ID.nl logo
Huis

Eigen modem instellen per provider

Je internetprovider verstrekt altijd een modem, bijna altijd met routerfuncties, waarmee je verbinding kunt maken met het internet en een netwerk kunt opzetten. Je eigen modem instellen verschilt per provider. We zetten hier de stappen voor je op een rij.

Lees ook: Eigen modem installeren - ja of nee?

Het probleem met de geleverde apparatuur van je provider is dat je vaak een modem ontvangt die niet erg krachtig is. Dat is op zich niet zo’n probleem, ware het niet dat die modems vaak ook als router dienen. Een niet-krachtige router is juist wel erg frustrerend, want dan heb je last van bijvoorbeeld slechte wifi en zeer beperkte mogelijkheden.

Bovendien is het in veel gevallen lastig om de modem-routers goed te laten samenwerken met je eigen router. Denk dan aan problemen met dubbele nat (network address translation) en portforwarding. Bovendien heb je er dan weer een apparaat erbij.

Ook bieden andere modems soms simpelweg meer functionaliteit (functionaliteit die ook handig kan zijn voor bedrijven, zoals faxen, een ingebouwde dns of vpn-server) en simpelweg meer instellingen en configuratiemogelijkheden.

DSL

Voor snel internet hoef je echt niet meer per se te kijken naar glasvezel of de kabel. Stevige ontwikkeling met pair-bonded vdsl maken dsl competitief met beide technieken.

De grootste uitdaging om je eigen modem op een dsl-aansluiting te gebruiken, is (1) zorgen dat je eigen modem de juiste techniek ondersteunt en (2) de juiste modem-instellingen van je betreffende provider krijgen. Vooral die eerste kan een uitdaging zijn: zorg ervoor dat je weet welke aansluiting je precies hebt en zoek daar dan een geschikte modem-router voor.

Let daarbij vooral op het verschil tussen adsl, vdsl of vdsl2 en vectored vdsl2, pair-bonded vdsl2 of bonded vectored vdsl2. In je modem zie je bij de wan-instellingen welke je gebruikt. Als je modem is aangesloten met een y-kabel, is ook vrij snel duidelijk dat je een bonded verbinding hebt.

Wat betreft instellingen is een groot probleem de sip-gegevens die je nodig hebt om toegang te krijgen tot voip. Maar weinig providers geven die gegevens vrij aan klanten op dit moment.

KPN DSL

KPN lijkt nog bezig te zijn met te onderzoeken hoe recente ontwikkelingen van de wetgever precies binnen het bedrijf vorm gaat geven. Het heeft op het moment van schrijven nog geen pagina online gezet met de modeminstellingen.

Voor KPN is het wel mogelijk om je eigen modem te gebruiken, mits je alleen internet hebt. Dan kun je gewoon een modem van bijvoorbeeld AVM aanschaffen en ermee aan de slag gaan. Heb je twee aderparen en dus twee aansluitingen, dan is het wat minder zeker of alles goed gaat werken. Zelfs als je een bonded verbinding hebt, heeft AVM daarvoor wel een modem op de markt, bijvoorbeeld de 7369. Dat is een vdsl-modem met ondersteuning voor voip. Het kan in dat geval zijn dat je maar één van de lijnen kunt gebruiken en dus maar de helft van de maximale snelheid haalt.

Het belangrijkste om verbinding mogelijk te maken, is dat je de beschikking hebt over de correcte instellingen. Om in te loggen op het netwerk, gebruik je als protocol PPoE met als authenticatie PAP or CHAP en stel je als gebruikersnaam XX-XX-XX-XX@internet en als wachtwoord kpn in. De daadwerkelijke gebruikersnaam vind je terug in de Experia Box op het tabblad Internet.

Verder is het nodig om te letten op de instelling MTU (zorg dat die op 1492 staat) en gebruik vlan met tag 6 om verbinding te maken met het internet. De VPI en VCI-instellingen worden automatisch goed gezet.

Tele2 DSL

Tele2 heeft ook nog niets gedaan met het nieuwe besluit. Toch hebben klanten van Tele2 soms geluk om een eigen modem werkend te krijgen. Het lijkt op dit moment alleen te werken als je een aansluiting hebt via de straatkast en niet direct via de centrale. Het is dan nodig om je eigen modem in te stellen op PPoE / PPoA en kies daarna voor MPoA met een statisch of dynamisch ip-adres. Voor vdsl hoef je geen VPI/CI in te stellen. Bij Tele2 komt internet dan binnen op vlan met tag 32. Deze instellingen schijnen te werken met bijvoorbeeld een Draytek-modem-router, maar waarschijnlijk ook met bijvoorbeeld een Fritz!Box. Zorg ervoor dat de MTU-waarde op 1492 staat. Heb je ook tv of telefonie van Tele2, dan gaat het niet lukken om ook dat goed te regelen in combinatie met een eigen modem.

