ID.nl logo
Fake video's: de opkomst van deepfake
© PXimport
Huis

Fake video's: de opkomst van deepfake

Het wordt steeds eenvoudiger om met AI-systemen fake video’s te maken. Wat heeft dat voor gevolgen?

Nog niet zo lang geleden had je als regisseur een miljoenenbudget nodig als je special effects aan een film wilde toevoegen. Neem bijvoorbeeld de uitdaging waarvoor Martin Scorsese zich gesteld zag in 2015: zijn misdaadfilm The Irishman omspande vijf decennia. Dat betekende dat de hoofdrolspelers op zeer uiteenlopende leeftijden in beeld moesten verschijnen. Scorsese had kunnen kiezen voor het inzetten van jongere look-a-likes van hoofdrolspelers Robert de Niro, Al Pacino en Joe Pesci, die toen al dik in de zeventig waren.

Hij koos echter voor een technische oplossing: hij huurde een bedrijf in dat de acteurs achteraf met digitale animatie verjongde. Al tijdens het filmen moest daarmee rekening worden gehouden. De normale camera werd geflankeerd door twee infraroodcamera’s. Die brachten de exacte gezichtsbewegingen van de acteurs continu in drie dimensies in beeld. Zo kon hun mimiek achteraf op de computer als draadmodel worden gereconstrueerd, en kon de software daarover een jonger masker leggen.

©PXimport

Gratis software

De voor de Irishman gebruikte techniek was niet alleen kostbaar maar ook arbeidsintensief. De postproductie van de film duurde maar liefst twee jaar. Groot was dan ook de schok toen drie maanden na het uitbrengen van de film in 2019 op YouTube een video opdook met de titel ‘The Irishman De-Aging: Netflix Millions VS. Free Software!’. Een anonieme persoon – die zichzelf iFake noemde – had het digitale verjongingsproces verbeterd. Hij had daarvoor gratis software gebruikt. In slechts zeven dagen tijd had hij een resultaat bereikt dat beter was dan in de film.

©PXimport

Deep learning

De slimme software die iFake gebruikte, dankt zijn bestaan aan deep learning. Bij deze vorm van kunstmatige intelligentie leert een computer zelf, door ervaring. Dat gebeurt in een neuraal netwerk, dat losjes geïnspireerd is op de werking van het menselijk brein. Wanneer onze hersenen iets leren, leggen ze nieuwe verbindingen tussen hersencellen. Een kunstmatig neuraal netwerk leert op soortgelijke wijze en gebruikt daarvoor een soort digitale pendant van hersencellen.

Zo kan ook een computer leren; net als jonge kinderen dat doen: met vallen en opstaan, door eindeloos te proberen en te kijken wat wel en wat niet werkt. Een getraind kunstmatig intelligent neuraal netwerk volgt daardoor geen voorgeprogrammeerde regels, maar doet zelf stap voor stap ervaring op.

Wedijverende neurale netwerken

Van oorsprong waren kunstmatig intelligente neurale netwerken vooral goed in herkenning, bijvoorbeeld van beelden. In het zelf bedenken van dingen waren ze lange tijd minder sterk.

Daar kwam verandering in dankzij computerstudent Ian Goodfellow. Hij was in 2014 al een tijd tevergeefs aan het proberen om een neuraal netwerk zo gek te krijgen om nepportretten te produceren. Tot hij op het lumineuze idee kwam om een tweede neuraal netwerk te trainen in het ontmaskeren van het nepportret-productiesysteem. Beide systemen zouden dus met elkaar gaan wedijveren, en elkaar op die manier maximaal uitdagen. Die aanpak had vrijwel meteen effect: Goodfellows neurale netwerk produceerde betere fake portretten dan ooit tevoren.

Dit soort trainingsnetwerken worden tot op de dag van vandaag gebruikt om neurale netwerken het vuur aan de schenen te leggen. Ze worden generatieve antagonistennetwerken genoemd – in het Engels generative adversarial networks, afgekort tot GAN.

