Een uitspraak van de rechtbank in Den Haag in de zaak tussen WhatsApp en de Autoriteit Persoonsgegevens zorgt ervoor dat de in Nederland geldende privacyregels blijven gelden. Wat betekent dat voor WhatsApp, en waarom was er eigenlijk een rechtszaak?
Lees ook: WhatsApp moet tijdelijk stoppen met delen van data met Facebook
De zaak ging tussen WhatsApp en de Nederlandse Autoriteit Persoonsgegevens, en ging over het privacybeleid van WhatsApp dat in strijd is met de Nederlandse wet. Volgens de Autoriteit handelde WhatsApp in strijd met de Wet bescherming persoonsgegevens, maar omdat WhatsApp geen vertegenwoordiger in Nederland heeft, kon daar niets aan gedaan worden.
Persoonsgegevens
De Autoriteit oordeelde eerder dat WhatsApp persoonsgegevens van gebruikers verzamelt en gebruikt, niet puur om een contactenlijst op te stellen, maar ook voor andere zaken. Zo worden bijvoorbeeld telefoonnummers van contacten binnen de app getoond, ook als die contacten helemaal geen WhatsApp gebruiken of geïnstalleerd hebben. De gegevens worden daadwerkelijk verwerkt, en daarvoor gelden andere regels, zoals het aanwijzen van een officiële vertegenwoordiger.
WhatsApp was het niet eens met dat bevel en spande een rechtszaak aan, die het nu dus heeft verloren.
Vertegenwoordiger
WhatsApp moet nu een vertegenwoordiger aanstellen waarbij klachten neergelegd kunnen worden. Ook moet er iemand aansprakelijk kunnen worden gesteld als de wet wordt overtreden, wat nu niet mogelijk is, omdat WhatsApp, anders dan moederbedrijf Facebook, geen kantoor in Nederland of zelfs de Europese Unie heeft.
WhatsApp probeerde zich te verdedigen door te stellen dat dat helemaal niet hoeft, omdat volgens een nieuwe wet, die in 2018 in werking treedt, al een vertegenwoordiger voor de gehele Europese Unie moet worden aangesteld. De rechtbank ging daar niet in mee: dat zou betekenen dat de wet de komende twee jaar nog gewoon wordt overtreden, en dat is niet de bedoeling.
10.000 euro
Als WhatsApp geen vertegenwoordiger in Nederland aanstelt, komt dat het bedrijf op een boete van 10.000 euro per dag te staan, met een maximum van een miljoen. De uitspraak kan gevolgen hebben voor soortgelijke apps, al deed de rechtbank daar geen specifieke uitspraken over. Ook kan het zijn dat WhatsApp in andere Europese landen tegen soortgelijke claims gaat aanlopen, totdat er in 2018 een vertegenwoordiger voor de gehele EU wordt aangesteld.