Telfort DSL

Telfort heeft een pagina online gezet met de instellingen voor dsl. Die pagina vind je hier, maar daar ontbreken weer de instellingen en mogelijkheden om voip/sip te gebruiken in je eigen modem, dus houd daar rekening mee. Bij Telfort kun je grotendeels de instellingen van KPN overnemen, maar zorg dan dat je bij vlan nummer 34 in plaats van 6 invult. Bij Telfort heb je bovendien geen gebruikersnaam en wachtwoord nodig.

XS4All DSL

Xs4all heeft een webpagina online staan waar de specificaties staan voor als je een andere modem aan wilt sluiten. Je vindt die pagina hier. Op die pagina vind je de instellingen voor een adsl- en vdsl-verbindingen, maar niets over sip.

Welke modems zijn geschikt?

Wat betreft dsl-modems valt er het een en ander te kiezen. De bekendste merken zijn AVM Fritz!Box, ZyXel en DrayTek, maar ook ASUS, TP-Link, Netgear en Cisco hebben modems op de markt. Netgear heeft bijvoorbeeld de Nighthawk X4S die adsl en vdsl2 ondersteunt met een eSata-verbinding en twee usb2.0-aansluitingen.

Heb je een vdsl vectoring-aansluiting, dan kun je bijvoorbeeld eens kijken naar een DrayTek Vigor 130. Dat is een supersimpel apparaat: één wan- en één lan-poort. Je zet hem daarna in bridge-mode en hoeft je nergens zorgen over te maken. Mocht je meer willen, dan heeft de Vigor ingebouwde functies als LDAP, Radius, dynamische dns, wake-on-lan, een contentfiltersysteem zodat je Java en ActiveX kunt filteren en een sms/mail-alertservice.

Voor een bonded dsl-aansluiting is de keuze wat kleiner. DrayTek heeft de Vigor 2862B, maar daar ben je bijna 300 euro aan kwijt. Van AVM kun je kijken naar de Fritz!Box 7581 die als enige bonding ondersteunt.

©PXimport

Internet via de tv-kabel wordt mogelijk gemaakt dankzij het protocol docsis: Data Over Cable Service Interface Specification. De nieuwste docsis-versie 3.1 sinds oktober 2013. In Europa is dat EuroDOCSIS, maar alleen de frequenties zijn dan wat anders. Docsis maakt gebruik van de Baseline Privacy Interface-specificatie in de vorm van BPI+ of BPI/SEC. BPI heeft twee doelen: zorgen dat je privé over het netwerk kunt communiceren en zorgen dat de provider zelf kan kiezen welke modems het toelaat op het netwerk.

Vooral dat laatste zorgt voor problemen. Door middel van een public-privatekey-infrastructuur kan Ziggo ongewenste modems en apparaten blokkeren. De provider voegt het mac-adres van jouw modem toe aan de toegelaten apparaten en je modem moet dan een geldig certificaat bevatten dat wordt toegelaten door Ziggo. Pas dan kun je communiceren op het netwerk.

Eigen kabelmodem Ziggo

Bij Ziggo is het op het moment van schrijven niet toegestaan om een eigen modem te gebruiken. Volgens sommige positieve berichten kun je alleen een eigen modem aansluiten om voip te gebruiken, maar daar heb je verder niet zo veel aan.

Er zijn her en der wat succesverhalen op het internet te vinden. Het was iemand gelukt om een Duitse Fritz!Box aan te sluiten op het netwerk en werkend te krijgen. Natuurlijk wordt het mac-adres geblokkeerd, maar via de helpdesk kon die mac toegevoegd worden waarna de modem werkte. Dit werkte met BPI, omdat het juiste profiel al in de modem aanwezig was, omdat de modem afkomstig was van het Duitse Ziggo-dochterbedrijf dat kennelijk dezelfde certificaten gebruikt. Helaas werkte het geheel maar tijdelijk.

Ziggo heeft zijn algemene voorwaarden sinds 1 juli 2017 aangepast, zodat niet meer specifiek een Ziggo-modem is vereist. Het lijkt erop dus op dat de tv-kabelaar met het besluit aan de slag gaat en het gebruik van een eigen modem misschien gaat toestaan. Ziggo zelf geeft aan dat het moeite heeft om zijn netwerk geschikt te maken voor elk docsis-kabelmodem, dat waarschijnlijk dan ook handmatig getest moet worden voordat ze op de markt gezet kunnen worden.