©PXimport

Deepfakes

Deep learning kent allerlei nuttige toepassingen. Zo hebben autonome auto’s dankzij deep learning geleerd om wegmarkeringen, verkeersborden en andere weggebruikers te signaleren en erop te reageren. Zo zijn spraakherkenningsprogramma’s in staat om het geluid van een menselijke stem om te zetten in letters op een scherm. En zo zullen binnen enkele jaren ook mensen zonder veel verstand van kunstmatige intelligentie met eenvoudige, gratis software nepfoto’s, -audio en -video’s kunnen produceren.

Deskundigen voorspellen dat het internet overspoeld zal raken met zogeheten deepfakes. Volgens sommige schattingen zal in 2030 zo’n negentig procent van al het online audiovisuele materiaal nep zijn. Hoe levensecht een deepfake eruit kan zien, zie je bijvoorbeeld op www.thispersondoesnotexist.com. Iedere keer dat je deze websitepagina ververst, bedenkt een achterliggend neuraal netwerk automatisch een nieuwe portretfoto van een niet bestaand persoon.

©PXimport

Deepfake-Dalí

Deep learning maakt het mogelijk om deepfakes te maken van bestaande personen. Een voorwaarde daarvoor is dat er voldoende camerabeelden van die persoon beschikbaar zijn om een deep-learningsysteem mee te trainen. In zo’n geval bestudeert een AI-systeem eerst uitgebreid iemands biometrische kenmerken – gezicht, lichaam, stem, mimiek en/of motoriek. Daarna maakt het stapje voor stapje een fake video van de bestudeerde persoon.

Dat overkwam bijvoorbeeld Salvador Dalí, twintig jaar na zijn dood in 1989. Het naar hem vernoemde museum in Florida maakte in 2019 een kunstinstallatie waarin een nep-Dalí vanaf een scherm uitleg geeft over de tentoongestelde werken. Bezoekers waren onder de indruk van deze deepfake, die was gemaakt door historische beelden van Dalí aan een deep-learningsysteem te voeren. Ze hadden het idee naar de echte Dalí te kijken. Dat effect werd nog eens versterkt doordat Dalí bij het verlaten van de tentoonstelling voorstelde om samen een selfie te maken.

©PXimport

Afpersing en misleiding

Het voorbeeld van Dalí is onschuldig en vermakelijk, maar deepfaketechnologie kent helaas ook kwalijke toepassingen. “Ik overdrijf niet als ik zeg dat wanneer je ooit – in welke vorm dan ook – bent gefilmd, gefotografeerd of je stem is opgenomen, je theoretisch slachtoffer kunt worden van deepfake fraude”, schrijft Nina Schick in haar standaardwerk over deepfakes. Zo werden al vroeg in de historie van deepfakes ontelbare actrices slachtoffer van een ‘face swap’, waarbij hun gezicht op het lichaam van een pornoster werd geplaatst.

Ook criminelen kunnen misbruik maken van deepfakes, bijvoorbeeld om mensen af te persen of te misleiden. Zo werd een hoge functionaris bij een Britse energiemaatschappij in 2018 gebeld door iemand die exact klonk als diens directeur. De stem vroeg hem onmiddellijk 250.000 Britse ponden over te maken naar een bankrekeningnummer dat zou toebehoren aan een leverancier. De medewerker gehoorzaamde, omdat hij ervan overtuigd was de directeur aan de lijn te hebben. Hij sloeg pas alarm toen hij nogmaals werd gebeld door zijn directeur met een soortgelijk verzoek, zo meldde de verzekeringsmaatschappij die de claim behandelde.

©PXimport

De infocalyps komt eraan

Ook regimes en politieke groeperingen kunnen deepfakes inzetten, om zo bewust desinformatie te verspreiden. Om te waarschuwen voor ‘de toekomst van fake news’, liet nieuws- en entertainment-website Buzzfeed in het voorjaar van 2018 een deepfake video van Barack Obama maken. In deze korte video beledigt Obama niet alleen Trump, maar spreekt hij ook waarschuwende woorden: we leven in een tijdperk waarin je zorgvuldig moet zijn in het kiezen van je informatiebronnen.

