ID.nl logo
Huis

Discussie over SSL-certificaten voor phishingwebsites laait op

Let's Encrypt heeft tientallen miljoenen gratis ssl-certificaten uitgegeven, maar daarvan worden er een flink aantal misbruikt op phishingwebsites en andere louche pagina's. Daardoor ontstaat nu de discussie: wie is er verantwoordelijk voor zulke flaters?

Https wint aan terrein. Het versleutelen van websiteverkeer was een paar jaar geleden nog alleen nodig bij het versturen van gevoelige informatie of het inloggen op accounts, maar inmiddels zijn we bijna zover dat een meerderheid van het internet gebruik maakt van ssl-certificaten om het surfgedrag van bezoekers te beschermen. Regelmatig verschijnt ook in het nieuws dat er weer grote sites gebruik maken van https om hun bezoekers anoniem te houden.
 

Gemeengoed

Het beschermen van gegevens is niet meer alleen voorbehouden aan websites die persoons- of accountgegevens behandelen, met name om te voorkomen dat persoonsgegevens onderschept konden worden via man-in-the-middle-aanvallen of hackpogingen. Inmiddels is het echter gemeengoed om ook gewone sites via https te laten lopen, omdat veel webmasters de privacy van hun gebruikers belangrijker vinden. Er zijn overigens ook andere redenen: https-websites worden steeds beter geïndexeerd door zoekmachines.

Https maakt niet compleet onzichtbaar welke sites je bezoekt, maar is desalniettemin behoorlijk anoniem. In plaats van te zien welke subdomeinen je bekijkt en welke informatie je daar leest zie je van een https-surfer alleen het algemene domein waar hij zich bevindt. Welke informatie je bekijkt of welke subpagina's is dan onzichtbaar - erg prettig bij bepaalde soorten websites...
 

DigiNotar

DigiNotar liet zien dat niet alle https-certificaten per definitie veilig waren

Https heeft echter niet altijd voordelen. Een paar jaar geleden bleken certificaten van DigiNotar makkelijk te spoofen door de Iraanse overheid. Dat deed het vertrouwen in websites met een ssl-certificaat op zijn grondvesten schudden; het bedrijf dat als enige taak had om je te vertellen wanneer een site veilig was faalde in die taak. Wie was er nog wel te vertrouwen?
 

SEO

Anno 2017 is https vooral voordelig voor een site, maar dat was lang niet het geval. Https was trager dan http, en kon problemen opleveren met de search engine optimization van websites of advertenties werden er slechter door weergegeven. Maar de voordelen wegen daar inmiddels tegenop. Zo straft Google websites met http sneller af in de zoekresultaten, een belangrijke drijfveer voor veel websites om over te stappen naar encryptie. Bovendien is https inmiddels net zo snel als een gewone verbinding.

De grootste omslag is echter dat ssl-certificaten altijd erg prijzig waren. Daar kwam anno 2015 met de eerste publieke bèta van Let's Encrypt echter een einde aan, en dat veranderde het internet.
 

Gratis alternatief

<

Let's Encrypt is de enige partij die gratis SSL/TLS-cerificaten uitgeeft

a href="https://letsencrypt.org/" target="_blank">Let's Encrypt is een initiatief van verschillende grote tech- en privacyorganisaties zoals Mozilla en de Electronic Frontier Foundation. Het idee was om een gratis en open source TLS-certificaat uit te brengen dat iedere website kan implementeren. Door de certificaten gratis te maken kon iedere kleine websitebeheerder zijn site met encryptie beschermen, iets dat normaal een flinke investering zou zijn die je niet zo snel doet voor bijvoorbeeld een simpele blog. Let's Encrypt bleek een schot in de roos. Sinds de dienst in april 2016 officieel uit de bèta werd gehaald draaien ruim 32 miljoen websites een eigen ssl-certificaat, en daar komen er iedere dag meer bij.
 

Gewild bij criminelen

Juist omdat de dienst gratis is en niet centraal wordt aangestuurd zijn de certificaten echter erg gewild bij criminelen. Die gebruiken Let's Encrypt-certificaten om phishing-slachtoffers het gevoel te geven dat ze op een legitieme site zijn beland. Met name PayPal is een populaire manier dat te doen. Iedere dag (!) worden er niet minder dan 100 nieuwe Let's Encrypt-certificaten toegevoegd aan een domein met een variant van PayPal in de naam. Volgens (het concurrerende) The SSL Store zijn er inmiddels 15,270 ssl-certificaten uitgebracht op één of ander PayPal-domein.
 

