ID.nl logo
Huis

Eigen modem instellen per provider

Je internetprovider verstrekt altijd een modem, bijna altijd met routerfuncties, waarmee je verbinding kunt maken met het internet en een netwerk kunt opzetten. Je eigen modem instellen verschilt per provider. We zetten hier de stappen voor je op een rij.

Lees ook: Eigen modem installeren - ja of nee?

Het probleem met de geleverde apparatuur van je provider is dat je vaak een modem ontvangt die niet erg krachtig is. Dat is op zich niet zo’n probleem, ware het niet dat die modems vaak ook als router dienen. Een niet-krachtige router is juist wel erg frustrerend, want dan heb je last van bijvoorbeeld slechte wifi en zeer beperkte mogelijkheden.

Bovendien is het in veel gevallen lastig om de modem-routers goed te laten samenwerken met je eigen router. Denk dan aan problemen met dubbele nat (network address translation) en portforwarding. Bovendien heb je er dan weer een apparaat erbij.

Ook bieden andere modems soms simpelweg meer functionaliteit (functionaliteit die ook handig kan zijn voor bedrijven, zoals faxen, een ingebouwde dns of vpn-server) en simpelweg meer instellingen en configuratiemogelijkheden.

DSL

Voor snel internet hoef je echt niet meer per se te kijken naar glasvezel of de kabel. Stevige ontwikkeling met pair-bonded vdsl maken dsl competitief met beide technieken.

De grootste uitdaging om je eigen modem op een dsl-aansluiting te gebruiken, is (1) zorgen dat je eigen modem de juiste techniek ondersteunt en (2) de juiste modem-instellingen van je betreffende provider krijgen. Vooral die eerste kan een uitdaging zijn: zorg ervoor dat je weet welke aansluiting je precies hebt en zoek daar dan een geschikte modem-router voor.

Let daarbij vooral op het verschil tussen adsl, vdsl of vdsl2 en vectored vdsl2, pair-bonded vdsl2 of bonded vectored vdsl2. In je modem zie je bij de wan-instellingen welke je gebruikt. Als je modem is aangesloten met een y-kabel, is ook vrij snel duidelijk dat je een bonded verbinding hebt.

Wat betreft instellingen is een groot probleem de sip-gegevens die je nodig hebt om toegang te krijgen tot voip. Maar weinig providers geven die gegevens vrij aan klanten op dit moment.

KPN DSL

KPN lijkt nog bezig te zijn met te onderzoeken hoe recente ontwikkelingen van de wetgever precies binnen het bedrijf vorm gaat geven. Het heeft op het moment van schrijven nog geen pagina online gezet met de modeminstellingen.

Voor KPN is het wel mogelijk om je eigen modem te gebruiken, mits je alleen internet hebt. Dan kun je gewoon een modem van bijvoorbeeld AVM aanschaffen en ermee aan de slag gaan. Heb je twee aderparen en dus twee aansluitingen, dan is het wat minder zeker of alles goed gaat werken. Zelfs als je een bonded verbinding hebt, heeft AVM daarvoor wel een modem op de markt, bijvoorbeeld de 7369. Dat is een vdsl-modem met ondersteuning voor voip. Het kan in dat geval zijn dat je maar één van de lijnen kunt gebruiken en dus maar de helft van de maximale snelheid haalt.

Het belangrijkste om verbinding mogelijk te maken, is dat je de beschikking hebt over de correcte instellingen. Om in te loggen op het netwerk, gebruik je als protocol PPoE met als authenticatie PAP or CHAP en stel je als gebruikersnaam XX-XX-XX-XX@internet en als wachtwoord kpn in. De daadwerkelijke gebruikersnaam vind je terug in de Experia Box op het tabblad Internet.

Verder is het nodig om te letten op de instelling MTU (zorg dat die op 1492 staat) en gebruik vlan met tag 6 om verbinding te maken met het internet. De VPI en VCI-instellingen worden automatisch goed gezet.