Keuze uit kabelmodems

De keuze van dsl-modems is al niet heel erg uitgebreid, maar dat geldt nog erger voor de keuze van een kabelmodem. Dat is logisch, aangezien er ook nog niets mogelijk is. In andere landen, zoals de VS, kun je wel kabelmodems kopen. Er bestaan dus wel geschikte producten, maar pas zodra het eenmaal wordt toegestaan, zullen er meer producten op de markt komen.

Wat er wel is, is beperkt tot een AVM Fritz!Box, de 6490 en 6430. De eerste is een router van 229 euro met ac-wifi en twee usb-aansluitingen en de tweede ondersteunt n-wifi en kost dus iets meer dan 130 euro. Beide modems zijn bedoeld voor de Duitse markt.

In de VS heeft Netgear bijvoorbeeld een kabelmodem: de CM1000 voor iets meer dan veertig euro. Deze modem ondersteunt al docsis 3.1, maar heeft verder niet zo veel spannende functies ten opzichte van wat je standaard krijgt bij je provider. Een andere Netgear-modem-router is bijvoorbeeld de Nighthawk X4S, die ook docsis 3.1 ondersteunt. Dan heb je een krachtige modem-router: vier gigabitpoorten, een dualcore-processor van 1,5 GHz en twee usb3.0-poorten.

Glasvezel instellen met eigen modem

Glasvezel heeft als voordeel ten opzichte van dsl en de kabel dat het kastje dat je krijgt van de provider de modemfunctie bevat en geen routerfunctionaliteit. Die modem hangt vaak in de meterkast en doet eigenlijk verder niet zo veel. Technisch gezien is het plaatje voor glasvezel als volgt: de glasvezelkabel komt het huis binnen en gaat dan in een zogenaamd ntu- of ftu-kastje: de Network (of Fiber) Termination Unit. Daarin wordt het lichtsignaal omgezet naar een ethernetsignaal. Dat kastje wordt vervolgens aangesloten op bijvoorbeeld een Experia Box of op een dect-basisstation en heeft gewoon rj45-connectors.

Dat betekent dat je dan vrij bent om er een eigen modem-router achter te hangen en dat kan zonder al te veel moeite, omdat de ntu en modem elkaar niet in de weg zitten. Het probleem bij glas zit ‘m weer in de extra diensten en de instellingen. Maar weinig glasvezelproviders ondersteunen een eigen router op hun netwerk in plaats van de geleverde. Voor voip geldt net als bij dsl dat je de sip-gegevens nodig hebt.

Als je een eigen modem of router wilt aansluiten op je glasvezelverbinding, zorg dan dat deze PPoE ondersteunt, net als bij vdsl.

Telfort glasvezel-instellingen

Op het Telfort-glasvezelnetwerk is het een en ander mogelijk, maar ook hier zijn gemixte ervaringen van gebruikers. Voor bijvoorbeeld de Synology RT1900AC zijn in combinatie met Telfort instellingen en handleidingen beschikbaar, op onder meer synology-forum.nl. Sluit de utp-kabel aan op je Synology RT1900AC vanuit het ntu-kastje in de meterkast. Ga dan naar Netwerkcenter / Lokaal netwerk / IPTV & VoIP. Om dan voip en internet te gebruiken, gebruik je als vlan-id 34 en voor IPTV vlan-id nummer 4. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld lan-poorten 3 en 4. Je moet dan wel de sip-gegevens onderscheppen met Wireshark, als dat nog werkt . Je krijgt dan een wan-poortadres en kunt aan de slag met internet. Bij Telfort hoef je geen gebruikersnaam en wachtwoord in te typen. Sluit dan je tv-ontvanger aan op lan-poort 4 en VoIP-station op poort 3.

Het kan natuurlijk zo zijn dat deze instellingen niet meer werken, aangezien Telfort continu zijn netwerk bijwerkt. Vooral als je overgezet bent van een Telfort-abo met dvb-c naar één zonder kan het nog weleens foutgaan. Als je na tien minuten nog steeds geen wan-ip-adres hebt toegekend gekregen, dan gaat het helaas niet werken.

