ID.nl logo
10 gigabit internet aanleggen: wat heb je nodig?
© PXimport
Huis

10 gigabit internet aanleggen: wat heb je nodig?

In dit artikel nemen we ons bedrade netwerk op de schop en gaan we van 1 gigabit (de netwerksnelheid van praktisch iedere consument, prosumer en kleinbedrijf van de afgelopen 15 jaar) naar 10 gigabit internet. Wanneer heeft 10 gigabit internet aanleggen zin, wat heb je nodig en waar moet je op letten?

Lang was de drang naar een sneller netwerk erg sterk. De 100Mbit-apparatuur waar aan het begin van deze eeuw nog volop gebruik van werd gemaakt, was in veel opzichten een echte beperking. Met gigabit-ethernet was de druk bij zowel consumenten als kleine bedrijven van de ketel, netwerken konden daarmee opeens bijna even snel data overdragen als onze harde schijven het konden lezen en schrijven, met ruim 100 megabyte per seconde kon je praktisch alles wat je van een pc verwachtte wel comfortabel doen. En gigabit-apparatuur kostte al vroeg in het adoptieproces nauwelijks meer dan 100Mbit-apparatuur, dus voor de kosten hoefde je het niet te laten.

Hoewel de eerste 10Gbit-standaard (over glasvezel) al bestond in 2002, is de transitie naar 10 gigabit heel lang juist heel traag gegaan. Deels omdat dat de noodzaak voor snellere netwerken voor veel gebruikers niet aanwezig was, deels vanwege de veel hogere prijzen van een 10gigabit-netwerk. Tot een paar jaar geleden betaalde je al snel drie à vierhonderd euro om één enkel werkstation gereed te krijgen voor 10 gigabit, en zelfs een basale 10Gbit-switch kostte je al snel duizend euro of meer. Dus waar de enterprisemarkt, waar kosten veel minder wegen dan de drang naar betere prestaties, volop bleef groeien met 25, 40 en tegenwoordig zelfs 100gigabit-netwerken stond de tijd voor zowel de pc-liefhebber thuis als kleine bedrijven wat bedrade netwerken betreft al bijna twintig jaar stil.

De afgelopen twee jaar kwam de markt in een stroomversnelling. Dit werd deels gedreven door vraag. Zelfs de goedkoopste sata-ssd’s kunnen zo’n vijf keer sneller lezen en schrijven dan de gigabit-netwerken aankunnen. Ben je eenmaal gewend aan de snelheid van zo’n ssd, dan voelt het uitlezen van data over een gigabit-netwerk merkbaar traag. Daarbij hebben we tegenwoordig ook nvme-ssd’s die bij creatieve en IT-professionals populair zijn, die al snel een factor twintig of dertig sneller zijn dan een gigabit-netwerk aankan.

Ook verandert het kostenplaatje snel. Een werkstation heb je afhankelijk van je wensen en netwerk voor minder dan 100 euro gereed voor 10 gigabit. Een basale 10Gbit-switch heb je voor 150 euro in huis en zelfs uitgebreidere modellen voor een klein bedrijf kosten nu honderden euro’s in plaats van duizend of meer.

Voordelen van 10 gigabit internet

Voordat we onze netwerken upgraden, moeten we ons afvragen of het al zin heeft de overstap te maken. Voor iedereen die zijn netwerk primair inzet voor de internetverbinding, heeft 10 gigabit vooralsnog weinig zin. De kans is klein dat internetproviders dit of volgend jaar structureel snellere verbindingen dan 1 gigabit gaan leveren. Als je overweegt te upgraden voor een toekomstige internetverbinding, kun je beter gewoon wachten.

De meerwaarde van 10 gigabit moet je dus vooral zoeken voor snelle dataoverdracht binnen je eigen netwerk, als je bijvoorbeeld al je data op een server of nas hebt staan. Voor het laden van een paar vakantiefoto’s van je nas heb je ook geen 10 gigabit nodig. Werk je echter met veel grote raw- of videobestanden, datasets van vele gigabytes, dan is de overstap een significante upgrade. Ter illustratie, een paar uur video opnemen op 4K met 60 fps en een hoge bitrate levert ons al snel meer dan 100 GB aan data op.