Toch voorspelt Schick dat ook traditionele media door de opkomst van deepfakes steeds vaker onder vuur zullen komen te liggen. “Als mensen zich realiseren dat kunstmatige intelligentie nepcontent kan synthetiseren, zullen ze ook bij authentieke audio en video hun vraagtekens zetten”, zei ze deze zomer tijdens een discussie in de Balie in Amsterdam. Schick vreest om die reden voor een ware ‘infocalyps’, waarin niemand elkaar nog gelooft en discussies onmogelijk worden.

De term infocalyps werd overigens al in 2016 gebruikt door de Amerikaanse technologieonderzoeker Aviv Ovadya. Hij waarschuwde dat de algoritmen die sociale-mediaplatformen gebruiken om de aandacht van hun leden gevangen te houden, ertoe leiden dat mensen steeds extremer nieuws binnen hun eigen interessesfeer krijgen voorgeschoteld. Kwaadwillenden kunnen van dat mechanisme misbruik maken door propaganda te verspreiden en mensen tegen elkaar uit te spelen.

©PXimport

Couppoging

Een triest bijeffect van deepfakes is dat mensen ook steeds vaker zullen twijfelen aan de echtheid van authentiek audiovisueel materiaal. Lobbygroepen, autoritaire regimes en extremistische politieke groeperingen kunnen van dat effect misbruik maken.

Dat gebeurde bijvoorbeeld in het West-Afrikaanse land Gabon. Toen president Bongo in januari 2019 zijn traditionele nieuwjaarstoespraak hield, werd de echtheid van de tv-beelden door velen in twijfel getrokken. Bongo was in oktober van het jaar daarvoor getroffen door een beroerte. De regering had daarover pas laat openheid gegeven en had bovendien tegenstrijdige berichten naar buiten gebracht. Politieke tegenstanders hadden de gelegenheid aangegrepen om op social media het gerucht te verspreiden dat de president overleden was. Toen Bongo op 1 januari eindelijk op televisie verscheen, vermoedden velen daardoor dat het ging om een dubbelganger, een gemanipuleerde video of een deepfake. Dat vermoeden werd versterkt doordat Bongo’s gezicht bijna geen expressie vertoonde. Een Amerikaanse neuroloog vertelde later aan The Washington Post dat Bongo’s vlakke gezichtsuitdrukkingen het gevolg konden zijn van diens beroerte. Daarnaast verklaarden twee computerexperts dat de kans klein was dat het om een deepfake ging. Het kwaad was echter al geschied: de onrust hield aan en politieke tegenstanders deden op 7 januari 2019 een couppoging.

©PXimport

Deepfake Detection Challenge

Vanwege de grote schade die deepfakes op allerlei manieren kunnen aanrichten, komen er steeds meer onderzoeks-, bedrijfs en regeringsinitiatieven om ze te detecteren en te bestrijden.

Een daarvan is de Deepfake Detection Challenge. Deze wedstrijd werd georganiseerd door Facebook, Microsoft en een aantal onderzoeksinstituten. Speciaal voor dit doel creëerde het samenwerkingsverband, met de hulp van maar liefst 3500 acteurs, zo’n 115.000 video’s, waaronder zowel echte als nep. Zo kregen onderzoekers opeens toegang tot een gigantische databank om hun deepfake-detectiemodellen te trainen. De hoop was om zo de ontwikkeling van deze ontmaskeringsmodellen te stimuleren. De winnaar van deze challenge werd beloond met een geldbedrag van een half miljoen dollar.

©PXimport

Controle met metadata

Mensenrechtenorganisatie Witness koos een andere benadering om de infocalyps te bestrijden: het maakte een app waarmee je kunt bewijzen dat een foto of video daadwerkelijk op een bepaalde plaats en tijdstip is gemaakt. Dat is onder meer relevant voor de rapporteurs van deze organisatie, die wereldwijd misstanden aan de kaak proberen te stellen.