Tele2 DSL

Tele2 heeft ook nog niets gedaan met het nieuwe besluit. Toch hebben klanten van Tele2 soms geluk om een eigen modem werkend te krijgen. Het lijkt op dit moment alleen te werken als je een aansluiting hebt via de straatkast en niet direct via de centrale. Het is dan nodig om je eigen modem in te stellen op PPoE / PPoA en kies daarna voor MPoA met een statisch of dynamisch ip-adres. Voor vdsl hoef je geen VPI/CI in te stellen. Bij Tele2 komt internet dan binnen op vlan met tag 32. Deze instellingen schijnen te werken met bijvoorbeeld een Draytek-modem-router, maar waarschijnlijk ook met bijvoorbeeld een Fritz!Box. Zorg ervoor dat de MTU-waarde op 1492 staat. Heb je ook tv of telefonie van Tele2, dan gaat het niet lukken om ook dat goed te regelen in combinatie met een eigen modem.

Telfort DSL

Telfort heeft een pagina online gezet met de instellingen voor dsl. Die pagina vind je hier, maar daar ontbreken weer de instellingen en mogelijkheden om voip/sip te gebruiken in je eigen modem, dus houd daar rekening mee. Bij Telfort kun je grotendeels de instellingen van KPN overnemen, maar zorg dan dat je bij vlan nummer 34 in plaats van 6 invult. Bij Telfort heb je bovendien geen gebruikersnaam en wachtwoord nodig.

XS4All DSL

Xs4all heeft een webpagina online staan waar de specificaties staan voor als je een andere modem aan wilt sluiten. Je vindt die pagina hier. Op die pagina vind je de instellingen voor een adsl- en vdsl-verbindingen, maar niets over sip.

Welke modems zijn geschikt?

Wat betreft dsl-modems valt er het een en ander te kiezen. De bekendste merken zijn AVM Fritz!Box, ZyXel en DrayTek, maar ook ASUS, TP-Link, Netgear en Cisco hebben modems op de markt. Netgear heeft bijvoorbeeld de Nighthawk X4S die adsl en vdsl2 ondersteunt met een eSata-verbinding en twee usb2.0-aansluitingen.

Heb je een vdsl vectoring-aansluiting, dan kun je bijvoorbeeld eens kijken naar een DrayTek Vigor 130. Dat is een supersimpel apparaat: één wan- en één lan-poort. Je zet hem daarna in bridge-mode en hoeft je nergens zorgen over te maken. Mocht je meer willen, dan heeft de Vigor ingebouwde functies als LDAP, Radius, dynamische dns, wake-on-lan, een contentfiltersysteem zodat je Java en ActiveX kunt filteren en een sms/mail-alertservice.

Voor een bonded dsl-aansluiting is de keuze wat kleiner. DrayTek heeft de Vigor 2862B, maar daar ben je bijna 300 euro aan kwijt. Van AVM kun je kijken naar de Fritz!Box 7581 die als enige bonding ondersteunt.

©PXimport

Internet via de tv-kabel wordt mogelijk gemaakt dankzij het protocol docsis: Data Over Cable Service Interface Specification. De nieuwste docsis-versie 3.1 sinds oktober 2013. In Europa is dat EuroDOCSIS, maar alleen de frequenties zijn dan wat anders. Docsis maakt gebruik van de Baseline Privacy Interface-specificatie in de vorm van BPI+ of BPI/SEC. BPI heeft twee doelen: zorgen dat je privé over het netwerk kunt communiceren en zorgen dat de provider zelf kan kiezen welke modems het toelaat op het netwerk.

Vooral dat laatste zorgt voor problemen. Door middel van een public-privatekey-infrastructuur kan Ziggo ongewenste modems en apparaten blokkeren. De provider voegt het mac-adres van jouw modem toe aan de toegelaten apparaten en je modem moet dan een geldig certificaat bevatten dat wordt toegelaten door Ziggo. Pas dan kun je communiceren op het netwerk.

Eigen kabelmodem Ziggo

Bij Ziggo is het op het moment van schrijven niet toegestaan om een eigen modem te gebruiken. Volgens sommige positieve berichten kun je alleen een eigen modem aansluiten om voip te gebruiken, maar daar heb je verder niet zo veel aan.

Er zijn her en der wat succesverhalen op het internet te vinden. Het was iemand gelukt om een Duitse Fritz!Box aan te sluiten op het netwerk en werkend te krijgen. Natuurlijk wordt het mac-adres geblokkeerd, maar via de helpdesk kon die mac toegevoegd worden waarna de modem werkte. Dit werkte met BPI, omdat het juiste profiel al in de modem aanwezig was, omdat de modem afkomstig was van het Duitse Ziggo-dochterbedrijf dat kennelijk dezelfde certificaten gebruikt. Helaas werkte het geheel maar tijdelijk.