KPN glasvezel-instellingen

Voor KPN geldt dat je wat meer gegevens nodig hebt dan alleen die voor voip. Hier moet je ook de PPoE-gegevens weten. Over het algemeen worden die nog niet gecontroleerd, maar soms is het wel nodig om de juiste gegevens in te voeren. Op het forum Gathering of Tweakers vind je bijvoorbeeld een topic met uitgebreide handleiding om een ASUS-router werkend te krijgen met KPN-glasvezel. Bereid je dan wel voor op een middagje of avondje werk: je moet een geschikte ASUS-router aanschaffen, de Merlin-firmware erop flashen, een tweetal scripts voor voip en digitale tv erop laden via ssh en dan de instellingen configureren in de router. Bovendien is het zo dat als je voip gebruikt, je nog steeds vastzit aan de Experia Box, maar die kan dan worden aangesloten op je ASUS-router.

Een compleet andere aanpak is om direct na de NTU een managed switch aan te sluiten. Je kunt dan mooi het VoIP- en IPTV-signaal splitsen en de VoIP- en tv-signalen via de Experia Box laten afhandelen. Het internetsignaal van de vlan stuur je dan door naar je eigen router, zodat je het beste van beide werelden hebt: je hoeft je niet door vreemde bochten te wringen om toch te kunnen bellen en tv te kunnen kijken en kan op internetgebied doen wat je wilt. Overigens is de Experia Box voor tv niet per se nodig: je kunt de tv-ontvanger ook direct op de switch aansluiten.

Tweak glasvezel-instellingen

Andere glasvezelproviders leveren wel de instellingen en configuratie die je nodig hebt om een eigen modem aan te sluiten, zoals bijvoorbeeld Tweak, dat op de website aangeeft hoe je je modem moet instellen om met het netwerk verbinding te maken. Het is specifiek nodig om op vlan 4 dhcp-requests te doen voor tv en op vlan 34 voor internet, om een default route over vlan 34 in te stellen en om nat toe te passen op vlan 4. Ook is het nodig voor vlan 4 om een static route op te zetten naar 185.6.48.0/26 over de gateway en is het nodig om igmp snooping en proxying toe te passen op die vlan. Je vindt de sip-instellingen van Tweak hier.

Welke modems zijn geschikt voor glasvezel?

Voor glasvezel beschik je over een rj45-aansluiting in het ntu-kastje, wat de keuze van modems een stuk groter maakt. Bovendien is het dus aan te bevelen om ook een modem-router te kiezen die vlan’s ondersteunt, anders heb je nog een switch nodig om bellen mogelijk te maken. Veel modems zullen daar dan mee werken, maar we kunnen niet garanderen dat ze dat allemaal doen.

▼ Volgende artikel
Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?
© ER | ID.nl
Huis

Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?

Als je de specificatielijst van een moderne televisie of monitor bekijkt, zie je achter het kopje 'verversingssnelheid' vaak een getal staan gevolgd door 'Hz'. Jarenlang was 50 of 60 Hz de standaard, maar tegenwoordig pronken fabrikanten met 100, 120 of zelfs 144 Hz. Klinkt sneller, en sneller is meestal beter, maar wat betekent het nou eigenlijk voor jouw kijkervaring? Is het een noodzaak voor iedereen, of vooral leuk voor fanatieke gamers?

Om te begrijpen wat die Hertz (Hz) doet, moet je een televisie of monitor niet zien als een statisch schilderij, maar als een soort digitale flipbook. Het beeld dat je ziet, wordt immers continu opnieuw opgebouwd. Een standaard 60Hz-scherm ververst het beeld 60 keer per seconde. Dat is voor het menselijk oog snel genoeg om een vloeiende beweging waar te nemen bij normaal tv-kijken, zoals het nieuws of een dramaserie. Een 120Hz-scherm doet dat dus dubbel zo vaak: 120 keer per seconde.

©DC Studio

Waarom zou je meer beelden per seconde willen?

Het grootste voordeel van een hogere verversingssnelheid is soepelheid. Hoe meer beelden er per seconde worden getoond, hoe vloeiender bewegingen eruitzien. Bij 60 Hz kunnen snelle acties soms wat schokkerig ogen of last hebben van bewegingsonscherpte, ook wel 'motion blur' genoemd. Bij 120 Hz blijven details scherp, zelfs als de camera snel draait of als er bijvoorbeeld een raceauto voorbij raast. Daarnaast voelt de besturing van games directer aan. Tussen het moment dat je een knop indrukt en het moment dat je actie op het scherm ziet, zit minder tijd. Dat verschil in milliseconden lijkt verwaarloosbaar, maar je brein pikt het direct op als een responsievere ervaring.

Het verschil tussen 120 en 144 Hz (en hoger)

Terwijl 120 Hz de nieuwe gouden standaard is voor televisies, zie je bij computermonitors vaak getallen als 144 Hz, 165 Hz of zelfs 240 Hz en hoger. Het principe blijft hetzelfde, maar de toepassing verschilt. 120 Hz is de limiet voor de huidige generatie spelcomputers, zoals de PlayStation 5 en Xbox Series X. Televisies richten zich daarom specifiek op dat getal. Pc-gamers hebben echter vaak krachtiger videokaarten die nóg meer beelden per seconde kunnen produceren. Daarom zie je monitors met 144 Hz of meer.