Met ‘ProofMode’ kan iedereen automatisch metadata opslaan van alle omstandigheden waaronder een opname is gemaakt. Daarbij gaat het niet alleen om de tijd, maar ook om de metingen die ingebouwde sensoren doen, zoals de gps, die de exacte locatie registreert. Ook naburige gsm-antennes geven daarover informatie, net zoals bewegingssensoren iets kunnen zeggen over de omstandigheden waaronder een opname werd gemaakt. Al deze informatie wordt in ProofMode als metadata versleuteld en samen met het audio- of videobestand opgeslagen. Zo kan later worden gecontroleerd of een foto of video authentiek en onbewerkt is.

©PXimport

Kat- en muisspel

Toch zullen deze slimme technieken er niet voor zorgen dat deepfakes in de toekomst beter kunnen worden ontdekt en bestreden, zo voorspelt het Rathenau-instituut in het rapport Digitale dreigingen voor de democratie. “Tegenmaatregelen kunnen op hun beurt juist leiden tot nog geavanceerde deepfakes, die moeilijker zijn te detecteren. Ook kunnen ze ertoe leiden dat de activiteiten van producenten en verspreiders van desinformatie zich verplaatsen naar besloten groepen en kanalen, en zich daarmee onttrekken aan het oog van moderators.”

Ook om een andere reden kan de bestrijding van desinformatie achterop raken, voorspelt het Rathenau-Instituut. “De mogelijkheden die nieuwe technologieën bieden om desinformatie te bestrijden, lijken beperkter dan de technologische mogelijkheden om desinformatie te produceren en te verspreiden. Zo kunnen productie- en verspreidingstechnologieën sterk profiteren van automatisering, terwijl voor de bestrijding ervan vaak mensen nodig blijven om te beoordelen of er werkelijk sprake is van misleidende informatie.”

▼ Volgende artikel
Laptop nodig voor school? Zo kies je de juiste voor je kind
© Svitlana
Huis

Laptop nodig voor school? Zo kies je de juiste voor je kind

Gaat je kind na de zomervakantie naar de middelbare school? Dan heeft hij of zij waarschijnlijk een laptop nodig. Als ouder wil je natuurlijk een laptop kiezen die past bij wat de school vraagt én bij de manier waarop je kind ermee werkt. Maar waar let je dan op?

💻 🎒 Schoollaptop kopen? Hier moet je op letten

Bij het kiezen van een schoollaptop zijn er een aantal zaken die belangrijk zijn: • Besturingssysteem – Chrome of Windows? • Snelheid en geheugen – Voldoende RAM en snelle SSD • Formaat en gewicht – Licht en handzaam voor in de schooltas • Batterijduur – Moet een hele schooldag meegaan • Degelijkheid – Moet tegen een stootje kunnen • Handige extra's – Denk aan laptophoes of los toetsenbord. • Veiligheid en updates – Van updatebeleid tot vingeradrukscanner • Connectiviteit en aansluitingen – Wifi, USB en HDMI. • Kosten en regelingen – Check schoolopties en gemeentelijke hulp

Lees ook: Van powerbank tot adapter: dit zijn de handigste accessoires voor je laptop

Een laptop is best een uitgave; wanneer je schoolgaande kind er een nodig heeft, is het dus zaak dat je er eentje koopt waarmee hij of zij een aantal jaar vooruit kan (sterker nog: het liefst de hele schooltijd). Door vooraf goed te kijken naar wat de school aanraadt en specificaties te vergelijken, weet je zeker dat je de juiste laptop voor je kind vindt. 

Chromebook of Windows?

De eerste keuze die je vaak moet maken is die tussen een Chromebook en een Windows-laptop. Veel scholen werken met Google Workspace, zoals Google Docs, Drive en Classroom. In dat geval is een Chromebook een logische keuze: snel, betaalbaar en makkelijk in gebruik.

Werkt de school met specifieke software zoals Office of educatieve programma's die alleen op Windows draaien? Dan is een Windows-laptop een betere optie. Die kan bovendien zwaardere toepassingen aan, zoals fotobewerking of programmeren – handig als je kind in de bovenbouw zit of een technisch profiel kiest.

