde van de huizen een laadvoorziening heeft. Ook in Rozendaal, Blaricum, Bloemendaal, Bergen en Oostzaan ligt dit percentage boven de 20 procent. Financiële middelen lijken een grotere rol te spelen bij het aanschaffen van een elektrische auto dan de fysieke ruimte voor een laadpaal.

"Het voordeel van thuis kunnen opladen ten opzichte van de openbare laadpaal is aanzienlijk," licht Zonneplan toe. Bij een gemiddeld jaarkilometrage van 18.200 kilometer en een verbruik van 187 Wattuur per kilometer betaal je aan een openbare laadpaal ongeveer 1530 euro per jaar, uitgaande van een gemiddeld tarief van 45 cent per kWh.

Thuisladen is merkbaar voordeliger. Met een vast of variabel contract komt het gemiddelde tarief momenteel op 28 cent per kWh, wat neerkomt op 952 euro per jaar. EV-rijders met een dynamisch contract betaalden bij Zonneplan de afgelopen twaalf maanden gemiddeld 22 cent per kWh, wat resulteert in een jaarlijkse kostenpost van 748 euro. Bovendien hebben veel thuisladende elektrische rijders zonnepanelen, waardoor ze een groot deel van het jaar gratis kunnen laden.

Kosten

De mogelijkheden voor het opladen van een elektrische auto via de stoep zijn afhankelijk van het beleid van de gemeente waarin je woont. De kosten voor thuisladen variëren tussen de 748 en 952 euro per jaar, afhankelijk van je energiecontract, terwijl opladen aan een openbare laadpaal gemiddeld 1530 euro per jaar kost.

Vraag een offerte aan voor thuisbatterij: