ID.nl logo
Keuzehulp: welke internetsnelheid en provider kies ik?
© PXimport
Huis

Keuzehulp: welke internetsnelheid en provider kies ik?

Wanneer je net bent verhuisd of niet tevreden bent over je huidige internet- en tv-provider, dan doe je er goed aan een nieuw abonnement af te sluiten bij een leverancier die bij je past. Maar wanneer je begint te zoeken, dan kom je al gauw in een jungle van termen en mogelijkheden terecht. Wat voor soort pakket heb je nou precies nodig? En wat is een goede internetsnelheid?

Er zijn verschillende situaties waarin je je kunt voorstellen dat je op zoek moet gaan naar een nieuwe provider voor internet, al dan niet met tv en bellen erbij: je bent net verhuisd en kunt of wilt je oude abonnement niet meenemen, je gaat voor het eerst op jezelf wonen of je bent je huidige provider zat en gaat op zoek naar een betere deal. Je gaat het internet op en begint met zoeken, maar komt dan allerlei termen tegen die je eigenlijk niet zo heel veel zeggen. Waar moet je nu precies op letten?

©PXimport

01 Provider uitkiezen

Mocht je een specifieke aanbieder in gedachten hebben, dan is het in elk geval slim om vooraf te checken of die provider ook actief is in jouw gebied. Mocht dat het geval zijn, maar kun je nog steeds niet het abonnement selecteren dat je in gedachte hebt, dan kan het zijn dat je straat nog specifieke aansluitingen mist die nog sneller internet mogelijk maken, zowel downloaden als uploaden. Dit kan al voor een eerste drempel zorgen, want hoe weet je nou of je huis die aansluitingen mist of niet? Vaak kun je op de website van de aanbieder checken hoe het in jouw straat is gesteld.

Het kan dus voorkomen dat een provider wel actief is in jouw gebied, maar dat bepaalde abonnementen niet beschikbaar zijn - bijvoorbeeld dat abonnement waarmee geadverteerd wordt. De prijzen, maximale downloadsnelheid, aanbiedingen en pakketten kunnen dus per regio verschillen. Daarom zijn websites waarop je kunt vergelijken zo fijn. Je vult je postcode en huisnummer in (helaas is dat minder fijn voor je privacy, dus kun je ook een ander huisnummer gebruiken in dezelfde straat) en checkt welke abonnementen er op dat adres beschikbaar zijn. Een kind kan de was doen, toch?

Nou, nee, want helaas is dit pas het begin. Er zijn heel wat aspecten waar je rekening mee moet houden. Niet alleen de prijs en het abonnement, maar ook de download- en uploadsnelheid (passen de genoemde getallen bij je verbruik?), installatie en extra kosten (krijg je een gratis modem?) en, niet geheel onbelangrijk, hoe tevreden zijn de klanten? Vaak reageren klanten alleen wanneer dingen tegenvallen, dus neem vooral de beoordelingen van gebruikers met een korreltje zout; als je een issue tegenkomt dat constant wordt herhaald, dan is dat iets om rekening mee te houden.

Doe dus vooral onderzoek naar providers die je op het oog hebt. Google eens op namen als Ziggo of KPN met termen als ‘klachten’, ‘beoordelingen’ of ‘ervaringen’ en je krijgt een schat aan informatie. Daarnaast is de website www.allestoringen.nl ook een mooie bron voor extra achtergrondinformatie, aangezien je daar kunt checken hoe vaak abonnees storingen melden. De websites van de leveranciers zijn niet altijd accuraat met dergelijke informatie, dus is het fijn dat je onafhankelijk (doch enigszins gekleurde en persoonlijke) ervaringen kunt nalezen.

©PXimport

02 Internetsnelheid: hoeveel is genoeg?

De internetsnelheid voor het downloaden en uploaden van bestanden en informatie is de belangrijkste factor waar mensen naar kijken wanneer ze een internetabonnement uitkiezen. Maar welke snelheid past bij jou? Vaak bepaalt de snelheid de hoogte van het maandbedrag, dus doe je er goed aan te bedenken wat je nu precies nodig hebt en in kaart te brengen wat je precies verbruikt. Je hoeft natuurlijk geen ontzettend specifieke informatie voor en over je huishouden te vergaren, maar een globaal beeld van wat je denkt te gebruiken is wel handig.