Onwetendheid over SSL/TLS

Een deel van het probleem is ook dat veel doorsnee internetgebruikers niet weten wat https en ssl precies inhoudt. Banken waarschuwen bijvoorbeeld al jaren voor phishing-aanvallen door klanten te wijzen op 'het groene slotje in de adresbalk' dat zogenaamd aangeeft dat je op een veilige site zit. Voor veel gebruikers staat een groen slotje dan ook garant voor een veilige site - maar dat is vaak helemaal niet terecht.

Een SSL/TLS-certificaat zegt echter niets over de legitimiteit van een website, maar alleen over de authenticiteit daarvan. "Ja," zegt het certificaat, "deze website is wat het zegt te zijn." Maar of dat een gewone bankwebsite is of een malafide site die gegevens wil stelen wordt niet gecontroleerd.
 

Kritiek

Critici en certificaatautoriteiten wijzen naar elkaar over de schuldvraag

Er komt steeds meer kritiek op Let's Encrypt en de organisatie daarachter (de 'Internet Security Research Group', of ISRG). Het belangrijkste punt is dat critici vinden dat de ssl-certificaten teveel onschuldige gebruikers doen geloven dat ze niets te vrezen hebben van een phishing-website. Dat heeft ook weer tot gevolg dat het groene slotje in een browser steeds minder waarde heeft voor de gemiddelde bezoeker, de voordelen als anonimiteit daargelaten. Toegegeven, veel van die kritiek komt van uitgevers van certificaten, die hun verdienmodel door Let's Encrypt ernstig bedreigd zien worden.
 

¯\_(ツ)_/¯

Let's Encrypt is verrassend uitgesproken over de kwestie, en zegt in niet te misstane woorden dat hen niets te verwijten valt. Let's Encrypt controleert de url via de Google Safe Browsing API, maar laat de websites na die check met rust. Zelfs als Google op een later tijdstip besluit dat een domein toch onveilig is, blijft Let's Encrypts certificaat van kracht. Volgens de organisatie is het onbegonnen werk om daar tegen op te treden, omdat het om zo veel sites gaat.

In plaats daarvan wijst de ISRG naar andere autoriteiten, bijvoorbeeld domain registrars die domeinnamen uitdelen. Ook zegt de ISRG dat browsers zoals Firefox en Chrome op dit moment goede mechanismes hebben om malafide domeinen tegen te houden.
 

Bewustzijn

De discussie over wie er verantwoordelijk is voor het legitimeren van phishingwebsites blijft nog wel even bestaan. Belangrijker is dat de doorsnee internetgebruiker meer leert over wat SSL/TLS en https precies inhoudt. Het tegengaan van phishing begint immers met bewustzijn.

▼ Volgende artikel
Help, mijn airfryer stinkt! Wat moet ik doen?
© Saskia van Weert
Huis

Help, mijn airfryer stinkt! Wat moet ik doen?

Wie zijn airfryer vaak gebruikt, komt het vroeg of laat tegen: hij verspreidt een vreemd geurtje. Zelfs als je de mand en bak na elke sessie schoonmaakt, kan hij gaan stinken. Maar geen nood, met onze tips maak je een einde aan de onprettige luchtjes.

In dit artikel over je airfryer lees je:

• Waar die etenslucht vandaan komt • Hoe je je airfryer nog beter schoonmaakt • Hoe je voorkomt dat er nieuwe vervelende geurtjes ontstaan

Lees ook: Review Ninja Foodi Dual Zone-airfryer – Toegankelijke alleskunner

Hoe ontstaat een nare geur in de airfryer?

Een veelvoorkomende oorzaak van luchtjes is opgehoopt vet of achtergebleven voedselresten. Tijdens het bakken vallen er regelmatig kruimels, vet uit vlees of snacks of stukjes voedsel op de bodem van het apparaat, waar ze bij volgende sessies kunnen verbranden. Die deeltjes worden heet, waardoor je ze ruikt. Ze kunnen ook rookontwikkeling veroorzaken.

Ook als je sterk ruikende etenswaren bereidt, zoals vis of broccoli, ruik je dit tijdens het bakken en vaak ook de keer erna, als je je airfryer opwarmt.

Ook is het verwarmingselement gevoelig voor vervuiling. Als vet tijdens het bakken opspat en zich hecht aan het element, zal dit bij volgende keren verbranden, wat opnieuw geur- en rookoverlast veroorzaakt. Het element zit doorgaans boven in je apparaat, of achter de mand, waardoor je er eigenlijk niet goed bij kunt om even met een natte doek af te nemen.

Schoonmaken: de eerste stap naar een frisse airfryer

Reiniging van losse onderdelen

Begin bij de lade en het mandje van de airfryer. Laat deze componenten 15 tot 30 minuten weken in warm water met afwasmiddel. Gebruik daarna een zachte borstel of spons om achtergebleven vet en vuil te verwijderen. Als je een schuurspons gebruikt, kies dan de zachte kant.