1. Netwerkadapters

©PXimport

De overstap naar een 10Gbit-netwerk begint bij de netwerkadapters in je werkstations en vergelijkbare adapters in het systeem waar je data opgeslagen staat, oftewel je server of nas. De kans bestaat dat je reeds een 10Gbit-aansluiting op je werkstation hebt als je in de laatste twee jaar een high-end computer hebt gekocht. Althans, als je systeem een prijzig moederbord bevat, want de door elke moederbordfabrikant gebruikte Aquantia AQC107-chip kost tussen de 50 en 70 dollar.

Heeft je moederbord zelf geen snelle netwerkaansluiting, dan moet je een losse netwerkadapter kopen. Deze gaat dan in een pci-express-slot op je moederbord. De vraag is uiteraard: welke netwerkadapter? Voor ons werkstation hebben wij gebruik gemaakt van een op de Tehuti TN4010 gebaseerde kaart van Uptimed, een Nederlandse leverancier gespecialiseerd in betaalbare snelle netwerkapparatuur. Onze redenering om de Uptimed UP-10G-W-TN4010-1RJ45 in te zetten is eenvoudig: hij is met circa 85 euro de goedkoopste oplossing die we konden vinden.

Prestatietechnisch hebben we geen significante verschillen gezien tussen de genoemde goedkopere kaart, Aquantia AQC107-oplossingen en de Intel X520-kaart die we in onze server hebben gezet. Met één uitzondering: de Tehuti- en Aquantia-oplossingen kunnen met 2,5 en 5 gigabit overweeg over ouderwetse Cat5e-bekabeling. De X520 heeft SPF+-connectors en is daarmee uitsluitend een 10gigabit-oplossing.

Waarom dan toch deze duurdere Intel-oplossing voor de server? Intel-netwerkchips hebben zich al vele jaren bewezen en voor een productieserver zou zelfs een korte downtime duurder zijn dan de paar tientjes meerprijs voor de adapter. Enkel de gedachte van driverproblemen bezorgt een IT-professional al nachtmerries. En dit gaat zeker ook op voor gebruikers van VMware of andere virtualisatieopties. De meerprijs valt, zeker zakelijk gezien, enorm mee: circa 185 euro voor onze Uptimed Intel X520 SPF+ kaart met twee 10Gbit SPF+-poorten. Dat is minder dan de helft van de meeste andere aanbieders van deze Intel-oplossingen. Wil je per se RJ45-aansluitingen aanhouden en 2,5G en 5G op je server ondersteunen, zou je de Intel X540/X550-kaarten kunnen overwegen. Die kosten echter wel wat meer.

Wil je 10 gigabit op je laptop, dan zul je een thunderbolt-aansluiting moeten hebben en daarvoor een relatief prijzige thunderbolt-adapter moeten kopen. Hiervoor ben je minimaal 200 euro kwijt. Een circa 50 euro kostende adapter van usb-c naar 2,5 Gbit (zoals de Club3D CAC-1520, zie onder) zou een leuke tussenstap kunnen zijn.

©PXimport

2. Switches

In theorie zouden we met de bovengenoemde adapters een 10gigabit-netwerk zonder switch kunnen opzetten. De X520-kaart in de server heeft tenslotte twee aansluitingen. Normaliter zijn die bedoeld voor teaming of redundancy, maar je kunt er ook twee werkstations direct op aansluiten voor snelle toegang tot de opslag. Wil je iets neerzetten waar je nog op kunt uitbreiden, dan is een switch onvermijdelijk. Switches zijn er in alle soorten en maten, en de juiste switch is vooral een kwestie van je eigen eisen in kaart brengen, het is niet iets dat we eenzijdig kunnen adviseren.

Wij richten ons daarom op twee specifieke scenario’s: de goedkoopste oplossing om drie werkplekken te combineren en een iets duurder alternatief met ruimte voor zeven werkplekken en wat flexibiliteit wat gekoppelde apparaten betreft. Voor beide gevallen gaat geldt: om 10 gigabit mogelijk te maken, hoef je zelf bijna niets te doen. Je zet de switches neer en zolang de clients 10 gigabit aankunnen, ben je klaar.