Je kunt jezelf een aantal vragen stellen. Hoe vaak stream je bijvoorbeeld video’s in high definition of zelfs 4K naar je tv, computer, console of smartphone? Hoeveel mensen streamen tegelijkertijd in huis, hoeveel gamen er vaak online of maken tegelijkertijd gebruik van het internet, ongeacht de bezigheden? En hoeveel smart devices heb je in je huis staan? Wanneer je bent begonnen met een smarthome kan het aantal met internet verbonden apparaten in een rap tempo zijn toegenomen, zonder dat je dat doorhebt. Maar dan heb je dus wel een hoge downloadsnelheid en een goede router nodig.

Online zijn er tools te vinden die je kunnen helpen bij het vaststellen van een goede snelheid (bijvoorbeeld de website www.highspeedinternet.com). Stream je dagelijks muziek, download je wekelijks grote bestanden en wordt er vaak online gegamed? Dan kom je al gauw uit op een minimale snelheid van 25 Mbit/s. De meeste internetabonnementen in Nederland bieden deze snelheid aan of zelfs veel meer, waardoor je weet dat het meteen goed zit. Hoe lager het aantal Mbit/s, hoe lager het maandbedrag wordt – maar soms scheelt het niet veel ten opzichte van een duurder abonnement.

©PXimport

03 Verschil megabit en megabyte

Met Mbps (zoals het bij aanbieder vaak geschreven wordt) wordt een snelheidseenheid van gegevensoverdracht gepresenteerd. De ‘Mb’ staat voor megabit en dus niet megabyte, waar mensen die vaak downloaden het vaak over hebben. 25 Mbps is in dit voorbeeld dus niet 25 MB per seconde, maar 25 megabit per seconde. Dat komt overeen met 3,125 megabyte (MB) per seconde, de daadwerkelijke downloadsnelheid. Dat is de snelheid waarmee je bestanden downloadt.

Veel programma’s en diensten gebruiken zoals gezegd de aanduiding Mbps. Verwarrend wanneer je megabit en megabyte door elkaar haalt. Bij Computer!Toaal hebben het normaal gesproken consequent over Mbit/s en MB/s (of zelfs Mbyte/s) om elke verwarring te voorkomen.

Een getal in megabit is dus ongeveer acht keer zo groot als dezelfde hoeveelheid in megabyte. Een abonnement van 200 Mbps levert dus geen downloadsnelheid van 200 MB per seconde, maar zo’n 25 MB per seconde, wat eigenlijk helemaal niet verkeerd is. Veel videostreamingdiensten hebben tenminste 25 Mbit/s nodig hebben om beelden in de 4K-resolutie te kunnen weergeven. Voor Spotify en video in een lagere kwaliteit kun je met een snelheid van 5 Mbit/s ook uit de voeten.

Naast het downloaden is het uploaden ook voor sommige mensen van belang. Meestal geldt dit meer voor zakelijke gebruikers of mensen die veel vanuit huis werken, zoals fotografen, videomakers of journalisten. Met de uploadsnelheid kun je zelf bestanden op het internet zetten. Bijvoorbeeld foto’s voor op je eigen website, video’s voor op je YouTube-kanaal of wat voor soort informatie je dan ook online moet zetten. Hoe hoger de uploadsnelheid, hoe sneller je alles op het internet hebt gezet. Andersom geldt: hoe hoger de downloadsnelheid, hoe sneller alles binnengehaald is.

©PXimport

04 Verschillen tussen kabel, dsl en glasvezel

De uploadsnelheid hoeft in veel gevallen dus helemaal niet even hoog als de downloadsnelheid te zijn voor een doorsnee huishouden, of überhaupt heel hoog. Daarom is het niet vreemd dat je bij veel aanbieders een lage uploadsnelheid ziet staan. Je kunt beter iets extra betalen voor de download- dan voor de uploadsnelheid.