Voor hardnekkige vervuiling is baking soda een probate oplossing. Strooi het poeder op aangekoekte delen en schenk er een zure vloeistof over, zoals azijn. Het gaat dan bruisen. Laat even inwerken en neem af met een zachte doek.

©ID.nl

Reiniging van het verwarmingselement

Het verwarmingselement wordt vaak vergeten, terwijl dit juist de plek is waar hardnekkig aangekoekt vet gaat stinken. Zet de airfryer uit, haal de stekker uit het stopcontact en kantel het apparaat voorzichtig zodat het element goed bereikbaar is. Gebruik een zachte doek of borstel, eventueel met een milde ontvetter, om vetresten voorzichtig te verwijderen. Let erop dat je geen agressieve schoonmaakmiddelen of harde schuurmaterialen gebruikt – die kunnen het element beschadigen. Klaar? Gebruik dan een vochtige doek om eventuele resten van het schoonmaakmiddel weg te vegen.

Neutraliseren van geuren

Is je airfryer nog redelijk schoon of nieuw, dan kun je hem opfrissen met een simpele truc. Leg enkele plakjes citroen in een ovenschaaltje met water, zet dit in de airfryer en laat het apparaat circa tien minuten draaien op 180 graden. De stoom neutraliseert geurtjes en maakt het vet alvast wat los, zonder dat je hoeft te schrobben.

Een alternatief is het gebruik van azijn. Vul een hittebestendig schaaltje met een scheut witte azijn, plaats dit in de airfryer en laat het apparaat vijf minuten verwarmen op circa 160 graden. De dampen nemen geurtjes op – helemaal natuurlijk.

Voorkomen is beter dan genezen

Het structureel schoonhouden van de airfryer voorkomt dat geuren zich überhaupt kunnen ontwikkelen. Een van de handige manieren om geurtjes te voorkomen is om speciaal voor de airfryer ontwikkeld bakpapier te gebruiken, of herbruikbare siliconen vormen.

Maak er dus een gewoonte van om je airfryer na elk gebruik even schoon te maken. Ook als alles er schoon uitziet, blijven er vaak toch vetresten achter. Laat de bak en mand afkoelen en was ze daarna af – of zet ze in de vaatwasser, als dat kan. Neem tot slot het binnenwerk af met een vochtige doek.

Gebruik jij al airfryer-bakpapier?

Dat houdt je machine schoon (dus: minder afwas 😃)

©Hazal

Ideale aanpak

Een schone airfryer ruikt niet alleen frisser, maar werkt ook beter. Door regelmatig schoon te maken, af en toe citroen of azijn te gebruiken en ook het verwarmingselement niet over te slaan, voorkom je dat het apparaat gaat stinken.


 

▼ Volgende artikel
Ecostand op wasmachines: hoe werkt dat en wat bespaar je ermee?
© Washing in a washing machine
Huis

Ecostand op wasmachines: hoe werkt dat en wat bespaar je ermee?

We draaien thuis heel wat wasjes en dat maakt de wasmachine tot een van de grootste verbruikers van stroom en water. Energiezuinige functies zoals de ecostand moeten dat verbruik terugdringen. Maar hoe werkt zo'n stand precies? En belangrijker nog: wat levert het op?

In dit artikel lees je: • Waarom de ecostand écht zuiniger en goedkoper is • Wanneer je kunt kiezen voor wassen op lagere temperaturen • Waarom korte wasprogramma's juist níet zuinig zijn • Waar je op moet letten als je een energiezuinige wasmachine wilt kopen

Lees ook: Zo kies je de zuinigste huishoudelijke apparatuur in huis

In een gemiddeld huishouden is de wasmachine verantwoordelijk voor zo'n 5 procent van de energierekening. Per wasbeurt verbruikt een machine gemiddeld 60 liter water – vergelijkbaar met een lange douche. Vooral op het stroomverbruik valt winst te behalen. Wassen op lagere temperaturen is niet alleen gunstig voor je elektriciteitsverbruik, ook je kleding blijft langer mooi bij niet te hoge temperaturen. En het milieu vaart er ook wel bij.

Alle reden dus om bewuster te wassen. Vrijwel elke moderne wasmachine biedt meerdere zuinige programma's. Je kunt kleding wassen op 20 of 30 graden, maar dat is niet altijd de beste keuze. De ecostand is vaak slimmer.. En de knop voor de snelle was? Sla die maar zo veel mogelijk over.

©Monkey Business Images

De ecostand is écht zuiniger en goedkoper

De ecostand op de wasmachine is ontwikkeld om – inderdaad – stroom te besparen. Op nieuwere modellen herken je dit programma aan de naam 'Eco 40-60', bij oudere machines zie je vaak een 'e' of een icoontje met een blaadje. Wie dit programma weleens gebruikt, weet dat het aanzienlijk langer duurt dan een normaal wasprogramma. De vraag is dan ook: ben je met de ecostand echt voordeliger uit?