Is het verschil tussen 120 en 144 Hz zichtbaar? Voor de gemiddelde gebruiker nauwelijks. Waar de stap van 60 naar 120 Hz een wereld van verschil is die bijna iedereen direct ziet, is de stap naar 144 Hz of hoger vooral voer voor professionele e-sporters die elke mogelijke fractie van een seconde winst nodig hebben. Voor de consument die een monitor zoekt voor thuisgebruik en gaming, is alles boven de 120 Hz doorgaans een uitstekende keuze.

©ER | ID.nl

Heb jij het nodig?

Het antwoord op die vraag hangt volledig af van wat je met je scherm doet; of dat nu een tv of een gamemonitor is. Kijk je voornamelijk lineaire televisie, films en series via streamingdiensten? Dan is een 120Hz-scherm geen harde noodzaak, aangezien films doorgaans in 24 beelden per seconde worden geschoten. Toch hebben 100/120Hz-panelen in televisies vaak wel een betere beeldkwaliteit en kunnen ze die films rustiger weergeven dan goedkopere 60Hz-panelen.

Ben je echter een gamer? Dan is het antwoord volmondig ja. De nieuwste spelcomputers en moderne videokaarten zijn gemaakt om die hoge snelheden te benutten. Games spelen soepeler, zien er scherper uit tijdens actiescènes en je reageert sneller op wat er gebeurt. Als je nu een nieuwe tv of monitor koopt met het oog op de toekomst en gaming, is 120 Hz of hoger eigenlijk een vereiste op je wensenlijstje. Let er bij televisies wel op dat je beschikt over een HDMI 2.1-aansluiting, want alleen die kabel kan de enorme hoeveelheid data van 4K-beeld met 120 Hz verwerken.

Drie tv's met 120 Hz of meer

De meeste high-end tv's van dit moment ondersteunen 120 Hz voor spelcomputers (PS5/Xbox Series X) en gaan zelfs tot 144 Hz als je ze aan een krachtige gaming-pc hangt.

Als we kijken naar de huidige generatie televisies, kunnen we niet om de LG OLED evo C5 heen. Dit is de gloednieuwe opvolger van de populaire C4 en wordt gezien als de standaard voor gamers en filmliefhebbers. Hij beschikt over vier HDMI 2.1-poorten die de volle 144 Hz ondersteunen, wat hem toekomstbestendig maakt voor pc-gamers, terwijl hij naadloos samenwerkt met de PlayStation 5 en Xbox Series X op 120 Hz. Het nieuwe paneel heeft een nog hogere helderheid dan zijn voorganger, waardoor HDR-beelden nog meer impact hebben.

Daarnaast is de Samsung OLED S95F een absolute blikvanger in de winkels. Waar Samsung vorig jaar hoge ogen gooide met de S95D, doet de F-serie er nog een schepje bovenop met een vernieuwde antireflectielaag die nog beter werkt in lichte kamers. Dit model combineert de diepe zwartwaarden van OLED met de intense kleuren van Quantum Dots. Ook dit scherm ondersteunt verversingssnelheden tot 144 Hz en beschikt over de uitgebreide Gaming Hub van Samsung, waarmee je zelfs zonder console games kunt streamen.

Voor wie liever geen OLED wil, is de Samsung Neo QLED QN90F de meest courante keuze in het high-end lcd-segment. Dit 2025-model maakt gebruik van geavanceerde Mini-LED-technologie, waardoor de helderheid veel hoger ligt dan bij OLED-schermen. Dat maakt hem ideaal voor een zonovergoten woonkamer. Met een verversingssnelheid die oploopt tot 144 Hz en een extreem lage invoervertraging, is dit voor veel competitieve gamers de favoriete keuze.

Drie monitors met 120 Hz of meer

Bij monitors ligt de standaard tegenwoordig al hoger dan 120 Hz, omdat snelheid de uitkomst van een potje schieten of racen bepaalt. Deze modellen zijn populair op Kieskeurig.

Op het gebied van monitoren zien we dat 240 Hz langzaam de nieuwe standaard wordt voor de serieuze gamer. Een model dat momenteel erg goed scoort op Kieskeurig is de LG UltraGear 27GR83Q. Dit is een 27-inch IPS-scherm met een razendsnelle verversingssnelheid van 240 Hz. In tegenstelling tot oudere modellen biedt dit scherm een extreem snelle responstijd van 1 milliseconde, waardoor je in snelle shooters geen last hebt van wazige beelden. Het is een van de meest complete monitoren van dit moment die zowel voor pc als console geschikt is.