Snelheid en geheugen

Een laptop moet vlot reageren, ook als er meerdere tabbladen openstaan. Kijk daarom naar de processor en het werkgeheugen. Voor een Chromebook volstaat een eenvoudige chip, maar ook daar is 8 GB werkgeheugen aan te raden – 4 GB is eigenlijk te krap. Bij een Windows-laptop is een i3 of Ryzen 3 het minimum, maar voor soepel multitasken is een i5 of Ryzen 5 verstandiger.

Ook het type opslag maakt verschil: kies voor een SSD in plaats van een traditionele harde schijf. Een SSD is stiller, sneller en minder kwetsbaar. Met 256 GB heb je voldoende ruimte voor schoolwerk, documenten en af en toe een download.

Formaat en gewicht

Een laptop voor school gaat dagelijks mee in de tas. Hij moet dus niet te zwaar zijn. Een scherm van 13 tot 15 inch is een goede keuze: dat is groot genoeg om prettig op te kunnen werken, klein genoeg om mee te nemen. Let ook op het gewicht. Alles onder de 1,7 kilo is prima voor dagelijks vervoer. Sommige modellen zijn 2-in-1: ze hebben een touchscreen en kunnen ook als tablet worden gebruikt. Dat is handig bij creatieve opdrachten, maar niet per se nodig voor iedereen.

Batterijduur

De batterij moet een hele schooldag meegaan, want opladen in de klas is vaak geen optie. Reken op minimaal zes uur, maar meer is beter. Chromebooks scoren hier vaak goed, met accuduur tot tien uur of meer. Bij Windows-laptops verschilt het sterk per model. Kijk daarom niet alleen naar de opgegeven accuduur, maar ook naar ervaringen van andere gebruikers.

©ID.nl

Lees ook: Zo geef je je laptop een langere adem

Degelijkheid

Scholieren gaan niet altijd even voorzichtig met hun spullen om. Het is daarom slim om te letten op de bouwkwaliteit van de laptop. Modellen met een stevige behuizing kunnen beter tegen een stootje in een volle schooltas. In dat opzicht zijn zogeheten 'zakelijke laptops' interessant. Denk aan laptopseries zoals de HP EliteBook, Dell Latitude of Lenovo ThinkPad. Die zijn oorspronkelijk bedoeld voor intensief gebruik op kantoor, maar juist daardoor zijn ze vaak robuuster dan vergelijkbare consumentenmodellen.

Als ouder ga je waarschijnlijk niet direct op zoek naar een zakelijke laptop voor je kind, maar in het aanbod van refurbished laptops kom je dit soort modellen veel tegen. Ze zijn dan professioneel opgeknapt, opnieuw geïnstalleerd en meestal voorzien van garantie. Voor een bedrag van 200 à 300 euro heb je dan een laptop die beter gebouwd is dan veel nieuwe modellen in die prijsklasse. Je betaalt niet voor uiterlijk of overbodige functies, maar voor een betrouwbaar apparaat dat tegen een stootje kan.

Handige extra's

Naast de laptop zelf zijn er nog wat dingen die het gebruik makkelijker maken. Een stevige hoes of laptoptas is natuurlijk een must: het is niet slim om de laptop los in een schooltas of rugzak mee te nemen. Een extra toetsenbord of losse muis kan thuis handig zijn, bijvoorbeeld als je kind huiswerk maakt aan een bureau. Een laptopstandaard helpt om rechter te zitten en voorkomt dat je kind lang in een verkeerde houding werkt.

Laptop veilig mee naar school?

Gebruik een laptophoes

Veiligheid en updates

Het is de bedoeling dat de schoollaptop die je koopt jarenlang meegaat, dus het is verstandig om te controleren hoe lang het besturingssysteem nog updates krijgt. Zeker bij Chromebooks kun je per model opzoeken tot welk jaar er beveiligingsupdates worden aangeboden. Omdat Google een updatebeleid heeft waarbij Chromebooks van na 2021 10 jaar updates krijgen, zit je hiermee dus eigenlijk altijd goed. Heb je een model op het oog? Dan kun je online opzoeken wat de AUE-datum (Auto Update Expiration) is.