Ziggo heeft zijn algemene voorwaarden sinds 1 juli 2017 aangepast, zodat niet meer specifiek een Ziggo-modem is vereist. Het lijkt erop dus op dat de tv-kabelaar met het besluit aan de slag gaat en het gebruik van een eigen modem misschien gaat toestaan. Ziggo zelf geeft aan dat het moeite heeft om zijn netwerk geschikt te maken voor elk docsis-kabelmodem, dat waarschijnlijk dan ook handmatig getest moet worden voordat ze op de markt gezet kunnen worden.

Keuze uit kabelmodems

De keuze van dsl-modems is al niet heel erg uitgebreid, maar dat geldt nog erger voor de keuze van een kabelmodem. Dat is logisch, aangezien er ook nog niets mogelijk is. In andere landen, zoals de VS, kun je wel kabelmodems kopen. Er bestaan dus wel geschikte producten, maar pas zodra het eenmaal wordt toegestaan, zullen er meer producten op de markt komen.

Wat er wel is, is beperkt tot een AVM Fritz!Box, de 6490 en 6430. De eerste is een router van 229 euro met ac-wifi en twee usb-aansluitingen en de tweede ondersteunt n-wifi en kost dus iets meer dan 130 euro. Beide modems zijn bedoeld voor de Duitse markt.

In de VS heeft Netgear bijvoorbeeld een kabelmodem: de CM1000 voor iets meer dan veertig euro. Deze modem ondersteunt al docsis 3.1, maar heeft verder niet zo veel spannende functies ten opzichte van wat je standaard krijgt bij je provider. Een andere Netgear-modem-router is bijvoorbeeld de Nighthawk X4S, die ook docsis 3.1 ondersteunt. Dan heb je een krachtige modem-router: vier gigabitpoorten, een dualcore-processor van 1,5 GHz en twee usb3.0-poorten.

Glasvezel instellen met eigen modem

Glasvezel heeft als voordeel ten opzichte van dsl en de kabel dat het kastje dat je krijgt van de provider de modemfunctie bevat en geen routerfunctionaliteit. Die modem hangt vaak in de meterkast en doet eigenlijk verder niet zo veel. Technisch gezien is het plaatje voor glasvezel als volgt: de glasvezelkabel komt het huis binnen en gaat dan in een zogenaamd ntu- of ftu-kastje: de Network (of Fiber) Termination Unit. Daarin wordt het lichtsignaal omgezet naar een ethernetsignaal. Dat kastje wordt vervolgens aangesloten op bijvoorbeeld een Experia Box of op een dect-basisstation en heeft gewoon rj45-connectors.

Dat betekent dat je dan vrij bent om er een eigen modem-router achter te hangen en dat kan zonder al te veel moeite, omdat de ntu en modem elkaar niet in de weg zitten. Het probleem bij glas zit ‘m weer in de extra diensten en de instellingen. Maar weinig glasvezelproviders ondersteunen een eigen router op hun netwerk in plaats van de geleverde. Voor voip geldt net als bij dsl dat je de sip-gegevens nodig hebt.

Als je een eigen modem of router wilt aansluiten op je glasvezelverbinding, zorg dan dat deze PPoE ondersteunt, net als bij vdsl.

Telfort glasvezel-instellingen

Op het Telfort-glasvezelnetwerk is het een en ander mogelijk, maar ook hier zijn gemixte ervaringen van gebruikers. Voor bijvoorbeeld de Synology RT1900AC zijn in combinatie met Telfort instellingen en handleidingen beschikbaar, op onder meer synology-forum.nl. Sluit de utp-kabel aan op je Synology RT1900AC vanuit het ntu-kastje in de meterkast. Ga dan naar Netwerkcenter / Lokaal netwerk / IPTV & VoIP. Om dan voip en internet te gebruiken, gebruik je als vlan-id 34 en voor IPTV vlan-id nummer 4. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld lan-poorten 3 en 4. Je moet dan wel de sip-gegevens onderscheppen met Wireshark, als dat nog werkt . Je krijgt dan een wan-poortadres en kunt aan de slag met internet. Bij Telfort hoef je geen gebruikersnaam en wachtwoord in te typen. Sluit dan je tv-ontvanger aan op lan-poort 4 en VoIP-station op poort 3.