Zoek je de absolute top in beeldkwaliteit, dan is de Samsung Odyssey G6 (G60SD) een model dat je veel ziet. Dit is een moderne OLED-monitor met een verversingssnelheid van maar liefst 360 Hz. Hoewel dat misschien overkill klinkt, zorgt de combinatie van de OLED-techniek en deze snelheid voor een ongekend vloeiende en scherpe ervaring. Het scherm heeft bovendien een nieuw koelsysteem waardoor de kans op inbranden – een angst bij oudere OLED-monitoren – aanzienlijk is verkleind.

Voor wie een beperkter budget heeft maar wel snelheid wil, is de MSI MAG 27CQ6F een actuele hardloper. Dit is een gebogen scherm (Curved) met een snelheid van 180 Hz, wat net dat beetje extra soepelheid geeft ten opzichte van de standaard 144 Hz-schermen. Het paneel biedt een hoog contrast en is daarmee een uitstekende instapper voor wie zijn game-ervaring wil upgraden zonder direct de hoofdprijs te betalen.

▼ Volgende artikel
Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is
© ID.nl
Huis

Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is

QD-OLED is steeds vaker terug te vinden in gamingmonitoren. Waar deze techniek eerst vooral was voorbehouden aan het hogere segment, zie je steeds vaker in modellen die voor een veel bredere groep gamers betaalbaar zijn. De vraag is natuurlijk of je dat verschil in beeldkwaliteit ook echt merkt tijdens het spelen. In dit artikel lees je hoe QD-OLED werkt en wanneer je het verschil in de praktijk merkt.

In dit artikel

In dit artikel lees je wat QD-OLED precies is en waarom deze schermtechniek vooral bij gamen zichtbaar voordeel biedt. We leggen uit hoe QD-OLED verschilt van traditionele lcd-panelen, wat je merkt bij snelle actie en donkere scènes, en hoe het zit met helderheid, HDR en reflecties. Ook besteden we aandacht aan burn-in en de beschermingsmechanismen die moderne QD-OLED-monitoren gebruiken. Tot slot lees je voor welk type gamer QD-OLED het meest geschikt is en wanneer een Mini-LED-monitor een logisch alternatief kan zijn.

Lees ook: Lcd versus oled: wat is het verschil en welke televisie moet je kiezen?

Wat QD-OLED anders maakt

Een traditioneel LCD-paneel werkt met achtergrondlicht dat door meerdere lagen heen moet voordat je een beeld ziet. Dat kost tijd en maakt dat zwart nooit volledig zwart wordt. QD-OLED laat die tussenlagen achterwege. Elke pixel geeft zelf licht en schakelt onafhankelijk van de rest. Daardoor reageert het beeld direct. De quantum-dot-laag zet het blauwe OLED-licht om in diepe en zuivere kleuren. Het voelt alsof je condens van een raam veegt: zodra de waas verdwijnt, zie je het beeld helder en zonder vertraging.

©ID.nl

Vloeiende beelden bij snelle actie

Die directe pixelreactie merk je vooral wanneer je snelle spellen speelt. Omdat pixels vrijwel meteen overschakelen naar een nieuwe kleurstand, blijven objecten die over het scherm vliegen scherp in beeld. In shooters, racespellen en andere games waarbij snelheid telt, bijvoorbeeld voetbalgames, ontstaat daardoor een rustiger beeld met minder bewegingsonscherpte. Je ogen hoeven zich minder vaak aan te passen. Daardoor raken ze minder snel vermoeid en houd je makkelijker overzicht, ook wanneer je langere tijd achter elkaar speelt.

©ID.nl

Zicht in donkere scènes

QD-OLED blinkt uit in donkere scènes. Pixels die geen licht hoeven te geven, staan volledig uit en leveren een diep zwart dat je bij LCD-panelen zelden ziet. Doordat heldere elementen hier direct naast kunnen staan zonder dat ze licht lekken, ontstaat een sterk contrast dat schaduwen en lichte accenten duidelijker scheidt. Daardoor verdwijnen grijze waasjes in schaduwhoeken en blijven contouren van objecten helder zichtbaar. Vooral in stealth-games, horrorspellen en shooters waarin je tegenstanders soms alleen als silhouet ziet, levert dat een tastbaar voordeel op.