Het korte antwoord: ja. Een ecowasbeurt verbruikt gemiddeld zo'n 30 procent minder energie dan een standaardprogramma. Dat verschil zit vooral in de temperatuur. '40-60' verwijst niet naar de temperatuur van het ecoprogramma zelf, maar naar de temperatuur waarop je je kleding normaal zou wassen. De ecostand warmt het water minder op – meestal blijft de temperatuur onder de 40 graden – maar laat de trommel wel langer draaien. Daardoor wordt de was alsnog goed schoon. Qua stroomverbruik maakt die langere wastijd nauwelijks verschil; het verwarmen van water kost namelijk veel meer energie dan het ronddraaien van de trommel.

Per ecowasbeurt bespaar je ongeveer 0,4 kWh. Doe je honderd wasjes per jaar, dan komt dat neer op 40 kWh. Afhankelijk van je stroomtarief scheelt dat al snel enkele tientjes op jaarbasis. Ook het waterverbruik daalt: gemiddeld gebruik je 30 liter minder per wasbeurt.

Nog een voordeel aan dit wasprogramma is dat je dankzij de lage temperatuur al je kleding bij elkaar kunt gooien, of je deze nu normaal gesproken op 40 of 60 graden wast. Zo krijg je de trommel sneller vol, hoef je minder vaak te wassen en bespaar je nog meer.

Was niet al te vies? Op lagere temperaturen wassen kan ook

Een andere mogelijkheid is om een standaardprogramma te kiezen op een lagere temperatuur, bijvoorbeeld 20 of 30 graden. Dat is vaak een zuinige keuze, zolang je was niet al te vuil is. Deze programma's duren namelijk minder lang dan de ecostand, waardoor hardnekkig vuil soms blijft zitten. Is de was echt vies? Dan kies je beter voor het ecoprogramma.

Zelfs een verschil van 10 graden kan al behoorlijk schelen in je stroomverbruik. Volgens de Consumentenbond kost een was op 30 graden de helft minder dan eentje op 40 graden. En meestal wordt je was net zo schoon. Wanneer is 40 graden dan wel aan te raden? Bijvoorbeeld als je ziek bent geweest, een allergie hebt, of als je was echt vuil is – met geurtjes of vlekken. Ook ondergoed en sokken kunnen beter op 40 graden.

©Mr Doomits

Wist je dat handdoeken en beddengoed lang niet altijd op 60 graden gewassen hoeven te worden? Alleen als je zeker wilt zijn dat bacteriën worden gedood – bijvoorbeeld bij een huisstofmijtallergie, besmettelijke ziektes of wondjes – is die temperatuur echt nodig. In de meeste gevallen is dat niet aan de orde en volstaat een lagere stand prima. Vaak is zelfs 40 graden al meer dan genoeg. Houd er wel rekening mee: hoe warmer je wast, hoe sneller stoffen slijten.

Korte was: klinkt voordelig, is het niet

Op de meeste wasmachines vind je ook de mogelijkheid om extra snel te wassen. Deze optie staat meestal aangegeven als 'snelle was'. Je was is dan binnen een halfuur klaar, wat misschien zuinig lijkt. Maar dat ís het niet.

Omdat het programma in korte tijd net zo grondig moet wassen als een normaal programma, gebruikt het juist veel water en vooral veel energie. Per saldo ben je dus duurder uit dan met een standaard wasbeurt. Snelle programma's zijn vooral handig in noodgevallen – bijvoorbeeld als je iets hebt gemorst of een paar kwetsbare kledingstukken apart wilt wassen. Maar gebruik deze optie liever niet te vaak.

©Krakenimages.com

Overstappen op een energiezuinige wasmachine

Als je nog een oude wasmachine hebt staan, kan het lonen om over te stappen op een energiezuinig model. Dat kan je per wasbeurt zo een paar dubbeltjes schelen. Een moderner exemplaar mag dan misschien wat kosten, maar die investering betaalt zich uiteindelijk vanzelf terug.

De besparing zit vooral in het verwarmen van water – moderne machines doen dat een stuk slimmer. Daarnaast zijn veel zuinige modellen uitgerust met automatische beladingsdetectie. Daarmee meet de wasmachine precies hoeveel was er in de trommel zit, en soms zelfs hoe vuil die is. Op basis daarvan past het apparaat het water- en energieverbruik aan per wasbeurt. Ben je op zoek naar een nieuwe wasmachine? Bij goede witgoed(web)winkels kun je filteren op energielabel en op de aanwezigheid van automatische beladingsdetectie. Zo weet je zeker dat je niet te veel verbruikt!