Het kan natuurlijk zo zijn dat deze instellingen niet meer werken, aangezien Telfort continu zijn netwerk bijwerkt. Vooral als je overgezet bent van een Telfort-abo met dvb-c naar één zonder kan het nog weleens foutgaan. Als je na tien minuten nog steeds geen wan-ip-adres hebt toegekend gekregen, dan gaat het helaas niet werken.

KPN glasvezel-instellingen

Voor KPN geldt dat je wat meer gegevens nodig hebt dan alleen die voor voip. Hier moet je ook de PPoE-gegevens weten. Over het algemeen worden die nog niet gecontroleerd, maar soms is het wel nodig om de juiste gegevens in te voeren. Op het forum Gathering of Tweakers vind je bijvoorbeeld een topic met uitgebreide handleiding om een ASUS-router werkend te krijgen met KPN-glasvezel. Bereid je dan wel voor op een middagje of avondje werk: je moet een geschikte ASUS-router aanschaffen, de Merlin-firmware erop flashen, een tweetal scripts voor voip en digitale tv erop laden via ssh en dan de instellingen configureren in de router. Bovendien is het zo dat als je voip gebruikt, je nog steeds vastzit aan de Experia Box, maar die kan dan worden aangesloten op je ASUS-router.

Een compleet andere aanpak is om direct na de NTU een managed switch aan te sluiten. Je kunt dan mooi het VoIP- en IPTV-signaal splitsen en de VoIP- en tv-signalen via de Experia Box laten afhandelen. Het internetsignaal van de vlan stuur je dan door naar je eigen router, zodat je het beste van beide werelden hebt: je hoeft je niet door vreemde bochten te wringen om toch te kunnen bellen en tv te kunnen kijken en kan op internetgebied doen wat je wilt. Overigens is de Experia Box voor tv niet per se nodig: je kunt de tv-ontvanger ook direct op de switch aansluiten.

Tweak glasvezel-instellingen

Andere glasvezelproviders leveren wel de instellingen en configuratie die je nodig hebt om een eigen modem aan te sluiten, zoals bijvoorbeeld Tweak, dat op de website aangeeft hoe je je modem moet instellen om met het netwerk verbinding te maken. Het is specifiek nodig om op vlan 4 dhcp-requests te doen voor tv en op vlan 34 voor internet, om een default route over vlan 34 in te stellen en om nat toe te passen op vlan 4. Ook is het nodig voor vlan 4 om een static route op te zetten naar 185.6.48.0/26 over de gateway en is het nodig om igmp snooping en proxying toe te passen op die vlan. Je vindt de sip-instellingen van Tweak hier.

Welke modems zijn geschikt voor glasvezel?

Voor glasvezel beschik je over een rj45-aansluiting in het ntu-kastje, wat de keuze van modems een stuk groter maakt. Bovendien is het dus aan te bevelen om ook een modem-router te kiezen die vlan’s ondersteunt, anders heb je nog een switch nodig om bellen mogelijk te maken. Veel modems zullen daar dan mee werken, maar we kunnen niet garanderen dat ze dat allemaal doen.

▼ Volgende artikel
Review Tefal AeroSteam – Zuigfunctie maakt stomen makkelijker
© AK | ID.nl
Gezond leven

Review Tefal AeroSteam – Zuigfunctie maakt stomen makkelijker

Bij gewone kledingstomers moet je de stof met één hand straktrekken terwijl je met de andere hand stoomt. Dat betekent dat je kleding ergens moet ophangen – aan een deur, haak of kastknop. De Tefal AeroSteam werkt anders: dankzij de verstelbare zuigkracht wordt de stof automatisch strak getrokken. Hierdoor kun je hem overal gebruiken, ook op plekken waar niets is om je kleding aan op te hangen. Tijd voor een test.

Uitstekend
Conclusie

De Tefal AeroSteam hoort met zijn adviesprijs van 129,99 euro bij de duurdere kledingstomers. Zijn snelle opwarmtijd, drie verschillende standen, lange snoer en de zuigkracht maken de hogere prijs begrijpelijk. Over het algemeen haalt hij kreukels inderdaad snel en makkelijk weg, maar bij sommige stoffen, zoals linnen structuur, is het resultaat wat minder. Hij is erg makkelijk in gebruik; wel is het jammer dat het waterreservoir snel leeg is en dat je hem niet horizontaal kunt gebruiken.