Ook voor Windows krijg je jarenlang updates. Belangrijk is wel dat je kiest voor de meest recente versie – op dit moment is dat Windows 11. Kom je ergens een goedkope laptop met Windows 10 tegen? Let dan goed op of de hardware geschikt is voor een upgrade naar Windows 11. Is dat niet het geval, dan kun je die laptop maar beter niet kopen, want de ondersteuning voor Windows 10 stopt op 14 oktober 2025.

Let er ook op of je de aanwezige opslag of het werkgeheugen eventueel nog kunt uitbreiden – dat maakt het apparaat toekomstbestendiger. Extra beveiligingsopties zoals een vingerafdrukscanner of webcamcover zijn geen noodzaak, maar kunnen wel prettig zijn.

Zorg er ook voor dat bestanden automatisch worden opgeslagen in de cloud, bijvoorbeeld via Google Drive of OneDrive. Afhankelijk van de leeftijd kan het ook nog slim zijn om ouderlijk toezicht in te stellen, bijvoorbeeld via een beheerd Google-account of de instellingen van Windows.

Connectiviteit en aansluitingen

De meeste laptops zijn standaard uitgerust met wifi, maar het loont om te letten op ondersteuning voor wifi 6. Daarmee is de verbinding sneller en stabieler, wat handig is op drukke schoolnetwerken. Een USB-C-poort is aan te raden voor opladen, randapparatuur en accessoires. Een HDMI-aansluiting is handig als je kind presentaties moet geven of thuis een groter scherm wil aansluiten. En hoewel steeds minder laptops er standaard mee komen, kan een ethernetpoort soms handig zijn als wifi tijdelijk niet werkt. De laptop kan dan met een kabel rechtstreeks op de router worden aangesloten.

Kosten en regelingen

Een goede laptop hoeft niet extreem duur te zijn, maar je moet toch al snel rekenen op een bedrag van minimaal 400 euro voor een geschikt Chromebook. Voor een nieuwe Windows-laptop ben je al snel 550 euro of meer kwijt. Kies je voor refurbished, dan ben je goedkoper uit. Kun je het zelf niet betalen, kijk dan of de school een regeling heeft. Informeer ook bij je gemeente: vaak bieden die een vergoeding of tegemoetkoming voor mensen met een minimum inkomen die een laptop voor hun kind moeten kopen

Sommige ouders kiezen ervoor om een laptop te verzekeren, wat zeker iets is om te overwegen bij jongere kinderen. Schade of diefstal komt helaas regelmatig voor. Daarnaast bieden bedrijven als Microsoft en Adobe korting aan wanneer hun software wordt aangeschaft voor leerlingen (én ouders).  Kijk ook eens op Surfspot; daar is veel software waarvoor je korting kunt krijgen verzameld.

Tot slot

Voor de meeste middelbare scholieren is een Chromebook met 8 GB werkgeheugen een goede, betaalbare keuze, zeker als de school volledig met Google werkt. Wordt er intensiever met software gewerkt of wil je dat de laptop ook in de bovenbouw nog voldoet? Kies dan voor een Windows-model met een snellere processor en meer opslag. Wat je ook kiest: let op het gewicht, de batterijduur en hoe lang het apparaat nog updates krijgt. Dan weet je zeker dat je kind er niet alleen dit schooljaar, maar ook daarna goed mee uit de voeten kan.

▼ Volgende artikel
Bovenwarmte, onderwarmte, hetelucht of grill: zo kies je de juiste ovenstand
© Dejan Krsmanovic
Huis

Bovenwarmte, onderwarmte, hetelucht of grill: zo kies je de juiste ovenstand

Je oven kan veel meer dan je denkt. Toch gebruiken veel mensen alleen de heteluchtstand – ook al is dat niet altijd de beste keuze. Boven- en onderwarmte, grill en hetelucht: ze doen allemaal iets anders. Wat je waarvoor gebruikt, lees je hier.

Als je weet wanneer je welke stand gebruikt, zijn mislukte cakes, uitgedroogde lasagne en slappe pizzabodems verleden tijd. In dit artikel leggen we per stand uit wat het effect is, wanneer je hem gebruikt en hoe je je oven slimmer benut.