De MikroTik CRS305-1G-4S+IN is één van de allergoedkoopste 10gigabit-switches op de markt. Hij is met 140 euro echt een prijsbreker, er is geen ander product dat vier snelle SPF+-poorten biedt voor deze prijs. Hij is als een domme switch te gebruiken, maar kan ook managed gebruikt worden en dat zelfs met L3-functionaliteit die menig zakelijke switch niet eens biedt. Het voornaamste nadeel is dat je met vier poorten beperkt bent tot drie werkplekken plus één server, en dat je circa twee tientjes per poort moet uitrekenen voor een transceiver of een paar euro meer voor een RJ45-converter als je pc’s op RJ45 gebaseerd zijn.

Dan nog is deze MikroTik spotgoedkoop, en gezien het ook één van de weinige passief gekoelde en dus stille 10Gbit-switches is, is de kans groot dat je zelfs binnen een groter 10gigabit-netwerk enkele van deze kastjes wilt overwegen.

©PXimport

Voor circa 400 euro, feitelijk ook nog een prijsbreker in de markt, hebben wij zelf gekozen voor de Netgear XS508M. Een switch met acht RJ45-poorten, iets wat zeker in een serverrack toch handig zal zijn (LC-glasvezelkabels door muren trekken is geen leuke bezigheid) waarvan één gedeeld met een SPF+-poort voor je snelle fileserver die ernaast staat. In sommige opzichten is deze Netgear een stap achteruit, zo verliezen we de managed functionaliteit en komt deze wel met een ventilator (een relatief stille, maar wel hoorbare). Het is dus vooral een dom kastje om meer apparaten op aan te sluiten.

Toch heeft de Netgear iets wat de MicroTik niet heeft en dat is ondersteuning voor 2,5- en 5Gbit-apparaten. Heb je bijvoorbeeld een wifi6-accesspoint of een client op 2,5 gigabit, dan kun je die hier dus wel op kwijt zonder terug te gaan naar 1Gbit-snelheden.

3. Internetkabels

Naast geschikte hardware, heb je ook geschikte kabels nodig. Traditionele Cat5e-bekabeling is officieel gemaakt om tot 1gigabit-snelheden te halen. Desondanks is het soms mogelijk om, op zeer korte afstanden, praktisch 10gigabit-snelheden neer te zetten. Toch raden we dat sterk af, want de dataoverdracht is ook met korte kabels meetbaar en merkbaar minder stabiel. Het laatste wat je wilt is tijd verspillen aan het troubleshooten van prestatieverlies door een matige kabel. Er zijn meerdere manieren om het goed te doen, wij richten ons op de twee meest praktische en betaalbare voor de bovengenoemde hardware.

Voor de meeste apparaten met een traditionele RJ45-aansluiting dien je Cat6a-bekabeling te gebruiken (let op de a-toevoeging). Deze kabels worden aan hogere kwaliteitseisen onderworpen en zijn in staat om 10gigabit-verbindingen tot 100 meter mogelijk te maken. Je kunt deze kabels bij praktisch alle online kabelverkopers aanschaffen in kant en klare vorm, of in grote rollen om je eigen kabels aan te leggen. Gezien de geringe verschillen in dikte is het meestal geen probleem om Cat6a-kabels door dezelfde goten te trekken als waar nu Cat 5e ligt.

©PXimport

In onze Uptimed Intel X520 kaart en op menig switch zit echter een SPF+-aansluiting, hiermee kun je gebruikmaken van Direct Attached Copper (DAC) kabels, maar wat praktischer en veelal goedkoper is zijn Fiber LC-kabels, glasvezel dus. We gaan ervan uit dat je een SPF+-netwerkkaart hebt met de benodigde tranceivers, meestal worden die in bundels verkocht. Deze LC-kabels zijn zowel praktischer om aan te leggen en goedkoper dan de DAC-kabels met grote vaste aansluiting. Een korte LC-glaskabel tussen je switch en server kost je nog geen tientje, voor twee kabels van tien meter waren we nog geen dertig euro kwijt.

Eventuele bottlenecks

Eigenlijk zijn we er dan al en komt er niet meer kijken bij de aanleg van je 10gigabit-netwerk. Onze installatie liep soepel en we hoefden niets in te stellen. Plug & Play zoals het bedoeld is dus. We plaatsen wel de kanttekening dat oudere besturingssystemen wellicht wat aanpassingen aan de buffers en cpu- en geheugenallocatie vereisen. Een test met een matig kabeltje wees uit dat je alert op de kabelkwaliteit moet zijn.