©ID.nl

Kleurrijk zonder overdrijven

De quantum-dot-laag zorgt voor een breed kleurbereik waardoor lichteffecten, huidtinten en subtiele schaduwen goed zichtbaar blijven. Veel QD-OLED-monitoren tonen kleuren standaard wat verzadigd, vooral in de felste modi. In een sRGB- of filmmodus wordt het beeld zachter en natuurgetrouwer, wat beter aansluit bij fotobewerking en dagelijks gebruik. Zodra je de juiste modus gebruikt, lopen kleuren vloeiend in elkaar over en blijven ze gelijkmatig, terwijl uitgesproken elementen zoals neon en magie juist duidelijk opvallen. Dat merk je niet alleen in games, maar ook wanneer je foto's bewerkt of films kijkt.

Helderheid en HDR in perspectief

QD-OLED heeft op het gebied van helderheid flinke stappen gezet ten opzichte van eerdere OLED-generaties. In HDR-games kunnen lichte delen krachtig oplichten zonder dat fel zacht of dof oogt; explosies, glinsteringen op water en fel tegenlicht komen daardoor beter tot hun recht. Toch is het goed om te weten dat deze techniek niet alle beperkingen wegneemt. De helderheid van QD-OLED hangt sterk af van de schermvulling. Bij SDR (standaard dynamisch bereik, het normale helderheidsniveau voor dagelijkse pc-taken) op een volledig wit scherm ligt de helderheid meestal rond de 200 tot 250 nits. Bij kleinere, heldere onderdelen kan dit oplopen richting 400 tot 500 nits. In HDR kunnen pieken van 1000 tot 1300 nits worden bereikt, maar die waarden gelden vooral voor kleine accenten en niet voor het hele scherm. Mini-LED-monitoren houden hogere helderheidsniveaus langer vast, wat in fel verlichte kamers zichtbaar voordeel geeft in extreme highlights. QD-OLED compenseert veel daarvan met perfect zwart, waardoor het contrast wel krachtig blijft (zie ook kader QD-OLED versus Mini-LED) .

Reflecties in daglicht

De meeste QD-OLED-monitoren hebben een glanzende afwerking. Dat helpt bij de kleurweergave en het contrast, maar maakt het paneel gevoeliger voor reflecties bij daglicht. Daarnaast ontbreekt een polarisatiefilter. Daardoor kunnen zwartwaarden in fel licht een paarse of grijze waas krijgen: het diepe zwart wordt zichtbaar opgelicht, meer dan bij een gewone spiegeling. Dat drukt het contrast in een goed verlichte kamer en kan afleiden bij gamen. Gebruik je de monitor vooral in een donkere of gelijkmatig verlichte ruimte, dan speelt dit nauwelijks. In kamers met veel direct zonlicht of grote ramen komt een matte Mini-LED-monitor daarom vaak rustiger over.

©ID.nl

Minimale inputvertraging

Naast de snelle pixelreacties is ook de invoervertraging laag. Moderne QD-OLED-modellen reageren direct op elke muisbeweging en elke controlleractie. Vooral in competitieve shooters is dat een voordeel, omdat elke handeling zonder merkbare vertraging op het scherm verschijnt. 

QD-OLED versus Mini-LED

QD-OLED en Mini-LED worden vaak naast elkaar genoemd, maar het zijn fundamenteel verschillende technieken. QD-OLED is zelflichtend: elke pixel geeft zijn eigen licht en kan volledig uit. Dat levert perfect zwart, zeer snelle pixelreacties en sterk contrast op, wat vooral bij games met veel beweging en donkere scènes zichtbaar voordeel geeft.

Mini-LED is een verfijnde vorm van LCD. Het paneel gebruikt duizenden kleine leds als achtergrondverlichting die in zones worden gedimd. Daardoor kan een Mini-LED-scherm hoge helderheid over grote delen van het scherm vasthouden, wat prettig is in fel verlichte kamers en bij HDR met veel lichtaccenten. Zwart is hierbij wel afhankelijk van lokale dimming en nooit volledig uitgeschakeld zoals bij OLED.

Kort gezegd blinkt QD-OLED uit in contrast, snelheid en beeldrust in donkere omgevingen, terwijl Mini-LED praktischer is bij veel omgevingslicht, wanneer dezelfde elementen of onderdelen langdurig in beeld staat en als hoge helderheid belangrijk is.

Burn-in en levensduur

Burn-in blijft bij elke OLED-variant een punt van aandacht, al zijn moderne QD-OLED-schermen duidelijk verder dan eerdere generaties. Ze gebruiken meerdere beschermingsmechanismen die de belasting door statische beelden beperken. Voor normaal gamegebruik werkt dat in de praktijk goed en blijft het risico klein.