Mensen met een glasvezelabonnement zien vaak dat de uploadsnelheid gelijk is aan de downloadsnelheid, maar glasvezel ligt helaas nog niet overal in Nederland. Meestal wordt het internet via de kabel of via dsl aangeboden. Deze technieken hebben verschillende eigenschappen. Glasvezel is relatief nieuw en kom je voornamelijk tegen in jonge wijken (zoals bijvoorbeeld in Almere). Je krijgt een stabiele en vaak snelle download- en uploadverbinding, met snelheden die gelijk zijn aan elkaar. Daar betaal je dan ook voor. Laat je het internet via de kabel gaan, dan heb je ook een abonnement met tv nodig (dat is verplicht, in tegenstelling tot glasvezelabonnementen). Je hebt dan nog wel de keuze uit telefonie nemen of niet. Dit is de meest gangbare internetabonnementsvorm van dit moment; veel mensen zijn hier dan ook op aangewezen.

De derde optie is een dsl-abonnement. Je hebt dan nog verschil tussen adsl en vdsl, waarbij de laatstgenoemde de snelste is. Het nadeel van een dsl-abonnement is dat het internet trager wordt naarmate je verder bij de aanbieder vandaan woont. Bovendien gaat de televisieverbinding af van de bandbreedte, waardoor je internet dus langzamer kan zijn wanneer de tv aanstaat. Het voordeel is dat dergelijke (alles-in-één-)pakketten wel vaak als goedkoopste uit de bus komen wanneer je op zoek bent naar een instapabonnement. Dat is ook iets om rekening mee te houden natuurlijk.

©PXimport

05 Twijfelen over je gebruik

Nu enkele belangrijke termen en mogelijkheden besproken zijn, blijft er een aantal tips over die altijd handig zijn om in het achterhoofd te houden. Zo kun je bijvoorbeeld eerst een goedkoper abonnement uitproberen bij de provider die je op het oog hebt. Vaak kun je namelijk snel veranderen van abonnement: is het internet traag, dan ga je een trede hoger. Handig voor mensen die alleen of met z’n tweeën wonen en twijfelen over hun gebruik. Betalen voor dingen die je niet gebruikt is zonde. Hoe meer mensen er in huis zijn, hoe hoger de internetsnelheid moet zijn.

Heel vaak is het ook zo dat het combineren van pakketten uiteindelijk een lager maandbedrag oplevert dan losse abonnementen afsluiten. Bel je dus vaak met de vaste lijn? Overweeg dan vaste telefonie af te nemen. Kijk je toch minder traditionele tv dan vroeger? Soms is het mogelijk dat onderdeel van je abonnement stop te zetten, zeker op moderne verbindingen. Wil je echter van alles gebruik blijven maken, dan kun je het beste nog altijd voor een alles-in-één-pakket gaan. Vraag jezelf dus af wat je precies gebruikt en kijk welk abonnement en type verbinding daarbij past.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt
© fotomek
Huis

Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt

Denk je net goed bezig te zijn met een A+++-wasdroger, blijkt die vanaf juli 2025 opeens een magere C te scoren. Wat is hier aan de hand? Geen paniek: je apparaat is niet plotseling minder efficiënt geworden, het energielabel wordt een stuk strenger. In dit artikel lees je waarom de regels zijn veranderd, wat het nieuwe label precies meet en hoe je wél de juiste conclusies trekt bij je volgende aankoop.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Vanaf 1 juli 2025 – morgen dus! – verandert het energielabel van wasdrogers in heel Europa. De bekende klassen als A+, A++ en A+++ verdwijnen en maken plaats voor een overzichtelijker schaal van A tot en met G. Hierdoor krijgen veel huidige A+++-drogers voortaan een label C. Niet omdat ze slechter presteren, maar omdat de normering strenger en toekomstbestendiger wordt.