Maar gaat er vervolgens ook daadwerkelijk data met een snelheid van 10 Gbit/s (grofweg 1 GB/s) over je netwerk? Hoewel het aanleggen van ons snelle netwerk eenvoudig was, hebben we in feite vooral de bottleneck verlegd. Schrijf of lees je van mechanische harde schijven, dan zul je zelfs met de snelste schijven niet veel hoger komen dan 200 MB/s. Een prima verdubbeling, maar niet de vertienvoudiging die mogelijk is. Zelfs populaire sata-ssd’s komen individueel niet veel hoger dan 500 á 600 MB/s, grofweg de helft van wat ons nieuwe netwerk kan. En dat is dus in de veronderstelling dat zowel je werkstation als je server daar gebruik van maakt.

De volgende stap is dus vooral zelf nadenken over wat voor jou relevant is. Wil je vooral de hoogste snelheden tussen je server en één werkstation, dan kun je overwegen om naar nvme-ssd’s over te gaan: vlotte varianten schrijven meer dan 3 GB/s, en hiermee trekken we de nieuwe verbinding dus wel helemaal vol met snelheden rond de 1,1 GB/s. Een alternatief is sata-ssd’s in RAID 0. Hiermee verdubbelt grofweg de snelheid en kom je dus ongeveer op de limiet van je nieuwe netwerk, maar vergeet niet dat de uitval van één ssd dan het einde van je data op beide schijven betekent.

Tot slot is het dus vooral puzzelen met de snelheid van je opslag, of genoegen scheppen in het feit dat een groter aantal actieve werkstations elkaar niet langer in de weg zit.

▼ Volgende artikel
Wat je nog meer met wasverzachter kunt doen (en wat niet)
© africa-studio.com (Olga Yastremska and Leonid Yastremskiy) - stock.adobe.com
Huis

Wat je nog meer met wasverzachter kunt doen (en wat niet)

Wasverzachter gebruik je meestal om te zorgen dat je handdoeken of lakens lekker zacht worden en aangenaam gaan ruiken. Maar wist je dat je het spul ook op andere manieren in huis kunt gebruiken? Niet alles wat je online leest werkt of is veilig, maar er zijn wél een paar toepassingen die handig zijn. Deze kun je zonder zorgen uitproberen.

Wist je dat je wasverzachter ook kunt gebruiken: • Tegen muffe luchtjes • Als luchtverfrisser tijdens het stofzuigen • Om statische kleding te voorkomen • Om kunststof kozijnen en deurposten mee af te nemen

Ook interessant: Hier kun je vaatwastabletten óók voor gebruiken

Wil je wasverzachter vaker inzetten in huis? Dat kan, maar de mogelijkheden zijn niet enorm uitgebreid. Hieronder lees je waar dit goedje allemaal geschikt voor is.

Wattenbolletjes tegen muffe luchtjes

Heb je last van een muffe geur in je kledingkast, lade of schoenenkast? Drenk een watje in een klein beetje wasverzachter, laat het goed drogen en leg het ergens in de kast of lade neer. Het watje verspreidt subtiel geur zonder te overheersen.

Luchtverfrisser tijdens het stofzuigen

Tijdens het stofzuigen een frisse geur in huis verspreiden? Leg een gedroogd watje met wasverzachter in het stofreservoir of bij de filter van je stofzuiger. Let op: doe dit alleen als je een stofzuiger hebt zonder zak, en gebruik geen vloeibare wasverzachter direct in het apparaat.

Statische kleding voorkomen

Heb je vaak kledingstukken die knetteren als je ze aantrekt? Vul een plantenspuit met water en voeg een klein dopje wasverzachter toe. Even schudden en licht over de binnenkant van je kleding sprayen (test eerst op een onopvallende plek) helpt om de antistatische lading van je kleding snel te laten verdwijnen.

Lees ook: ⚡Sodeknetter: zo voorkom je statische elektriciteit in je kleding

Kunststof kozijnen en deurposten afnemen

Wasverzachter lost geen hardnekkig vuil op, maar je kunt er wel kunststof oppervlakken mee opfrissen. Denk aan vensterbanken, deurposten of lichtschakelaars. Meng een theelepel wasverzachter met een liter water, maak een doek licht vochtig en veeg ermee over het oppervlak. Het ruikt fris en laat een dun laagje achter dat stof een tijdje weert. Niet gebruiken op hout of natuursteen.