Plus- en minpunten
  • Drie standen
  • Zuigfunctie
  • Gebruiksgemak
  • Erg snel opgewarmd
  • Lang snoer
  • Inhoud waterreservoir
  • Niet horizontaal te gebruiken

Wanneer grijp je naar een kledingstomer? Meestal is dat als je snel van de kreukels af wilt. Wat dat betreft verrast de Tefal AeroSteam met zijn opwarmtijd: heb je het waterreservoir gevuld en zet je hem aan, dan is hij in 30 seconden gebruiksklaar. Dat zie je (aan het blauwe lichtje dat niet meer knippert) en dat hoor je door een duidelijk geluidssignaal.

Gebruiksgemak

Op het apparaat zitten naast de aan-/uitknop nog twee knoppen: eentje die je indrukt om te beginnen met stomen en eentje waarmee je tussen de drie verschillende standen schakelt: alleen stoom, stoom met zachte zuigkracht en stoom met turbo zuigkracht. Op die zuigkracht komen we verderop nog terug.

Wat betreft de standen is de vuistregel dat hoe delicater de stof, hoe lager de stand die je kiest. Maar dat blijft een beetje uitproberen. Op ons testmateriaal (een kantoenen hemdje, een T-shirt, een overhemd en een linnen blouse) werkte de middelste stand (stoom + zachte zuigkracht) over het algemeen het meest effectief. Alleen bij de linnen blouse hebben we teruggeschakeld naar alleen stomen; doordat de stof van nature ongelijk is (linnenstructuur) vonden we de zuigkracht juist niet handig.

Erg fijn vonden we het lange snoer (2,6 meter), waardoor we genoeg bewegingsvrijheid hadden. Ook het gewicht (1,4 kilo) is prima: het is niet zo dat je na één kledingstuk al een lamme arm hebt van alleen het apparaat omhooghouden. De driehoekige vorm van de zoolplaat is ook prettig: dat maakt het makkelijk om bijvoorbeeld langs knoopjes te stomen.

©AK | ID.nl

Door de vorm van de zoolplaat kun je overal makkelijk bij.

Zuigkracht

Zoals gezegd is de Tefal AeroSteam uitgerust met zuigkracht. Schakel je een van de twee standen waarop dit werkt, dan hoef je in principe zelf de kleding niet meer strak te trekken; dat doet het apparaat dan automatisch. Daar komt wel wat geluid bij kijken, geluid dat in de verte – niet heel vreemd – aan een stofzuiger doet denken. Staat de zuigstand aan, dan zie je inderdaad hoe de stof tegen de zoolplaat wordt gezogen.

Voor het beste resultaat houd je in je vrije hand een hanger met het te stomen kledingstuk erop. Dat geeft je meer vrijheid dan wanneer het kledingstuk aan een hangertje aan de kast hangt. In principe werkt dit goed: je kunt het kledingstuk zo makkelijker draaien of even meer in het licht gaan staan om te kijken of de kreukels overal uit gaan. Daarbij wel een kleine kanttekening: dat geldt vooral voor kleding die niet te zwaar is, zoals een shirtje of een overhemd. Bij het stomen van een spijkerjasje vonden we het zelf toch makkelijker om de jas op de kapstok te laten hangen. Maar dat kan ook gelegen hebben aan ons gebrek aan spierballen…

©AK | ID.nl

Je schakelt makkelijk tussen de verschillende standen.

Resultaat

In totaal hebben we vijf kledingstukken aan de stoomtest onderwerpen: een katoenen hemdje, een dun T-shirt, een wat zwaarder overhemd, een linnen blouse en een spijkerjasje. De beste resultaten bereikten we op het hemdje en op het overhemd. De hardnekkige kreukels die daar in zaten, waren in een mum van tijd verdwenen. Het dunne T-shirt knapte ook behoorlijk op, maar de zuigstand veroorzaakte daar af en toe juist nieuwe kreukels (net zoals dat weleens gebeurt wanneer je aan het strijken bent). Het lukte ons niet om de linnen blouse kreukvrij te krijgen, maar dat heeft vooral te maken met de bobbelige structuur van de stof. Ook met een gewoon strijkijzer zou dit ons niet gelukt zijn.