Waarom een nieuw energielabel nodig was

Het oude systeem was zijn doel voorbijgeschoten. Doordat fabrikanten steeds energiezuinigere apparaten ontwikkelden, werden er voortdurend plussen aan de A-klasse toegevoegd. Daardoor ontstond een wildgroei aan energielabels die de consument eerder in verwarring bracht dan hielp. Met het nieuwe label keert de rust terug: één heldere schaal die opnieuw ruimte laat aan de top. De zuinigste klasse A blijft voorlopig zelfs leeg, zodat alleen uitzonderlijk efficiënte apparaten die plek mogen innemen.

©Bemmel & Kroon

Wat je ziet op het nieuwe label

Het nieuwe energielabel bevat veel meer informatie dan alleen een letter. Naast de energieklasse geeft het label nu ook inzicht in het verbruik per honderd droogbeurten, gemeten volgens een gestandaardiseerd Eco-programma. Ook de programmaduur, het maximale vulgewicht van de trommel, het geluidsniveau in decibel en de condensatie-efficiëntie staan erop vermeld. Via een QR-code kun je bovendien extra technische details opzoeken in de Europese EPREL-database. Deze toevoegingen zorgen ervoor dat je als consument beter kunt inschatten welk apparaat past bij jouw huishouden en gebruik. Meer informatie vind je op deze pagina.

©Bemmel & Kroon

1. QR-code met link naar de EU database
2. Energie-efficiëntieklasse
3. Energieverbruik in kWh/100 droogcycli*
4. Condensatie-efficiëntieklasse en -percentage

5. Geluidklasse en geluidemissie in dB(A)**
6. Maximale laadcapaciteit (nominale capaciteit in kg)**
7. Duur in uren en minuten**

* Waarden gelden voor een gewogen gemiddelde van halve en volle ladingen met een verhouding van 0,62 (24x volle lading, 76x halve lading).
** Droogcyclus van katoen eco-programma bij volle lading.

Het lastige van vergelijken

Oude en nieuwe energielabels kun je niet zomaar naast elkaar leggen. Een A+++-droger uit 2024 kan volgens de nieuwe testmethodes een label C krijgen, terwijl het apparaat in de praktijk nog steeds even zuinig is. Dat verschil komt puur door de aangescherpte meetnormen, en niet door een verandering in prestaties. Laat je dus niet misleiden door een ogenschijnlijke 'verslechtering' van het label, maar kijk naar de echte verbruiksgegevens en technische kenmerken van jouw wasdroger.

Wat dit voor jouw keuze betekent

Bij het kopen van een nieuwe droger is het dus belangrijk om verder te kijken dan alleen de letter op het label. De vermelding van het energieverbruik per honderd droogcycli geeft je een veel concreter beeld van de stroomkosten op jaarbasis. Ook het geluidsniveau, de capaciteit van de trommel en de duur van het droogprogramma bepalen in sterke mate hoe comfortabel en efficiënt het apparaat in de praktijk is. Dankzij de QR-code kun je bovendien snel en eenvoudig controleren of de technische gegevens aansluiten bij je verwachtingen.

©Viktoria

Slim kiezen met het nieuwe label

De vernieuwde energielabels maken het makkelijker om een slimme, bewuste keuze te maken. Niet alleen zie je in één oogopslag hoe energiezuinig een apparaat is volgens de nieuwste normen, je hebt ook toegang tot de details die er écht toe doen. Zo kun je jouw keuze afstemmen op wat je belangrijk vindt: lage kosten, weinig geluid, korte droogtijd of een groot vulgewicht. Door te letten op de werkelijke prestaties in plaats van alleen op een letter, maak je een duurzame keuze die ook op de lange termijn rendeert.

Wil je hulp bij het kiezen van een energiezuinige droger of persoonlijk advies over welk type het best bij jouw huishouden past? Laat je dan informeren door een specialist, zodat je met vertrouwen de juiste keuze maakt voor nu én de toekomst.

Op zoek naar een écht zuinige droger?

Bekijk de beste deals bij Bemmel & Kroon!
▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op
© zephyr_p
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op

Een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser kiezen begint niet bij het design of de functies – het begint met een meetlint. Want hoe mooi of geavanceerd een apparaat ook is, als het nét niet past, zit je met een kostbare misser. Een paar millimeter speling kan het verschil maken tussen een perfect passende keuken en een frustrerende inbouwervaring. Met deze meetinstructies weet je zeker dat je straks niet voor verrassingen komt te staan.