Dat neemt niet weg dat enige nuance op zijn plaats is. Gebruik je een monitor dagelijks vele uren voor taken met veel vaste elementen, zoals spreadsheets, fotobewerkingspanelen of het steeds terugkerende HUD van één game, dan is de kans op inbranden groter dan bij LCD- of Mini-LED-panelen. Afwisseling in wat je op het scherm toont en af en toe even pauze nemen helpt om het paneel langer in goede staat te houden. Even pauze nemen is ook voor jezelf goed trouwens!

Wat voor beschermingstechnieken kun je tegenkomen?

Wat is het?Wat doet het?
Screensaver (schermbeveiliging)Dimt het scherm bij langdurig stilstaand beeld en herstelt de helderheid automatisch zodra er weer beweging is, om inbranden te voorkomen.
Pixel orbiting (pixelverschuiving)Verschuift het beeld continu minimaal op pixelniveau zodat vaste elementen nooit exact op dezelfde plek blijven staan.
Pixel refresh (pixelverversing)Start een onderhoudscyclus waarbij het paneel zichzelf corrigeert om slijtage en beginnende inbranding te verminderen.
Auto Warning (automatische waarschuwing)Geeft na een bepaalde gebruiksduur automatisch een melding om een pixel refresh uit te voeren.
Logos protection (logobescherming)Herkent vaste logo's in beeld en verlaagt daar lokaal de helderheid om inbranden te beperken.
Boundary dimmer (randdimming)Dimt automatisch delen van het scherm met zwarte balken of sterke helderheidsverschillen, bijvoorbeeld bij afwijkende beeldverhoudingen.
Taskbar dimmer (taakbalkdimming)Verlaagt specifiek de helderheid van de taakbalk om langdurige statische weergave op die plek te beperken.
Thermal protection (thermische beveiliging)Past de helderheid automatisch aan wanneer de monitor te warm wordt, om oververhitting en paneelslijtage te voorkomen.

©AGON by AOC

AGON by AOC PRO OLED AG276QKD2

Voorbeeld: bescherming in de praktijk

Veel QD-OLED-monitoren combineren verschillende beschermingsmechanismen om het risico op burn-in te beperken. In onderstaande tabel zie je bijvoorbeeld wat je kunt vinden in een aantal recente modellen uit de AGON PRO line-up van AOC. Je kunt al deze functies zelf in- en uitschakelen en je kunt de intensiteit ervan aanpassen. Dat betekent dat je zelf kunt bepalen hoe sterk de bescherming is.

Techniek ⬇ / Model ➡AG276QKD2AG276UZDAG346UCDAG276QZD2
Screen saverJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / Fast
Pixel orbitingJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / Strong
Pixel refreshJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Auto WarningJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Logos ProtectionJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2
Boundary dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Taskbar dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Thermal protectionJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / On

Voor wie QD-OLED vooral interessant is

Gamers die veel snelle actie spelen, halen het meeste uit QD-OLED. De voordelen van de techniek zijn in elk genre zichtbaar, maar vallen vooral op in shooters en racespellen, waar tempo en directe reacties tellen. Ook filmische games die sterk leunen op licht-donkercontrasten winnen zichtbaar aan sfeer en detail.

Conclusie

QD-OLED combineert diepe zwartwaarden met snelle pixelreacties en een breed kleurbereik. Dat zorgt voor een vloeiend beeld in snelle games en meer overzicht in donkere scènes. HDR komt overtuigend tot zijn recht, al blijven Mini-LED-schermen beter overeind bij zeer hoge helderheid en fel daglicht. Inbranden blijft een punt van aandacht wanneer hetzelfde element lange tijd in beeld staat, maar moderne modellen beschikken over uitgebreide beschermingsmaatregelen. Voor veel gamers is QD-OLED daarmee een goede keuze: snel, sfeervol en klaar voor de komende jaren.

QD, OLED en QD-OLED

OLED
Elke pixel geeft zelf licht. Daardoor zijn zwartwaarden diep en schakelt het beeld snel. Geschikt voor gaming en films, met aandacht voor burn-in bij langdurig statisch beeld.

QD (Quantum Dots)
Quantum dots zetten licht om in pure, heldere kleuren. Ze worden ingezet om kleurvolume en helderheid te verbeteren.

QD-OLED
Combineert de zelflichtende OLED-pixelstructuur met een quantum-dot-laag. Je krijgt diepe zwarttinten, snelle reactie en een breed kleurbereik. Het is een balans tussen snelheid, helderheid en kleurprecisie die goed aansluit bij moderne games.