Aangenaam verrast waren we over de resultaten op het spijkerjasje. Daar hoefden geen kreukels uit, maar omdat het veel gedragen wordt, kon het wel een opfrisbeurt gebruiken. Dat lukte prima, met de turbostand. Na afloop rook het jasje aanmerkelijk frisser dan vóór de behandeling.

©AK | ID.nl

Kleine minpuntjes

Een waterreservoir met een inhoud van 100 milliliter is redelijk gangbaar bij kledingstomers, maar er zijn er ook behoorlijk wat waarin je zo'n 200 milliliter kwijt kunt. Een voorbeeld daarvan is de Philips GC810/20), die qua prijs ongeveer een tientje meer kost dan de AeroSteam. Tefal heeft zelf ook 200 ml-modellen in het assortiment. Wij vinden het daarom jammer dat er bij de AeroSteam is gekozen voor een capaciteit van 100 milliliter. Dat zou volgens Tefal zelf genoeg moeten zijn voor het stomen van ongeveer drie overhemden of vier T-shirts, maar in onze test haalden wij dat niet. We moesten echt een paar keer bijvullen. Nu is het natuurlijk wel zo dat je in het dagelijks gebruik niet je hele was wilt wegwerken (daar heb je je strijkijzer voor), maar waarschijnlijk alleen net dat ene shirtje of jasje kreukvrij wilt maken; dan heb je er wel voldoende aan. Dat bijvullen gaat overigens heel makkelijk en het dopje sluit het reservoir vervolgens lekvrij af.

©AK | ID.nl

Het waterreservoir had wat ons betreft wel wat meer inhoud mogen hebben.

Ook hadden we het fijn gevonden als de AeroSteam ook horizontaal te gebruiken zou zijn (dat maakt het wegwerken van een kreukel soms net wat gemakkelijker), maar dit kan niet. Sterker nog: in de handleiding wordt zelfs expliciet benadrukt dat je de stomer nooit horizontaal mag gebruiken. Maar goed: het is dan ook geen strijkijzer, dus ook hier kunnen we overheen stappen.

Tefal AeroSteam kopen?

Al met al is de Tefal AeroSteam een prima kledingstomer, een mening die ook naar voren komt uit tientallen gebruikersreviews op Kieskeurig.nl.  Zijn snelle opwarmtijd, drie verschillende standen, lange snoer, de zuigkracht en het gebruiksgemak zijn echte pluspunten. Over het algemeen haalt hij kreukels inderdaad snel en makkelijk weg, hoewel bij sommige stoffen, zoals linnen structuur, het resultaat wat minder is. Enige minpunten zijn eigenlijk het feit dat het waterreservoir snel leeg is en dat je hem niet horizontaal kunt gebruiken. Maar dat weegt niet op tegen het gemak waarmee je er snel even een kledingstuk netjes mee maakt of opfrist.

▼ Volgende artikel
Hoe werkt een Quooker eigenlijk?
© Quooker
Huis

Hoe werkt een Quooker eigenlijk?

Een Quooker lijkt op het eerste gezicht een gewone kraan, maar wie zo'n systeem eenmaal in huis heeft, wil vaak niet meer zonder. Met één draai of druk komt er direct kokend water uit de kraan. Ideaal voor thee, koken of schoonmaken. Maar hoe werkt zo'n Quooker eigenlijk precies? En wat gebeurt er allemaal onder het aanrecht? In dit artikel lees je er alles over.

Wat is een Quooker?

De naam Quooker is een samentrekking van 'quick cooker' – een snelle manier om kokend water te krijgen. In de basis bestaat het systeem uit twee onderdelen: een speciale kraan op het aanrecht en een reservoir dat onder het aanrecht wordt geplaatst. Sommige modellen leveren naast kokend water ook warm, koud, bruisend of gekoeld water.

Hoewel Quooker een merknaam is, wordt de term vaak gebruikt als soortnaam voor kokendwaterkranen. Toch is het een gepatenteerd systeem dat op een andere manier werkt dan veel van de goedkopere alternatieven.