Onder- en bovenwarmte: langzaam en zeker

Bij onder- en bovenwarmte komt de warmte van twee verwarmingselementen die los of samen gebruikt kunnen worden. De oven verwarmt gelijkmatig van boven en beneden, maar zonder ventilator. Daardoor is dit een wat tragere maar stabiele manier van garen, ideaal voor gerechten die tijd nodig hebben om te rijzen of die niet mogen uitdrogen. Denk aan cakes, appeltaarten of ovenschotels. Ook als je werkt met meerdere lagen bladerdeeg of deeg met gist, helpt deze stand om alles rustig en gelijkmatig te laten garen.

Wil je juist een knapperige onderkant, zoals bij quiches of pizza's? Dan kun je alleen onderwarmte gebruiken, zodat de bodem stevig en bruin wordt zonder dat de bovenkant te snel kleurt. Let er wel op dat deze stand minder geschikt is voor het tegelijk bakken van meerdere gerechten, omdat de warmte zich niet vanzelf verspreidt zoals bij hetelucht.

©Povozniuk Olha & Max

Hetelucht: snel en gelijkmatig

De heteluchtstand gebruikt een ventilator om warme lucht gelijkmatig door de oven te blazen. Daardoor is de temperatuur overal ongeveer gelijk, wat ideaal is als je meerdere bakplaten tegelijk wilt gebruiken. Denk aan koekjes, ovenfriet of groenten die je op twee niveaus tegelijk wilt garen.

Hetelucht is ook efficiënter: je gebruikt minder energie omdat je de temperatuur 10 tot 20 graden lager kunt instellen dan bij boven- en onderwarmte, terwijl het gerecht even snel klaar is. Maar daar schuilt ook het risico: door de circulerende lucht droogt je gerecht sneller uit. Bij bijvoorbeeld brood of cake kan het resultaat daardoor minder luchtig zijn dan bij boven- en onderwarmte. Gebruik bij baksels dus liever onder- en bovenwarmte, tenzij je ervaring hebt met aanpassen van de temperatuur en baktijd.

©Daisy Daisy

Grillstand: bruinen en gratineren

De grillstand gebruik je wanneer je snel een korstje of bruine bovenkant wilt creëren. De bovenste verwarmingselementen worden extra heet, waardoor kaas smelt, paneerlagen krokant worden en vlees een mooie kleur krijgt krijgt. Denk aan gegratineerde gerechten, tosti's of het afbakken van een lasagne.

De grill is minder geschikt voor volledige bereidingen: de hitte is te eenzijdig en te sterk om iets gelijkmatig te garen. Gebruik deze functie daarom alleen voor korte bereidingen of als afmaker. Houd je gerecht goed in de gaten; de grill werkt razendsnel en je wilt natuurlijk voorkomen dan je gerechten aanbranden.

©Monkey Business Images

Combinatiestanden: het beste van twee

Veel moderne ovens bieden combinaties van de bovengenoemde functies, zoals hetelucht met grill of onderwarmte met ventilator. Die kun je slim inzetten voor specifieke gerechten. Bij vleesgerechten bijvoorbeeld zorgt hetelucht-grill voor een sappige binnenkant én een krokante buitenlaag. Bij het bakken van ovenschotels zorgt onderwarmte met ventilatie dat de inhoud gelijkmatig warm wordt, terwijl de bovenkant niet uitdroogt.

Tot slot

Welke ovenstand je kiest, maakt een groter verschil dan je misschien denkt. Wie blind op hetelucht vertrouwt, loopt het risico op droge cake, slappe frietjes of mislukte pizza's. Door te begrijpen hoe elke functie werkt, kies je gericht de stand die past bij jouw gerecht. Zo haal je meer uit je oven én uit je kookinspanningen. Wanneer je op zoek bent naar een nieuwe oven, loont het dan ook zeker de moeite om na te denken over welke standen je nodig hebt en ovens uitgebreid te vergelijken, online of bij de keukenspecialist. Want heb je de ovenstanden eenmaal in de vingers, dan wil je misschien wel meer: wie weet heb je dan ook wel behoefte aan extra's als een warmhoud- of stoomfunctie!