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over:

• Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Goed meten is het halve werk

Voordat je aan de slag gaat met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik altijd een betrouwbare rolmaat en eventueel een digitale schuifmaat voor extra precisie. Meet de binnenafmetingen van de nis (dus niet de buitenkant van je keukenkast) en noteer breedte, hoogte én diepte.

Houd daarnaast rekening met de ventilatieruimte: meestal is 2 tot 5 cm aan de achterkant en zijkanten nodig. En check of er ruimte is voor stopcontacten, wateraansluitingen en kabeldoorvoeren – die bepalen vaak óók of het apparaat goed kan worden geplaatst.

©Andrey Sinenkiy

Waar moet je op letten per apparaat?

Elk soort inbouwapparaat heeft zijn eigen eisen en aandachtspunten. Hieronder lees je per type waar je bij het opmeten en installeren specifiek op moet letten. Zo kom je niet voor verrassingen te staan.

Inbouwkoelkast of -vriezer

De hoogte van de nis is hier allesbepalend. Veelvoorkomende maten voor inbouwkoelkasten en -vriezers zijn 88, 140 en 178 cm, maar afwijkingen komen vaak voor. Let op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme vraagt meestal om iets meer ruimte in de breedte. Diepte is vaak 55 cm, maar modellen met een ventilator achterop kunnen richting de 60 cm gaan.

Inbouwoven of -magnetron

Standaard? Niet helemaal. De nisbreedte is meestal 56 cm, terwijl het frontpaneel iets breder is (ca. 59,5 cm) voor een nette aansluiting. Hoogtes verschillen: compacte ovens zijn 45 cm hoog, standaardmodellen 60 cm. Magnetrons vragen soms extra ruimte aan de bovenkant voor uitstekende bedieningspanelen.

Inbouwvaatwasser

Hier draait het vooral om hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 cm, met verstelbare poten voor wat speling. Meet ook de plinthoogte (van vloer tot onderkant kast), en vergeet de watertoevoer niet – reken op zo’n 5 cm extra ruimte in de diepte voor de slang.

Inbouw-espressomachine

Kleiner apparaat, maar niettemin precisiewerk. De breedte is vaak rond de 56 cm, maar de diepte varieert sterk. Let vooral op het waterreservoir (dat tot 55 cm diep kan zijn) en op kleppen of deurtjes die naar voren openen: die hebben extra werkruimte nodig.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Veelgemaakte fouten die je makkelijk voorkomt

Zelfs met zorgvuldige metingen kan het misgaan, vaak doordat kleine details worden vergeten. Denk aan ventilatieruimte, uitstekende stekkers of leidingen die net in de weg zitten. Een handige tip: plak een strook tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het apparaat komt, en markeer waar stekkers en leidingen zitten. Zo zie je snel of er iets in de weg zit.

Ook niet onbelangrijk: controleer of de nis waterpas is! Zeker bij koelkasten met uitschuiflades kan een scheve ondergrond voor problemen zorgen. Pas waar nodig je kast of ondervloer aan voordat je installeert.

Bij renovaties gelden vaak afwijkende maten. Oudere keukens hebben soms dikkere wanden of ongebruikelijke dieptes. Meet dus altijd de huidige situatie én de specificaties van je nieuwe apparaat. Twijfel je? Schakel een keukenexpert in, zeker bij combinaties zoals een oven met magnetron, waarbij elk detail telt.

En tot slot: de allerbelangrijkste stap

Het klinkt als een open deur, maar het voorkomt de meeste problemen: meet altijd twee keer! Schrijf je maten op en leg ze naast de officiële productspecificaties. Let daarbij op details als verstelbare voetjes, uitsparingen voor de deur of een uitschuifbaar bedieningspaneel. Zo weet je zeker dat jouw nieuwe inbouwapparaat niet alleen technisch past, maar ook mooi aansluit bij de rest van je keuken. Want uiteindelijk draait het om één ding: alles moet kloppen – tot op de millimeter.