©sergeylapin

...En dit kun je er beter níet mee doen Op internet lees je vaak over andere toepassingen van wasverzachter, zoals badkamertegels of tapijt reinigen, pannen weken, statisch haar behandelen, of zelfs aan je badwater toevoegen voor een zachtere huid. Maar hier kun je juist beter géén wasverzachter voor gebruiken, want:

• Het is niet bedoeld voor contact met je huid of haar. De parfums en conserveermiddelen kunnen irritatie veroorzaken. • Het is niet voedselveilig. Gebruik het dus nooit in of op pannen, keukengerei of aanrechtbladen. • Het laat resten achter. Op tegels, tapijt of badkuipen ontstaat een vettig laagje dat vuil juist aantrekt of vlekken kan geven.

Gebruik wasverzachter dus met beleid, en alleen op plekken waar het geen schade aanricht of achterblijft op oppervlakken die je aanraakt.

Kan wel, maar let op

Sommige toepassingen zijn niet per se fout, maar vragen om wat meer voorzichtigheid. Zoals schoenen en vuilnisbakken opfrissen met wasverzachter.

Schoenen opfrissen

Een doek met verdunde wasverzachter gebruiken om de binnenkant van schoenen schoon te vegen kan geurtjes maskeren. Maar het reinigt niet écht en laat mogelijk geurstoffen of plakkerige resten achter. Dat is niet ideaal, zeker als je de schoenen zonder sokken draagt. Wil je het toch proberen? Gebruik een goed uitgewrongen doek en laat de schoenen daarna volledig drogen.

Vuilnisbak geurvrij maken

Een sopje met wat wasverzachter kan je vuilnisbak tijdelijk frisser laten ruiken. Het maskeert nare geurtjes, maar doodt geen bacteriën. Voor grondige reiniging blijft een oplossing met soda, azijn of allesreiniger effectiever. Wasverzachter is hier dus vooral geurdecoratie, geen echte schoonmaker.

ToepassingWél gebruiken?Toelichting
Wattenbolletjes in kast of lade✅ JaGeeft een subtiele geur zonder schade of risico. Wel laten drogen.
Wattenbolletje in stofzuiger✅ JaWerkt geurverspreidend, zolang je het droog toepast en niet in de motor.
Antistatisch spray voor kleding✅ JaVerdunnen met water, spaarzaam gebruiken, eerst testen op textiel.
Kunststof oppervlakken (kozijnen, schakelaars)✅ JaAlleen op gladde, niet-poreuze oppervlakken. Niet op hout of natuursteen.
Badkamertegels reinigen❌ NeeWerkt niet goed tegen kalkaanslag, laat vettig laagje achter.
Pannen weken met wasverzachter❌ NeeNiet voedselveilig, kans op chemische resten.
Statisch haar behandelen❌ NeeNiet huidveilig, kans op irritatie of allergie.
Wasverzachter in badwater❌ NeeNiet bedoeld voor huidcontact, zeker niet bij gevoelige huid.
Tapijt of stoffering opfrissen❌ NeeLaat resten achter, trekt vuil aan, kans op vlekken.
Schoenen van binnen reinigen⚠️ MogelijkMaskerende geur, maar geen echte reiniging. Risico op plaklaag en geurstoffen op de huid.
Vuilnisbak reinigen⚠️ MogelijkGeeft geur, maar desinfecteert niet. Beter alternatief: schoonmaken met azijn of soda.

Wasverzachter: handig, maar geen wondermiddel

Wasverzachter is dus best veelzijdig, maar niet het wondermiddeltje dat sommige blogs ervan maken. Als je het slim inzet – en altijd spaarzaam – kun je er net wat meer mee doen dan alleen gebruiken voor je was. Test wel altijd eerst op een klein stukje, en hou het bij oppervlakken waar het veilig is. Liever geen risico? Er zijn ook natuurlijke alternatieven, zoals azijn of etherische olie, die je op een vergelijkbare manier kunt gebruiken.

▼ Volgende artikel
Deze accessoires voor je hogedrukreiniger moet je hebben
© lara-sh
Huis

Deze accessoires voor je hogedrukreiniger moet je hebben

Een hogedrukreiniger is een krachtig hulpmiddel waarmee je snel en grondig allerlei oppervlakken rondom je huis schoonmaakt. Maar met de juiste accessoires haal je er nóg meer uit – en wordt schoonmaken niet alleen makkelijker, maar ook een stuk effectiever.