Het hart van het systeem: het reservoir

Onder het aanrecht bevindt zich het reservoir, dat meestal in een keukenkastje wordt geplaatst. Hierin wordt een voorraad water continu op 110°C gehouden onder druk. Omdat het reservoir is geïsoleerd, blijft de warmte behouden zonder dat er voortdurend veel energie nodig is. Je kunt het vergelijken met een thermosfles, maar dan geavanceerder en onder druk.

Doordat het water boven het kookpunt zit en onder druk wordt bewaard, kookt het pas als het uit de kraan komt. Dat voorkomt borrelend water in het reservoir zelf en maakt het systeem veiliger. Pas zodra je de kraan opent, ontsnapt de druk en wordt het water omgezet in 'echt' kokend water (100 °C).

Zo komt het water uit de kraan

De kraan op het aanrecht is speciaal ontworpen om kokend water veilig te kunnen doseren. Afhankelijk van het model moet je een draai-, druk- of duwbeweging maken, vaak met een extra beveiliging zoals een dubbele druk- en draaibeweging om per ongeluk gebruik te voorkomen. Zodra je de kraan opent, stroomt er direct kokend water uit.

Bij modellen met meerdere functies, zoals de Fusion of Flex, komt koud, warm en kokend water allemaal uit één kraan. Bij een Nordic-model zijn er aparte kranen: één voor gewoon water en één voor kokend water.

©Quooker

Veiligheid voorop

Veiligheid is een belangrijk aandachtspunt bij kokendwaterkranen. De Quooker-kraan heeft een vernevelde straal, waardoor de kans op ernstige brandwonden klein is. De buitenkant van de kraan wordt bovendien niet heet, ook niet bij veelvuldig gebruik. Daarnaast is de kraan vast gemonteerd; hij kan dus niet omvallen. En omdat het water constant op 110°C  gehouden wordt, is er ook geen kans op legionella. Tot slot zorgt de bediening (drukken en draaien) ervoor dat de kans dat iemand per ongeluk kokend water aftapt, klein is. En waar we 'iemand' zeggen, bedoelen we natuurlijk ook kinderen! Ook zie je aan de gekleurde ring of je met kokend water te maken hebt: rood = heet!

©Quooker | Inga Powilleit

Energieverbruik en efficiëntie

Op het eerste gezicht lijkt het energieverslindend om continu water op 110°C te houden. Maar door de goede isolatie verbruikt het reservoir verrassend weinig stroom: gemiddeld zo'n 10 watt in stand-by. Daarmee is het systeem zuiniger dan het meerdere keren per dag aanzetten van een waterkoker, zeker in huishoudens waar veel gebruik wordt gemaakt van heet water. Ter vergelijking: een Quooker verbruikt in 170 minuten stand-by ongeveer evenveel energie als een waterkoker in 1 minuut. Het totale jaarverbruik ligt op ongeveer 511 kWh voor een gemiddeld gezin; naast het verbruik in stand-by moet je natuurlijk ook rekening houden met de stroom die nodig is om steeds nieuw water op te warmen.

Bij sommige modellen kun je een Quooker ook combineren met een zogenaamde COMBI of COMBI+ boiler. Daarmee levert het systeem niet alleen kokend water, maar ook direct warm water voor bijvoorbeeld de keukenkraan. Dat voorkomt wachttijd en verspilling van water terwijl je wacht op warm water uit de cv-ketel.

Ook bruisend en gekoeld water

Wil je naast kokend water ook gekoeld en/of bruisend water uit de kraan, dan kun je het systeem uitbreiden met de Quooker CUBE. Dit is een aparte koelunit die naast het reservoir wordt geplaatst. Hierin zit ook een CO₂-cilinder waarmee je zelf bruiswater kunt tappen. De CUBE koelt het water tot ongeveer 5°C.

Samenvattend

Een Quooker werkt op basis van een drukreservoir waarin water op 110°C wordt gehouden. Zodra je de kraan opent, ontsnapt de druk en krijg je direct kokend water. Dankzij goede isolatie is het energieverbruik laag. De bediening is kindveilig en de straal is verneveld om brandwonden te voorkomen. Met extra opties zoals de COMBI-boiler of de CUBE-unit kun je het systeem uitbreiden voor warm, gekoeld en bruisend water. Je hebt dus veel mogelijkheden; laat je daarom goed voorlichten in de winkel waar je een Quooker wilt kopen.