In dit artikel laten we zien welke accessoires onmisbaar zijn om optimaal gebruik te maken van je hogedrukreiniger en welke extra mogelijkheden ze bieden. Het nut van de volgende accessoires wordt besproken:

  • Vario-spuitlans
  • Terrasreiniger
  • Verlengslang
  • Schuimlans
  • Rioolontstoppingslans

Lees ook: Zo werkt een hogedrukreiniger

Let goed op dat niet elk accessoire op elke hogedrukreiniger past. Voordat je overgaat op de aanschaf van een accessoire, controleer dan goed de compatibiliteit met jouw hogedrukreiniger. Lees hier meer over in het artikel Praktische tips bij het gebruik van hogedrukreinigers.

Vario-spuitlans: veelzijdigheid troef

Een vario-spuitlans is eigenlijk onmisbaar als je het meest uit je hogedrukreiniger wilt halen. Met dit accessoire pas je in één handomdraai de spuithoek aan, zodat je de waterstraal precies kunt afstemmen op wat je schoonmaakt. Voor hardnekkig vuil zet je 'm op volle kracht, terwijl een zachtere straal ideaal is voor kwetsbare oppervlakken zoals ramen of andere glazen oppervlakken. Je hebt dus meerdere mogelijkheden in één handige lans.

©hedgehog94

Terrasreiniger: speciaal voor grotere oppervlakken

Een terrasreiniger is een handig hulpstuk in de vorm van een brede, ronde schijf met ronddraaiende spuitkoppen. Je bevestigt ’m aan je hogedrukreiniger en maakt er moeiteloos grotere oppervlakken mee schoon – denk aan je terras, oprit of zelfs muren. Doordat de waterstraal dicht bij het oppervlak blijft, reinig je extra effectief én verbruik je minder water. En het mooiste? Je hebt geen last van opspattend vuil of water, dus schoonmaken wordt een stuk comfortabeler.

Terrasreiniger kopen?

Bekijk nu de terrasreiniger die past bij jouw hogedrukreiniger

Verlengslang: vergroot je bereik

De meeste hogedrukreinigers worden geleverd met een slang van zo’n 5 tot 10 meter – vaak is dat genoeg, maar soms kom je nét iets te kort. Met een verlengslang vergroot je eenvoudig het bereik, zodat je ook moeilijker bereikbare plekken kunt schoonmaken zonder telkens het apparaat te hoeven verplaatsen. Verlengslangen zijn er in verschillende lengtes, dus er is altijd wel een variant die past bij jouw klus.

Schuimlans: effectieve reiniging met reinigingsmiddel

Soms is water alleen niet genoeg om hardnekkig vuil aan te pakken. Dan is een schuimlans dé oplossing. Hiermee breng je een dikke laag reinigingsschuim aan op het oppervlak. Het schuim blijft even zitten, zodat het schoonmaakmiddel goed kan inwerken en het vuil losweekt. Na een paar minuten spoel je alles gemakkelijk weg met de hogedrukreiniger. Perfect voor een grondige reiniging van bijvoorbeeld tuinmeubels, je auto of een schutting.

Alles spic en span

Extra schoon met deze speciale reiningsmiddelen

Rioolontstoppingslans: verstoppingen verhelpen

Een verstopte afvoer of riool is altijd vervelend, maar met een rioolontstoppingslans voor je hogedrukreiniger kun je het probleem vaak zelf oplossen, zonder meteen een loodgieter te hoeven bellen. De lange, flexibele lans schuif je eenvoudig in de afvoer. De krachtige waterstraal maakt vuil los en spoelt het direct weg. Zo is een verstopping vaak al binnen een paar minuten verholpen en heb je jezelf een vaak prijzig bezoekje van de loodgieter bespaard.

©BillionPhotos.com

Met de juiste accessoires wordt je hogedrukreiniger echt een alleskunner. Of je nu je terras weer spic en span wilt krijgen, je auto een wasbeurt gunt of een verstopte afvoer te lijf gaat – voor elke klus is er wel iets handigs te vinden. Begin met een paar basisaccessoires zoals een vario-spuitlans of een terrasreiniger, en breid daarna rustig uit met wat je nodig hebt. Zo ben je overal op voorbereid, zonder gedoe.

Vraag een offerte aan voor schoonmaak: